Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

53 resultaten - Pagina 2 van 4

1 - 2 - 3 - 4
[18] Maar DE REUS zei tegen hem: 'Maak je maar geen zorgen en vertrouw op de macht van Hem, die doden opwekt, bergen verplaatst en ijzeren afgodenbeelden door Zijn wil vernietigt! Ik zegje: honderd legioenen van zulke schurken maken mij nog niet bang, laat staan deze ene!'
Hoofdstuk 141: De mislukte overval van de overste van de synagoge - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] IK zei: 'Ei, ei, zijn jullie nu kinderen van de donder of kinderen van God! De bliksem verwoest en vernietigt wel waar hij inslaat, maar de kinderen Gods hebben een ander wapen, en dat heet: geduld, zachtmoedigheid en liefde .
Hoofdstuk 235: Over de valse profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] Dan zou jouw God met al zijn ondoorgrondelijk diepe wijsheid en goedheid met al hetgeen hij geschapen heeft, uiteindelijk de grootste vreugde en zijn grootste welbehagen beleven aan het feit dat hij al zijn schepselen, die hij zo uiterst wijs uitgerust heeft, na een kort bestaan weer doodt en totaal vernietigt!
Hoofdstuk 189: Een Farizeeër zet zijn wereldbeschouwing uiteen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] Ik beken hier openlijk dat ik, volgens jouw leer, in geen enkel opzicht enige dank verschuldigd ben aan de door jou gepredikte God; hij heeft mij immers niet op deze wereld gezet voor een of ander blijvend geluk, maar alleen voor het grootste ongeluk, dat gedurende mijn hele leven bitter aanvoelt. Hoe eerder hij mij weer vernietigt, des te groter is de weldaad die hij mij bewijst!
Hoofdstuk 189: Een Farizeeër zet zijn wereldbeschouwing uiteen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[22] Maar deze opvatting is werkelijk absoluut niet troostvol voor mensen die iets dieper denken dan het geval is bij de gewone, luchthartige, lichtgelovige mensen, die zich niet om iets hogers bekommeren; en wel des te minder, omdat de meeste mensen tenslotte de dood die hen vernietigt dikwijls met het grootste leed en de onverdraaglijkste pijnen moeten bekopen. jij, jonge Simson, zult daaruit wel begrijpen, dat ook wij alle reden hebben omjou nader te leren kennen!'
Hoofdstuk 131: De vraag naar de persoonlijkheid van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] IK zei: 'Heeft God hun dan het lichamelijke leven gegeven om te vernietigen?! Het leven van het lichaam is het middel dat God de mens gegeven heeft waardoor hij het leven van de ziel voor eeuwig kan en moet verkrijgen. Als hij echter het middel van te voren vernietigt, hoe moet hij dan het leven van zijn ziel behouden en eigenlijk eerst verkrijgen? Als een wever eerst zijn weefstoel stuk maakt en vernietigt, hoe kan hij dan daarna zijn linnen weven? Ik zegje: Zelfmoordenaars -uitgezonderd waanzinnigen -zullen moeilijk ooit of ook helemaal nooit het rijk van het eeuwige leven bezitten! Want als iemand eenmaal zo'n vijand van zijn leven is, heeft hij geen liefde voor het leven; een leven zonder liefde is echter geen leven, maar de dood. -Weetje nu waar je aan toe bent?'
Hoofdstuk 163: Het lot van zelfmoordenaars. De leer verkondigen zonder het goede voorbeeld te geven is nutteloos. Geloof zonder werken is dood. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Zolang de zaadkorrel in de aarde niet sterft en uiteenvalt en zich zo ontbindt dat zijn vroegere vaste delen in de overeenkomstige vormen van de geest beginnen over te gaan, zolang ook blijft de geest werkeloos en verborgen. Maar wanneer het vlees van de zaadkorrel in de aarde zacht begint te worden en begint op te lossen, en in zijn steeds etherischer wordende deeltjes meer gaat lijken op de in de kiem wonende geest, dan begint de geest de aan hem gelijke delen te ordenen en doordringt die steeds meer, en dan treedt er -zoals je dat bij iedere ontkiemende en opgroeiende plant goed kunt zien -een totaal nieuwe bestaanstoestand in. En wat je in het klein bij een plant ziet, gebeurt ook in het groot en allesomvattend bij de mens, wanneer hij alle neigingen en begeerten in zijn ziel en ook in zijn lichaam die op de buitenwereld gericht zijn, door zijn ernstige wil in zich vernietigt en oplost, en deze in alles steeds meer gelijk begint te maken aan de innerlijke geest.
Hoofdstuk 77: Het proces van de innerlijke verandering in de mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[1] De hoofdmagiër zei: 'Ja, het begint mij nu een beetje te dagen; maar voortdurend komt de vraag bij mij op, waarom wij al deze verheven en goddelijk ware zaken met goedvinden van de enige, ware en beslist alwetende God niet reeds lang als een openbaring hebben gekregen. Sinds onheuglijke tijden smachten wij reeds in onze nacht en grote duisternis, en wij hebben hetgeen wij nu gevonden hebben, toch altijd gezocht. Wij zijn toch ook mensen, en hebben God onder de veelzeggende naam Delailama (schept en vernietigt) ook altijd aanbeden en vereerd en hebben de leer van Zorouasto niet aangenomen, en toch hebben wij als priesters nooit enige openbaring gekregen. En dat was dan ook de oorzaak, dat juist wij, priesters, alle geloof verloren hebben, hoewel wij het volk voortdurend vast lieten geloven. Wat was daarvan dan de eigenlijke reden? Lag er dan al van oudsher een zekere geheime vloek op ons, of waren wij, zonder dat te willen, daar zelf de schuld van, of was dat de schuld van ons klimaat?'
Hoofdstuk 104: De schuld van de magiërs - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Ook de hoofdman, die een hekel had aan zulke hevige winden, zei heel openhartig: 'Bij zoiets weet je als mens weer niet wat je van de grote liefde en wijsheid van God moet denken! Waar zijn zulke hevige stormen eigenlijk goed en nuttig voor? Of heeft God Zelf er soms plezier in wanneer Hij de zwakke mensen door een dergelijk razen en woeden van de elementen aan het schrikken maakt en hen grote vrees en angst aanjaagt? Zo'n kwade storm bezorgt de mensen ook steeds een vaak niet te berekenen schade, en het allermeest de armen van wie hij de zwakke hutten vernietigt, zodat ze vervolgens dakloos en zonder werk moeten gaan bedelen om toch weer een of andere armzalige woonhut te krijgen. Nee, deze daad van goddelijke liefde en wijsheid is werkelijk enigszins eigenaardig.'
Hoofdstuk 139: De storm en het doel ervan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Ik weet wel dat er op deze aarde allerlei dingen gebeuren die de mens niet aangenaam kunnen zijn. Zo heerst er vaak een onaangename hitte en evenzo grote kou; er is een langdurige nacht en menige grauwe dag, het vuur brandt en vernietigt; het water verwoest de landen en doodt mensen en dieren als het buiten zijn oevers treedt -kortom: alles wat je ziet in de hele natuur van de wereld kan je de dood bezorgen wanneer je het onverstandig gebruikt en je in gevaar begeeft.
Hoofdstuk 140: Over het doel van de schepping - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[18] Uit dit door elkaar mengen van hogere en lagere ethergeesten in de lucht van de aarde ontstaan dan steeds dichtere nevels en wolken; de toenemende zwaarte daarvan belast de ethergeesten steeds meer, en deze beginnen een uitweg te zoeken en uit te wijken naar waar ze de minste weerstand tegenkomen, en deze vlucht van de steeds meer onder druk staande ethergeesten, die zich in hun verdrukking dan ook onwillekeurig in zekere zin verbinden met de reeds meer verdichte geesten van de lucht van de aarde, veroorzaakt een hevige stormwind, die door zijn voortstormende geweld bomen en huizen vernietigt en de zee tot golven zo hoog als bergen opzweept.
Hoofdstuk 143: Het wezen van de elektriciteit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Ik zei: 'Kijk maar eens naar het trage en ongelovige farizeeërdom, dan zien jullie het aas! Ik en allen die in Mij geloven, Joden en heidenen, zijn de adelaars, die het aas weldra helemaal zullen opeten. Zo is ook de nacht der zonden van de ziel een aas, waaromheen het licht des levens zich begint te verspreiden en het aas met al zijn nevels en drogbeelden vernietigt, zoals de ochtend dat met de nacht doet.
Hoofdstuk 71: De laatste tijd vóór de wederkomst van de Heer (Luc. 17:37) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[34] Jullie tonen dergelijke dingen nog wel aan het volk en houden daar lange toespraken over, maar jullie innerlijk zegt luid en duidelijk: 'Wij bedriegen het volk en zijn gedwongen het te bedriegen, opdat het niet opstaat, ons overvalt en ons vernietigt!'
Hoofdstuk 117: Tempeldienaren uit Jeruzalem zoeken de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] Ik zei: 'Zoals in de loop van de tijd alle materie zichzelf vernietigt, haar naar buiten toe zichtbare vorm te gronde richt en daarna in haar ware oerelement terugkeert.
Hoofdstuk 170: De Heer geeft uitleg over de omstandigheden aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] Wie een nieuwe, goede woning wil bouwen, mag de oude pas volkomen vernietigen als hij de nieuwe woning heeft gebouwd; want als hij de oude direct vernietigt, waar zal hij dan wonen, en wie zal hem beschermen tegen allerlei ongerief gedurende de tijd dat de nieuwe woning gebouwd wordt? Dan is het verstandiger om een oude, nog zo afgedragen en gerepareerde jas zolang voor nood te dragen tot er een nieuwe gereed is, dan naakt rond te lopen. En zo moet volgens Mijn zeer goede orde het ene ding steeds uit het andere voortvloeien, als het bestaansduur en bestendigheid zal hebben.
Hoofdstuk 30: De orde der ontwikkeling De Heer in de omgeving van Caesarea Philippi (vervolg) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
1 - 2 - 3 - 4