Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2588 resultaten - Pagina 16 van 173

...  4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29  ...
[2] Als je in je hart toorn voelt over de zondaar die de gerechte straf verdiend heeft, leg de tuchtroede dan uit je hand. In toorn is zij nooit een heilzame wegwijzer, maar een slang, die in de wond die zij de wandelaar door haar beet toebrengt, geen heilzame balsem, maar een dodelijk vergif spuit, dat de gewonde de dood brengt.
Hoofdstuk 164: Over het volgen van Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] Door dit luide lofgezang ontwaakten ook alle anderen en mengden zich meteen in het koor van de leerlingen, en Ik liet hen allen uiting geven aan hun gevoelens, en JARAH omklemde Mijn voeten en huilde van overgrote vreugde en zaligheid! Toen zij ongeveer een half uur van vreugde aan Mijn voeten gehuild had en de leerlingen hun morgengroet beëindigd hadden, richtte de kleine zich op en zei met een veelbetekenende stem: "O aarde, wanneer, wanneer zul je weer zo gelukkig zijn door deze voeten te worden betreden? Zwijgende moeder der zonde, voel je wel wie Degene is die nu op je staat? Nee, nee, je voelt het niet, je kunt het niet voelen want je bent te dood en te klein! Hoe zou jij kunnen begrijpen wat voor de oneindige ruimte en voor al de talloze myriaden wezens daarin, te ondenkbaar groot en te heilig is!? Waar zal ik beginnen en waar eindigen om maar Zijn heerlijkheid te bezingen zoals die zichtbaar wordt in één dauwdruppel? Want Hij, God de Eeuwige, is het toch die zowel de dauwdruppel als die eindeloos grote lichtwerelden schiep! O Heer, o mijn God, vernietig mij toch, want mijn hart verdraagt de te vurige liefde voor U niet!
Hoofdstuk 144: God, de volmaakte mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] EBAHL zegt, erg ongerust over zulke eisen van de kant van de tempel: "Heer, zo gaat dat nu jaar in jaar uit. U bent nu nog maar net vijf dagen hier en U heeft reeds de vierde tocht van deze leeglopers meegemaakt. Ze trekken steeds maar heen en weer door het land en iedere plaats die zij bij hun trektochten overvallen takelen ze vaker erger toe dan een leger sprinkhanen! Als dat zo tien keer per jaar gebeurde, nou, dan zou ik er nog vrede mee hebben; maar iedere week twee, drie of vier van zulke groepen op je dak te krijgen en ze daarbij ook nog alle mogelijke hulp te moeten verlenen, daar zou zelfs een engel zijn geduld bij verliezen en bovendien nog straatarm worden ook! Wat moet ik nu doen? Echt, ik doe, naar vermogen, graag iedere dag alle mogelijke goeds aan alle armen, maar deze schurken, deze ware foltermeesters van de arme mensheid zou ik alle dood en verderf toewensen!"
Hoofdstuk 162: Julius werkt de Farizeeën weg. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Geloof ook niet, dat je een vijand kwijt raakt door hem de doodstraf te geven! Want als hij in dit aardse leven slechts een enkele vijand van je was, dan zal hij na zijn lichamelijke dood als vrije geest een honderdvoudige vijand van je worden en je je leven lang met honderderlei kwade zaken kwellen, en je zult geen middel kunnen vinden om je te bevrijden van je onzichtbare vijand.
Hoofdstuk 164: Over het volgen van Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Het is natuurlijk wel makkelijker een oordeel over iemand uit te spreken, dan een oordeel te verdragen. Maar wie het oordeel van een veroordeeld mens op zich neemt en dan zorgt dat de veroordeelde weer op het goede pad komt, die zal eens in Gods rijk een grote naam hebben. -Denk allen goed aan wat Ik nu heb gezegd! Want als Ik het zó bepaal en wil hebben, dan kunnen jullie het toch niet anders willen hebben en doen!? Ik ben de Heer over leven en dood! Alleen Ik weet wat het leven is, en wat ervoor nodig is om het voor eeuwig te behouden en het in alle gelukzaligheid te genieten!
Hoofdstuk 164: Over het volgen van Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] Als jullie Mijn leer zullen navolgen, dan zullen jullie het leven in alle gelukzaligheid behouden. Maar als jullie tegen Mijn leer in handelen, dan zullen jullie het leven verliezen en de dood ingaan, die de ongelukkigste toestand van al het leven is, een vuur dat nooit dooft en een worm die nooit sterft!"
Hoofdstuk 164: Over het volgen van Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] Zo kunnen vaak de ouders hun kinderen niet vaak genoeg en met voldoende resultaat waarschuwen voor bepaalde spelletjes, die vaak zeer gevaarlijk kunnen worden. Dan komen wij met onze hemelse onaangenaamheid en maken dat zulke kinderen zich bij hun verboden spelletjes heel gevoelig verwonden, vaak laten wij het er zelfs op aan komen dat daarbij een kind de ongehoorzaamheid met de dood bekoopt, als afschrikwekkend voorbeeld voor de anderen. De kinderen worden daardoor afgeschrikt, krijgen eindelijk grote angst voor de gevaarlijke verboden spelletjes en doen die niet meer. Dan is de spreuk op hen van toepassing: 'Een gebrand kind vreest het vuur!'
Hoofdstuk 165: Hemelse kwade ingrepen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Hoe zal iemand zich ooit bij Uw goddelijke leer der vriendschap thuis voelen, als slavernij van zijn naasten voor hem de voornaamste voorwaarde is voor zijn goede leventje? Ja, Heer en Meester en enige echte Het land van de arme lijdende mensheid, ga maar, doe wonderen, predik de eeuwige slavernij en toon het wegkwijnende volk dat een Caesar alleen het recht heeft op de aarde te leven, en het volk alleen maar in zoverre het Caesar belieft! Getuig verder luidkeels dat de Caesar het onbetwistbare recht heeft naar willekeur over ieders leven en dood te beschikken en alle schatten en goederen der aarde in beslag te nemen, dan zal men U weldra koninklijke klederen aandoen en U zult rondgaan in grote pracht en majesteit!
Hoofdstuk 172: Het leven kan slechts door strijd behouden blijven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] MARCUS zegt: "Ja, ja, zoals ik gisteren al zei: "Dit gebroed is tot iedere denkbare misdaad in staat! U moet zich daarom zo lang als maar mogelijk is in acht nemen voor de zogenaamde stad van God, want die zal U doden, tenzij U daartegen al Uw voorzichtigheid en goddelijke almacht in 't geweer brengt; want de dienaren van de tempel ken ik uit en inwendig! Wie het waagt hun leer, die al lang een leer van de boze geest is, aan te pakken, moet tegen de totale hel vechten. Hun vriendschap is onheil en hun vloek is de dood. Het leven van een mens staat voor hen gelijk met het leven van een mug, waar geen mens op let omdat dat te onbeduidend is."
Hoofdstuk 182: De Heer voorspelt Zijn dood en opstanding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] De LEERLINGEN zeggen: "Zover wij onze Heer en Meester kennen, zal toch al hun nog zo geraffineerde slechtheid te pletter lopen op Zijn wijsheid, want Hij die de dood gebieden kan, Hij, die de doden weer tot leven wekken kan, zal moeilijk te doden zijn!"
Hoofdstuk 182: De Heer voorspelt Zijn dood en opstanding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] Hun noodlot zal echter daaruit bestaan, dat de gedode, na nauwelijks drie dagen, als een machtige overwinnaar van de dood en al zijn vijanden, tot eeuwige troost van Zijn vrienden en broeders, ongedeerd, in Zijn volle kracht, en geheel en al bruisend van leven, uit het graf zal opstaan! Dan zullen zij in grote vrees en vertwijfeling zich beraden hoe zij de uit de dood opgestane weer zouden kunnen doden, maar zij zullen niet in staat zijn om een besluit te nemen, en hun val zal spoedig daarop volgen.
Hoofdstuk 182: De Heer voorspelt Zijn dood en opstanding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] Jullie zullen weliswaar bedroefd zijn en terwille van Mij grote angst doorstaan, maar je bedroefdheid, vrees en angst zal spoedig veranderen in grote vreugde, als je de gedode weer heersend over al het leven en alle dood, net zoals nu, bij je zult zien!"
Hoofdstuk 182: De Heer voorspelt Zijn dood en opstanding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[26] Maar naast de valse leraren en profeten zijn er ook echte en waarachtige, die ogen, harten en monden hebben waaruit Gods licht straalt. Die lijken op de door licht omspoelde wolkjes, die de op til zijnde zonsopgang aankondigen. Als het alleen maar bleef bij die, hoe mooi ook, stralende wolkjes, dus de echte en waarachtige profeten, dan zou het er in de harten van de mensen na verloop van tijd toch net eender uit gaan zien als in de aardse streek van de middernachtszon, namelijk star, koud en dood. Maar op de echte lichtwolkjes, die voor de zon uit gaan, volgt de zon zelf, en bij haar eerste lichtstraal die zij over de nog grauwe bergen en velden der aarde laat vallen, wordt alles wakker, vol vreugde en vol leven. De vogels zingen de opkomende moeder van licht en warmte hun zuivere psalmen tegemoet, de muggen en kevertjes verheffen zich in de van licht doordrongen lucht en zoemen de heerlijke moeder van de dag geestdriftig toe, en de bloemen der velden heffen hun koninklijk versierde hoofdjes omhoog en openen hun balsemrijke mond om de grote wereld verwarmster de heerlijkste geur tegemoet te ademen.
Hoofdstuk 175: Valse en ware profeten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] In het achterland van het zogenoemde Klein-Azië ligt een door mensen bewoonde streek, waar de vrouwen merendeels onvruchtbaar zijn. Wat de oorzaak daarvan is kan ik U niet vertellen. Wel is het een voldongen feit dat, zodra die vrouwen gemeenschap hebben met Joden of Samaritanen, zij even goed vruchtbaar worden als die van ons. Nu, sinds lang kennen de Farizeeën, die hun slechte volgelingen over de hele wereld uitzenden, die onvruchtbare vrouwen en zij zijn vaak met karavanen daarheen getrokken om de onvruchtbare vrouwen vruchtbaar te maken! Dat was, zeg maar, een vriendendienst die steeds goed werd betaald. Maar bij deze dienst bleef het niet, omdat langzamerhand de Klein-Aziatische mannen leerden inzien dat zij bedrogen werden. Hun vrouwen bleken namelijk in het vruchtbaarheidsinstituut dat de zendelingen uit Jeruzalem aan de grens van die gemeenten al jaren geleden opgericht hebben, niet echt zwanger geworden te zijn. De zendelingen kochten namelijk hier in dit land, en ook in Judéa, pas geboren kinderen op en lieten deze in het genoemde instituut brengen, waar de overigens zeer mooie en weelderige, maar onvruchtbare, vrouwen tien maanden moesten blijven. Na afloop van de tien maanden, waarin de geile apostelen van de tempel zo vaak gemeenschap met zo'n vrouw hadden, dat zij er haast dood aan ging, werd haar zo'n gekocht kind aangeboden. Dat gebeurde dan op zo'n sluwe manier, dat de vrouw zelfs dacht dat het haar kind was! Maar zoals gezegd in de loop der tijd kwamen de mannen toch achter het bedrog, omdat een eerlijke Samaritaan de Klein-Aziaten vertelde wat de zogenaamde vrome apostelen van Jeruzalem, de stad van God, uitspookten.
Hoofdstuk 178: Marcus vertelt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] Zulke kinderen van een tot twaalf jaar oud, worden in het bewuste bevruchtingsinstituut gebracht en daar een tijdlang goed gevoed, vooral met bloedvermeerderende voedingsstoffen. Blijkt zo'n kind veel bloed te hebben, dan ontkleedt men het, brengt het in de slachtkamer en geeft het daar in handen van zelf meegebrachte en in eigen dienst staande slachters. Die binden dicht bij het lichaam de handen en de voeten van de ongelukkige kinderen, zetten dan de zo gebonden kinderen met een prop in de mond vast aan een paal in het midden van een bak, blinddoeken vervolgens de arme kinderen en snijden dan de, op zo'n ten hemel schreiende manier klaar gemaakten, aan handen en voeten de aderen door. Terwijl de ongelukkigen zo doodbloeden en natuurlijk na verloop van enige ogenblikken dood zijn, leven de 'apostelen van God' uit Jeruzalem, de stad van God, rustig verder alsof er niets aan de hand is. De ontzielde lichamen van de zo vermoorde kinderen worden in een speciaal daarvoor gebouwde grote oven verbrand, en hun zo verkregen bloed wordt hetzij vers of ook in de omschreven gedroogde toestand voor het bepaalde doel verkocht. De hel moet dit meer dan helse middel gezegend hebben, want de vrouwen die dit bloed gebruiken schijnen nu werkelijk vruchtbaar zijn!
Hoofdstuk 178: Marcus vertelt. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29  ...