Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15542 resultaten - Pagina 15 van 1037

...  3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28  ...
[6] Hierdoor is Jaïruth gerustgesteld en we komen aan de poort, waar de overste met zijn officieren al op ons staat te wachten. Hij komt dadelijk naar voren, groet Mij vriendelijk en wil Mij meteen datgene zeggen, wat hij op het hart heeft.
Hoofdstuk 68: De overste en het toepassen van de leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] De overste zegt: 'Laat uw leer eens horen, dan wil ik hem toepassen en er naar leven!'
Hoofdstuk 68: De overste en het toepassen van de leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Nu weet u alles wat u vooreerst moet weten. Mocht u nog meer willen weten, ga dan bij gelegenheid naar de opperpriester Jonaël te Sichar; die zal u alles vertellen wat hij van Mij geleerd, gezien en ondervonden heeft! Pas dat in de praktijk toe en u zult op die wijze zalig worden!'
Hoofdstuk 70: De waarheid die alles doordringt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] De overste zegt, geheel doordrongen van de waarheid van Mijn toespraak: 'Vriend, het is me uit uw toespraak duidelijk geworden, dat u een van de wijste mensen van deze aarde bent, en ik zal daarom ook alles doen, wat u mij aangeraden hebt; maar alleen zou ik nu graag van u zelf horen, wie u eigenlijk bent! Want u hebt me door de u begeleidende jongemannen een zeer smadelijke totale nederlaag toegebracht, die ik slechts kan verklaren door aan te nemen dat deze jongemannen goden of beschermgeesten uit de hemel zijn, die me daardoor op wonderbare wijze op de vlucht hebben doen slaan. Afgezien daarvan is het mij echt wel duidelijk, alleen al door uw buitengewoon grote wijsheid, dat u beslist méér bent dan zo maar een heel eenvoudig mens! Aan veel van uw leerlingen heeft u waarschijnlijk al verteld en laten zien wie u bent; u ziet echter dat het mij nu volkomen ernst is om in ieder geval naar de geest een leerling van u te worden! Vertel mij daarom ook, wie u bent! Wie en wat en waarvandaan bent u nu eigenlijk?
Hoofdstuk 70: De waarheid die alles doordringt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Ik antwoord: 'In de eerste plaats heb Ik het u eigenlijk al gezegd en wel zodanig, dat u het makkelijk had kunnen weten, als u er goed over had nagedacht, en ten tweede heb Ik u daarnet gezegd dat Jonaël uw verdere vragen zou beantwoorden. Wanneer u naar hem toe gaat, dan zult u heus alles te weten komen wat u nu nog niet begrijpt. Houd ons nu echter niet langer op; want de dag loopt alweer op zijn eind, en Ik moet vandaag nog veel doen!'
Hoofdstuk 70: De waarheid die alles doordringt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] De overste stuurt dadelijk een dienaar op weg, en de vrouw komt deze al op de drempel blij en gezond tegen en gaat onmiddellijk met hem mee naar de overste. Deze verwondert zich daar uitermate over en zegt tegen Mij: 'Vriend, u bent een god!'
Hoofdstuk 71: De Heer getuigt van de Vader. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[15] Ik zeg: 'Goed zo, Mijn vriend; als u echter op deze manier tot het licht zult komen, laat uw licht dan ook voor uw broeders schijnen, dan zal de hemel u daarvoor belonen! - Nu gaan we echter naar Sichar; want Ik heb daar ook nog wat te doen. Laten we dus verder gaan!'
Hoofdstuk 71: De Heer getuigt van de Vader. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Vanaf nu gerekend tot aan die tijd zullen er duizend en niet. Nog eens duizend jaar voorbijgaan! Dan zal Ik dezelfde engelen, die Je nu hier ziet, met grote bazuinen tussen de arme mensen sturen! Deze zullen de geestelijk dode mensen als het ware uit de graven van hun nacht opwekken; en als een vuurzuil, die van het ene einde der wereld naar het andere rolt, zo zullen deze vele millioenen ontwaakte mensen zich over alle wereldmachten heen storten, en niemand zal hen kunnen weerstaan!
Hoofdstuk 72: Het einde der wereld en het oordeel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Jonaël zegt: 'Vriend, jouw wil, je gedachten en je woorden zijn goed, maar één ding ontbreekt je nog, en dat is een zuiver inzicht in de goddelijke wil! Kom daarvoor morgen eens naar mij toe, of blijf nu meteen hier, en ik zal je nadere uitleg geven over de wil van God de Heer! Daarna kun je pas al je goede plannen op de juiste manier aanpakken'.
Hoofdstuk 73: Sichar. Johannes, de genezen verlamde man. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] 'De aarde is des Heren en wat daarin is, en de aardbodem met wat daarop woont; want Hij heeft haar gegrondvest in de zeeën en gevestigd aan de wateren. Wie wil op de berg des Heren gaan, en wie zal op Zijn heilige plaats staan? Die onschuldige handen heeft en een rein hart, en niet houdt van ijdel gepraat en niet valselijk zweert, die zal zegen van de Heer ontvangen en gerechtigheid van de God zijns heils. Het geslacht, dat naar Hem vraagt, zoekt jouw aangezicht, Jacob!
Hoofdstuk 73: Sichar. Johannes, de genezen verlamde man. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] De overste zegt: 'Ik ben het echt niet van plan, hoewel ik in deze hachelijke tijd er best een reden voor zou hebben. Het lijkt er namelijk op alsof de tijd steeds dichterbij komt, waarin de Joden volgens hun overlevering een geweldige door hun God gezonden redder verwachten, die hen moet verlossen van de heerschappij van Rome. En men hoort nu hier, dan daar van Joodse zijde mompelen, dat die redder zich al op aarde zou bevinden! Ik zou me daarom heel goed in kunnen denken, dat u wel eens die redder zou kunnen zijn, -ja heimelijk heb ik dat ook al gedacht. Hoe het ook zij, -ik vind, dat u één van de zeer wijzen bent en ik waardeer u als een echte mensenvriend. Daarom zullen mijn gedachten in die richting mij volstrekt nooit hinderen u ter wille van de waarheid te volgen, lichamelijk nu naar Sichar en geestelijk mijn hele leven lang, hoewel ik me wel ervan bewust ben, dat ik daarmee, als Romein, voor mijzelf geen triomfboog oprichten zal! Ik heb u nu alles uitgelegd en ik vraag u dan nog één keer, of ik u mag begeleiden. Zegt u ja, dan zal ik u begeleiden; zegt u echter nee, dan blijf ik hier!'
Hoofdstuk 70: De waarheid die alles doordringt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Jonaël zegt: 'Vriend, je bent op de goede weg! Maar, onder ons gesproken, dit is nog niet het goede ogenblik om daar onze mond over open te doen. Maar pas als Hij, zoals Hij Zelf gezegd heeft, hier vandaan misschien naar Galiléa gaat, zullen we beginnen het volk over Hem te leren, en als Hij dan binnen niet al te lange tijd weer bij ons komt, dan zal Hij onze poorten behoorlijk wijd en de wereldse deuren behoorlijk hoog vinden voor Zijn intocht, d.w.z. onze harten zullen zo ruim mogelijk zijn om Hem op te nemen en onze liefde tot Hem zal tot boven de sterren verhoogd zijn; want onze harten zijn de poort, die verbreed moet worden en de ware liefde tot Hem is de deur, die boven alles verhoogd moet worden!'
Hoofdstuk 73: Sichar. Johannes, de genezen verlamde man. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Jaïruth komt meteen naar Mij toe en zegt: 'Heer, dat is een dreigend lawaai en kondigt niets goeds aan! Als U wilt, laat ik meteen twee legioenen hierheen ontbieden, en de rust zal dadelijk hersteld zijn!'
Hoofdstuk 73: Sichar. Johannes, de genezen verlamde man. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Joram, de dokter, stapt onmiddellijk naar voren en zegt met een zware mannelijke stem: 'O,jullie kinderen van de 'boze! Is dat de nieuwste manier om tot God te komen en Hem om genade te smeken?!'
Hoofdstuk 74: Bij Irhaël. Nooit kwaad met kwaad vergelden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Joram zegt nu nog heftiger: 'Wie bedoel je met dat 'tovenaar uit Galiléa', jullie ellendige schepsels?!' Dan schreeuwt de hele bende: 'Die timmerman uit Nazareth, die Jezus heet, die bedoelen we, die kennen we heel goed, net zoals zijn moeder die hier nu ook is, en zijn broers en zusters, die ook hier zijn! Ook zijn vader hebben we gekend, die een jaar geleden moet zijn overleden, en naar wij gehoord hebben kwam dat door het verdriet over zijn vrouwen kinderen die hem niet wilden volgen en hem van alle kanten bedrogen zouden hebben!'
Hoofdstuk 74: Bij Irhaël. Nooit kwaad met kwaad vergelden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28  ...