Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

30449 resultaten - Pagina 16 van 2030

...  4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29  ...
[20] Kijk, beste vrienden, dit is nog een van de allerbeste manieren om zo'n pure verstandsgeest uit zijn sfeer te verlossen. Maar er zijn in deze voor jullie zichtbare omgeving nog heel veel van zulke geesten, bij wie het niet zo gemakkelijk gaat als bij deze. Dat is in het bijzonder het geval, wanneer zulke stoïcijnse verstandsgeesten daarbij als gevolg van hun geleerdheid ook nog een aanzienlijke graad van hoogmoed in zich hebben, wat nu juist niet zelden voorkomt. Het zou voor jullie niet goed zijn om zo'n bekeringsproces bij te wonen, want jullie kunnen gevoeglijk aannemen dat er niet zelden honderden pogingen mislukken. Zodoende zullen we ook deze streek weer verlaten en ons dieper in het middelste ravijn begeven. En daarmee genoeg voor vandaag.
Hoofdstuk 27: De overwinning en verlossing van een wijze stoïcijn - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Jullie vragen waar al dat water eigenlijk vandaan komt, dat zich van weerskanten vanuit dalen in dit nauwe ravijn stort en er als een woeste bergbeek doorheen stroomt tot in de baai van de grote zee? Dit water betekent de kennis en de daaruit voortvloeiende nuttige toepassingen die zulke mensen door middel van hun verstand en vernuft langs proefondervindelijke weg hebben ontleend aan de natuurkundige eigenschappen van de dingen. Het water dat van rechts komt is, zoals jullie zien, veel troebeler. Dat stelt het vele onware voor dat in al die geleerde kennis voorhanden is, en het iets minder troebele dat van de linkerkant komt, betekent dat de rijken van de wereld met hu n geringe wetenschappelijke rijkdom toch beter wisten te rekenen dan de eigenlijke pure geleerden. Dat het water hier in dit ravijn samenkomt, betekent dat het vermogen van de wetenschap en het vermogen aan wereldse schatten altijd samengaan en tenslotte op hetzelfde neerkomen. Want de geleerde zoekt de wetenschap om door haar rijk te worden aan wereldse schatten; maar degene die rijk is aan wereldse schatten, zoekt de wetenschap om met behulp daarvan zijn vermogen nog groter te maken. Dat is de reden dat jullie het water van links ook lang niet zo sterk zien bruisen als dat van rechts. Dat betekent bovendien dat degene die rijk is aan wereldse schatten zich steeds op een politieke manier onder de geleerden weet te bewegen om van hun geleerdheid het een of het ander voor zijn speculatieve behoefte te bemachtigen. Dit weten we nu ook en daarom kunnen we onze reis weer vervolgen.
Hoofdstuk 28: De dalen van rijken, geleerden, vernuft- en verstandsmensen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[17] Maar daar er in zo'n klooster gewoonlijk twee partijen wonen, namelijk de werkelijke monniken en de lekenbroeders die het werk van huisknecht verrichten, wordt deze hemel, waar de monniken helemaal geen zin in hebben, ook grotendeels door fraters bewoond. Wanneer deze maar behoorlijk te eten hebben, zijn ze ook volkomen tevreden met hun hemel omdat zij zich op grond van hun uitzonderlijke situatie als leken, nooit iets beters hebben kunnen voorstellen. Zij behoren tot die zeer duistere katholieke klasse, die een heel slecht gesneden en beschilderd beeld voor veel wonderdadiger houdt dan een esthetisch meesterlijk beeld. Daarom zullen jullie ook al wel hebben opgemerkt, dat de zogenaamde wonderdadige genadebeelden meestal pure karikaturen zijn. Daarom zou een hemel, zoals we die onlangs zagen, voor deze hemelbewoners veel te mooi zijn en daardoor ook lang niet zo'n waarachtige en almachtige werking hebben.
Hoofdstuk 75: Tocht door de kloosterhemel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[4] Ook naderen ze ons met zeer ernstige gezichten, waaruit voor ons werkelijk niet veel troost kan worden geput. Als ik er ook maar aan terugdenk hoe het met ons priesterleven op aarde gesteld was en bedenk hoe wij, die het evangelie van de Heer goed kenden, maar geen letter ervan daadwerkelijk in ware christelijke zin onder elkaar in praktijk hebben gebracht en hoe wij, in de letterlijke zin van het woord en de betekenis daarvan, de zuiver goddelijke Geest altijd hebben tegengewerkt, o broeders, dan zou ik nooit een treffender opmerking hebben kunnen maken dan door nu te beweren, dat ons allen onder deze hoogst treurige omstandigheden niets anders te wachten staat dan de pure, verschrikkelijke en hete hel! Ik zou bijna willen uitroepen dat de bergen over ons heen mogen vallen, zodat wij niet langer het aangezicht van zulke verschrikkelijke rechters hoeven te zien!
Hoofdstuk 82: Aankomst van de nieuwgewonnen zielen in de 'paradijstuin'. Hun schuldbekentenis - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[5] Ik kan jou verzekeren dat wanneer judas, de verrader, een christelijke gemeente zou hebben gesticht, die zeker beter zou zijn uitgevallen dan deze, welke niet uit het christendom maar uit het heidendom is voortgekomen. Men heeft namelijk het heidendom slechts een beetje met het christendom gezouten. Want zoals het zout bij een gerecht het kleinste onderdeel is, zo is ook het christendom slechts het allerkleinste deeltje in dit heidendom. Dat zou nog te verdragen zijn als het maar goed was, maar als het zout zelf verschaald is, hoe kan het dan het pure heidendom tot een christendom kruiden?
Hoofdstuk 85: Het woord van de Heer! - De eigenlijke rechter - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Goed, zeg ik, wie mij zo'n verwijt maakt, vraag ik vriendelijk het voorgaande wat grondiger door te nemen. Hij zal daar het bewijs vinden dat ik helemaal niet heb beschreven wie er in de hel komt en hoeveel er dat zijn; ik heb slechts aan iedereen te kennen gegeven wat er bij de mensen als pure hel in de verschijningsvorm optreedt. Op de gehele aarde is er namelijk niet één mens zo volmaakt, dat hij niet de hele hel volkomen in zich zou dragen, evenals hij ook de hele hemel in zich draagt.
Hoofdstuk 117: Hemel en hel - polariteiten in de mens - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Willen jullie het beeld van de tweede hel, doe dan hetzelfde. Jullie zullen meteen overal verborgen listigheid beginnen te ontdekken en nergens zullen jullie mensen of geesten samen zien, die niet elkaars doodsvijanden zijn. Ook al bejegenen zij elkaar uiterlijk vriendelijk en vol hoffelijkheid en ook vol schijnbare wederkerige liefde, dan is al deze liefde toch niets anders dan pure haat. Want het is allemaal politiek om de tegenstander vredig te stemmen en hem fijntjes te ontwapenen, om hem dan des te zekerder zonder tegenstand te kunnen overvallen en te gronde te richten.
Hoofdstuk 109: Beelden van de eerste en de tweede hel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Om uit de nadere beschouwing van deze inderdaad onduidelijk geformuleerd lijkende wet een dergelijke conclusie te trekken, lijkt me toch wat al te bar. Men kan daarom veeleer concluderen dat deze wet, evenals alle andere, hoogst nauwkeurig is. Zij is alleen mettertijd en heel in het bijzonder in de tijd dat de hiërarchie is ontstaan, zodanig verdraaid en verkeerd uitgelegd, dat nu geen mens meer de eigenlijke, ware betekenis van deze wet kent. En dat is uit pure hebzucht gebeurd. In haar eigenlijke zuivere betekenis zou deze wet het priesterdom nooit een cent hebben opgebracht, maar in haar versluierde betekenis gaf zij aanleiding tot allerlei betaalde bemiddelingen, dispensaties en echtscheidingen, en dat natuurlijk vroeger heel wat meer dan tegenwoordig. Want destijds was het zo gesteld, dat twee of meerdere buren zich helemaal niet konden beschermen tegen het zondigen tegen deze wet. Waarom dan niet?
Hoofdstuk 94: Wie is de `gij' in het tiende gebod? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[20] Maar hoe kan men de broodkast van de ware gelijkenis met God dan in zichzelf openen en zich verzadigen? Zeker niet anders dan door het in zichzelf aanwezige innerlijke middel zodanig aan te wenden, dat men zich naar de van God vernomen waarheid richt. Dat men verder van de van buitenaf aanschouwde vormen slechts datgene voor daadwerkelijk gebruik opneemt, wat men en in hoeverre men dat als volledig in overeenstemmende gelijkenis met het innerlijke licht, dus goddelijk waar heeft bevonden. Zodra dat niet het geval is, is alles wat de mens doet en onderneemt een vals getuigenis over de innerlijke goddelijke waarheid en dus een pure leugen tegenover iedere medemens.
Hoofdstuk 86: Wat is een vals getuigenis? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[14] Weet je wat de liefde voor God inhoudt? Wil je een kind van de Heer zijn, dan moet je niet de eerste en de voornaamste willen zijn, maar je moet zijn als de minste knecht onder al degenen die je leidt. Je moet hun niet de wijsheid op zich leren, maar de pure deemoed en liefde; dan zullen jij en jouw huisgenoten pas de ware wijsheid verkrijgen, waarin de basis van alle werkende krachten ligt. De hele regel luidt dus als volgt:
Hoofdstuk 59: Voorwaarden ter verkrijging van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Als we trouwens heel aandachtig naar de vlakke wand kijken, ontdekken we niet eens een of andere toegangsdeur en het lijkt er heel sterk op dat hier ofwel pure geesten wonen of dat daarbinnen helemaal niemand woont. Waarlijk, over deze hoogst luchtige inrichting zou men zich werkelijk een beetje kunnen amuseren, want waar niets te zien is, is voor het kijkende subject ook eigenlijk geen object voorhanden. We zouden wel eens willen weten hoe men dan zonder een object tot een duidelijk begrip over het een en ander zou kunnen komen. Men zou hoogstens vanuit zijn eigen fantasie een heel regiment hypothesen kunnen opstellen, deze dan als een kaartspel door elkaar schudden, in een bak gooien, er op goed geluk een uittrekken en die dan tot hoofdprijs maken.
Hoofdstuk 47: Negende verdieping. Verschil tussen wijsheids- en liefdelicht - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Ja mijn lieve vrienden en broeders, we bevinden ons hier op het eerste niveau boven de halve hoogte van dit gebouw en daarom hebben we nu al met voorwerpen van pure wijsheid te maken. Tot nu toe bevonden we ons in het fundament, dat wil zeggen in de liefde, maar nu gaan we uit de liefde naar de wijsheid en dat is voor God een gepaste weg. Omdat objecten van de wijsheid toch beduidend moeilijker te bevatten zijn dan objecten van de liefde, moeten we ons hier ook wat meer inspannen om niet, zoals jullie gewoonlijk zeggen, het overzicht kwijt te raken.
Hoofdstuk 40: Overgang van de liefde in de wijsheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Geliefde broeders, ik zeg jullie: waar een hele wereld is, daar moet toch ook aanwezig zijn wat die wereld draagt. Jullie zeggen nu: bestaat er in de onmetelijke scheppingsruimte wel zo'n prachtige wereld? Ja zeker, lieve vrienden en broeders. Jullie moeten andere hemellichamen niet met jullie aarde vergelijken, want dat is in vergelijking met vorstelijke paleizen slechts een armzalig kamertje. Jullie hebben bij de beschrijving van de natuurlijke zon en van enkele planeten van jullie zonnestelsel zeker opgemerkt met hoeveel meer pracht en luister deze zijn ingericht dan jullie aarde. Ik zeg jullie echter: dit alles is nog maar pure armoede vergeleken bij zo menige heerlijkheid op de grotere hemellichamen in de onmetelijke scheppingsruimte. Zelfs deze wereld, die jullie uit jezelf hebben opgeroepen en waarop we nu wandelen is nog lang niet de mooiste.
Hoofdstuk 14: Liefde, het grote middel om tot inzicht te komen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] 'Ezel en gek die ik ben, wat zit ik me vergeefs moe te maken? Ik bevind mij nu in het pure niets, waarom zou ik dan verder door willen dringen in het niets?! Ook ik wil binnengaan in de rust van het niets, om in haar ook in niets over te gaan. Ja, dat is de weg naar de volledige vernietiging! Wist ik maar of ik werkelijk ben doodgeschoten. Maar dan moest ik volkomen dood zijn, wat bij mij niet het geval is. Ook merk ik niets van een of andere ontbinding!
Hoofdstuk 5: Pogingen om in de lege ruimte te lopen. Zelfgesprekken over het niets en over het voortbestaan. Vloek tegen God, de veroorzaker van het leed - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Als ik je echter een kleine hartewens mag voorleggen en het in jouw macht ligt die te verwezenlijken, dan beveel ik je in de eerste plaats mijn arme familie aan, dat zijn mijn lieve vrouwen mijn vier kinderen! Dan verder alle goede mensen die rechtschapen zijn van hoofd en hart! Laat echter de pure egoïsten, die ten koste van de hele overige mensheid, alles hebben gedaan om voor de toekomst van zichzelf en hun nakomelingen te zorgen, nog op aarde ondervinden hoe het diegenen vergaat, die van dergelijke rijken afhankelijk zijn en van de ene dag in de andere moeten leven! Maar ook dit moet je beslist niet beschouwen als een wens, want ik voor mij vind in jou meer dan voldoende schadeloosstelling voor alles wat ik op aarde heb geleden en verloren!'
Hoofdstuk 15: Goed antwoord van Robert. Vrome wensen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29  ...