Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1367 resultaten - Pagina 14 van 92

...  2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27  ...
[3] Dat de oude wijzen echter meestal niet alleen met de dieren, maar met alle planten en zelfs met stenen en metalen, met het water, met de lucht, met het vuur en met alle geesten der aarde contact hadden, daarvan getuigen in de gehele Schrift duidelijk en heel geloofwaardig met name het boek van de Richteren, van de Profeten, de vijf boeken van Mozes en nog een aantal andere boeken en aantekeningen, en enige, weliswaar erg verminkte, tradities bij het volk. De kunstmatige gesprekken van de Essenen met het gras, de bomen, de rotsen en het water in hun wondertuin is alleen maar een imitatie van datgene, wat eens levende werkelijkheid was!
Hoofdstuk 262: De uitstralende levenslichtsfeer van Mozes en de patriarchen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] De reden om jullie zielen te vervolmaken hoeft nu echter niet meer te liggen in het bereiken van al die eigenschappen van de ouden, die jullie nu naar waarheid beschreven zijn, -want daardoor bereikt geen enkele ziel het ware, zalige, eeuwige leven -, maar van nu af aan heeft een ieder van jullie de volkomen nieuwe reden om zijn ziel zo veel mogelijk te vervolmaken en te reinigen om door de daadwerkelijke navolging van Mijn woord te komen tot de daarvan afhankelijke wedergeboorte van de geest in zijn totale ziel. Want wie dat bereikt heeft, heeft dan opeens meer wonderbaarlijke krachten in zich dan alle oude vaderen bij al hun zielsvolmaaktheid ooit bezaten! Hij zal in één ogenblik gemakkelijker alle sterrenwerelden en zonnen doorgronden, en zelfs hun meest verre taal horen en begrijpen, dan de oude zieners en wonderdoeners het hen omringende land konden doorgronden en beoordelen.
Hoofdstuk 263: De reden van de onthullingen van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Met dit ware leven, dat volledig in hem is ontwikkeld en hem geheel doordringt, stelt hij zich in verbinding met de algemene levenskracht van de natuur, waardoor zijn wil dan niet alleen zijn eigen levensorganisme leidt, maar alle organismen in de hele natuur, omdat hij door zijn leven de leidraden van alle andere deellevens in de levende wezens in zichzelf verenigt en daardoor naar believen met alle wezens kan doen wat hij wil.
Hoofdstuk 54: Wat Roclus over de Nazarener heeft gehoord en zijn opvattingen daarover - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Je zaak ging nu al geruime tijd met groot succes vooruit; want je was en bent nog het hoofd van dit instituut, dat zeer geschikt is om de onkundige mensheid in het duisterste bijgeloof terecht te doen komen, en om de denkende mensen compleet in het grootste materialisme verzeild te doen raken. Je vernietigde al wel heel wat levende afgodentempels, maar je stelde er niets beters voor in de plaats. In jou was de dood en je vond hem zelfs een welkome gast; want het niet-zijn was bij jou het hoogste in je leven.
Hoofdstuk 61: Het inzichtelijk vermogen van de liefde. De ontoereikendheid van rede en verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Als wij iemand die om hulp bij ons is gekomen, niet genezen, dan zal men ons voor harde, meedogenloze mensen uitmaken; en als U het een keer niet toelaat dat iemand, die al meerdere malen door ons is genezen, bijvoorbeeld voor de tiende keer weer genezen wordt, ondanks onze wil en onze moeite, dan wordt ofwel de kracht van Uw naam ofwel ons eigen vertrouwen daardoor verdacht en gebrekkig, en zal het geloof van het volk schipbreuk lijden! Want zover kunnen wij de eenmaal in de materie levende mensen niet brengen, dat ze ter verkrijging van een hoger leven in het grote hiernamaals dit aardse leven zo'n geringe plaats willen gaan geven, dat ze er in geval van ziekte niets meer voor doen.
Hoofdstuk 74: Vragen over ziektes en het genezen ervan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Maar als God, de Heer en Schepper van alle dingen en wezens, het toelaat dat de levende wezens, en met name de vrij denkende mensen die een vrije wil hebben gekregen, Zijn bossen verwoesten, bomen omkappen, er hutten en huizen van bouwen en het grootste deel ervan verbranden, Zijn mooie gras vertrappen, afmaaien en als voer aan de koeien, ossen, ezels, schapen en geiten geven, en als God dan niemand op zijn vingers tikt bij talloze andere ingrepen tegen Zijn stereotype orde, hoeveel onwaarschijnlijker is het dan dat Hij Zich met Zijn almachtige wil verzet als het erom gaat de zeer kleine wilsvrijheid van de mens te ontwikkelen tot de grootste goddelijke vrije wil!
Hoofdstuk 76: De vrijheid van de menselijke wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:) 'En dat de hoogste zaligheid van het leven inderdaad gelegen is in het bezit van de volkomen ongebonden wilsvrijheid en de steeds succesvolle, daadwerkelijke werkzaamheid daarvan, daar leveren alle zelfzuchtige en heerszuchtige mensen reeds op deze aarde het krachtigste bewijs van!
Hoofdstuk 78: De ontwikkeling van de vrije wil. De nadelen van overdreven ijver - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] IK zeg: 'Vrienden, Ik zou jullie nog heel veel kunnen zeggen, maar jullie zouden het nu nog niet kunnen verdragen! Maar wanneer na dat laatste avondmaal de Heilige Geest in jullie hart zal komen, zal hij jullie volledig in de levende waarheid inwijden, en dan zul je pas helemaal begrijpen wat Ik nu tegen je gezegd heb. -Daar komt Marcus al aan met de schalen; laten we daarom gaan zitten om een vrolijk avondmaal te nuttigen! Jullie tafel is al klaar en gedekt:'
Hoofdstuk 79: De Heer maakt gewag van Zijn laatste avondmaal en Zijn kruisdood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Maar met kennis en vaste wil alleen kun je mets of maar zeer weinig tot stand brengen! De vaardigheid in de toepassing van de wil van God in het eigen hart verkrijgt men echter alleen door de macht van de zuivere liefde tot God en daardoor tot de naaste; want alleen deze echte liefde brengt in de ziel het levende geloof teweeg en een onwrikbaar vast vertrouwen, zonder welke ook de meest gelouterde tot niets of tot weinig in staat is.'
Hoofdstuk 82: Over de wonderen van Raphaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] STAHAR zegt: 'Jouw opmerking, vooral van die duivelse streek, leek me heel toepasselijk, en deze hele komedie komt me nu bijzonder vreemd voor! We hebben ons wel allemaal tot zijn leerlingen laten omvormen; maar als de zaken er zo voor staan, lijkt het me het juiste moment om ons weer met alle macht van die eer te distantiëren, want het lijkt me nu allemaal een geraffineerde begoocheling van satan te zijn! Daniël verkondigt immers helder en duidelijk, dat er in een bepaalde tijd een machtige tegenstander van God onder de mensen zal optreden, en tekenen zal doen waardoor zelfs de uitverkoren engelen van God verleid zouden kunnen worden, als God dit zou toelaten! Is tenslotte hij nu de omschreven tegenstander van God!? Vrienden, als dat zo is, dan komt het er op aan dat we er zo snel mogelijk vandoor gaan, anders haalt de levende satan ons misschien het komende uur al met huid en haar!'
Hoofdstuk 92: De Farizeeën nemen aanstoot aan de vrolijke maaltijd van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] En zie, dit valse, de leugen en het bedrog, is nu geestelijk gezien de 'satan', en alle afzonderlijke, daaruit noodzakelijkerwijs voortkomende ondeugden zijn datgene wat men 'duivels' noemt; en iedere ziel die zich geheel en al heeft overgegeven aan een van deze ontelbaar vele ondeugden, is een duivel in eigen persoon en een daadwerkelijke uiting van het een of andere slechte en kwade, en in zo'n ziel bevindt zich een moeilijk uitwisbare neiging om aldoor kwaad te doen op de wijze waarop ze haar leven gegrondvest heeft gedurende de tijd van haar lichamelijk bestaan.
Hoofdstuk 94: Raphaël verklaart voor Roclus de begrippen 'satan' en 'duivel' - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] En omdat iedere ziel ook na de dood van het lichaam voortleeft en in de omgeving van deze aarde verblijft, komt het bepaald niet zelden voor dat zo'n ziel zich ook binnen de uitstralende levenssfeer van de mensen begeeft en door middel hiervan met de haar eigen slechte begerigheid ook in diegene iets slechts probeert wakker te maken in wiens levenssfeer zij een heel welkome voeding vindt, omdat deze nog in het lichaam levende persoon een niet onbeduidende natuurlijke neiging en drang in zich heeft tot eenzelfde ondeugd, gewoonlijk tengevolge van een slechte en verwaarloosde basisopvoeding.
Hoofdstuk 94: Raphaël verklaart voor Roclus de begrippen 'satan' en 'duivel' - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] En als ik hier de eeuwige en meest levende waarheid zo snel heb kunnen vinden en als zodanig herkennen, waarom deze oude joodse dienaar Gods dan niet? Omdat hij, zoals ik niet alleen uit het gesprek van de beide met elkaar wandelende Farizeeën, maar ook bij duizend anderen maar al te duidelijk heb gehoord, nog nooit naar waarheid heeft gezocht voor zichzelf, en hoeveel te minder voor iemand anders!
Hoofdstuk 103: Roclus windt zich op over Stahars geestelijke blindheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:) 'Tenslotte zal er een tijd komen dat de mensen erg knap en handig in alle dingen zullen worden, en allerlei machines zullen bouwen die alle menselijke arbeid zullen verrichten als levende, met verstand begaafde mensen en dieren; daardoor zullen echter vele mensenhanden werkeloos worden, en de maag van de arme, werkeloze mensen zal veel honger kennen. De ellende van de mensen zal dan een ongelooflijke hoogte bereiken. Dan zullen er weer mensen door Mij worden opgewekt, deze zullen meer dan tweehonderd jaar lang de waarheid van Mijn naam verkondigen. Degenen die hun woorden ter harte zullen nemen, zal het tot heil strekken, ofschoon hun aantal maar klein zal zijn!
Hoofdstuk 108: Het tijdperk van de techniek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] En als ooit de aarde na voor jullie ondenkbaar vele jaren al haar gevangenen uitgeleverd zal hebben, zal zij zelf in de lichtzee van de zon in een gééstelijke aarde veranderen. Want de alleronderste huls of schil, waarin vroeger de levende geesten en zielen woonden, lijkt op puimsteen, dat, ofschoon het geen eigenlijk levenselement meer is, toch altijd nog een grove en verscheurde organische materie is en gerichte geesten van de allerlaagste soort in zich draagt.
Hoofdstuk 111: Het einde van de aardse materie - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27  ...