Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1972 resultaten - Pagina 15 van 132

...  3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28  ...
[1] Bij deze woorden van Mathaël werd het JULIUS wat lichter om het hart en hij richtte zich dan ook meteen tot de nog op de grond liggende, politieke misdadigers en zei: "Sta op en heb geen angst of vrees, want mannen zoals jullie moeten ook de naakte dood zonder vrees en beven kalm onder ogen kunnen zien! Wij Romeinen zijn geen tijgers en geen luipaarden, maar mensen die er eerder op uit zijn om het ongeluk van de mensen te verzachten, dan op enigerlei wijze te verergeren! Maar bedenk ook dat wij geen enkele misdaad zo zwaar plegen te straffen als de leugen! Op een vals getuigenis en op een onbeschaamd leugenachtige verklaring staat bij ons de doodstraf! Geef daarom op ieder van mijn vragen naar waarheid antwoord, dan zal ik, als de door God boven jullie gestelde rechter, mij eerder moeite geven om jullie van alle ongemakken te bevrijden, dan om jullie nadeel te berokkenen! Maar alleen als jullie mij aantoonbaar zo eerlijk mogelijk antwoord geven! Ga nu dus staan en spreek openhartig met mij!"
Hoofdstuk 38: De ondervraging van Julius. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Waarlijk, geen boven alle wijsheid verheven God kan Mozes dit gebod voor de arme mensheid hebben gegeven! Waarlijk, dit gebod is, als men daar geen enkele uitzondering op mag maken, voor het dierenrijk te slecht, laat staan voor het mensenrijk! Door de strikte navolging van dit gebod, waarvan God waarschijnlijk niet eens de bron was, maar alleen Mozes of een opvolger van Mozes, staan wij nu als misdadigers voor u, dat wil zeggen voor de rechter over leven en dood! Toch wel een heel aangename beloning voor onze trouwe gehoorzaamheid aan onze oliedomme ouders! Deze zeer aangename beloning zal waarschijnlijk gevolgd worden door het eervolle kruis of de ketenen van een roeier onder in een schip! Want als wij met de volle waarheid voor de dag moeten komen over onze weliswaar drievoudig gedwongen handelingen, dan redt geen God ons meer voor de onverbiddelijke strengheid van uw wetten! En toch zegt dit prachtige gebod van Mozes: 'Eert uw vader en uw moeder , opdat het u wel ga en u lang zult leven op aarde!' Mooi! Daar staan wij nu! Hoe goed het met ons, arme duivels, gaat, ziet iedereen en hoe lang wij nog te leven hebben, hangt alleen van u af! De goddelijke belofte bij het houden van het vierde gebod van God gaat bij ons zo heerlijk in vervulling, dat alle duivels ons daarvoor in ons gezicht uitlachen en ons uiteindelijk nog diep moeten verachten!"
Hoofdstuk 38: De ondervraging van Julius. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] IK zeg: "Nu, in dat geval is alles helemaal in orde en zal er met deze mensen zeker veel goeds bereikt kunnen worden. Maar natuurlijk zullen zij nog menige kleine proef moeten ondergaan. Dat jullie hen in het vreemdelingenlegioen opnemen is goed, maar jullie moeten hun voldoende gelegenheid geven om op de onderkende heilsweg verder te kunnen gaan. De vijf, met Mathaël aan het hoofd, moeten jullie over het legioen verdelen. Zij zullen jullie allen in Mijn naam goede diensten bewijzen en in korte tijd hun innerlijke wijsheid op de juiste wijze toepassen. Maar voorlopig mogen zij zich niet in Galiléa ophouden, want het zal niet zo erg lang duren voor de tempel er lucht van krijgt dat zo'n zeven en veertig leden hem de rug hebben toegekeerd en door Herodes zal de tempel jacht op hen laten maken. Als ze echter niet in Galiléa en ook nergens anders gevonden worden, zullen de speurders onverrichter zake weer terugkeren. Men zal dan de zeven en veertig als verongelukt en verloren beschouwen en zich verder niet meer om hen bekommeren. Zo blijven jullie Romeinen buiten schot en door jullie de zeven en veertig ook en iedereen is zonder een leugen om bestwil geholpen!"
Hoofdstuk 44: Ik ben de waarheid, de weg en het leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[15] Nu was MARCUS al met de gewenste aanvulling bij de tafel en zei: "Onze verontschuldigingen, beste vrienden! Deze tafel is daarnet wat minder voorzien dan de andere, daarom heb ik uit mijn grote voorraad nog een kleine aanvulling laten klaar maken. God de Heer zegene deze voor jullie allen!" ,
Hoofdstuk 60: Het geklets van Suetal. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] HEBRAM is, zoals al eerder gezegd, zeer verontrust over zulke opmerkingen en zegt tegen Risa: "Voor jou zijn dus Mozes en alle grote en kleine profeten niet meer dan echte of gefantaseerde bedriegers van de blinde mensheid, en de hier aanwezige heiland uit Nazareth vind je geen haar beter?!"
Hoofdstuk 62: Het gezonde verstand van Risa. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] Nu lezen wij echter met wat voor ongehoorde inzet van goddelijke macht en kracht de tien geboden, onder bliksem en donder die de einden der aarde deden beven, door God werden gegeven en hoe die verschrikkelijke, goddelijke ernst gedurende enige eeuwen nog meermalen op allerlei plaatsen is opgetreden. Hoe vaak is dit volk volgens de geschriften der grote en kleine profeten door God niet gewaarschuwd! Maar wat heeft dat voor deze tijd voor nut gehad? Hoe het er nu met ons voor staat weten wij, en meer hoef ik je niet te vertellen! Heus, als er een hel bestaat dan kan het er daar onmogelijk nog slechter uitzien!
Hoofdstuk 63: Hebram toont de fouten aan in Risa 's gedachtegang. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Dergelijke hoererij is derhalve geen haar beter dan echtbreuk en vaak zelfs nog veel erger. Want bij echtbreuk kunnen omstandigheden meespelen die het begaan van deze zonde veel minder erg maken, en waard zijn dat de rechter deze zwaar mee laat wegen. Maar bij hoererij kunnen nooit wat voor verzachtende omstandigheden dan ook meespelen, want daar gaat het enkel en alleen maar om verderfelijke geilheid en daar hoeft de rechtbank ook geen enkele consideratie mee te hebben.
Hoofdstuk 68: Over zondig geslachtsverkeer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] Deze natuurlijke hulp zal goed werken, maar zal slechts volledig helpen in combinatie met gebed en het in Mijn naam opleggen der handen. Over het algemeen moet de rechter in zulke gevallen in zijn hart steeds bedenken, dat de misdadiger die hij voor zich heeft slechts een erg afgedwaald mens is en geen complete duivel.
Hoofdstuk 69: Maatregelen tegen geslachtelijk losbandig leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] Anderzijds zijn er echter ook zulke geile bokken van mannen die hun arme, fatsoenlijke vrouwen vaak zelfs een paar uur voor de bevalling nog niet met rust laten. Daarover wordt vaak luid geklaagd, maar hoe moet een wijze rechter nu een uitspraak doen die rechtsgeldig en zowel voor God als voor ieder weldenkend mens aanvaardbaar is?
Hoofdstuk 71: Nog meer raadgevingen voor echtparen en rechters. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Tijdens dit gesprek komen ook Ik, Cyrenius, Julius, Marcus, de oude waard en Jarah en Josoë al op het schip waar de Griek zich bevond, en MARCUS spreekt hem meteen aan en zegt: "Vriend! Je ziet, dat een eerlijk gastheer nooit gebrek heeft aan gasten. Kijk, ik ben de gastheer van deze plaats en huisvest in mijn kleine hut en in mijn tenten alle goede gasten die je hier ziet, maar voor jou is er ook nog plaats als je hier wilt blijven!"
Hoofdstuk 83: De gevolgen van de zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] Ik zeg jullie: In zo'n geval moet een ongetrouwde man niet eerder een vreemde trouwen dan dat hij zich precies op de hoogte heeft gesteld van al haar vroegere omstandigheden! Levert dat niets op en voelt hij zich erg tot de vreemde vrouw aangetrokken, dan moet hij haar huwen. Verneemt hij dan later toevalligerwijs haar vroegere, burgerlijke staat, dan mag hij haar niet verraden, maar hij moet haar op dezelfde goede manier behouden als waarop hij haar heeft genomen. De vrouw kan door zeer trouw te zijn aan haar nieuwe gemaal, haar vroegere zonde goedmaken. Want God is geen onrechtvaardige rechter en weet de zwakheden van het menselijke lichaam precies af te wegen en er rekening mee te houden. Iemand, die zijn vrouw vermoordt, is erger dan een vrouw die echtbreuk pleegt!
Hoofdstuk 67: Bepaalde uitzonderingen bij seksuele omgang. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] RIBAR zegt: "Ongetwijfeld, maar zouden wij er iets aan kunnen doen als het, wat mij steeds waarschijnlijker lijkt, zo zou zijn? Kijk, de Godheid is vrij en doet wat Zij wil, en de sterfelijken kunnen haar geen beperkingen opleggen! Als Zij als een rechter tot ons was gekomen, zouden wij er zeker slecht voor staan, maar Zij kwam als de vriendelijkste weldoener naar ons sterfelijken toe, om ons door de oude, reeds door vader Henoch gepredikte liefde dichter naar Zich toe te trekken, en onder zulke omstandigheden is Zij niet te vrezen. Maar naar het mij toeschijnt, Iaat Zij Zich alleen door de liefde in waarheid kennen, omdat de liefde beslist de enige reden van Haar komst hier is. Maar door het verstand en al onze hooggeprezen rede laat Zij Zich zeker niet kennen.
Hoofdstuk 77: God laat Zich alleen door de liefde kennen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] Ik, Ouran, een kleine vorst uit de streek van de grote Pontus, erken U als zodanig. En zelfs als Zeus en Apollo nu hierheen zouden komen en een belachelijk 'neen' zouden laten horen, zou ik hen persoonlijk van erge domheid beschuldigen!
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] En kijk, deze schrikwekkende god staat nu voor ons en gebood zoëven Apollo met de zonnewagen stil te houden, op wens van deze eerbiedwaardige, grijze Romein, die waarschijnlijk ook zo'n kleine vorst van de een of andere gelukkige provincie is!
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] OURAN zegt: "Jawel, ik begrijp dat nu wel zo half en half, maar totaal begrijpen is er bij mij voorlopig nog niet bij, want van sterren en hun bewegingen heb ik altijd al het minst begrepen. Zo kan ik het bijvoorbeeld nooit rijmen, hoe het komt dat vlak na de ondergang van de zon aan het gehele firmament een aantal bekende sterren zichtbaar wordt. Maar later komen er vanuit het oosten nog steeds meer te voorschijn, en die er waren verdwijnen dan weer in het westen. Een paar blijven er echter 's winters en 's zomers, steeds met een kleine verandering van hun eerste standplaats aan het firmament. Dat gebeurt vooral bij de sterren die aan de noordelijke hemel prijken, maar daar staat tegenover dat de sterren in het zuiden zeer veranderlijk zijn, en ieder jaargetijde zijn er andere te zien. Daartussen zijn ook nog bepaalde dwaalsterren, die de overigens welbekende en niet veranderende sterrenbeelden nooit trouw blijven, maar heel willekeurig van het ene vaste sterrenbeeld naar het andere dwalen.
Hoofdstuk 94: Mathaël geeft uitleg over de beweging der sterren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28  ...