Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

5587 resultaten - Pagina 11 van 373

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[17] Want ieder mens is zo geschapen. en ingesteld dat hij het kwade en het goede, de leugen en de waarheld niet in een hart naast elkaar kan verdragen; het een of het ander, maar in de eeuwigheid nooit allebei tegelijk!
Hoofdstuk 167: Kies uw vrouw met zorg. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[18] Ja, met zijn verstand moet hij beide kennen; maar in zijn hart kan alleen het ene of het andere als basis voor zijn leven aanwezig zijn.
Hoofdstuk 167: Kies uw vrouw met zorg. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Wie niet in zijn hart leert over God, die blijft in de nacht van de wereld, en het licht des levens zal eeuwig verre van hem blijven!
Hoofdstuk 168: Het heilige woord, de wereld en de mensen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[17] Als de mensen veel om de zwakheden van hun broeders gaan lachen, dan verdwijnt het geloof als de zon na zonsondergang, en de liefde in het hart van de mens wordt dan net zo koud als deze nacht nu is, en er zal dan zo'n nood onder de mensen heersen, als er nog nooit eerder is geweest!
Hoofdstuk 169: Over het lachen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[20] Maar als iemand alleen maar voor zijn plezier lacht en voorwerpen, gebeurtenissen en belachelijke praatjes opzoekt, opdat hij geprikkeld wordt om te lachen, dan is hij een nar! Want alleen het hart van een nar kan geprikkeld worden om te lachen; ieder mens, die een beetje wijs is, begrijpt maar al te goed en snel de heilige ernst van het leven, en hij zal er niet gauw over denken om ergens over te lachen.
Hoofdstuk 169: Over het lachen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] De oude vergaf het hen ook dadelijk van gans er harte. Maar de drie engelen kwamen toen naar de vrouwen toe en zeiden: 'Luister naar ons, vrouwen! Deze oude is een nakomeling van Tobias, die blind was, en die we met de gal van een vis weer ziende hebben gemaakt, en alle nakomelingen van deze oude Tobias, die doodgraver was, hebben als ze oud zijn om een bepaalde reden, die alleen God en wij maar kennen, zwakke ogen. Wij zeggen u echter, dat het een grote zonde is en op een lichtvaardig hart wijst, als men om een blinde lacht, in plaats van hem de hand reikt en hem over voetpaden en oneffen wegen leidt. Als jullie niet geweten zouden hebben, dat de oude, die ook Tobias heet, voor meer dan de helft blind is, dan zou je niet gezondigd hebben; maar omdat je wel wist, dat de oude slechts voor de helft ziet, en toch gelachen hebt, zondigden jullie en verdien je een grote straf; maar omdat hij het je na jullie verontschuldiging vergeven heeft, willen wij het je ook vergeven.
Hoofdstuk 169: Over het lachen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[21] Lach in de toekomst daarom niet meer en kijk niet naar grappenmakers en komedianten, die zich ervoor laten betalen om jullie klaar te maken voor de hel. Houdt je hart steeds nuchter, opdat je Gods welgevallen en daarmee de echte eer deelachtig wordt!'
Hoofdstuk 169: Over het lachen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[16] Maar Hij, die in de ware zin van het woord almachtig is, heeft ons allemaal zelfs bedreigd, als we beneden ook maar een woord zouden vertellen van wat hier is gebeurd! Hij zoekt dus geen wereldse roem en werelds aanzien, maar alleen maar de geestelijke groei en vervolmaking van de mensen. Zó wil Hij alleen maar een geestelijke staat bij de mensen vestigen en hen, die niet meer weten waar ze vandaan gekomen zijn weer in het verloren paradijs terugbrengen! En daarom zouden we hem' indien mogelijk, uit deze slechte wereld moeten verwijderen? Nooit of te nimmer! Vervloekt is degene, die zulke gedachten in zijn hart koestert!
Hoofdstuk 172: De vervloeking van de Farizeeër. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[17] Nooit heeft de aarde een grotere mensenvriend geherbergd, nooit een die onzelfzuchtiger was dan Hij is, - en jullie willen de hand aan hem slaan? Vraag.jezelf maar eens af wiens geesteskinderen jullie zijn, en de satan, die in je hart woont, zal het Jullie zeggen en zal jullie antwoorden: 'Ik ben jullie vader!'
Hoofdstuk 172: De vervloeking van de Farizeeër. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[20] Denk er eens over na en raadpleeg je hart of het er met jullie niet letterlijk zo uitziet, en jullie harten zullen hard ' Ja' roepen!
Hoofdstuk 172: De vervloeking van de Farizeeër. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[25] Maar laten we nu wat hogerop gaan, daar op die oostelijke heuvel; van daar uit zullen we de pracht van een zeer mooie zonsopgang te zien krijgen; en dat versterkt zowel de ziel als de ledematen en verwarmt het hart en de nieren.
Hoofdstuk 173: Vastgeroest in hun wereldse voorschriften. (4.5.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] De oude Tobias zei na dit feestelijke ochtenduurtje: 'O Heer! Dat is een andere tempel dan die in Jeruzalem, die voortdurend vol vuil en viezigheid is! Hoe vaak heb ik in mijn leven psalm na psalm gezongen terwijl mijn hart droog bleef als tien jaar oud stro en koud als ijs! En hoe warm slaat het nu voor mijn almachtige schepper! Hoe vaak was ik in de tempel en hoe blij was ik als ik diens steeds stinkende voorhoven mocht verlaten; en hier zou ik een eeuwigheid willen blijven en de grote God, die alle talloze heerlijke dingen heeft geschapen, willen prijzen uit de van liefde brandende diepte van mijn hart! Beste Meester, hoe kan ik U danken voor deze heilige hoge levensvreugde, die ik nog nooit eerder heb ondervonden?!'
Hoofdstuk 174: Gedragsregels voor rechters en wetgevers. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Blijf jij echter in het vervolg vervuld van zulke gevoelens en gewaarwordingen en sluit je hart nooit voor de armere broeder, ook al was hij eens je vijand, dan zal jou mettertijd een grote genade uit de hemel ten deel vallen! Als je allerlei zondaren ziet, veroordeel en verdoem ze dan niet; want -begrijp Mij goed -zij zijn het meestal niet die zondigen, maar de geest die ze daartoe aanzet. Je kunt niet weten door welke geest ze gedreven worden. Er zijn er genoeg, die in hun vroomheid heel gemakkelijk hoogmoedig zouden kunnen worden en die dan al gauw vanaf de vermeende hoogte van hun deugd met veel verachting en afschuw neer zouden willen zien op de zondaren, waardoor ze dan zelf onbewust nog grotere zondaars zouden worden dan degenen, die ze verafschuwen; dan komt er een geest en verleidt zulke mensen tot de een of andere zonde, en de al trots geworden voorvechter van de deugd ondervindt zo aan den lijve, dat hij nog lang geen God, maar slechts een heel gewoon zwak mens is !
Hoofdstuk 174: Gedragsregels voor rechters en wetgevers. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Als jullie echter zouden weten wat het betekent: 'Ik heb een welgevallen aan barmhartigheid en niet aan offers!', dan zouden jullie deze onschuldigen nu in je hart niet vervloekt hebben! (Matth.12:7) Weet dan, blinde en dove Farizeeën: De Zoon des mensen, Die Ik ben, is ook Heer over de sabbat!' (Matth.12:8) De Farizeeën schrokken zo van deze woorden, dat ze meteen achteruit gingen en de leerlingen niet meer verboden om aren af te plukken.
Hoofdstuk 176: Aren lezen op de sabbat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Ik antwoord hem: ' Ja, Ik neem uw uitnodiging aan; want Ik weet dat uw ziel oprecht is. Maar ook Kisjonah met zijn vrouwen zijn dochters is hier; het schip is van hem, en hij is een trouwe leerling en een man naar Mijn hart; heeft u voor hem ook plaats?' Hierop antwoordt de oude man: 'Ook als er nog meer van die families waren! Allen die bij U behoren zijn welkom in mijn huis!'
Hoofdstuk 178: Aan de zee. Genezing van de bezeten man. In Jesaïra. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...