Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

8644 resultaten - Pagina 11 van 577

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[17] Er is geen volk op de hele aarde dat zichzelf niet heel goed zou kunnen helpen, als het maar wilde. Maar waar is de wil? Ja, voor het kwade en slechte heeft een volk meer dan genoeg wil; maar voor het puur geestelijk goede en ware ontbreekt het aan goede wil, omdat dat niet tegemoet komt aan de zinnelijkheid van het vlees, en de ziel van iemand die die goede wil niet heeft, gaat net als de ziel van een heel volk in het gericht en in de dood van de materie over, en kan en wil dan niets meer horen, in zich opnemen en begrijpen van datgene wat van de geest is, van zijn licht en zijn leven. En als men zulke in hun vlees gevangen zielen uit hun slaap wil wakker schudden, worden zij dol en grimmig wild, vallen over degenen die hen willen wekken heen als wolven over lammeren, en wurgen en verscheuren ze meedogenloos zonder enige erbarming.
Hoofdstuk 121: De leiding van de mensheid. Kennis, verstand en vrije wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Toen U in Uw oereeuwige geest machtig de gehele oneindigheid vervulde en ontelbaar vele wezens uit U schiep, was geen schepsel vrij van Uw wijsheid en macht, maar gebonden door Uw wil. Maar nu heeft U Zichzelf gebonden met het vlees van de mensen, Uw schepselen, om Zelf alle schepselen vrij te maken en hen het rijk van Uw eeuwig vrije goddelijke leven binnen te kunnen leiden. 0 Heer van eeuwigheid, wees daarom nogmaals boven alles geloofd en geprezen!
Hoofdstuk 138: De aankomst van de zeven Opper-Egyptenaren De van diep inzicht getuigende woorden van de Egyptenaar tot de Heer. Over de juiste voeding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[5] Daarom moeten jullie je er niet zo erg over verwonderen dat de oude profeten heel vaak grote tekenen verrichtten. Want als pure mensen deden zij uit zichzelf evenmin enig teken, als jullie ooit echte tekenen gedaan hebben; maar omdat zij door hun zuivere levenswandel vaak al van jongs af aan vol waren van Gods geest, verrichtte deze almachtige geest de grote wondertekenen, en deze geest vervulde ook hun harten met het licht van alle wijsheid uit God, en als zij dan vanuit die wijsheid tot het volk spraken, was dat niet meer het woord van een mens, maar het woord van God.
Hoofdstuk 150: Het innerlijke wezen val1 de mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[13] Maar een nog dieper gaande geest beseft ook dat tussen de speciale wil van God in hem en de meest vrije en eindeloos algemene wil in God nog een groot onderscheid bestaat, waardoor hij zijn speciale wil helemaal ondergeschikt maakt aan de algemene goddelijke wil en alleen maar uit eigen kracht iets doet, wanneer hij direct door de enige, eigen wil in God opdracht daartoe krijgt. Wie dat doet, heeft in zichzelf de meest innerlijke en allerhoogste levensvervolmaking bereikt, dat is de levensvervolmaking in de derde graad.
Hoofdstuk 155: De drie graden van innerlijke levensvervolmaking - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[24] Wie niet door volgens de wet te handelen bovenop de berg van de Heer en in Gods huis komt, ofwel tot het innerlijke levende woord uit God en in het levende woord van God in zichzelf komt, herkent ook de ware, innerlijke, levende geest van de wet en de profeten niet.'
Hoofdstuk 171: De Heer legt het tweede hoofdstuk van Jesaja uit. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[14] En zo moet ook in de geestenwereld de geest waar jij mee om wilt gaan er zijn, in ieder geval met zijn wil, zijn liefde en zijn bewustzijn. Zonder dat ben je alleen of de mensen die je soms even ziet zijn niets anders dan fantomen van je fantasie, hebben op zichzelf geen bestaan, geen realiteit en kunnen derhalve ook niet wederzijds met jou omgaan; want alles wat zij lijken te zijn, ben jij zelf
Hoofdstuk 219: Het leven van Julius Caesar aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Tot éénwording van de geest uit God met de geschapen ziel, komt de mens alleen door echt en waar aan de ene ware God te geloven, Hem boven alles lief te hebben en zijn naaste als zichzelf. Wie dat weet en doet zal dan ook in zichzelf ervaren, dat Ik nu de volle waarheid tot jullie heb gesproken!'
Hoofdstuk 221: Adam en Eva, de eerste mensen van de aarde De pre-adamieten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Wat voor zin heeft het als de mens alle schatten van de wereld voor zichzelf zou kunnen verkrijgen maar daardoor grote schade zou lijden aan zijn ziel?! Kennen jullie de korte levensduur van al het vlees op deze aarde nog niet en het uiteindelijke lot van het vlees? Of je nu als keizer sterft of als bedelaar, aan gene zijde maakt dat niets uit! Wie hier veel had, zal aan gene zijde veel moeten ontberen, maar wie hier weinig of niets had, zal aan gene zijde ook weinig of niets te ontberen hebben en zal des te gemakkelijker en eerder de innerlijke en enig ware levende schatten van de geest verwerven.
Hoofdstuk 222: De schijnbare waarde van uiterlijke cultuurontwikkeling - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Hoe meer liefde tot God en zijn naaste een mens in zichzelf waarachtig zal beginnen te voelen en hoe barmhartiger hij in zijn gemoed wordt, des te groter en sterker is dan ook Gods geest in zijn ziel geworden. Want de liefde tot God en van daaruit tot de naaste is nu juist Gods geest in de ziel van de mens. Naarmate die liefde toeneemt en groeit, groeit ook Gods geest in haar. En is ten slotte de hele mens tot zuivere en weldadige liefde geworden, dan heeft ook de volledige eenwording van de ziel met Gods geest in haar plaatsgevonden; dan heeft de mens voor eeuwig het allerhoogste levensdoel bereikt dat God hem heeft gesteld.
Hoofdstuk 223: De weg tot geestelijke voleinding - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[12] Dit hogere vermogen in de ziel, dat eigenlijk het hoogste is, en aan God gelijk, komt voort uit een zuiver essentiële, geestelijke, derde mens, die in de ziel woont. Door hem kan zij het ware van het valse en goed van kwaad onderscheiden, en kan ze vrijuit in alle voorstelbare richtingen denken en volkomen vrij willen; al naar gelang ze zich met haar vrije wil, ondersteund door de geest, op het zuiver ware en goede richt, maakt ze zichzelf langzamerhand volkomen gelijk aan de geest die in haar Woont, dus sterk, machtig en wijs, en is dan als in de geest wedergeboren identiek daarmee.
Hoofdstuk 24: De drie-eenheid in God en mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Het hart heeft een speciaal voor zichzelf levend mechanisme in zich, waardoor het voortdurend moet uitzetten en dan weer samentrekken, daardoor wordt het bloed, dat het lichaam doet leven, met de andere daaruit ontstane sappen naar alle lichaamsdelen gepompt. En door de samentrekkende beweging neemt het hart het bloed ook weer in zich op, om het met nieuwe voedingsstoffen te verzadigen en het vervolgens opnieuw naar buiten te pompen, om er de meest uiteenlopende lichaamsdelen mee te voeden. In deze ontelbaar vele en meest uiteenlopende onderdelen van het lichaam wonen even zovele verschillende natuurgeesten die de stoffen, die aan hen beantwoorden en die nodig zijn voor de voeding en instandhouding van het door een dergelijke geest beheerste lichaamsdeel, uit het bloed halen en ze vervolgens opnemen in de lichaamsdelen die door hen, dat wil zeggen door de geesten zelfbeheerst worden; zo maken ze het hele lichaam krachtiger en sterker, en zonder deze voortdurende eigen activiteit van het hart zou de mens wat zijn lichaam aangaat geen uur lang leven.
Hoofdstuk 24: De drie-eenheid in God en mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] Hoewel echter een volledig in de geest wedergeboren mens maar één volmaakt mens is, bestaat zijn wezen niettemin eeuwig uit een in zichzelf goed te onderscheiden drie-eenheid.
Hoofdstuk 24: De drie-eenheid in God en mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Omdat jullie nu door deze verklaring van Mij hopelijk duidelijk inzien hoe een mens op zichzelf beschouwd, evenals op een lager niveau ook ieder ander ding, uit een zekere te onderscheiden drie geleding bestaat, zullen we tot besluit van deze hoogst belangrijke toelichting overgaan naar het drieënige wezen van God zelf, opdat jullie helder en duidelijk inzien, waarom Ik jullie vanwege de hogere en innerlijke levende waarheid met klem heb moeten aanraden om de mensen, die in Mij geloven en Mijn leer metterdaad hebben aangenomen, in de naam van de Vader , de Zoon en de Heilige Geest te dopen, dat wil zeggen: te sterken.
Hoofdstuk 25: De activiteiten van de drie lichamen van de mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[16] David heeft eens de wens uitgesproken dat zijn ziel, zijn lichaam en zijn geest in de ogen van God onberispelijk bevonden mochten worden. Wanneer de woorden van de oude, wijze koning echter zo luidden, zou men dan ook niet kunnen vragen: wat? Bestaat de mens dan uit drie personen of uit drie mensen? Als dat echter bij de mens al niet kan opgaan, bij wie de splitsing van de drie vanwege zijn ontwikkeling en ware levensvoleinding noodzakelijkerwijs toch duidelijk voelbaar bestaat - hoe zou dan God, die in Zichzelf eeuwig geheel en al volmaakt slechts Eén is, in drie verschillende personen of zelfs in drie goden verdeeld kunnen worden?'
Hoofdstuk 25: De activiteiten van de drie lichamen van de mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Wanneer onder de naam Vader , Zoon en Heilige Geest niet één op Zichzelf staande God, het éne oerwezen, verstaan zou moeten worden, en men in plaats daarvan een van de Vader onderscheiden Zoon en evenzo een onderscheiden Heilige Geest zou moeten aannemen -wat voor God zou de Vader dan moeten zijn?
Hoofdstuk 26: Het wezen van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...