Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2200 resultaten - Pagina 11 van 147

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[27] KORAH zegt: " Ja, dat zal ik van nu af aan doen zoveel als mij maar mogelijk is. Maar jullie zullen het toch niet vervelend vinden als ik op z'n minst voor een jaar mijn standplaats hierheen naar Nazareth verplaats? Want hier bij jullie kan ik echt iets leren, terwijl er in Kapérnaum -en zeker ook in Chorazin, net als in de andere kleine steden aan de Galilese zee -alleen maar ellendige hielenlikkers te vinden zijn!"
Hoofdstuk 86: Korah, de nieuwe overste, Iaat zich raden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] De OVERSTE zegt: "Vertel me eens, hoe het er aan toeging en het ermee stond voor Hij Zich gereed maakte om weg te gaan! Misschien kan ik dan, of eerder nog vriend Chiwar, een betere reden vinden!"
Hoofdstuk 91: De dreiging van Herodes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] Toen Hij dit gehoord had, zei Hij: 'Deze boosaardige proef maakt dat Herodes nooit Mijn leerling zal worden! De aarde is groot, en ik zal nog wel een plaatsje weten te vinden waar de boze apostelen van Herodes Mij niet zullen vinden! Is de Zoon des mensen dan gekomen om dat, wat Hij is, te worden door gehuurde moordenaars? Nee, en eeuwig nee! Wie Mij met moordwerktuigen in de hand vraagt wie Ik ben, die zal in der eeuwigheid geen antwoord krijgen! Het is echter, ondanks dat, tijd dat wij hier weggaan, en laten we dus gaan en zien dat wij op vreemde bodem mensen voor ons winnen, die ook zonder moordwerktuigen tegen ons lichamelijke leven zullen geloven, dat wij zijn wat wij zijn!'
Hoofdstuk 91: De dreiging van Herodes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[16] De OVERSTE zegt: "Dat is nog eens onbaatzuchtig! Echt, dat had ik niet achter je gezocht! Wel, ik ben overste van de synagoge hier in Nazareth en van geheel Galiléa en heb mijn residentie hier en niet in Kapérnaum, je zult me dus wel weten te vinden als je ooit in nood mocht zitten!"
Hoofdstuk 94: Borus geneest een bezetene. In de omgeving van Bethabara. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] JUDAS Iskariot zegt: "Jullie weten er allemaal niets van! Ik heb al lang gemerkt dat hij ons kwijt wilde, maar er was geen gunstige gelegenheid om ons op een goede manier kwijt te raken. Wel, die gelegenheid kwam nu, en hij is ons en wij zijn hem kwijt! Nu kunnen we ons nog zo inspannen om hem te vinden, maar waarschijnlijk zullen we hem nooit meer zien! Maar of dat -onder ons gezegd -van hem nu zo netjes is, dat is een andere vraag!"
Hoofdstuk 96: De leerlingen op de stormachtige zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Als het echt waar is van die beroemde Jezus, dan doe ik alles om hem te vinden en breng hem dan, op mijn knieën naast hem kruipend, hierheen! Want ons toch zo goede en vrije landje heeft het nadeel, dat het steeds maar door allerlei kwade ziektes bezocht wordt. Die ziektes zijn weliswaar niet meteen dodelijk, maar wel erg hardnekkig en men raakt ze niet kwijt!
Hoofdstuk 103: Genezareth. De herberg van Ebahl. (6/7.12.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[22] Zo vertelden ons Roban en een paar honderd getuigen, die wij ondervraagd hebben, dat Hij in Sichar twee oude vervallen huizen, het oude huis van Jozef en Benjamin en het oude slot van Ezau, dat nu in bezit is van de rijke koopman Jaïruth, door Zijn woord in een oogwenk heeft gerestaureerd. Dat heeft Hij zodanig gedaan, dat alle daar wonende bouwmeesters heel openlijk toegeven dat zij voor de restauratie der beide oude huizen ondanks alle inspanning tien volle jaren nodig gehad zouden hebben, als zij zo'n herbouw langs natuurlijke weg hadden moeten klaren! Bovendien stond niet alleen het zeer uitgebreide gebouw voor wat betreft de bouwkundige materialen in een oogwenk daar, maar ook nog naar alle mogelijke behoeften ingericht, en wel in zo'n doelmatige en tevens zeer schone stijl, dat men zoiets van de hand van bouwlieden wel nergens op deze aarde kan vinden!
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] Natuurlijk heb ik mijn geweten al zo grondig mogelijk onderzocht, maar ik kan jammer genoeg niets vinden dat op iets onrechtvaardigs lijkt. Echt, ik zou een aanwijsbare zonde als een wezenlijke weldaad beschouwen, want dan zou ik weten dat ik deze verbanning door de Heer verdiend heb, en een oprecht berouw zou balsem voor mijn hart zijn! Maar nu zoek ik heel ijverig een zonde bij mij, en kan er geen vinden die de moeite waard is om daarvoor in zak en as boete te doen! Heus, ik benijd nu een zondaar! Dat wil zeker niet zeggen dat ik daarom zondaar zou willen worden, maar als ik er een zou zijn, zou mijn hart het gemakkelijker hebben! Oh, hoe heerlijk moet het zijn om voor God en de mensen oprecht boete te doen! Maar hoe kan een rechtvaardige, zonder zich voor God belachelijk te maken, het strenge boetekleed aantrekken?"
Hoofdstuk 96: De leerlingen op de stormachtige zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] BARTHOLOMÉUS gaat verder: "Het mooiste is echter, dat zo nu en dan ook echt gestorven kinderen van rijke ouders worden opgenomen om weer opgewekt te worden, waarbij echter de opgewekte zoon of de opgewekte dochter pas na een jaar of vaak ook twee jaar teruggegeven wordt. Als na veel smeken en voor veel goud en zilver een gestorven dochter of een gestorven zoon in de opwekkingsinrichting van de Essenen wordt opgenomen, gaat er een soort genezer van de Essenen naar de treurende ouders en vraagt heel precies naar alles wat ooit met het gestorven kind te maken heeft gehad. De juiste leeftijd, alles wat het gestorven kind ooit gehoord, gezien en geleerd heeft, wat het graag gegeten en gedronken heeft, hoe zijn of haar slaap en woonkamer er uitzag, wie en hoe de speelgenootjes en vriendjes van het kind waren, wat zij allemaal beleefden en bij welke gelegenheden en op welke plaatsen, kortom, niet de kleinste kleinigheid mag verzwegen worden, - want anders, zegt de Esseen, kan er geen opwekking plaats vinden!
Hoofdstuk 99: De levensbeschouwing van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] IK zeg: "Nu dan, omdat Ik zie dat je met betrekking tot de heiland Jezus niet gedreven wordt door eigenbelang, maar dat je echt enkel en alleen de wens hebt om de lijdenden, van welke nationaliteit ze ook mogen zijn, hulp te brengen -wat dan ook de reden is dat Ik hierheen ben gekomen -, weet dan tot je vreugde en troost, dat Ik die Jezus ben die jij zo vaak tevergeefs hebt gezocht, en de zieken in je herberg zijn op dit moment genezen! Zend je knechten maar naar de herberg en vraag ze of daar nog een zieke te vinden is!"
Hoofdstuk 103: Genezareth. De herberg van Ebahl. (6/7.12.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] EBAHL zegt: " Als u, goddelijke meester, dat goed zou vinden, dan zou ik tevens boden door het gehele land willen sturen!"
Hoofdstuk 104: Zieleheil gaat boven lichamelijk geluk. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[22] De beide ESSENEN zeggen: "Meester, wij erkennen dat U juist heeft gesproken, - en wat ons beiden betreft, wij zullen er alles aan doen om uw woorden in onze grote gemeenschap ingang te doen vinden, maar wij kunnen niets garanderen! Onze broeders zijn zeker niet onmenselijk, achter gesloten deuren kan men ook helemaal vrijuit spreken en men luistert graag, - maar of het besprokene enige uitwerking heeft, dat is een andere vraag! Maar spreken zullen wij beiden en wij weten nu al dat wij zonder meer heel aandachtig aangehoord zullen worden!"
Hoofdstuk 104: Zieleheil gaat boven lichamelijk geluk. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Waar is de wonderbare ark des verbonds, waarboven God zweefde in de vorm van een zuil van vlammen? Ja, een naftavlam kan men te zien krijgen als men Romein is en de tempel daarvoor wat goud en zilver offert, maar van de wonderbare ark des verbonds is geen spoor meer te vinden!
Hoofdstuk 106: Hoe de Romeinse hoofdman de wereld ziet. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] Met deze woorden verlaat de hoofdman snel de kamer en Ebahl prijst hem als een kommandant, zoals er niet veel te vinden zijn, en dat Genezareth zich zeer gelukkig mag prijzen zo'n goede, ervaren en in zijn kring uiterst verstandige legerchef te hebben!
Hoofdstuk 107: De hoofdman krijgt uitleg. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] Maar IK zei tegen hem: "Vriend, laat haar begaan, want zij heeft al het beste deel gekozen! Ik zeg jou en jullie allen: Wie niet zoals dit meisje naar Mij toekomt, zal de weg naar het rijk van God niet vinden! Dit kind heeft hem al gevonden! Jullie moeten met liefde, en wel met de vurigste liefde tot Mij komen, als je het eeuwige leven wilt oogsten!
Hoofdstuk 112: Huisregels en liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...