Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1077 resultaten - Pagina 10 van 72

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[11] Het is moeilijk het geschonden vlees van een man te genezen, -maar bij een jonge vrouw waarvan het vlees voortijdig is gebroken, is dat nog veel moeilijker! Want ten eerste zal zij niet zo gemakkelijk volkomen gezonde kinderen ter wereld brengen, ten tweede wordt zij van week tot week wellustiger en tenslotte wordt zij zelfs een hoer, wat een vreselijke schandvlek is voor het mensengeslacht, niet zo zeer voor haar, maar veeleer voor diegene door wiens onverschilligheid zij zo gemaakt werd.
Hoofdstuk 80: De lichamelijke lust. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[14] Want een hoer is een jonge vrouw waarvan het vlees en de ziel volkomen ontwricht en zwak is. Wie haar met een eerlijk en Mij getrouw hart uit haar grote nood helpt, zal eens in Mijn rijk hoog aangeschreven staan. Wie tegen smadelijke betaling gemeenschap met een hoer heeft en haar nog slechter maakt dan zij al was, zal eens beloond worden met het loon dat iedere kwaadwillige doodslager krijgt in de poel die voor alle duivels en hun helpers klaar staat.
Hoofdstuk 80: De lichamelijke lust. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[15] Wee het land en wee de stad waar ontucht bedreven wordt en wee de aarde wanneer dit grote kwaad op haar bodem de overhand krijgt! Over zulke landen en steden zal Ik tirannen aanstellen, die zullen de mensen niet op te brengen lasten moeten opleggen opdat al het vlees zal hongeren en op zal houden met de misdadigste handeling die een mens ooit aan zijn arme medemens kan begaan!
Hoofdstuk 80: De lichamelijke lust. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[16] Maar een hoer zal alle eer en achting, zelfs bij degenen die haar voor smaadgeld gebruikt hebben, verliezen en haar vlees zal vervolgens ook nog te lijden hebben onder allerlei ongeneeslijke of op z'n minst moeilijk te genezen besmettelijke ziekten. Zodra er echter een is die zich behoorlijk verbetert, zal zij door Mij weer in genade worden aangezien!
Hoofdstuk 80: De lichamelijke lust. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[19] Maar ondanks dat alles merk Ik toch, dat er in jou nog veellichamelijke wellust aanwezig is. Ik maak je daar speciaal opmerkzaam op en raad je aan je op dit punt zeer in acht te nemen; want zodra je een wat beter leven zult leiden, zal je vlees, dat nog veel gaten vertoont en nog lang niet van zijn voosheid is genezen, zich beginnen te roeren en dan zal het je veel moeite kunnen kosten om het tot rust te brengen en uiteindelijk de daarin aanwezige oude voosheid volledig te genezen. Hoed je daarom voor alle onmatigheid; want in de on en overmatigheid rust het zaad van de vleselijke wellust! Wees dus in alles matig en laat je nooit, zowel met het eten als met het drinken, tot onmatigheid verleiden, omdat je je vlees anders moeilijk zult kunnen beheersen!
Hoofdstuk 80: De lichamelijke lust. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[20] En zo hebben wij nu dan ook het terrein van het vlees enigszins doorgenomen, voor zover het thans voor jou nodig is. En nu begeven wij ons op een ander terrein, dat bij jou ook als zwaarwegend betiteld kan worden!"
Hoofdstuk 80: De lichamelijke lust. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] De dieren halen hun voeding eigenlijk uit dezelfde bron, -alleen is deze tevoren, hetzij in het organisme van de planten of in het reeds veel meer gereinigde vlees van de laagste diersoorten meer gezuiverd dan in de oorspronkelijke humus van de aarde.
Hoofdstuk 94: De ontwikkeling van het ziele-leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] De mens gebruikt tenslotte reeds het allerfijnste en zuiverste uit de plantenwereld alsook uit de dierenwereld. Hooi, gras en stro voeden hem niet meer . Van de planten heeft hij hoofdzakelijk slechts het koren nodig en van de bomen de edelste, honingzoete vruchten. Van de dieren gebruikt hij voornamelijk dat deel dat als het zuiverste geldt en hij heeft een afkeer van het vlees van onreine dieren.
Hoofdstuk 94: De ontwikkeling van het ziele-leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (De Heer:) "Een deel van zulke ontbonden geesten wil echter nog op de een of andere planeet de weg van het vlees doormaken. Enigen doen dat ook op de zon, in een zone die hun natuurlijk het meest aanstaat; naar deze aarde gaan er echter maar heel weinig, daar het lichamelijke leven hun hier te moeilijk voorkomt omdat zij hier zelfs iedere herinnering aan een vroeger bestaan moeten opgeven en helemaal vanaf het begin een nieuw bestaan moeten opbouwen, en dat is op de andere planeten en hemellichamen niet het geval:
Hoofdstuk 106: Betekenis en ontstaan van de aarde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Volgens de oude orde kon niemand die eens in materie gehuld was, rn de hemelen komen; maar van nu af aan zal niemand werkelijk tot Mij in de hoogste en zuiverste hemel kunnen komen die niet, zoals Ik, de weg van de materie en van het vlees heeft doorlopen.
Hoofdstuk 109: Verlossing, wedergeboorte en openbaring. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Een duivels hart verheft zijn meerdere precies om dezelfde reden, als waarom aan de oever van de zee een zekere soort gieren dat met de schildpadden doet. Zo'n gedienstige gier ziet een schildpad in een poel rondwaden. De schildpad doet pogingen aan land te komen om kruiden te zoeken en zijn honger. te stillen. De op vlees beluste gier helpt hem, tilt hem eerst uit de poel en zet hem op het droge, kruidenrijke land. Daar begint de schildpad zich weldra bezig te houden met het zoeken van de kruiden die hij nodig heeft. De gier kijkt een poosje toe en probeert slechts heel voorzichtig hoe hard het schild wel is. Maar omdat zijn scherpe snavel geen stuk vlees uit het schild kan trekken, Iaat hij de arme schildpad net zolang rustig grazen tot deze minder bang en vrijmoediger haar kop vanonder het schild uitsteekt, belust op de kruiden.
Hoofdstuk 99: Over het ware en het verkeerde dienen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Maar laat ieder oppassen dat hij deze tempel niet opnieuw verontreinigt door het oude, giftige onkruid van de eigenliefde! Neem je vooral dáárvoor in acht, dan zullen jullie ook je vlees en bloed heiligen; en als de reine geest in jullie de alleenheerschappij verkrijgt, zal in hem en door hem niet alleen de ziel, maar ook het lichamelijke vlees en bloed met huid en haar opstaan tot het volmaakte, eeuwige leven!
Hoofdstuk 109: Verlossing, wedergeboorte en openbaring. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] De dieren die zich meteen toen deze aarde bevolkt werd bij de mensen gevoegd hebben -zoals het rund, het schaap, de geit en van de vogels het hoen en de duif -, zijn beslist van zuiverder aard en hebben een zachter karakter, en hun vlees bekwam de mens die van boven kwam het best, zeker in verband met het reiner houden van de ziel; alleen moesten zelfs deze dieren volkomen gezond zijn en mochten zij ook niet in de bronsttijd geslacht worden, omdat in die tijd ook het overigens reine dier onreiner is.
Hoofdstuk 111: Over de voedingsvoorschriften van Mozes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] En IK gaf hun gegevens over de burgerlijke staat en het karakter en noemde zelfs de namen en voegde daaraan toe: "Eén van hen, aan wie wel het meeste geopenbaard wordt, meer dan nu aan jullie allen, zal in manlijke, rechte lijn afstammen van Jozefs oudste zoon en dus ook lichamelijk een echte nakomeling van David zijn. Hij zal weliswaar net als David zwak zijn naar het vlees, maar daarvoor geestelijk des te sterker! Het ga hen wel, die hem horen en hun leven daarnaar zullen richten!
Hoofdstuk 112: Voorspelling van de huidige openbaringen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] IK zeg: "Dat zijn reeds concrete mensenzielen van deze aarde die de weg van het vlees nog met hebben doorgemaakt. Zij hebben daar tot op heden ook nog niet veel zin in omdat zij te bang zijn om opnieuw in de materie opgesloten te worden. De gekleden hebben zelfs een soort taal, die evenwel nog niet erg ontwikkeld is; maar een zekere apenintelligentie hebben ze allemaal!"
Hoofdstuk 115: Jarah en de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...