Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

7187 resultaten - Pagina 11 van 480

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[5] Daarom is het veel beter, dat de liefde en de zachtmoedigheid in de mensen groeit en altijd wakker blijft en dat daardoor de duivels de kans krijgen om te slapen en te rusten zodat ze de aarde geen kwaad doen, dan dat men de duivels met het dreunende lawaai van het geweld wakker schudt, waarna zij dan de aarde en alles wat daarop is te gronde richten! Zeg maar eens, wat je daar tegen inbrengen wilt en kunt!'
Hoofdstuk 76: De mens kent het goede, maar doet het kwade. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Jonaël zegt: ' Ja, ja, voorbehoedmiddelen zijn wel goed en noodzakelijk; maar ze moeten, zoals ik al eerder gezegd heb, ondersteunend en versterkend werken, maar niet verzwakkend en zelfs dodelijk zijn! Met toorn verzacht men nooit toorn, dat gebeurt alleen door liefde, zachtmoedigheid en geduld!
Hoofdstuk 78: Straffen als geneesmiddel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Daarom is het nu juist ook zo dringend nodig om op deze wereld liefde en ware vriendschap te geven en welke vijand dan ook liever goed dan kwaad te doen en diegene te zegenen, die mij vervloekt; want ik kan niet weten wanneer de Heer hem van deze wereld zal wegroepen! Als hij in deze wereld slechts in bepaalde kleine dingen een vijand van mij was, dan zal hij het mij later als geest honderdvoudig in grote dingen terugbetalen.
Hoofdstuk 79: De behandeling van zielsziekten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] De overste zegt: 'Ja, Heer, ik herken nu overduidelijk Uw eindeloze en door niets beperkte liefde en wijsheid en zeg: Als misschien eens alle mensen doordrongen zullen zijn van Uw leer, dan zal de aarde geheel en al in een hemelrijk zijn veranderd! Maar - en dat is een enorm groot maar! - wanneer zal dat gebeuren?!
Hoofdstuk 80: Vermijdt de eigendunk. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Wie heeft je dan verteld dat men echte misdadigers, die vaak erger zijn dan alle wilde beesten, niet moet gevangen nemen en op de een of andere wijze in verzekerde bewaring moet brengen?! Integendeel, de echte naastenliefde gebiedt je dit; want net zo zeker dat je, als een hyena een mens aanvalt, het beest met een scherp wapen zou doden, net zo zeker zul je een eerlijk mens te hulp komen, als die buiten op straat of in huis door een roofmoordenaar werd aangevallen.
Hoofdstuk 81: De Heer is de brug naar de geestelijke wereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Nu komen ook Irhaël en Joram naar Mij toe; ze hebben tranen in de ogen en kunnen van liefde en dankbaarheid geen woord uitbrengen! Ik zegen ze en zeg: 'Wees getroost! Binnenkort kom Ik weer bij jullie!'
Hoofdstuk 82: Afscheid van Irhaël en Joram. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Wie dus Mijn woord geheel in zich opneemt en in zijn handel en wandel daar niet van afwijkt, die neemt daardoor Mij Zelf met al Mijn liefde, wijsheid en kracht in zich op en is daardoor een echt Godskind geworden, aan wien de Vader in de hemel niets van wat Hij heeft zal onthouden!
Hoofdstuk 83: De macht van het woord. De reis naar Galilea. Reis naar Kana in Galilea. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Ik zeg: 'Het verwijt treft dus eigenlijk Mij, want de Vader en Ik zijn Eén! Want de wijsheid van de eeuwige Zoon, die van oorsprong de wijsheid van de Vader is, maakte het grote scheppingsplan en de liefde des Vaders voegde daaraan het grote 'Wordt' toe, en zo werden deze aarde, zon, maan en sterren geschapen!
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Cornelius zegt:' Ik ben het helemaal met je eens; maar het blijft zoals ik gezegd heb, want hij is een gezworen vijand van openbaar en uiterlijk eerbetoon. Uit Zijn vroegste jeugd weet ik me nog te herinneren, dat Hij alleen waarde hecht aan stil en innerlijk eerbetoon, dat zich uit door de liefde van het hart. Maar alle uiterlijke verering vindt Hij zelfs bijzonder irriterend, en als Hij, zoals Hij beloofd heeft, hierheen komt, dan zou je Hem met een openbare vergoddelijking alleen maar uit deze plaats verjagen! Doe alles wat je wilt dus maar in je hart; en vermijd vooral alle openbare plichtplegingen! Want ik ken Hem al sinds Zijn geboorte daar in Bethlehem, en heb sinds die tijd veel van Hem gehoord en veel ook zelf gezien!'
Hoofdstuk 90: De genezing van de vorstenzoon. (5/6.10.1851) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Ik zeg: 'Zo erg wordt het nu ook weer niet! Want ten eerste leef je uit het geloof en de liefde; en ten tweede heeft iedere mens de vrijheid, om zich op ieder moment tot God te richten en Hem om hulp te smeken, en God zal Zijn aangezicht tot de smekende wenden en zal hem uit elke nood helpen!
Hoofdstuk 92: Gods alwetendheid en Zijn leiding. (8/9.10.1851) Onderweg naar Kapérnaum. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Behalve dat heeft iedere mens toch al een onzichtbare beschermgeest meegekregen, die de mens vanaf de geboorte tot aan het graf begeleiden moet! Zo'n beschermgeest beïnvloedt altijd het geweten van de mens, maar zal de aan hem toevertrouwde mens steeds meer aan zijn lot overlaten, als deze, geleid door zijn eigenliefde, al het geloof en al de liefde tot de naaste vrijwillig laat varen.
Hoofdstuk 92: Gods alwetendheid en Zijn leiding. (8/9.10.1851) Onderweg naar Kapérnaum. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[16] Zoekt en vraagt de mens echter alleen maar bij wijze van proef en om zich ervan te overtuigen of er wel iets waar is van God en Zijn beloftes, dan zal God dat negeren! Want God is Zelf de zuiverste liefde en wendt Zijn aangezicht alleen maar naar diegenen, die eveneens uit de ware liefde van hun hart tot Hem komen en God ter wille van Hem Zelf zoeken, Hem als hun Schepper dankbaar willen leren kennen en de vurige wens hebben om door Hem beschermd en begeleid te worden.
Hoofdstuk 92: Gods alwetendheid en Zijn leiding. (8/9.10.1851) Onderweg naar Kapérnaum. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Ik zeg je dat het nu heus niet nodig is, dat je meegaat; maar als je het puur uit jezelf wilt doen uit liefde tot Mij, dan zul je daarvoor niet alleen niets verliezen, maar je zult het in alles tienvoudig terugkrijgen! Want wie het ook is die uit echte liefde tot Mij iets doet, die zal het hier tienvoudig worden vergolden en hierna in Mijn rijk honderdvoudig, en ook wel duizendvoudig en eindeloos!'
Hoofdstuk 93: Naar Kapérnaum. De Heer dwingt niemand. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] En Ik zeg: 'Het maakt niet uit of het kinderen of heidenen zijn! Wie gelooft en de liefde heeft, hetzij Jood, Griek of Romein, die zal aangenomen worden!'
Hoofdstuk 97: Kapérnaum. De zieke knecht van de hoofdman. (17.10.1851) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Degenen, die de zieken naar de priesters en de schriftgeleerden gebracht hebben, zeggen: 'Jullie zijn allemaal leugenaars, als je dit beweert! Hoe kan hij tot de duivel behoren en een dienaar van Beëlzebub zijn, hij, die de mensen het beste geeft en de mensen, die hem volgen, slechts liefde, zachtmoedigheid en geduld leert, en die alles wat hij leert ook helemaal zelf in praktijk brengt?!
Hoofdstuk 98: Het volk daagt de priesters uit. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...