Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

5489 resultaten - Pagina 14 van 366

...  2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27  ...
[20] O Vader, zie daarom genadig op mij, stoffige worm, neer en maak mijn tong los, indien dat Uw heilige wil is, zodat ik in het aangezicht van mijn vaderen, broeders en kinderen in staat ben te spreken ter verheerlijking van Uw naam! - U weet dat Enos, Kenan, Mahalaleël en mijn vader Jared altijd de grote heerlijkheid van Uw allerheiligste naam gepredikt hebben; O laat mij daarom geen onwaardige zoon van mijn vrome vaderen zijn!"
Hoofdstuk 41: De benoeming van Henoch tot prediker - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[21] Toen ik met mijn geopende geestesoog in het hart van de vleselijke ziel er voldoende lang naar had gekeken, hief ik met beklemd hart mijn ogen op naar de top van de duistere zuil en zag daar, o luister, jou, Jared, de zoon van mijn zoon Mahalaleëls eerste gezegende liefde, in volle ernst met een naar boven gewend gelaat om liefde smeken tot de eeuwige, heilige Vader voor de in woede ontstoken en onderling botsende, wurgende, elkaar vermoordende baren!
Hoofdstuk 42: Kenans gezang over de tien zuilen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] En zie, toen Adam de grote bereidwilligheid en de grote liefde van zijn kinderen zag, sloeg hij nog voor hij een hap had genomen zijn ogen op naar de hemel en zei: "O, grote, goede, boven alles heilige Vader, hoe groot toch moet Uw liefde voor ons zwakke, ongehoorzame mensen zijn als reeds de kleinste vonk van Uw oneindige liefde mij, oude en zwakke eerste mens op aarde, zo mild en heerlijk uit mijn nakomelingen en Uw kinderen tegemoet straalt! O Vader, zie vanaf Uw heilige hoogte met genade neer op Uw zwakke, gevallen zoon, wiens val al zijn nakomelingen meegesleept heeft en zegen in Uw mildheid ook de lieve gave van mijn nakomelingen en Uw lieve kinderen, zodat deze mij en mijn trouwe vrouw sterken mogen in ons voortdurend berouw over onze ongehoorzaamheid tegenover U, o Gij meest heilige, goede, liefdevolle Vader! Zegen echter ook deze lieve kinderen van U en laat het in Uw genade gebeuren, dat Uw heilige naam te allen tijde geprezen, geloofd en verheerlijkt zal mogen worden! Amen."
Hoofdstuk 45: Adam zegent zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[5] En Seth stond op en zei: "O, lieve vader en lieflijke moeder! Het zou ongepast zijn dat, al zouden jullie ook maar een halve dag honger hebben geleden, wij uit grote liefde voor jullie niet ook het onverdiende ongemak met jullie zouden delen, want daaraan zijn wij schuldig, omdat wij pas zo laat naar jullie toegekomen zijn; laat ons daarom uit grote liefde voor jullie en door jullie en met jullie tot God, vandaag geen spijzen meer tot ons nemen, opdat wij in staat zijn God des te zuiverder en waardiger te loven en te prijzen in onze zeer gelukkige nuchterheid! O vader, neem ons kleine, terechte offer in genade aan; en veroorloof dan jouw nakomeling Henoch om voor jou en ons over de liefde van God te spreken, opdat zijn mond ook door jouw zegen geheiligd zal mogen worden, zoals die in onze aanwezigheid door God geheiligd werd door je overleden zoon Abel! O vader, voldoe genadig aan mijn vrome wens! Amen."
Hoofdstuk 45: Adam zegent zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[11] "O grote God, o heilige Vader, Gij eeuwige Liefde vol onmetelijk erbarmen en vol heilige genade! Hoewel ik wel weet dat U slechts de woorden in het hart waardeert en niet naar de klank van de tong luistert en de ademtocht van de longen niet aanziet en ieder gebaar van het vlees geringschat, zal ik evenwel op het vrome verzoek van Uw zoon Adam mijn tong aanzetten om U te loven.
Hoofdstuk 49: Adams en Henochs ochtendgebed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] En toen Adam dit oprechte gebed had beëindigd, zie, toen wendde hij zich tot de nog zachtjes biddende Henoch en zei: "Henoch, kijk, ik heb nu hardop voor God en voor jou gebeden en ik heb een grote kracht verkregen, zodat ik in staat zal zijn jullie allen waardig en doeltreffend te zegenen; dus valt mijn eerste zegen op jou! - En daar je nu gezegend bent, sta op en zeg ook jouw gebed hardop voor God en voor mij, opdat wij, ik en jouw moeder, naar waarde geschat en met bijzondere vroomheid door jouw zachte morgenrood in je met liefde vervulde hart gesticht mogen worden. Jij hebt mijn gebed gehoord, waarin ik mijn menselijke en vaderlijke hartewens uit de innerlijke diepte van mijn hart getrouw bij de Heer naar voren bracht; maar aangezien jij niet als een vader kunt bidden, maar als een zoon, laat daarom de stem van de kinderlijke liefde van je hart luid opklinken! Amen."
Hoofdstuk 49: Adams en Henochs ochtendgebed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] Maar toen hij bij de nabijgelegen woning van Seth kwam, bleek dat deze nog sliep en hij waagde het niet hem te wekken, omdat Seth na Adam een zeer gezegende vader voor hem was. En toen hij vervolgens zijn blik onderzoekend op de met sterren bezaaide hemel richtte om aan de sterkte van de ochtendschemering het tijdstip van de zonsopgang te meten, zie, toen kwam Jared naderbij, zegende Henoch en zei tegen zijn zoon:
Hoofdstuk 51: Jareds vreugde over zijn zoon Henoch - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] Want jij kunt niet naar buiten gedreven zijn door hetgeen mij verhinderde te slapen! Want wat voor me staat is mijn vreugde en genade, - jij echter bent in de vreugde en de genade; zie, dus moet je door een hogere wil geleid worden! O Henoch, mijn dierbare zoon, verzwijg me niet het heiligdom dat in jouw hart gelegd werd; want wat je in je hart draagt en waarnaar je je richt, is en kan niet gering zijn! O verberg het niet voor mij, jouw vader!"
Hoofdstuk 51: Jareds vreugde over zijn zoon Henoch - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] "O lieve vader Jared, je kent je zoon immers, al het zijne is toch ook het jouwe, omdat ik niets heb wat ik niet tevoren van jou ontvangen heb. En mijn liefde is van jou afkomstig en mijn vreugde is jouw zegen en door mijn ogen kijkt een ziel vanuit jou en jouw bloed stuwt door mijn aderen en al mijn organen zijn vanuit jou. En zo heb je ook mij steeds over God en Zijn liefde onderwezen en maakte je mij opmerkzaam op Zijn genade en zie, daarom is heel mijn doen en laten jouw werk door de grote genade van boven en alles wat ik doe is je niet onbekend; maar zie, degene die mij nu uitgezonden heeft is meer dan jij of ik: het is ons aller aartsvader Adam! Waarom hij mij hierheen heeft gestuurd moet in de eerste plaats alleen hij weten, omdat hij onder ons allen de eerste op aarde is en omdat wat hij mij toevertrouwde noch het mijne noch het jouwe, maar het zijne is.
Hoofdstuk 51: Jareds vreugde over zijn zoon Henoch - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] "Vader Seth, je bent een gezegende zoon en plaatsvervanger van Abel en je weet dat je God en Adam tot vader hebt en je staat hen nader dan mij en mijn vader Jared! Heeft hij je niet al het zijne gegeven, zodat het nu het jouwe is?! Maar als Adam mij er op uitgestuurd heeft om dat wat hem na aan het hart ligt uit te zoeken, zie, hoe kun je dan van mij verlangen dat ik het aan jou eerder zou geven dan aan hem, wiens hart mij dringend verzocht dat voor hem bijeen te brengen, opdat hij dan in de morgen iets zou hebben om als vader aan jullie allen te geven?!
Hoofdstuk 51: Jareds vreugde over zijn zoon Henoch - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] Henoch, laten wij nu weer in de woning terugkeren, waar Seth zeker al een ontbijt voor ons heeft bereid; na het ontbijt zullen wij hier en daar de kinderen bezoeken die aan het werk zijn en hen verblijden met onze aanwezigheid; hierbij moeten ook aanwezig zijn Eva, Seth en zijn eerste zoon Enos en verder nog Enos' eerste zoon Kenan de ziener, en verder ook nog Kenans eerste zoon Mahalaleël en ook diens eerste zoon, jouw vader Jared, en jij gaat aan mijn rechterzijde, - en zo willen wij de morgen nuttig besteden. Op het midden van de dag zullen wij een versterking tot ons nemen waarbij we vooraf en na afloop hardop een lofrede aan de Heer zullen uitspreken; de namiddag zullen wij al mediterende weer in mijn woning doorbrengen en het grote bezoek van gisteren goed overdenken.
Hoofdstuk 53: Adams verwondering over de wijsheid van Henoch - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[38] Maar Seth zei tegen Adam: "O vader, zie, je terechte voortvarendheid doet deze zoon van de aarde sterven; trek daarom genadig en vol zegen je gerechtigheid terug en zeg dat de levende Henoch hem weer tot leven wekt, opdat hij dan in staat is jouw redelijke gerechtigheid te bevredigen! Amen."
Hoofdstuk 57: Adams vrijwillige bekentenis - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] 'Luister vader! Behalve aan mij is door Kaïn niemand anders iets ergs aangedaan, behalve dat mijn lichaam voor jullie verloren ging. Zie, ik heb Kaïn van ganser harte alles vergeven en heb dat des te gemakkelijker kunnen doen, omdat ik nooit wrok tegen hem koesterde! En toen hij op een later tijdstip voor zijn zoon Hanoch vluchtte en in de richting van de middag aan de oever van een van de allergrootste wateren van de aarde aankwam en hij daar samen met de zeer weinigen van de zijnen, die waren gered, versmachtte van hitte, honger, dorst en vrees, kwam ik met toestemming van de eeuwige, heilige Vader uit vrije wil naar hem toe, openbaarde me aan hem, vond hem in tranen van diep berouw, wat mij tot in mijn diepste wezen aangreep, en leerde hem toen een waterdichte korf te vlechten en leidde hem en de zijnen vervolgens over de baren naar een ver, vruchtbaar en veilig land.
Hoofdstuk 58: Asmahaël, de vreemdeling - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[29] O zie en luister: de leraar die me zo heel wijs leerde te spreken, was hij die me trouw hier voor u, vader der vaderen, heeft gebracht! U kent hem en hebt hem reeds eerder gekend dan hen die u getrouw luisterend en afwachtend hier omgeven: het was Abel, uw stralende zoon, die door hogere liefde bezield mijn haperende tong los maakte, opdat ik in staat zou zijn in voor u welgevallige vormen de zeer zeldzaam voorkomende waarheid te spreken, evenals voor al uw van genade en zegen vervulde nakomelingen.
Hoofdstuk 58: Asmahaël, de vreemdeling - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] De zoon is weliswaar niet boven de vader gesteld; maar wanneer de Heer met de zoon spreekt, dan is de zoon van de Heer en mag de vader niet bezorgd zijn over de stem van de Heer in de zoon.
Hoofdstuk 60: Henochs terechte geslotenheid - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27  ...