Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

368 resultaten - Pagina 16 van 25

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25
[1] Kijk, de berg loopt niet zo steil omhoog als het er van veraf uitzag, want zulke bergen zien er alleen van een zekere afstand heel steil uit, maar in werkelijkheid zijn ze bij lange na niet wat ze lijken. Ze beslaan echter een des te groter oppervlak omdat ze slechts heel langzaam oplopen; dat is ook noodzakelijk opdat er uit zo'n uitgestrekt bosgebied een toereikende hoeveelheid groen licht komt, dat in het witte licht van de aangrenzende lichtrivier overloopt en het etherisch verzadigende deel kan opnemen.
Hoofdstuk 28: Tocht door een ander zonnedistrictsgebied. Liefde, de oergrond van geloof en hoop en tevens de vrucht van beide - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] We zijn bij de oever en dus ook al aan de voet van de berg. Kijk eens naar de grond, hoe fluweelachtig hij is bekleed met heel zacht gras en wat een hoogste reinheid hij voor ons ten toon spreidt! Is het niet een lust om op zo'n grond onder de groen stralende bomen te wandelen? Ja werkelijk, dat is op zich al hemels heerlijk!
Hoofdstuk 27: Waarom er op de centrale zonnen bijna geen dieren zijn. Een licht op het voorbeeld van de rijke jongeling. Tocht door een uitgestrekter zonnedistrict - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] Waarom dan? Hoe is dit duidelijk te bewijzen? Dit kunnen jullie op aarde, en wel bij de mensen zelf, al heel duidelijk zien. Mensen die vol liefde voor de Heer en hun broeders zijn, lijken op werelden vol innerlijk vuur. Hoe gemakkelijk zulke mensen tot een waarachtig, innerlijk leven komen, leren jullie uit veelvuldige ervaringen en door het eigen woord van de Heer zelf, waarin Hij zegt: 'Mijn juk is zacht en Mijn last is licht.'
Hoofdstuk 27: Waarom er op de centrale zonnen bijna geen dieren zijn. Een licht op het voorbeeld van de rijke jongeling. Tocht door een uitgestrekter zonnedistrict - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] Een soortgelijk geval kan zich dan ook hier voordoen en bijna nog gemakkelijker dan op aarde. Wanneer jongemannen ten gevolge van hun vrijheid zo nu en dan zo'n hoofdpaleis bezoeken en daar vaak de etherisch vrouwelijke schoonheden te zien krijgen, dan begint het bij hen geweldig begerig te kriebelen en ze zouden dan alles op het spel willen zetten om in het bezit van zo'n onuitsprekelijke schoonheid te komen. Het is echter de vraag of ze dat op een rechtmatige manier kunnen bereiken. Ook dat kunnen ze bijna op dezelfde manier zoals dat op aarde niet zelden het geval is.
Hoofdstuk 21: De liefde zet het hout op het altaar in vlammen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Achter de zuilenrijen zien jullie een vlakke wand, die is uitgevoerd in een lichtgevende zacht rozenrode steen. In de muur bevinden zich naar verhouding grote ramen en deuren die uitkomen op de prachtige galerijen.
Hoofdstuk 20: Beschrijving van nooit vermoede pracht. Gelijkenis van winterpracht en lentewarmte - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] En als ze dan zullen zeggen: o Heer, liefdevolste Vader, kijk, een weinig brood en enkele visjes hebben we, dan zal Ik tegen hen zeggen: breng alles wat jullie hebben maar hier, dan zal Ik het voor jullie zegenen met Mijn liefde, genade en erbarming, en zal jullie dan een levend, innerlijk geestelijk brood geven. Wanneer jullie dit brood zullen eten en van Mijn wijn zullen drinken, dan zal jullie hard geworden brood en jullie te zoute vis zacht en gezuiverd en zo tot een levend voedsel voor jullie worden, waarmee jullie je voldoende zult kunnen verzadigen voor het eeuwige leven.
Hoofdstuk 8: De grote betekenis van deze maaltijd, in het bijzonder voor de aarde. We treden uit de sfeer van Marcus - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Kijk, daar recht voor ons is een brede, glanzende trap die is voorzien van leuningen als van louter doorzichtig goud gemaakt. Deze trap leidt omhoog naar het middelste gedeelte van het herenhuis. Ons gezelschap begeeft zich nu samen met de apostelen naar boven; dus volgen ook wij. Nu zijn we al bij de toegangsdeur van de grote zaal. De Heer opent de deur en we gaan allemaal naar binnen. Zie welk een oneindige pracht en heerlijkheid er in deze enorm grote zaal aanwezig is! De vloer lijkt eveneens van doorzichtig goud en als jullie hem goed bekijken, zullen jullie in dit goud overal een zacht-glanzend schrift zien.
Hoofdstuk 7: Het avondmaal met lam, brood en wijn - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] De oudste zegt: kom dan hier voor mij staan, wend je gezicht naar de vlam en lees, wat ze jou te zeggen heeft. Het vrouwelijk wezen gaat voor de oudste staan en leest in de vlam: jouw God en Heer is een God vol liefde en erbarming en Hij zal jou een zacht juk en een lichte last te dragen geven! Wees deemoedig van hart, vergeet de grote pracht van deze wereld en vertrouw je toe aan de almachtige bescherming van de grote God! Hijzelf zal jou onzichtbaar op Zijn eigen handen dragen door een kort materieel leven tot aan Zijn woning, alwaar je het grote kindschap zult ontvangen en eeuwig zult leven in het huis van de almachtige Goddelijke Vader. Heb je, in je liefde tot deze grote God de moed, leg dan je hand op het altaar!
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Daarom hebben de zalige geesten van de aarde vanuit de liefde van de Heer in deze hemel dan ook dit onbegrensde werkterrein. Zij kunnen zich overal heen begeven. Overal ligt er voor hen een effen weg. Voor hen is er nergens een 'op' en 'neer', zoals jullie op overeenkomstige wijze ook niet kunnen zeggen dat een etherisch lichte mens, waarop geen hemellichaam nog enige aantrekkingskracht kan uitoefenen, zich in de lichte etherzee ergens lichter of zwaarder op en neer zou kunnen bewegen, omdat hij zich met hetzelfde gemak in alle richtingen kan bewegen zoals een gedachte, waarvoor het 'op' en 'neer' toch zeker ook om het even is.
Hoofdstuk 4: De drie hemelen - hun structuur - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] Daar we deze verbanden nu duidelijk hebben uitgelegd, kunnen we overgaan naar de derde beschouwing van ons voorbeeld en deze is de overeenstemmend geestelijke. Dingen die volkomen met elkaar overeenstemmen, stellen in geestelijk opzicht een vlak voor dat overal helemaal gelijk is. Bijgevolg is in de geestelijke verschijningsvorm het natuurlijk of tellurisch gelijke van alle hemellichamen als één eindeloos uitgestrekte vlakte zichtbaar en dat is eveneens het geval met het atmosferisch en etherisch gelijke.
Hoofdstuk 4: De drie hemelen - hun structuur - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Op elk hemellichaam bevinden zich in deze drie regionen talloze levende wezens. Op de vaste bodem grovere, materiële, in de wolkenregionen meer geestelijke en lichtere en in de derde regionen heel etherisch lichte en volkomen onzichtbare. En toch staan deze drie soorten wezens op elk hemellichaam voortdurend met elkaar in verbinding.
Hoofdstuk 4: De drie hemelen - hun structuur - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Als echter geheel vrije geesten hierin hardnekkig blijven volharden en door geen enkel aangereikt vrij middel, dus niet uit zichzelf te genezen zijn van hun verderfelijke waan, en liever alle bitterheid die ze zichzelf bereiden voor eeuwig willen dragen dan zich ook maar een zeer zacht gebod van de Godheid te laten welgevallen, zeg eens, kan dan de Godheid de schuld van zo'n zelfverdoeming dragen?
Hoofdstuk 24: Troostrijk antwoord op Roberts sombere twijfel. De slechtheid van de vrije mens bestraft zichzelf. Leerzame ervaringen uit de geschiedenis - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[18] Want een oerdomme kerel heeft met het oog op een gelukkiger bestaan veel voor op een verlichte geest. Terwijl deze in het zweet zijns aanschijns zoekt en zoekt om dichterbij de grote en heilige waarheid te komen, om daardoor zichzelf en vele duizenden gelukkig te maken, bidt de zuivere geloofsmens zijn 'Onze Vader', en gaat dan heel behaaglijk op zijn berenhuid liggen en slaapt zorgeloos, zacht en rustig als een marmot! Breekt dan zijn laatste uur aan, dan maakt hij zich daar bepaald niet al te druk over. Als een priester hem maar tegen enkele goed betaalde missen dispensatie van de hel en aflaat van de tijdelijke straffen in het vagevuur verschaft! Zijn blinde geloof neemt dat allemaal voor goede munt aan en hij sterft in de optimistische hoop rechtstreeks naar de hemel te gaan. Dat noem ik toch maar gelukkige domheid! En ik voeg er nog aan toe:
Hoofdstuk 32: Heb Mij, Jezus, lief want in Christus woont lichamelijk de volheid van de Godheid! Robert twijfelt aan de Godheid van Jezus; wil echter blind geloven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Abraham zegt: 'Heer, duizend of tienduizend jaren zijn voor U als één enkele dag! Want uit U kwamen tijd en ruimte voort, maar U stelde Zich als Heer over beide. En het verste verleden, evenals de verste toekomst, zijn voor U als de geschiedenis van één dag! Liefde is Uw wezen en Uw wijsheid de grootste goedheid. Zacht als wol is Uw gemoed en mild als een avondbriesje in de lente Uw hart. Al Uw wegen heten erbarmen, en Uw leiding is de gerechtigheid van Uw hart!
Hoofdstuk 79: De plechtige raadsvergadering. De vraag van de Heer: wat moet er met de aarde gebeuren? Adam, Noach, Abraham, Isaak en Jakob spreken - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Daarom alle eer aan Hem alleen, die de Zijnen steeds zo zacht en mild leidt als een kloek haar kuikentjes! Ik denk dat jullie nu wat de Roomse betreft volledige duidelijkheid hebben gekregen. Wenden jullie je nu dan alleen tot Jezus Christus, opdat jullie allen voor eeuwig het volste licht mogen krijgen.'
Hoofdstuk 116: Misvorming van de zuivere leer van God tengevolge van de vrije wil van de mens. Het einde van de lankmoedigheid van de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25