Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

330 resultaten - Pagina 14 van 23

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23
[14] 'In die droom', zei de waard verder, 'had ik het idee dat ik mij hoog boven de aarde bevond en dat ik die niet als een ronde schijf, maar als een grote bol onder mijn voeten waarnam. Toen vroeg ik aan de geest van Elia wat dat te betekenen had.
Hoofdstuk 159: Wat de zon eigenlijk is - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Ik kan je een klein beeld tonen, en als je dat op de juiste wijze beschouwt, wordt datgene wat Ik zojuist tegen je heb gezegd begrijpelijker voor je. je hebt bijvoorbeeld 's nachts een heel levendige droom. In deze droom ben je volkomen bij bewustzijn en ben je je er steeds volkomen van bewust dat alleen jij het bent die droomt, en niemand anders in jouw plaats.je hebt echter nog nooit een droom gehad waarin je geen omgeving hebt gezien waar je je bevond alsook mensen met wie je vaak een gesprek voerde, en wel steeds overeenkomstig jouw inzicht en manier van denken.
Hoofdstuk 195: De alomtegenwoordigheid van de Heer en Zijn almacht Over het wezen van de ziel en het proces van het zien - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Waar is die omgeving, waar je je in je droom hebt bevonden, en waar en wie waren de mensen met wie je hebt gesproken of iets anders te doen had? Kijk, nergens anders dan in jezelf!
Hoofdstuk 195: De alomtegenwoordigheid van de Heer en Zijn almacht Over het wezen van de ziel en het proces van het zien - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Dat ze in een droom ook mensen kan ontmoeten, en wel enerzijds levende mensen en anderzijds mensen die al gestorven zijn, komt doordat de ziel van ieder mens in zekere zin een uiterst kleinschalige afbeelding in zich draagt van alle mensen die ooit op aarde hebben geleefd, nu leven en nog zullen leven evenals van de gehele geestenwereld, precies zoals een spiegel uiterlijke beelden in zich opneemt, zonder dat die beelden werkelijkheden zijn. Natuurlijk is een spiegel maar een heel zwakke vergelijking, omdat die op zichzelf dood is en daarom alleen dode vormen van tegenover hem staande dingen kan weergeven.
Hoofdstuk 195: De alomtegenwoordigheid van de Heer en Zijn almacht Over het wezen van de ziel en het proces van het zien - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[16] Toen hij (Raël) Mij beter aankeek, werd hij heel verwonderd en zei: 'Rabbi, u heb ik vannacht in een droom gezien! U riep mij toe: 'Raël, Ik kom naar je toe, omdat je naar Mij verlangt, en jouw huis zal door Mij gezegend worden!'
Hoofdstuk 19: De Heer neemt Zijn intrek bij Raël - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[17] En kijk, nu gaat Mijn droom in vervulling! Wie bent u, beste meester, en wie zijn deze mensen, die bij u schijnen te horen?'
Hoofdstuk 19: De Heer neemt Zijn intrek bij Raël - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[19] Raël antwoordde: 'Rabbi, mijn geheugen is zwak geworden. Ik weet dat ik u al eens eerder heb gezien, behalve in mijn droom, en toch kan ik mij niet herinneren wanneer dat is gebeurd. Maar er is nog tijd om daarover te spreken. Ik vraag u: beschouw dit huis als het uwe en rust uit! Mijn dienaren zullen jullie als mijn zeer geliefde gasten bedienen, alsof jullie mijn ware broeders zijn.'
Hoofdstuk 19: De Heer neemt Zijn intrek bij Raël - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[20] Toen nu Uw stem tot mij doorklonk, voelde ik mij weggetrokken en had ik het gevoel als wanneer in een droom de beelden veranderen en dan weldra het ontwaken volgt. Tussen de gedroomde beelden voelen wij echter een leemte, die de ziel in haar bewustzijn niet kan vullen. Ik meende dus als het ware uit een lange slaap te ontwaken, en trof mijzelf toen aan, liggend in het graf. Ik wist wat er met mij was gebeurd, maar had toch slechts de herinnering van een droom.
Hoofdstuk 64: De belevenissen van Lazarus aan gene zijde - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[22] Nu zei Ik tegen Lazarus dat hij weer de oude moest worden en de aards levende Lazarus moest zijn, waarop hij nogmaals in een korte verdoving kwam en daarna welgemoed met de herinnering aan een levendige droom in de kring van de Mijnen wakker werd.
Hoofdstuk 64: De belevenissen van Lazarus aan gene zijde - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[18] Pilatus was intussen gewaarschuwd door zijn vrouw, die in een droom had gezien hoe de goeden en de slechten door de Zoon werden gescheiden, en hij streefde ernaar Mij vrij te laten. Zodoende kwam hij op het idee om het volk voor te stellen Mij vrij te laten, omdat het in de paastijd gebruik was om een misdadiger in vrijheid te stellen, voor wie het volk koos.
Hoofdstuk 73: Het verhoor en de veroordeling van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[10] En zie, toen ademde de eeuwige Liefde, onzichtbaar voor de nog blinde ogen van zijn ziel op hem, en hij sliep door de lieflijkheid van de erbarmende Liefde voor de eerste maal in. En de lieflijkheid van de erbarmende Liefde vormde in het hart van Adam, als het ware als in een zoete droom, een op hem lijkende gedaante van grote lieflijkheid en ook van grote schoonheid.
Hoofdstuk 7: De oertijd van aarde en maan. De schepping van Adam en Eva - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[26] En toen ik moe werd van het zoeken, viel ik weer op aarde neer en een zoete slaap overmande mij. En zie, in deze slaap had ik de volgende droom: in het midden van mijn hart zag ik een oneindig bekoorlijk wezen en dit wezen in mij sprak tot mij:
Hoofdstuk 40: Adams rede over zijn val - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] Toen Asmahaël dat zag werd hij geheel stom van verwondering en kon niet spreken en nauwelijks op de been blijven; want nu werd voor zijn ogen onthuld, hetgeen zijn moeder hem eens vertelde, wat zij in een droom gezien had. Want zijn moeder was op haar manier godvruchtig en moest haar vroomheid samen met haar echtgenoot op de meest schandelijke wijze met de dood bekopen, omdat zij geweigerd had Lamech als de allerhoogste god te aanbidden, nadat zij tevoren de grote genade ondervonden had door Lamechs minste wapenknechten gewelddadig gedurende een hele nacht op de meest geile en meest onnatuurlijke manier beslapen te worden.
Hoofdstuk 66: Asmahaël en de tijger - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] "O lieve vader Seth, zie, waar is de mens die als hij door een dwaling is gegrepen, zichzelf midden in die dwaling zou kunnen helpen?! Als hij spreekt, dan spreekt hij als in een droom; als hij handelt, dan handelt hij als een blinde; als hij loopt, dan loopt hij alsof hij geen botten in zijn voeten had; als hij zou willen staan, dan valt hij om als iemand die duizelig is; wil hij weer opstaan, dan ziet hij geen kans zijn voeten recht te zetten; en wil hij zien en horen, dan ziet en hoort hij de schaduw in plaats van de zaak zelf en het holle geluid in plaats van het levende woord.
Hoofdstuk 83: Henochs woorden over Seths vergissing - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] En zie, toen trokken zij allen weg en gingen aldus aan het werk om een stad te bouwen, en daaraan werkten zij zestig jaar. Omdat de bouwsels dikwijls instortten, hadden zij veel tijd nodig om de woning van de nieuwe vorst te bouwen en konden deze pas afmaken, toen Ik Hanoch in een droom getoond had hoe ze te werk moesten gaan. Want Ik had medelijden met de arme kinderen, die bij deze bouw aan vele en zware mishandelingen bloot stonden van de zijde van de tot dan toe weliswaar zeer ordelijke en rechtvaardige Kaïn, die zich streng aan de wet hield. Door grote schrik te verwekken en onder grote vrees en angst voor de straffen zonder genade of erbarming, leidde hij de zijnen als een tiran. In hem was geen liefde, maar rechtvaardigheid ten aanzien van gehoorzaamheid aan alle wetten. Daarbij dacht hij er echter niet aan, dat gehoorzaamheid die een gevolg is van grote vrees eigenlijk allerminst gehoorzaamheid is, maar pure eigenliefde. Want wie zichzelf liefheeft, houdt zich aan de wet uit pure vrees voor de altijd er op volgende zekere bestraffing als hij die wet overtreedt, omdat hij bijzonder veel medelijden met zichzelf heeft als hij de pijn van de straf in zijn hulpeloze zwakte ondergaat. Maar indien hij ook maar de geringste gelegenheid vindt om in zijn hart onopgemerkt te zijn, zal hij de wet en de wetgever vervloeken en de wet weldra met voeten treden.
Hoofdstuk 22: Hanoch, Kaïns zoon, als wetgever - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23