Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1160 resultaten - Pagina 14 van 78

...  2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27  ...
[4] Ook al zijn dan, door de inwoning in de zielen, delen van de algemene geest van elkaar afgezonderd, toch vormen zij steeds een volmaakte eenheid met de algeest, zodra zij de ziel tengevolge van de hiervoor vereiste wedergeboorte van de geest, geheel doordringen. Hun individualiteit blijft echter volkomen gehandhaafd, omdat zij, doordat zij levensbrandpunten zijn in de ziel met haar menselijke vorm, ook diezelfde vorm bezitten en daardoor met hun ziel, die eigenlijk hun lichaam is, als geesten die alles op dezelfde wijze zien en voelen ook noodzakelijkerwijs dat voelen en uiterst helder waarnemen wat er allemaal strikt persoonlijk in de hun omsluitende zielen aanwezig is. En om diezelfde reden kan dan ook een ziel zodra die door haar geest geheel en al vervuld is, ook alles zien, voelen, horen, denken en willen, omdat zij op die wijze dan volledig één is met haar geest.
Hoofdstuk 256: De uitstralende levenssfeer van de ziel en die van de geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] Maar als God, de Heer en Schepper van alle dingen en wezens, het toelaat dat de levende wezens, en met name de vrij denkende mensen die een vrije wil hebben gekregen, Zijn bossen verwoesten, bomen omkappen, er hutten en huizen van bouwen en het grootste deel ervan verbranden, Zijn mooie gras vertrappen, afmaaien en als voer aan de koeien, ossen, ezels, schapen en geiten geven, en als God dan niemand op zijn vingers tikt bij talloze andere ingrepen tegen Zijn stereotype orde, hoeveel onwaarschijnlijker is het dan dat Hij Zich met Zijn almachtige wil verzet als het erom gaat de zeer kleine wilsvrijheid van de mens te ontwikkelen tot de grootste goddelijke vrije wil!
Hoofdstuk 76: De vrijheid van de menselijke wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[14] Want alle door de hele oneindigheid van God uitstromende krachten zijn te vergelijken met talloze armen van één en dezelfde almachtige God, en kunnen ook onmogelijk op een andere manier actief worden en actief zijn dan enkel en alleen doordat ze hiertoe aangezet worden door de goddelijke wil, omdat ze in feite niets anders zijn dan pure uitstralingen van de goddelijke wil.
Hoofdstuk 76: De vrijheid van de menselijke wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Ik dring er echter niet op aan, ofschoon het mijn wens is; want ik ben ook zo voor mij in hoogste mate gelukkig en kan niets anders zingen dan 'Heilig, heilig, heilig!' voor Hem, die nu een Mens van vlees is geworden om alle mensen van deze aarde en alle bewoners van de hemel om te vormen tot Zijn kinderen, -dat wil zeggen, als de bewoners van de hemelen dat willen en de Heer daarom vragen in hun hart! Want ook in de hemelen slaan talloze harten vol vurige liefde voor God de Heer en waar zij om vragen wordt hen ook steeds toegestaan. .
Hoofdstuk 82: Over de wonderen van Raphaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] En zoals al in de buitenwereld is te zien dat het ene wezen het andere op een bepaalde manier aantrekt, des te meer is dat in de wereld van de geesten het geval; en als dat niet zo was, hoe zou er dan een aarde, een maan, een zon en talloze andere hemellichamen in de onmetelijke scheppingsruimte kunnen bestaan?! Een atoom voelt zich aangetrokken tot zijn buurman; beide trekken elkaar aan. Wat deze beide doen, doen dan talloze aeonen atomen, al het gelijke trekken ze aan, en tenslotte ontstaat daaruit een wereld, zoals de Heer dit de afgelopen nacht aan al Zijn leerlingen heel tastbaar heeft laten zien en zoals je dit in het aan jullie overhandigde grote boek ook volop beschreven zult vinden.
Hoofdstuk 96: Demonen en hun invloed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Toen vroeg RAPHAËL aan Marcus: 'Begrijp je nu hoe ik in staat ben om veel dingen uiterst snel te doen, en dat dit zelfs heel gemakkelijk is, vooral als je bedenkt dat een geest, als het principe dat het diepste innerlijk van de wezens en dingen geheel doordringt, met alle materie ook het effectiefst en altijd met het meeste resultaat kan doen en laten wat hij maar wil en dat niets hem daarbij tegen kan houden?! Bovendien heb ik als aartsengel aeonen helpers die allen ieder ogenblik afhankelijk zijn van mijn wil. Als mijn wil, die de wil van de Heer is, iets wil, dan vervult deze wil ook meteen talloze aan mij ondergeschikte dienaren, die ogenblikkelijk in actie komen en iets wat gedaan moet worden dan ook gemakkelijk met een snelheid uitvoeren die jij je nauwelijks kunt voorstellen! Zelf doe ik persoonlijk weliswaar niets, maar door mijn aartswil worden aeonen helpers vanuit de meest innerlijke basis van hun wezen geactiveerd, en een opdracht wordt dan ook op deze wijze gemakkelijk zo snel mogelijk uitgevoerd, en dat des te zekerder, omdat de Heer en vervolgens wij, alles wat ergens gedaan moet worden allang voorzien en voorbereid hebben, zodat het dan voor jullie, als dat nodig is, kant en klaar in een uiterlijk zichtbare daad omgezet kan worden.
Hoofdstuk 2: Hoe wonderen plaats vinden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Wel is het zo dat de opperpriester meermalen verkleed in de stad afdaalt, ook in de tuin wandelt en zich onderhoudt met de andere priesters, die de enige bewoners van deze stad zijn; maar niemand mag hem daar herkennen of hem zelfs als opperpriester begroeten. Wie van de priesters dat zou doen, zou zich blootstellen aan zeer bedenkelijke onaangenaamheden. Slechts vier maal per jaar is er een dag aangewezen waarop hij zich in volornaat aan de bewoners van de stad vertoont. Dat zijn dan ook de hoogtijdagen. Drie nachten ervoor en drie nachten erna branden op de hele berg talloze lichten, zodat alle omliggende bergen daardoor tot in de verre omtrek lijken te gloeien, hetgeen steeds een prachtig schouwspel is.
Hoofdstuk 29: Roclus vertelt over de residentie van de opperpriester van - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Men moet in zichzelf liefde door liefde vergaren en de liefde daardoor steeds machtiger maken! Door deze geconcentreerde levenskracht zal men waarschijnlijk heel gemakkelijk met succes het hoofd kunnen bieden aan die vijandelijke andere krachten, en daardoor als overwinnaar het voortbestaan van zijn leven voor eeuwig veilig kunnen stellen temidden van duizend vijandige krachten, die, al is het niet lichamelijk, dan toch in zekere zin geestelijk blindelings op hem inwerken. Want iedere kracht op zichzelf is toch oorspronkelijk geestelijk en moet dat ook zijn, omdat wat wij eenmaal te zien krijgen niet meer de werkende kracht zelf is, maar alleen het resultaat daarvan. Wanneer we de werken van de algemene natuurkracht opmerkzaam gadeslaan, wordt ons al gauw duidelijk dat bepaalde krachten, als delen van de algemene oerkracht, zich onder bepaalde vanzelf opgetreden voorwaarden geconsolideerd moeten hebben omdat ze anders, gezien het feit dat ze steeds op gelijke wijze blijven voorkomen, niet in staat zouden zijn om steeds dezelfde gevolgen te veroorzaken. Dezelfde gevolgen veronderstellen ook steeds dezelfde oorzaken. Een kracht die steeds door dezelfde onveranderlijke gevolgen duidelijk manifesteert dat hij niet verandert, moet in zichzelf een volledig bewustzijn en een voor haar activiteit geheel toereikende en heldere intelligentie hebben, waarmee ze zich zo goed mogelijk van de nodige wapens voorziet waardoor ze altijd als winnaar uit een gevecht met andere, nog ruwere krachten, tevoorschijn kan treden en dat ook zal doen; want zou ze op een of andere manier overwonnen of te niet gedaan worden, dan zou datgene wat haar activiteit had voortgebracht, ook zeker nooit en te nimmer tevoorschijn komen. Laten we maar eens aannemen dat de onzichtbare kracht door wier activiteit bijvoorbeeld de vijg ontstaat, door andere krachten opgeheven zou kunnen worden, dan zou er ook nooit meer ergens een vijg tevoorschijn komen!
Hoofdstuk 35: Roclus laat zien dat het hart de zetel is van de ware godheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] En wanneer wij door een dergelijke waarneming reeds genoodzaakt zijn om vast te stellen dat talloze krachten, met hun verschillende activiteiten die zich steeds herhalen, onvernietigbaar geconsolideerd zijn, en wanneer we ook zien dat zelfs wij mensen onze vorm en oorspronkelijke hoedanigheid steeds weer herscheppen, kunnen we ook wel als vaststaand aannemen dat de kracht waaruit wij zijn voortgekomen, zichzelf als blijvend levensprincipe voor eeuwig heeft vastgelegd. En als deze kracht behouden is gebleven, kan ook ieder mensenleven zichzelf vastleggen als het zijn levensprincipe waarachtig gevonden en met de juiste middelen ontwikkeld heeft, en daarna geestelijk voor eeuwig en altijd voortbestaan. Want ik denk dat het voor een eenmaal van zichzelf bewuste en denkende levenskracht, als ze zichzelf eenmaal goed gevonden heeft, en ze zichzelf en ook haar omgeving geheel doorziet, nooit meer te moeilijk zal zijn om middelen te vinden waarmee ze voor eeuwig het hoofd kan bieden aan een buitengewoon machtige, maar slechts ruwen blind werkende kracht wat de mensen op deze wereld dan ook laten zien. Laat maar eens alle orkanen en een heel miljoen bliksems los op de piramiden van Egypte! Zullen ze mensen, die zich helemaal in de binnenste catacomben bevinden schade toe kunnen brengen? Kortom, reeds op deze wereld laten de mensen zien, dat ze zich heel goed weten te beschermen tegen de ruwen boosaardig werkende krachten. Wie leerde hun dat? De ervaring, hun scherpe verstand en de noodzaak!
Hoofdstuk 35: Roclus laat zien dat het hart de zetel is van de ware godheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Het organisme van ieder mens heeft dichtbij het midden van het hart zijn levenszenuw, een minuscuul klompje, van waaruit het gehele overige lichaamsorganisme van leven wordt vervuld. De delen van dit ene hartzenuw klompje hebben de eigenschap dat ze de levensether uit het bloed en uit de ingeademde lucht zodanig naar zich toetrekken, dat ze daardoor ten eerste zelf buitengewoon levensactief blijven en vervolgens ten tweede deze levensactiviteit aan het hele organisme meedelen en daardoor het hele lichaam op passende wijze van leven voorzien.
Hoofdstuk 114: De grote scheppingsmens en de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] En hoe lang zou je wel niet alleen voor deze aarde nodig hebben, als je ook nog de mogelijkheid had om al haar talloze inwendige ruimten te bekijken?! 0, daar zou een miljoen jaar te weinig voor zijn, vooral als je de inwendige, grote werkplaatsen van de natuur en haar geesten zou kunnen gadeslaan en je inzicht zou kunnen krijgen in de talloze werken, hoe zij ontstaan en zich ontwikkelen, om dan weer in totaal andere dingen en vormen over te gaan!
Hoofdstuk 116: Ontoereikendheid van het menselijk inzicht. Troost in de goddelijke liefde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Daarna zou dan pas de grote zon komen met haar talloze grootse wonderlijk heerlijke lichte contreien! Ik denk dat je daar dan al meteen een hele eeuwigheid zou blijven, je zou er zeker voortdurend iets nieuws te zien en te onderzoeken krijgen. En als je er dan ook nog vanuit gaat dat de mensen daar buitengewoon mooi, wijs en vriendelijk zijn, ja, dan zou er helemaal geen sprake meer van zijn datje verder kwam! Het hele, grote Arabische getallenstelsel zou werkelijk niet voldoende cijfers bevatten om daarmee de verblijfsduur uit te kunnen drukken die men nodig had om de grote zon te onderzoeken en te genieten!
Hoofdstuk 116: Ontoereikendheid van het menselijk inzicht. Troost in de goddelijke liefde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[13] Als jij je houdt aan de eenvoudige geboden van God en God waarachtig boven alles liefhebt, dan word je toch immers steeds meer één met het weten en willen van God. Op die manier word je wijzer en wijzer en in dezelfde mate ook machtiger, en zo krijg je ook steeds meer inzicht in je willen. Je innerlijke goddelijke licht zal tot een alziendheid verheven worden, waardoor je in de overigens nog bestaande levensduisternis de werkzame levenskrachten niet alleen zult voelen, maar ook zult zien; en doordat je de volmaakt vrije wil van God in je hebt, zul je ze er ook toe kunnen brengen om op deze of gene manier actief te worden. Juist doordat je de talloze, voortdurend van God uitgaande krachten ieder op zich en individueel herkent en doorziet, krijg je er als bezitter van de goddelijke wil vat op, en kun je ze ook bestemmen en bundelen voor een wijze handeling en een wijs doel. Ze zullen dan ook meteen zo in actie komen als wanneer God ze direct Zelf voor een bepaalde activiteit had bestemd.
Hoofdstuk 76: De vrijheid van de menselijke wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Hij zou daarbij zeker flink gaan zweten, en hoe hoger hij. kwam, hoe heviger; maar hierdoor zou hij zijn oude ledematen bevrijden van de stoffen die de jicht veroorzaakten en zo vervolgens de afgestorven delen weer tot leven brengen en op die manier tenslotte de hoogste top van de berg reeds geheel gezond beklimmen, natuurlijk wel na een moeizame reis van meerdere dagen. Maar wat een onvoorstelbare moed is er voor iemand die aan jicht lijdt nodig, om te besluiten naar de hoogste top van de berg Ararat te gaan! En toch zou dit altijd nog gemakkelijker zijn dan voor een geheel verwereldlijkt mens het beklimmen van het geestelijk gebergte genaamd: algehele deemoed en totale zelfverloochening!
Hoofdstuk 83: Levensvervolmaking en wonderkracht door de liefde tot God en de naaste. Ware en valse profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] RAPHAËL zegt: 'Voorlopig is dat niet mogelijk, omdat ik nu nog andere verplichtingen heb tegenover de Heer en de mensen! Maar in geval van nood zal ik steeds als geroepen bij jullie zijn. Overigens hebben jullie de toezegging van de Heer, dat jullie in Zijn naam kunnen werken, -en die alleen is machtiger dan talloze myriaden van mijn soort! Aan deze naam, die luidt: Jezus = Gods kracht, moeten jullie je houden, dan zullen bergen voor jullie wijken, en stormen en orkanen verstommen, als jullie levenswandel tenminste zo is dat jullie deze naam waardig zijn! Want dit is Gods waarachtigste naam in Zijn liefde van eeuwigheid, waarvoor alles buigt in de hemel, op aarde en onder de aarde!
Hoofdstuk 84: De betekenis van het kindschap Gods op deze aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27  ...