Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3048 resultaten - Pagina 12 van 204

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[5] Wat de geesten in de steen vrijmaakt, zoals het vuur, de strijd, zware druk en zware harde slagen, dat wekt ook de geesten in de mensenharten die veranderd zijn in harde stenen, en maakt ze vrij, vooral de harten van de groten en rijken, die harten van diamant hebben welke door geen aards vuur zacht gemaakt kunnen worden.
Hoofdstuk 139: Een belofte aan de getrouwen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Wie echter het wereldse leven niet alleen niet zoekt, maar het ook uit ware, zuivere liefde voor Mij, afwijst en niet de moeite waard vindt, die zal het eeuwige leven vinden (Matth. 10:39); want meteen na de dood van zijn lichaam zal Ik hem opwekken, hetgeen de jongste dag van het nieuwe leven in de geestenwereld is, en Ik zal hem binnenvoeren in Mijn eeuwige Rijk en zijn hoofd versieren met de kroon van de eeuwige onvergankelijke wijsheid en liefde, en Hij zal dan met Mij en al de engelen van de eeuwige eindeloze hemel eeuwig over de hele zinnen en geestenwereld heersen!'
Hoofdstuk 139: Een belofte aan de getrouwen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Hoewel de ruimte dus in der eeuwigheid nergens eindigt en daarom in de ware zin des woords naar alle kanten oneindig is, is er toch in de eindeloze diepten en verten van de ruimte geen puntje, waar de geest van de wijsheid en macht van God niet net zo aanwezig is als hier nu bij jullie op deze plaats. De echte kinderen Gods, die door de ware liefde tot God, de eeuwige heilige Vader, en ook door de zuivere liefde tot de naaste gekend worden, zullen in het hiernamaals in het grote Vaderhuls de macht en kracht krijgen om in de eeuwig nooit te vullen ruimte steeds meer nieuwe scheppingen te creëren.
Hoofdstuk 140: Het goddelijk geheim in de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Ik zeg: 'Wie zelf komt, kan meer bereiken dan wie een bode of een brief stuurt. De geest van Johannes is groot en groter dan alle geesten, die ooit op deze aarde een lichaam gehad hebben; maar zijn lichaam behoort aan deze aarde, en uit diens zwakheden heeft zich ook een zwakke zielontwikkeld, en zo is het goed!
Hoofdstuk 145: De geest en de ziel van Johannes de doper. In Kis en op de berg van Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Ik zeg tegen Kisjonah: 'Laat ze maar meekomen! Als het teveel voor hen wordt zullen ze wel teruggaan; want geen van hen heeft ooit een berg beklommen! Misschien reinigt de zuivere lucht van deze hoge berg hun harten een beetje.'
Hoofdstuk 151: De berg beeft. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] In stilte gebood Ik echter alle geesten om over Mij te zwijgen.
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Veel leerlingen spraken met de geesten over het leven na de dood van het lichaam, en de geesten waren voor hen een overtuigend bewijs van een verder en volkomener leven na de lichamelijke dood, en zij kregen een inzicht in de aard daarvan.
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Het is wel buitengewoon! Men kan nu als gelijken met deze wezens omgaan en praten. Waar ik me wel een beetje over verwonder, is, dat er hier onder de zeer vele geesten, waarvan ik er enige als persoon heel goed herken, geen aartsvader, geen profeet en net zo min een koning te zien is!'
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Ik zeg: 'Beste vriend en broeder, ook zij leven in de geestenwereld; maar opdat al die millioenen en millioenen geesten hun niet de een of andere goddelijke verering zullen geven, worden ze op een speciale plaats, die voorportaal der hel heet, afgezonderd gehouden van alle andere geesten, en daar verblijven ze in de algehele verwachting dat Ik hen nu in deze tijd vrij zal maken en ze dan binnen zal voeren in de hemelen van het oorspronkelijke verblijf van Mijn engelen, -hetgeen dan ook weldra zal gebeuren.
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Tevens vormen deze geesten van de aartsvaders, profeten en echte koningen een afscherming tussen de werkelijke hel en deze geestenwereld, zodat de hel haar niet verduisteren, verpesten en verleiden kan.
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Ik zeg: 'Je hebt gelijk; het is zoals je gevoel je dat ingeeft. Maar de geesten, die je nu met vele honderdduizenden voor je ziet, zien het verre westen en noorden niet zoals jij het nu ziet; want een geest ziet steeds alleen maar dat, wat met zijn innerlijk overeenstemt.
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[16] Ik zei: 'Ik wil het doen; echter niet vóór het aardse middernachtelijke uur, maar daarná. Onderhoudt je nu met de geesten, maar verraadt niet aan hen dat Ik hier ben; want daar hebben ze vóór de tijd niets aan; want iedere geest moet zijn rijpheid in volle en ongedwongen vrijheid verkrijgen!'
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[15] Kisjonah zegt: 'Heer, het is weliswaar wat vaag, en ik begrijp het nog niet, maar ik denk dat dat voorlopig ook helemaal niet nodig is. Maar omdat U, o Heer, hier nu zo vrijgevig bent met zulke wonderbaarlijke onthullingen, wat zou U er dan van denken om ons naast deze talloze vele geesten ook een paar engelen te laten zien?! Ik heb al veel over de aartsengelen, over de Cherubijnen en Serafijnen, horen vertellen, veel daarover in de Schriften gelezen en ik heb mij daarvan heel verschillende voorstellingen gemaakt die waarschijnlijk zeer onjuist en dus fout waren. U, o Heer, zou mij daarvan wel een juiste voorstelling kunnen geven, als dat Uw heilige wil was!' - Ook de vijf dochters, die de gehele tijd om Mij heen waren, vroegen Mij dat.
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] De oudste stelde toen vragen aan de drie geesten over de maan, en die antwoordden: 'Bekoorlijke! Over de aarde waarop jij woont zouden wij aan jou precies dezelfde vraag kunnen stellen. Je weet niet waarom het nu donker is op aarde en toch stel je daar geen vragen over; waarom wil je dat dan wel over de maan weten, die toch zoveel verder van je af staat dan de aarde, die je draagt?
Hoofdstuk 153: Drie maangeesten spreken over de maanwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Maar op de kant die je vanaf je aarde altijd alleen maar kunt zien, woont geen lichamelijk wezen, geen dier en ook geen mens, maar daar wonen alleen maar ongelukkige geesten die zichzelf moeilijk of ook wel helemaal niet kunnen helpen. - En nu weten jullie alles, wat je weten moet.
Hoofdstuk 153: Drie maangeesten spreken over de maanwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...