Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1361 resultaten - Pagina 12 van 91

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[5] Ik zou de een of andere materie ook wel ogenblikkelijk kunnen maken, of zelfs een heelleger van werelden in een oogwenk kunnen scheppen; maar zo'n wereld zou nu juist daarom heel moeilijk enige duurzaamheid bezitten omdat deze door Mij van tevoren te weinig is gevoed om geheel rijp te worden. Als een groot idee voor het scheppen van een wereld bij Mij echter voldoende is gerijpt en gevoed door Mijn liefde en wijsheid, zal dit ook steeds meer aan intensiteit winnen en daardoor steeds duurzamer worden.
Hoofdstuk 102: Gedachten en hun verwezenlijking. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Als de Farao's niet lang genoeg nagedacht zouden hebben over het bouwen van zulke bouwwerken als bewaarplaatsen voor hun geheime kunsten en wetenschappen, die de tand des tijds gedurende duizenden jaren niet moest kunnen verwoesten, dan zouden deze piramiden er niet meer als gedenktekens van de oerbouwkunst staan; maar omdat de bouwers eerst hun eenmaal opgevatte, en tot een volledige vorm ontwikkelde idee jarenlang gevoed hebben en op die manier hebben laten rijpen, is het ook te begrijpen waarom hun in materie omgezette idee nu nog de reiziger met verbazing vervult.
Hoofdstuk 102: Gedachten en hun verwezenlijking. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Zo is het immers toch ook bij jullie, terwijl jullie al te maken hebben met reeds gevormde materie! Een huis, dat jullie desnoods binnen een dag hebben gebouwd, zal echt geen eeuwen nog minder duizend jaar trotseren! Maar bij bouwwerken waarvan je voor je er aan begon eerst het idee gedurende enige tijd helemaal in je hebt laten rijpen en daarbij eerst zelf door de reflectie van je idee steeds helderder voor ogen hebt gekregen wat er allemaal voor nodig is om zo'n vorm zo duurzaam en volledig mogelijk te realiseren, zul je ook iets duurzaams maken zoals de piramiden, die tot op heden reeds, zoals alle ontwikkelde mensen weten, bijna tweeduizend jaar staan en alle stormen trotseren en nog meer dan viermaal zolang zullen blijven staan, terwijl zij aan de buitenkant nauwelijks verweerd zijn.
Hoofdstuk 102: Gedachten en hun verwezenlijking. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Alles wat nu materie is en genoemd wordt, was eens iets geestelijks, dat vrijwillig Gods goede orde verlaten heeft, op grond van de verkeerde impulsen leefde en daarin verhardde, hetgeen dan de materie vormde en werd. De materie zelf is daarom niets anders dan iets geestelijks dat gericht en uit zichzelf verhard is; nog duidelijker gezegd is het een uiterst grove en zware huid of omhulling van het geestelijke.
Hoofdstuk 103: De ontwikkeling van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Het geestelijke kan echter ondanks alle nog zo harde en grove omhulling nooit zelf volkomen materie worden, maar leeft voort en bestaat in de materie, van welke aard die ook is. Als de materie erg hard is, dan is het geestelijke leven daarin ook erg aan banden gelegd en het kan zich niet op de een of andere wijze verder uiten en ontplooien als er van buiten af geen hulp wordt gegeven.
Hoofdstuk 103: De ontwikkeling van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Alles wat wereld en materie heet, is iets verkeerds dat altijd noodzakelijkerwijs tegen de ware, geestelijke orde van God ingaat, omdat het oorspronkelijk als een tegenwerkende prikkel daarin gelegd moest worden om de vrije wil op te wekken in het tot leven gewekte en als afzonderlijk wezen uit God naar buiten gebrachte, op de juiste wijze gevormde idee, en het is daarom te beschouwen als het echte onkruid op de enige ware en geestelijk zuivere levensakker.
Hoofdstuk 104: De zelfzucht als oorsprong van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Als de zelfzucht haar doel heeft bereikt, verheft zij zich boven alles wat op haar lijkt en ziet in zekere zin dronken van geluk minachtend op alles neer; en deze minachting lijkt op de afkeer die een overvolle maag heeft voor de voor hem staande spijzen, en is dan dat wat men hoogmoed noemt. Daarin bevindt zich reeds zeer veel materie en een heel veld vol met het kwalijkste onkruid.
Hoofdstuk 104: De zelfzucht als oorsprong van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (De Heer:) "Kijk, zoals de mensen nu door eigenliefde, zelfzucht, hoogmoed en de daaruit voortvloeiende heerszucht dermate materialistisch worden dat zij zich daarvan gedurende vele duizenden jaren niet volledig zullen kunnen bevrijden, -evenzo waren er eens oorspronkelijk geschapen geesten die ook door de hun gegeven prikkel te egoïstisch, zelfzuchtig, hoogmoedig en uiteindelijk heerszuchtig werden, en het gevolg daarvan was dat zij veranderden in pure materie.
Hoofdstuk 105: Het ontstaan van de zonnestelsels. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Zolang de nieuwe omhulling teer en week is, heeft het gevangen leven het naar de zin en verlangt niets beters. Maar de aanvankelijk heel tere omhulling wordt door de inwendige activiteit van de geesten, die nu onophoudelijk doorgaan al het stoffelijke dat druk op hen uitoefent uit de weg te ruimen, ook weer harder en grover; daarom streeft het geestelijke leven naar boven, vormt daardoor de grashalm en in het verdere verloop de boomstam en probeert zich tegen de verharding, die van onder af ontstaat en steeds groter wordt, te beschermen door het maken van steeds nauwer getrokken ringen en inkepingen. Maar omdat van deze bezigheid tenslotte toch geen ontkomen aan het algehele verstarren te verwachten is, vernauwen zij het onderste deel van de stam zoveel als maar enigszins mogelijk is en vluchten verder naar kleine takjes, vezels, bladeren haartjes en uiteindelijk naar de bloesem; maar omdat ook dat allemaal al gauw ~eer harder en harder wordt en de geesten voor het merendeel zien dat al hun moeite tevergeefs is, beginnen zij zich weldra in zekere zin te verpoppen en hun toevlucht te zoeken in omhulseltjes, waar zij heel stevig een bij hen passende, betere materie omheen doen.
Hoofdstuk 103: De ontwikkeling van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Daardoor ontstaan dan allerlei zaden en vruchten. Maar het meest zelfzuchtige deel van het in een plant vrijer geworden leven, heeft daar met veel baat bij; want dat, wat zich opsloot in een stevige kiemomhulling, moet even vaak dezelfde weg gaan als het aantal keren dat het zaad in de vochtige en met leven verzadigde aarde komt. Het andere, meer geduldige levensdeel, dat het zich liet welgevallen om in de onderste materie als schildwacht en als drager van het actieve, vreesachtige en ongeduldige leven achter te blijven, vergaat snel en gaat al gauw in een hogere en vrijere levenssfeer over, omhult zich weliswaar nog steeds, maar gewoonlijk reeds met een bij hem passende diervorm; en van wat als vrucht door dieren en zelfs mensen verteerd werd, wordt het grovere gedeelte gebruikt voor de vorming en voeding van het lichaam, het edeler deel wordt een zenuwsterkende en tot leven wekkende geest en het edelste deel wordt substantie van de ziel."
Hoofdstuk 103: De ontwikkeling van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] In die heerszucht komt dan de hardste materie tot uitdrukking; een geheel tot graniet verharde planeet kan rekenen op een keur van alle mogelijke kwade elementen. Een bewijs dat de heerszucht en daarmee het werkelijke heersen gelijk staat met de dichtste materie, leveren de buitengewoon solide burchten en vestingen waarachter de heersers zich verschansen. Meerdere klafters dik moeten de muren zijn en bemand met sterke strijders, opdat niemand in staat zal zijn die allergrofste materie ooit te doorbreken en de heerser te belemmeren in zijn hoogmoedige rust. Wee de zwakke als hij het zou wagen slechts één steen uit de vesting van de heer wrikken; die zal weldra vermorzeld en vernietigd worden!
Hoofdstuk 104: De zelfzucht als oorsprong van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Ik heb het hier echter niet over die heersers en regenten die Gods orde hier ter vermindering van de heerszucht van iedere enkeling heeft aangesteld om als pijlers en in stand houders te dienen van deemoed en bescheidenheid, liefde en geduld; want deze door God aangestelde regenten van de volkeren moeten dat zijn wat zij zijn, en kunnen niet anders handelen dan op de manier waarop zij gedreven en geleid worden door de wil van de almachtige God, ter verbetering van de volkeren. Hier gaat het alleen maar over dealgemene, echte heerszucht van iedere afzonderlijke geest en ieder afzonderlijk mens, en hier is getoond wat heerszucht in feite is. Ja, er waren wel heersers die men erge tirannen noemde! Die zijn uit het volk opgestaan, rebelleerden tegen de door God aangestelde heersers, zoals eens Absalom tegen zijn eigen vader David. Zulke heersers zijn niet door God aangesteld, maar door zichzelf, en daarom zijn zij slecht en een waar onkruid en overeenkomstige vormen van de hardste materie.
Hoofdstuk 104: De zelfzucht als oorsprong van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] Uit de nu als laatste beschreven ineenschrompeling ontstonden, en ontstaan nog, de planetaire zonnen, zoals die welke deze aarde beschijnt. De zonnen van deze soort zijn weliswaar in wezen veel teerder en zachter dan de centraalzonnen, maar bezitten toch een kolossale hoeveelheid zware materie tengevolge van de eigenliefde van hun aeonenmaal aeonen geesten, door welke eigenliefde nu juist zo'n zon zich tot een klomp gevormd heeft. Voor de meer edele en betere geesten in deze lichtklomp wordt mettertijd de druk van de kant van de lagere geesten die geheel materie geworden zijn, dan toch weer veel te zwaar en onverdraaglijk. Het gevolg daarvan is, net als bij de eerdere zonnen, gewelddadigheid en uitbarsting na uitbarsting, en de betere geesten maken zich vrij.
Hoofdstuk 105: Het ontstaan van de zonnestelsels. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Maar enkele verzamelingen van geesten, die zich ook met de beste voornemens uit de zonneklomp losmaakten, konden toch weer niet geheel vrijkomen van de eigenliefde en begonnen zich opnieuw langzaam maar zeker aan de in hen gelegde oerprikkel over te geven; van het een kwam al gauw het ander en zo ging het ongemerkt steeds maar verder!
Hoofdstuk 105: Het ontstaan van de zonnestelsels. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Niet lang daarna werden zij als nevelige kometen met een lange staart reeds stoffelijk zichtbaar. Wat betekent die staart? Hij is een teken van de honger van de reeds stoffelijk wordende geesten en het grote verlangen naar stoffelijke verzadiging. Dit verlangen onttrekt uit de ether de materie die van haar gading is, en zo'n komeet dwaalt als een samenvatting van geesten die reeds zeer stoffelijk geworden zijn, dan nog vele duizenden jaren in de grote etherruimte rond en zoekt als een verscheurende wolf naar voedsel.
Hoofdstuk 105: Het ontstaan van de zonnestelsels. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...