Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

494 resultaten - Pagina 2 van 33

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[3] Heb je aan iemand beloofd om iets te doen, en komen er dan omstandigheden tussen waardoor je je niet aan je afspraak kunt houden, ga dan meteen zonder verzuim naar degene aan wien je iets beloofd hebt, en vertel hem heel eerlijk wat er aan de hand is, opdat de wachtende in dit geval andere wegen en middelen kan aangrijpen om op tijd uit de een of andere nood te geraken!
Hoofdstuk 198: De schat in de akker. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] De oude vergaf het hen ook dadelijk van gans er harte. Maar de drie engelen kwamen toen naar de vrouwen toe en zeiden: 'Luister naar ons, vrouwen! Deze oude is een nakomeling van Tobias, die blind was, en die we met de gal van een vis weer ziende hebben gemaakt, en alle nakomelingen van deze oude Tobias, die doodgraver was, hebben als ze oud zijn om een bepaalde reden, die alleen God en wij maar kennen, zwakke ogen. Wij zeggen u echter, dat het een grote zonde is en op een lichtvaardig hart wijst, als men om een blinde lacht, in plaats van hem de hand reikt en hem over voetpaden en oneffen wegen leidt. Als jullie niet geweten zouden hebben, dat de oude, die ook Tobias heet, voor meer dan de helft blind is, dan zou je niet gezondigd hebben; maar omdat je wel wist, dat de oude slechts voor de helft ziet, en toch gelachen hebt, zondigden jullie en verdien je een grote straf; maar omdat hij het je na jullie verontschuldiging vergeven heeft, willen wij het je ook vergeven.
Hoofdstuk 169: Over het lachen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Ook vraagt Kisjonah Mij of hij een vuur in het schip zal aanleggen, omdat de nachten aan het water, ondanks de zeer grote hitte overdag, gewoonlijk toch nog behoorlijk koel zijn. Ik stem daar mee in, en in de grote vuurpan waarin zich een hoeveelheid zuivere hars, olie en ander licht brandbaar materiaal bevindt, wordt meteen vuur gemaakt; deze grote scheepstoorts stond al gauw in lichterlaaie en gaf over de hele omgeving een intens licht. Dat lokte al heel snel een aantal kijklustigen uit het plaatsje naar de oever, en daaronder waren er die Mij vanaf de dichtbij zijnde oever in het schip herkenden, en die begonnen te juichen, omdat Ik, de bekende wondergenezer, in hun gebied was gekomen; want er waren daar veel zieken.
Hoofdstuk 178: Aan de zee. Genezing van de bezeten man. In Jesaïra. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Een hard hart te hebben is beter, omdat dat niemand ijdele hoop geeft, en als men weet dat men van iemand met een hard hart niets te verwachten heeft, dan zoekt men andere middelen om iets in stand te houden. Maar als iemand iets wat hem is beloofd, verwacht, dan gaat hij geen andere wegen en middelen gebruiken. Als het moment daar is waarop de wachtende zijn zaken in orde had willen brengen, en degene die het beloofd heeft hem in de steek laat zonder vooraf gewaarschuwd te hebben dat hij zijn belofte om de een of andere reden, die natuurlijk waarachtig moet zijn, niet zal kunnen houden, dan is zo iemand net als de satan. Die heeft de mensen al vanaf het eerste begin door zijn profeten ook de prachtigste beloftes gedaan, maar heeft er nooit één waar gemaakt en daardoor tallozen in de grootste ellende gestort!
Hoofdstuk 198: De schat in de akker. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Het is wel waar, dat U zichtbare engelen bij ons hebt achtergelaten om ons in Uw plaats te helpen. Maar zij willen niet altijd handelen en ook niet op die wijze, die ik nodig acht; want zij zeggen, dat ze zonder Uw wil niets kunnen doen; want slechts Uw wil is hun hele kracht en macht! Dat is allemaal wel waar, maar als de beledigde oude orthodoxe Samaritanen honderden van Uw aanhangers uit het land verdrijven, zodat deze bij de heidenen bescherming moeten zoeken -wat alleen maar kan als de verdrevenen zelf heiden worden -, dan lijkt het mij toch wel juist dat Uw engelen daar tussenbeide zouden komen en een eind zouden maken aan zo'n gemene jacht, in plaats van dat zij samen met ons met een treurig gemoed de hele geschiedenis aanzien en tenslotte zelfs samen met ons zuchtend uitroepen: 'Des Heren raadsbesluiten zijn toch altijd ondoorgrondelijk en Zijn wegen onnaspeurlijk!'
Hoofdstuk 200: Bescherm ons daarvoor, o Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Ik antwoord: 'De engel heeft volledig de waarheid gezegd; het is zo. Daarom wordt de ziel zelf door zwelgen en brassen zinnelijk en stoffelijk; zij wordt overladen, en het lichaam kan niet alle afval van de ziel opnemen, en het gevolg is dat het afval in de ziel blijft. Dat bedrukt en beangstigt haar zo, dat zij alle middelen en wegen zoekt om het te veelopgehoopte afval te laten verdwijnen. En die wegen bestaan dan uit allerlei ontucht, hoererij, overspel en nog meer van die zaken.
Hoofdstuk 207: Het echte vasten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Onze panden zijn geheel volgens de wet verkregen, en niemand kan en mag ze van ons afnemen. Nu op dit ogenblik kan dat wel met geweld worden gedaan, omdat wij niet sterk genoeg zijn; maar als wij onze panden hier inlossen, moeten wij vrij gelaten worden, en dan weten wij wel wegen om deze zaak verder te laten behandelen!'
Hoofdstuk 233: Romeinse rechtspraak. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Want er is een groot verschil tussen een rein en een heel onrein kind. Het eerste kan direkt door Mij geleid worden, maar het tweede kan slechts indirect op naar behoefte nodige doornige wegen geleid worden, zoals in dit waar beschreven geval duidelijk zichtbaar is.
Hoofdstuk 241: Een woord voor onze tijd. (26.7.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] "'Maak u niet kwaad over de bozen, wees niet jaloers op de boosdoeners; want zij worden als het gras weldra afgemaaid en zij zullen als het groene kruid verwelken. Hoop op de Heer en doe het goede; blijf in het land en leef eerlijk! Verheug u in de Heer; Hij zal u geven wat uw hart begeert: Beveel uw wegen in Gods ontferming aan en hoop op Hem! Hij zal alles goed maken en zal uw gerechtigheid voor de dag brengen als een licht, en uw recht als de middagzon.
Hoofdstuk 35: Roban's wijze raad. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] CHIWAR zegt: "Je hebt gelijk in zoverre het de wereldse voorzichtigheid vereist. Maat: onder ons van man tot man gezegd: Als deze schijnbare timmerman echt de beloofde Messias en dus -zoals David Hem in diepste eerbied noemt -Jehova Zelf is, moeten wij ook dan nog langs slinkse wegen Zijn leerlingen worden? Is het dan niet beter om ons meteen onder Zijn hemelse vanen te scharen en ons niet door de streken van satan te laten afschrikken? Wij kunnen door Hem toch geheel verzekerd zijn van het eeuwige leven, gesteld dat wij dit weinig zeggende, armzalige aardse leven, dat toch al erg kort duurt, er bij in zouden schieten?!"
Hoofdstuk 53: De oudsten kunnen geen besluit nemen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] Maar maak nu dat jullie hier weggaan, want deze nieuwe overste is een slecht mens, en de satan toont hem duizend wegen waarop hij jullie geducht zou kunnen schaden; zorg daarom dat jullie verder gaan!
Hoofdstuk 82: Het einde van Johannes de doper. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[19] Na dit antwoord van Roban sprong de nieuwe OVERSTE bijna uit zijn vel van kwaadheid en zei: "Dat doet me allemaal niets! Ik zal toch wel iemand vinden die jullie aan kan, zodat jullie je nog heel erg zullen verbazen, want ik weet ook nog veel dingen die jullie niet weten, en ik ken heel veel wegen, die jullie wel eens niet zouden kunnen kennen!"
Hoofdstuk 83: De nieuwe overste van Nazareth.(23.11.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Ik zeg echter geen ja en geen nee, maar: wilt u blijven, blijf dan; wilt u gaan, ga dan! Want ziet u, Ik heb leerlingen genoeg! Er zijn veel kamers hier in Mijn huis, en alle zijn vol met leerlingen. Buiten in de open lucht ziet u tenten opgesteld; daar wonen Mijn leerlingen. Daar , naast dit kleine vertrek, is de grote werk en tevens eetkamer; daar slapen nu nog, omdat het nog vroeg is, de hoge heren uit Rome, en dat zijn ook leerlingen van Mij. In een klein vertrek daarnaast logeert overste Jaïrus met vrouwen dochter, die Ik tweemaal uit de dood heb opgewekt; en ook hij is Mijn leerling. Als zulke mensen leerling van Mij zijn, kunt u ook wel leerling van Mij worden; maar zoals U ook kunt zien sta Ik niet op u te wachten! Wilt u, blijf dan; en wilt u niet, ga dan! Want die twee wegen staan voor u open."
Hoofdstuk 36: Roban de zoeker. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[20] ROBAN zegt: "Best mogelijk, maar het is ook best mogelijk dat wij al jouw wegen en paadjes nog beter kennen dan jij, en het is maar zeer de vraag of wij al jouw wegen, waarop je heimelijk dacht ons in de rug te komen, al niet versperd hebben! Zoals gezegd, doe maar eens een poging, dan zul je direkt ondervinden wat we je allemaal te vertellen hebben!"
Hoofdstuk 83: De nieuwe overste van Nazareth.(23.11.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] CHIWAR zegt: "Niet met een, maar met tienduizend satans neem ik het alleen op, hoewel ik in de verste verte geen Michaël ben! Je moet alleen maar moed hebben en het slechte loeder alle wegen versperren, dan kan hij met zijn hele hel vol duivels niets doen, maar als je hem eenmaal zwakke plekken toont, waar hij zich gemakkelijk aan kan hechten, dan zou de strijd zeker honderdmaal zo zwaar worden!
Hoofdstuk 89: Chiwar en de satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...