Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

13994 resultaten - Pagina 12 van 933

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[4] Bij de liefde behoren de ware deemoed, zachtmoedigheid en geduld, omdat de ware liefde zonder deze drie niet kan bestaan en geen echte en zuivere liefde is.
Hoofdstuk 241: Het rijk van God in het hart van de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] Waarlijk, Ik zeg jullie, alle engelen, alle hemelen en alle werelden met al hun wijsheid kunnen jullie in der eeuwigheid niet geven wat je kunt bereiken als je een broeder die in nood verkeerde, met al je kracht en al je middelen echt hebt geholpen! Niets is hoger en staat Mij nader, dan alleen maar de ware daadwerkelijke liefde!
Hoofdstuk 1: De ware wijsheid en het levende eerbetoon aan God. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Risa daarentegen observeerde zijn twee lijken en dacht er alleen maar over na, of deze met de door hem waargenomen voorbehandeling, en uiteindelijk door de kracht van Mijn naam, niet weer in het leven terug te roepen zouden zijn. Anderen om Mij heen dachten erover na, waaruit het zeer belangrijke wel zou bestaan dat Ik na de ingelaste korte rust zou doen. Kortom, ofschoon allen uiterlijk schenen te rusten, waren zij toch innerlijk in hun hart erg bezig, maar niemand zag er kop of staart aan. Philopold, Murel en Kisjonah staken de hoofden bijeen en beraadslaagden druk over wat er toch wel komen mocht. Cyrenius en Ebahl en Jarah dachten ook diep na en konden niets bedenken wat er nu nog zou kunnen gebeuren. Want zij dachten dat er geen nieuwe dingen meer te bedenken waren.
Hoofdstuk 8: Uiterlijke rust en innerlijke activiteit. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] ZINKA denkt daar wat over na en zegt na een poosje: "Beste vriend! Hoewel die leer wat gedurfd is, is er niets tegen in te brengen. Het wezen ervan is, als er tenminste een God is Die zich ook maar iets om de stervelingen bekommert, duidelijk goddelijk! Weliswaar hebben ook andere grote wijzen de grondregel opgesteld dat de zuivere liefde de oerkiem van al het leven is en dat de mensen de liefde het meest zouden moeten bevorderen omdat slechts uit de liefde al het heil voor de mensen zou kunnen opbloeien. Maar zij verklaarden het zuivere wezen van de liefde niet. De liefde heeft echter even vaak goede als kwade kanten en uiteindelijk weet men niet welke kant van de liefde men dan eigenlijk voor het welzijn moet beoefenen.
Hoofdstuk 19: Zinka's opvatting over de leer van Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] RAPHAËL zegt: "Waarom heb je het mij dan gevraagd?! Ik wilde het eigenlijk toch al niet, maar nu ik de toon niet meer terughalen kan, maakt dat niets uit! Bedenk, dat in Gods hemelen alles moet lijken op deze toon, dan zul je je in het vervolg des te ernstiger inspannen om je leven zo in te richten dat het in al zijn uitingen, gevolgen en instellingen op deze toon lijkt. Wiens leven echter niet op deze toon zal lijken, zal niet in het rijk van de eeuwige en zuivere liefde binnengaan.
Hoofdstuk 23: Omgang met God door het innerlijke woord. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] Ik wenk ZINKA nu en hij gaat meteen naar Zorel en zegt: "Broeder, de Heer, die almachtig en vol erbarming, goedheid en liefde en wijsheid is, wil dat ik je, enkel door het opleggen van mijn levenskrachtige handen, zal genezen. Vrees niet, maar vertrouwen wordt dan een ander mens, en daarna zal niets je onthouden worden wat je maar enigszins lichamelijk en geestelijk tot wezenlijk heil kan strekken! Wil je het en vertrouw je mij, je ware vriend en broeder, sta mij dan toe dat ik je mijn handen opleg!"
Hoofdstuk 48: Zorel komt tot zelfkennis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] De behoefte van de liefde drukt zich uit in vormen van licht. Maar de vormen ontstaan en vergaan meteen weer, zoals bij een mens de beelden achter de oogleden van de gesloten ogen tijdens een verhitte fantasie. Er komen steeds weer andere beelden, zij worden groter en nemen langzaam maar zeker meer blijvende en herkenbare vormen aan. Maar bij de voltooide mensen, zoals dat bij mij nu natuurlijk maar voor korte tijd het geval is, blijft de gedachte in zijn vorm bestaan omdat hij, door de wil gegrepen, meteen door een snelle omhulling in de opgetreden vorm wordt vastgehouden en deze niet meer kan veranderen. Omdat de omhulling echter oorspronkelijk slechts heel etherisch teer en daarom ook doorschijnend is, dringt er van de schepper van de nu vastgelegde gedachte voortdurend meer licht en warmte naar binnen. Dit vergroot het eigen licht en de eigen warmte van de vastgelegde gedachte, die oorspronkelijk uit deze beide geestelijke elementen ontstond. De zo gevormde gedachte begint zich al gauw meer en meer te ontwikkelen en wordt volgens het licht van de wijsheid en de volmaakte kennis, waarvoor iedere constructie, ook al is die nog zo kunstig helderder dan de helderste dag is, in al haar noodzakelijke delen, verbindingen en opbouw, doelmatig en als een zinvol geheel ingericht. Als de gedachte eenmaal de organische inrichting heeft, begint in haar zich hierin ook al een eigen leven van zichzelf bewust te worden en zich voor te bereiden.
Hoofdstuk 56: Het wezen van de mens en zijn creatieve roeping. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Ik zeg je: In iedere dauwdruppel, hoe helder die ook trilt aan de punt van een grasspriet, zie ik als in een zee reeds myriaden wezens die in alle richtingen rondzwermen! Het water van de druppel is slechts een eerste en algemene omhulling van een gedachte van God. Daaruit halen de daarin gevangen geestjes hun afzonderlijke omhulling en dan bestaan zij al meteen in een wat meer bepaalde vorm, die al sterk afwijkt van de algemene uiterlijke vorm. Daardoor verdwijnt de druppel als waterparel, en de vormen die zich daarin nieuw gevormd hebben tot larfjes die reeds leven bezitten, kruipen dan over de planten of andere dingen, waaraan de waterdruppel zich heeft gevormd. Daar gaan deze larfjes, doordat zij zich verenigen, weldra over in een andere vorm, en honderdduizenden vormen er één. Een nieuw omhulsel wordt om de nieuwe vorm gevormd, daarin worden de vele kleine vormen door de invloed van licht en warmte tot een doelmatig organisme van de nieuwe en grotere vorm getransformeerd. Het zo ontstane nieuwe wezen begint zich daarna opnieuw voor te bereiden voor een volgende overgang naar een meer volmaakte vorm, waarin het weer actie gaat ondernemen voor een nog hogere en nog meer volmaakte vorm. En zo is de bezigheid van ieder wezen dat reeds in een bepaalde vorm is opgenomen, kennelijk niets anders dan een goede voorbereiding voor een hogere en meer volmaakte vorm om het zieleleven steeds meer te stabiliseren en uiteindelijk in de menselijke vorm van het zuiver geestelijke leven over te doen gaan.
Hoofdstuk 57: De ontwikkelingsgang van de natuur. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Maar nu nog iets, beste vriend! Kijk, ik ben hierheen gekomen om van de verheven stadhouder die bepaalde aalmoes te krijgen. Wat denk je, zal hij daarvoor open staan? Als er niets te verwachten is, dan zou jij er in ieder geval wel bij hem je best voor kunnen doen dat ik weer naar huis mag gaan. Want wat moet ik hier verder? Ik geef niets om al die theosofische en ook filosofische, wijze ophef. Mijn theosofie en filosofie bestaan in het kort hieruit: Ik geloof aan dat wat ik zie, dus aan de natuur, die zich de eeuwen door steeds weer vernieuwt. Verder geloof ik ook dat eten en drinken de twee allernoodzakelijkste voorwaarden zijn om te leven; maar aan nog meer geloof ik niet zo gemakkelijk.
Hoofdstuk 59: Zorels materialistische geloof. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Wie de anderen, de naasten, aan zich dienstbaar kan maken, doet juist en goed, want een dom mens is niet meer waard dan een domme hond! Laat de sterkere en slimmere hem maar doodslaan, zijn goederen in bezit nemen en deze dan op iedere mogelijke manier op leven en dood proberen te beschermen tegen aanvallen van buitenaf! Als hem dat lukt, wordt hij weldra een groot en vrij heer; kan hij dat niet dan geschiedt hem ook recht, omdat hij met iets begonnen is waarvan hij, als wijs man, lang genoeg vooruit had moeten zien dat het hem niet zou lukken. Kortom, voor de dommen is er niets beter dan de vernietiging. Als zij er niet meer zijn, hebben voor hen alle wetten, alle vervolgingen en alle onmenselijke straffen voor eeuwig opgehouden! Liever niet bestaan dan ellendig bestaan; tienduizend jaar van grote gelukzaligheid weegt niet op tegen één uur ware ellende!
Hoofdstuk 59: Zorels materialistische geloof. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Nu heb ik je slechts een klein voorproefje gegeven van de feiten, opdat je zien en beseffen kunt hoe het gesteld is met de geestelijke dingen. Maar aan dat alles heb je nog weinig of niets; je moet nu vernemen wat je moet doen om je geest te ontwikkelen. Ik ben echter nog lang niet gerechtigd om dat voor je uit te stippelen, maar dat is wel een ander die ook bij ons is en wiens gehele wezen volkomen doordrongen is van Gods geest. Hij zal je eerst de weg der waarheid wijzen en omdat Hij Zelf geest der geesten is zal Hij door je vlees tegen je geest roepen: ' Ontwaak in de liefde tot God en daaruit tot je broeders, in de naam van Hem die eeuwig was, is, en ook eeuwig zijn zal!' - En zeg mij nu, watje vindt van alles wat ik je nu verteld heb!"
Hoofdstuk 76: Het geheim van het innerlijke geestesleven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Als je echter naar Hem toegaat, ga dan in de liefde van je hart naar Hem toe en niet puur verstandelijk! Want alleen door de liefde kun en zul je Hem winnen en Hem in Zijn goddelijkheid ook begrijpen; maar met het verstand zul je eeuwig niets bereiken! Want slechts de reine liefde is in staat om steeds toe te nemen, terwijl het verstand grenzen heeft die het nooit zal kunnen overschrijden. Maar de liefde van de mens tot God is, zoals gezegd, in staat om eeuwig toe te nemen, en hoe krachtiger de liefde tot Hem in je zal worden, des te lichter wordt het ook in je gehele wezen! Want de reine liefde tot God is een levend vuur en een stralend licht. Wie in dit licht wandelt, zal de dood in eeuwigheid met zien, zoals HIJ Zelf gezegd heeft. -En nu weet je al behoorlijk veel. wek jezelf op in je hart en ga naar Hem toe!"
Hoofdstuk 77: Zorels besluit om zich te verbeteren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] ZOREL zegt, geheel bevangen door zijn verbazing over de grote waarachtigheid en zuiverheid van Mijn tamelijk uitvoerige, praktische levensles: "Heer en eeuwige Meester van het hele bestaan en leven! Ik heb, wat mij betreft, U ook zonder de voorafgaande, praktische levensles herkend en beseft, dat wat U zegt geen mens, maar alleen een God, die de hemel en deze aarde en de mensen schiep, heeft gesproken. Maar daarom zal ik met des te meer kracht ook alles in de praktijk van mijn leven toepassen wat U, o Liefde der liefde, mij nu vol genade hebt geleerd!
Hoofdstuk 84: Zorels goede voornemens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] De bestemming van al Mijn kinderen is, dat zij zich hier op aarde voortdurend zullen oefenen in de toekomstige grote werken in Mijn hemelen; want daar zal alles enkel en alleen door de liefde gedaan worden en iedere wijsheid die niet voortkomt uit het vlammenlicht van de liefde, zal in Mijn hemelen nooit of te nimmer opgenomen worden en daarom ook niets te doen krijgen!"
Hoofdstuk 97: Het juiste beoefenen van de naastenliefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (De Heer:) "IK zeg: "Niets gemakkelijker dan dat! Ik heb jullie al laten zien hoe ieder mens de weg van de wet moet volgen om tot vrijheid en zelfstandigheid van zijn bestaan en leven te komen. Als er echter een wet bestaat die de mens als van buiten af wordt gegeven, dan moet er toch ook een aandrang in de mens zijn om die wet liever met gemak en plezier te overtreden, ook al is het maar voor even, dan zich er heel streng aan te houden. Zo werden door Mij, voordat al het stoffelijke geschapen werd, geesten in het leven geroepen. Hoe dat plaats vond heb ik jullie al zo beschreven dat je het wel moest begrijpen; want zelf houden jullie tegenwoordig, als je iets tot stand brengt, nog geheel dezelfde volgorde aan.
Hoofdstuk 102: Gedachten en hun verwezenlijking. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...