Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3023 resultaten - Pagina 12 van 202

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[15] Als dat vaststaat, krijg ik deze buitengewoon mooie vrouw direkt uit handen van mijn God, mijn schepper, en daarom hoef ik niet meer te vragen of ik met haar gelukkig zal zijn!
Hoofdstuk 236: Het huwelijk van Faustus en Lydia. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Philopold gaat nu naar de leerlingen, en bijna op hetzelfde ogenblik melden de opzieners, dat reeds alle uitgenodigden uit Kapérnaum en Chorazin zijn aangekomen, en zij vragen, wat er nu moet gebeuren.
Hoofdstuk 237: Vervolg van de rechtszitting. (20.7.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Ik, dezelfde Christus die voor tweeduizend jaar als God en mens op deze aarde leerde en werkte, geef in deze tijd dit gebeurde van lang geleden door een daarvoor uitgekozen knecht opnieuw aan de mensen. Nu zou iemand wel eens kunnen vragen:
Hoofdstuk 241: Een woord voor onze tijd. (26.7.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Men moet daarom ook niet zo voorbarig zijn om te vragen, waarom niet zelden, kinderen die beslist niets misdreven hebben of althans niet toerekeningsvatbaar zijn, door Mij lichamelijk harder aangepakt worden dan oude zondaars, die hun zonden net zo moeilijk zouden kunnen tellen als het zand van de zee.
Hoofdstuk 241: Een woord voor onze tijd. (26.7.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Maar tot nut en voordeel van de mensen die geen tekenen vragen, kun je in stilte tekenen doen zoveel je wilt, en dat zal niemand tot zonde verleiden en nog minder een gericht voor hen zijn. Heb je echter vóóraf tekenen ten bate van de mensen gedaan, dan mag je vervolgens aan de betreffende mensen ook wel een leer geven, als ze dat wensen; wensen zij dat echter niet, geef hen dan alleen een ernstige waarschuwing voor de zonde. Maar geef geen verdere leer; dan zien degenen die geholpen zijn, je aan voor een magische dokter en brengt het teken hen niet in een verder gericht.
Hoofdstuk 3: Het juiste gebruik van wonder en geneeskracht. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] IK zeg: "Vriend! - Ik zeg je: Juich niet te vroeg! De ene kraai pikt de andere de ogen niet uit! Het zal de elf binnen de muren zeker niet naar wens gaan! Zij worden weliswaar niet gedood, maar in plaats daarvan levenslang in de eeuwige altijd aanwezige boetedoeningcel opgesloten! Maar in de openbare verontschuldiging aan Rome zullen ze als wol zo wit gewassen worden, en dan zal men eerst van jou verdere uitleg eisen, en je zult erg veel moeite hebben om alle vragen uit Rome naar tevredenheid te beantwoorden. Er zal je weliswaar geen haar gekrenkt worden, maar je zult een zekere overlast nauwelijks kunnen voorkomen als je niet met de vereiste getuigen en andere aanwijzingen op de proppen komt. Daarom laat Ik Pilah bij jou; hij zal je bij alles goed van dienst zijn. Laat hem echter zo snel mogelijk Romeinse kleren aantrekken, zodat hij door de in Kapérnaum gestationeerde collega's niet wordt herkend! Want Ik kan je wel zeggen: satan heeft zijn regiment lang zo listig niet georganiseerd als dit slangenbroed. Wees jij dan ook behalve zoals altijd zachtmoedig als een duif, sluw als een slang, anders speel je het niet klaar met dit geslacht!"
Hoofdstuk 2: Het hart van een dief. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] Kisjonah laat nu alles te voorschijn halen, Baram, die nog steeds geen afscheid van ons kon nemen, laat door zijn mensen zijn overgebleven wijn en broodvoorraden halen. Jaïruth en Jonaël, die Mij ook niet wilden verlaten vragen Mij eveneens of ze op deze tocht mee mogen.
Hoofdstuk 4: De druipsteengrot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] IK zeg: "Vriend, bekijk nu alles wat er te zien is, en vraag niet zo veel; de logische verklaring komt nog. Er zal hier nog veel te zien zijn, waarover je nog meer verbaasd zult staan, maar ook dan moet je geen vragen stellen! Als wij uit de grot weer buiten zijn, zal Ik jullie allen al deze dingen uitleggen."
Hoofdstuk 4: De druipsteengrot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Faustus beveelt nu meteen de dienaars om al deze schatten naar buiten te brengen. Maar als zij daarmee beginnen, zijn ze niet sterk genoeg om de vele zware metalen kisten op te tillen, en zij vragen Mij of ik hen de daarvoor nodige kracht wil geven!
Hoofdstuk 5: De geschiedenis van de gevonden schat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] FAUSTUS zegt: "Ja, Heer en Vriend, ik begrijp het precies! En daarom wil ik U niet meer vragen naar de reden van het ontstaan van de scheppingen in deze grot."
Hoofdstuk 5: De geschiedenis van de gevonden schat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] IK zeg: "Daarom zeg Ik jullie allen, dat je hierover zwijgt, en ook zelfs de vrouwen er niets over vertelt; want Ik heb ze deze keer niet mee laten gaan, omdat ze bij bijzonder ongewone voorvallen ondanks alle verboden hun tongen niet in bedwang kunnen houden. Daarom moeten jullie je vrouwen niets over de buitengewone voorvallen vertellen die hier plaats gevonden hebben! Je kunt hen wel de vorm van de grot beschrijven en hen ook vertellen over de nieuw gevonden schatten; maar verder geen woord!" -Allen beloven dat heel plechtig, en wij vervolgen dan rustig onze weg naar Kis en komen daar juist bij zonsondergang aan. Natuurlijk komen de thuisgelaten vrouwen en meisjes ons gezamenlijk tegemoet en weten niet hoe snel ze vragen moeten naar de wonderlijke dingen wij nu weer beleefd zouden hebben. Maar ze krijgen te verstaan dat het nog te vroeg is om te vragen, en dat er alleen maar sprake is van het opgraven van een schat die de Farizeeën nog verzwegen hadden. Hiermee zijn de vrouwen tevreden en zij vragen verder niet veel meer.
Hoofdstuk 6: Het ontstaan en verdwijnen van de druipsteengrot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Faustus gaat daarop met de door hem meegenomen lijst naar de onderrechter en stelt hem dezelfde vragen als de wacht; maar de onderrechter weet van de hele zaak net zo weinig als de eerder ondervraagde wacht. Als Faustus merkt dat niemand in Kis iets van de bezorging van de schatten, weet, zegt hij bij zichzelf: Omdat ze geen van allen iets weten, zal ik ze verder nergens op wijzen, opdat deze zaak daardoor niet zonder noodzaak onder het volk bekend zal worden!"
Hoofdstuk 7: Het loflied van David. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] Faustus zegt: "Beste, zeer wijze Heer, Meester en Vriend! Werkelijk, Uw woorden klonken wel heel wijs, maar de juiste betekenis ervan is mij ditmaal ontgaan! Hoe nu op een bepaalde manier hemel en hel op één plaats bij elkaar kunnen liggen, zodat blijkbaar het ene het andere zou moeten doordringen, dat is voor mij als nog erg materialistisch denkend mens een onmogelijke zaak! Maar hoe tenslotte uit mijn hart een oneindig gelukkige of ongelukkige oneindigheid moet voortkomen, is me nog onbegrijpelijker dan al het andere! Daarom moet ik U wel vragen, of U mij daarover nog een begrijpelijker uitleg wilt geven, want anders ga ik, ondanks al het licht op de helderste geestesmiddag, blind hiervandaan naar huis!"
Hoofdstuk 8: Over het rijk der hemelen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] JAÏRUS zegt: "Ook al zou dat laatste niet meer mogelijk zijn, dan wil ik toch gaan en Hem duizend maal om vergeving vragen, omdat ik Hem, weliswaar slechts gedwongen en niet vrijwillig, heb beledigd en leed aangedaan!"
Hoofdstuk 11: Het berouw van Jaïrus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] Toen dorst niemand meer verder te vragen en aan te dringen, en wij gingen naar de grafkelder, en Ik keek naar het al heel erg stinkende lijk en vroeg aan Jaïrus of hij nu soms nog meende, of zelfs maar geloofde, dat zijn dochter schijndood zou zijn?
Hoofdstuk 12: Sarah's tweede opwekking uit de dood. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...