Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

6469 resultaten - Pagina 16 van 432

...  4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29  ...
[7] Want het rijk van de Messias zal geen rijk van deze wereld zijn, maar een rijk van de geest en de waarheid in het eeuwige rijk van Mijn Vader, en daar zal nooit of te nimmer een eind aan komen! Wie in dit rijk opgenomen wordt, die heeft het eeuwige leven en dit leven zal een zaligheid zijn, die nog nooit iemand heeft gezien, waar nog nooit iemand van gehoord heeft en die nog nooit door iemand in zijn hart is gevoeld!'
Hoofdstuk 36: De Heer trouwt Joram en Irhaël. De eerste van twee volle dagen in Sichar. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Joram, jij behoeft niet meer bang te zijn voor Irhaël, want ze is nu volkomen gezond naar lichaam en ziel. En Irhaël, jij hebt aan Joram een hemelse man en je zult geheel en al gelukkig met hem zijn, want hij is geen aardse geest, maar een geest, die van boven gekomen is.'
Hoofdstuk 36: De Heer trouwt Joram en Irhaël. De eerste van twee volle dagen in Sichar. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Als in jullie echter de geest opnieuw wordt geboren, zoals Ik dat in Jeruzalem aan Nicodémus heb uitgelegd toen hij 's nachts bij Mij kwam, dan zal je alles in je opnemen en begrijpen en geheel en al doorleven. Hiermee zijn ze allen tevreden en klaar met hun vragen.
Hoofdstuk 37: Bij Irhaël. Over de betekenis van de droom. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Ik zeg: 'U bent toch een opperpriester en u bent blinder dan een mol onder de grond; wat moet Ik dan van de anderen denken en verwachten?! Ik gaf u hier beelden, en u neemt alleen de bijbehorende materie in u op en die dreigt u te verstikken, maar de geest die Ik In deze beelden gelegd heb, beseft u niet.
Hoofdstuk 40: Op Garizim. Kritiek op de bergrede. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Geloof Mij: Zo wijs als u denkt dat u bent, zo wijs zijn wij ook, en wij weten het zeer goed of een mens zich verminken kan en wil om het eeuwige leven te verkrijgen! Maar wij weten ook, dat u de geest van deze leer niet begrijpt en nog lang niet zult begrijpen! Ondanks dat, nemen wij onze woorden niet terug. U heeft wel oren, maar die horen niet het juiste, ook heeft u ogen, die echter evenzo geestelijk blind zijn, en, hoewel uw oren en ogen open zijn, hoort en ziet u toch nog niets!'
Hoofdstuk 40: Op Garizim. Kritiek op de bergrede. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] De opperpriester zegt: ' Ja, ja, U kunt daarmee wel gelijk hebben, en ik wil en kan bij voorbaat ook niet bestrijden of, hoe en wat voor geestelijke zaken er zich in Uw gebruikte beeldspraak bevinden; maar dáárin moet U me dan toch gelijk geven, dat, als ik bijvoorbeeld iemand een les geef, waarvan ik wens dat die door hem als mijn leerling begrepen en uitgevoerd zou moeten worden, ik die les toch noodzakelijkerwijs zo brengen moet, dat mijn leerling de juiste bedoeling daarvan begrijpt. Als ik nu weet dat mijn leerling mijn les naar de geest van de daarin besloten waarheid geheel begrepen heeft, dan kan ik ook geheel terecht van mijn leerling verlangen, dat hij mijn les uitvoert.
Hoofdstuk 41: Onbegrip voor de beeldspraak der bergrede. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Kijk Meester, dan zal de leerling het begrijpen en dan kan ik, zoals reeds eerder opgemerkt, geheel terecht van hem verlangen, dat hij naar de geest der waarheid van mijn leer zal handelen! Kan ik echter, zonder een dwaas te zijn, ook verlangen dat hij handelt volgens mijn harde symbolische beeld? Als ik dat in volle ernst aan mijn leerling zou vragen, dan zou ik mij voor alle denkende mensen toch wel gedragen als iemand, die water in een goed gesloten kruik droeg, terwijl een dorstige naar hem toe komt en hem smeekt, dat hij hem te drinken zou geven. De waterdrager zou hem meteen de gesloten kruik aanreiken en zeggen: 'Hier heb je de kruik, -drink!' Hij zou nu proberen te drinken, maar geen opening vinden en de drager vragen: 'Hoe kan ik daaruit drinken? De kruik is toch aan alle kanten dicht!' De drager zou tegen hem zeggen: 'Als je blind bent en de opening niet kunt vinden, slok dan de hele kruik op en dan zul je op die manier ook wel het water mee opslokken!'
Hoofdstuk 41: Onbegrip voor de beeldspraak der bergrede. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Dat wil niet zeggen, dat ik U direkt voor een nar houd; maar als U zegt dat wij de geest van Uw leer door onze geestelijke blind en doofheid niet zien en begrijpen kunnen, dan is Uw leer toch net als het water in de afgesloten kruik, die in alle ernst door de dorstige tegelijk met het water opgeslokt zou moeten worden, een eis, die slechts een ontsnapte profeet uit een gekkenhuis zou kunnen stellen! - U mag erover denken, zoals U wilt! Zolang U aan Uw leer, die op menig punt veel goeds en waars bevat, geen voldoende uitleg meegeeft, blijven ik en veel verstandige denkers bij deze gedane uitspraak! Want echt, U zult nooit beleven, dat wij volgens Uw leer nu meteen zullen beginnen om handen en voeten af te hakken, en ogen uit te rukken! - Ook zullen we net als altijd werken en ons brood in het zweet ons aanschijns verdienen, en degene, die zich boosaardig aan ons zal vergrijpen, die zal zijn rechtvaardige straf niet ontlopen!
Hoofdstuk 41: Onbegrip voor de beeldspraak der bergrede. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Ik zeg: 'Ik ben echter van mening, dat het de wetgever vrij staat de wet te handhaven en deze zelf naar geest en waarheid uit te voeren, of deze ook wel onder bepaalde voorwaarden geheel op te heffen!'
Hoofdstuk 41: Onbegrip voor de beeldspraak der bergrede. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Let nu goed op! Wat bij de natuurlijke mens het oog is, dat is bij de geest het zien van die goddelijke en hemelse dingen, die voor het wezen van de geest een belofte inhouden voor zijn zalige eeuwige bestaan.
Hoofdstuk 42: De bergrede door Nathánaël duidelijk uitgelegd. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Toen de Heer hier over twee ogen, handen en voeten sprak, bedoelde Hij daarmee niet de twee ogen en de twee handen en voeten van het lichaam, maar alleen het kennelijk dubbele gezichts-, bezigheids -, en verplaatsingsvermogen van de geest, en Hij waarschuwt niet het vlees, dat geen eigen leven heeft, maar de geest, om zich liever niet met de wereld bezig te houden als deze hem te veel zou aantrekken. In dat geval is het beter zonder alle kennis van de wereld het eeuwige leven in te gaan, dan door te veel wereldse kennis tenslotte door het onafwendbare wereldse gericht opgeslokt te worden.
Hoofdstuk 42: De bergrede door Nathánaël duidelijk uitgelegd. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Het woord van de Heer is net als al Zijn werk. Hij geeft ons Zijn leer in de vorm van zaden. Wij moeten die eerst in de voedingsbodem van onze geest zaaien; die voedingsbodem heet liefde, daar zal het zaad dan groeien en een boom van de ware kennis van God en onszelf worden, en op de juiste tijd zullen we dan van deze boom volkomen rijpe vruchten voor het eeuwige leven kunnen verzamelen.
Hoofdstuk 43: Verdere uitleg van Nathánaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Het voornaamste is echter de liefde; zonder liefde is de geest niet vruchtbaar en geeft zij geen vruchten! Zaai de tarwe maar in de lucht; en kijk of hij groeit en of je er vruchten van krijgt! Als je de tarwekorrel echter in een goede voedingsbodem legt, dan zal hij groeien en je veelvoudig vruchten opleveren. De echte liefde is de juiste voedingsbodem voor de geestelijke tarwekorrel die ons door de mond des Heren wordt meegedeeld.
Hoofdstuk 43: Verdere uitleg van Nathánaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Wij geloven jullie niet vanwege de tekenen, die voor een deel ook wel door mensen gedaan kunnen worden, maar wij geloven zuiver vanwege de leer, omdat je die aan óns uitgelegd hebt! Je kunt daarom beter bij 'ons blijven, want bij de hoge Joden en Grieken zal het slecht voor jullie aflopen!
Hoofdstuk 44: Symbolische ogen, armen en voeten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Wij willen dus overal, net als hier bij jullie, onze harten zo goed mogelijk vrij houden van iedere onzuiverheid, opdat de Heer niet van ons weggaat als wij Hem zien; want met een onrein hart kan men God niet naderen en in geest en waarheid Zijn aangezicht en de volheid van de wonderen van Zijn werken zien!
Hoofdstuk 45: Niet iedereen kan de Heer lichamelijk volgen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29  ...