Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

11264 resultaten - Pagina 16 van 751

...  4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29  ...
[15] Toen de huisvader ook dit hoorde, werd hij echt verdrietig en overwoog bij zichzelf of hij met zijn wijngaardeniers een streng gericht moest houden of dat hij vanwege zijn grote goedheid en geduld nog een keer zou proberen om zijn wijngaardeniers aan te zetten tot het vrijwillig overhandigen van zijn vruchten. Hij sprak bij zichzelf: 'Ik weet wat ik zal doen! Ik ga mijn enige zoon erheen sturen! Voor hem zullen ze ontzag hebben en doen overeenkomstig zijn gerechtvaardigde verzoek!
Hoofdstuk 193: De gelijkenis van de wijngaardeniers - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] O, dat was goed voor die aanmatigende en heerszuchtige, schijnheilige huichelaars en zelfzuchtige zeloten, die zichzelf nu al een hogere plaats toebedachten dan God en Mozes zelf Hoe ze ook het volk wilden doen geloven dat God alleen via hen met het volk verkeert en alleen hun stem en hun gebeden aanhoort en verhoort. Maar vandaag is hun duidelijk in het bijzijn van het volk uit de doeken gedaan in welk aanzien ze voor God staan en dat was zo iets voortreffelijks, dat kan gewoon niet meer overtroffen worden door iets anders! Nu, die zullen wel weer de ene vergadering na de andere houden, waarvan de ene nog slechter en dommer zal zijn dan de andere !
Hoofdstuk 204: De Heer met de Zijnen op de Olijfberg Uit de jongelingsjaren van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[4] De waard zei: 'Maar, beste makker, de oude mensen waren ook verstandige lieden; daarom moeten jonge mensen goed rekening houden met hun ervaringen, anders zullen ze heel wat ongemakken te verduren krijgen!'
Hoofdstuk 208: Aankomst bij de Griekse waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[18] Na de maaltijd zei Ik tegen de waard van de herberg: 'Deze herberg is nu een groot heil ten deel gevallen! Vanaf vandaag kun je kippen en schapen houden zoveel je maar wilt en kunt; want Ik wil dat dit gebied door geen enkel roofdier meer wordt lastiggevallen, noch op de grond noch in de lucht, zolang jij en je nakomelingen deze herberg en dit gebied zullen bezitten. Maar als er later ooit andere en slechtere waarden in bezit zullen komen van deze herberg en dit gebied, zullen ze ook weer door de oude plaag geteisterd worden!'
Hoofdstuk 208: Aankomst bij de Griekse waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Het is het beste om in het geheim al zijn leringen en daden te onderzoeken. Als wij vaststellen dat die helemaal zuiver zijn en zijn daden helemaal van goddelijke aard, dan zullen ook wij in hem geloven; als hij echter in onze ogen niet aan deze voorwaarde voldoet, dan blijven wij wat wij zijn, en laten al het andere aan God over!'
Hoofdstuk 5: De Farizeeën spreken met elkaar over de vroegtijdige dood van kinderen en over de Messias (10.10.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Wanneer wij dat de hogepriester duidelijk voor ogen houden, zal hij in zijn woeste ijver zeker bekoelen en niet dikwijls dag en nacht beraadslagen, hoe de Galileeër met zijn hele aanhang gegrepen en te gronde gericht kan worden. Wij zullen dan voor ons zelf wel een gelegenheid vinden om voortaan als ware vrienden en aanhangers van de Galileeër op de een of andere manier persoonlijk met hem samen te komen en ons door hem te laten onderwijzen. Ik denk, dat deze opvatting van mij ook de moeite waard is!'
Hoofdstuk 7: Lazarus kapittelt de laksheid van de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] Ik heb jullie dat nu getrouwen openlijk uiteengezet en duidelijk verklaard, en jullie weten nu dan ook in vrijheid en zonder ook maar enige innerlijke dwang, waar jullie als verbreiders van Mijn evangelie rekening mee moeten houden. Maar als er iemand van jullie of van jullie leerlingen anders zal willen handelen, dan wordt hij weliswaar gewaarschuwd, maar er zal hem door Mij daarom geen innerlijke dwang worden opgelegd. Maar aan de rotte en slechte vruchten zullen de betere mensen al spoedig merken, wat voor mentaliteit zo'n latere leerling heeft.
Hoofdstuk 20: Over de wetten van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Als een argeloos mens dicht bij deze ware helse nesten komt dan wordt hij, opdat het bedrog niet aan het licht komt, in geen geval in de omgeving geduld, maar wordt hem door hun boze kunsten zoveel angst aangejaagd, dat hij vervolgens zelf de beste beschermer en verdediger van een dergelijk hels nest is; want hij vertelt dat aan duizend andere mensen van mond tot mond en allemaal houden ze dat voor iets verschrikkelijk bovennatuurlijks, en geen van die duizend waagt zich daarna ooit meer in de buurt van zo'n werkelijk hels nest. Maar, zoals Ik op deze vraag van jou direct aan het begin al opgemerkt heb, laat maar eens een goed bewapend Romeins leger dicht bij zo'n beruchte burcht met spookgeesten komen, dan zullen de geesten zich niet verroeren, maar zo snel ze kunnen op de vlucht slaan door hun geheime onderaardse gangen.
Hoofdstuk 39: Over ruïnes waar geesten spoken (30.11.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] In die tijd zal ik weer mannen en zelfs maagden opwekken, die de mensen deze waarheid even zuiver en helder uit Mijn mond in hun hart zullen doorgeven als Ik die nu Zelf met Mijn lichamelijke mond aan jullie verkondig, en die waarheid zal voor alle blinde heidenen de machtige en onverbiddelijke rechter zijn.
Hoofdstuk 42: De juiste boetedoening - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Maar nu begint het eerste ochtendlicht aan te breken, en onze tempeldienaren in de andere zaal beginnen daar in beweging te komen om weldra op weg te gaan naar hun huizen en daar volgens hun vaste voornemen de regelingen voor hun vertrek te treffen. Zodra zij vertrokken zijn, zullen wij ons naar buiten in de open lucht begeven en daar onze overdenkingen houden.
Hoofdstuk 44: De natuurgeesten van de lucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Waar jullie bezorgd om moeten zijn heb Ik jullie al heel dikwijls laten zien; over al het andere hoeven jullie je echter helemaal geen zorgen te maken! Ja, Ik zeg jullie, dat het zelfs onnodig en vruchteloos is -als jullie je in het geloof en de liefde echt aan Mij houden - om je zorgen te maken voor de komende dag, over wat jullie zullen eten en drinken en waarmee jullie je lichaam zullen kleden!
Hoofdstuk 49: De missie van Gods kinderen aan gene zijde De bestaansduur van de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Agricola zei: 'Wat jij nu naar volle waarheid over jouw bezittingen denkt en zegt, dat zal ook ik van de mijne denken en zeggen, en waar mogelijk ook handelen zoals jij. U, o Heer, vragen wij echter nu reeds of U later niet een al te strenge afrekening met ons wilt houden over ons omgaan met de aardse goederen, die U ons slechts in beheer hebt gegeven! Want aan de wil om het juiste te doen zal het ons niet ontbreken; maar of de uiterlijke, duistere wereldse omstandigheden ons zo nu en dan niet menige onverwachte en onvoorziene streep door onze goede rekening zullen halen, dat ligt buiten onze macht, en U, o Heer, zult ten aanzien van dergelijke gevallen genadig en barmhartig voor ons zijn.'
Hoofdstuk 55: Op het landgoed van Lazarus (17.12.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[17] Hierop zei Ik echter nog tegen de schriftgeleerde: Dit teken, dat Ik alleen gedaan heb om jullie geloof te versterken, moeten Jullie voor Je houden en vóór de juiste tijd aan niemand anders vertellen! Ik weet waarom Ik dat zo wil. Nu kunnen jullie met de leerlingen weer daarheen gaan, waar Mijn geest jullie zal brengen! In het dal zullen jullie bij de waard allemaal te eten en te drinken krijgen.'
Hoofdstuk 67: De Heer wekt een knecht op uit de dood (7.1.1861 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Maar onvolmaakte en kwade en duistere zielen zullen dat niet kunnen; dat zou ook niet goed zijn, omdat die in hun grote leedvermaak en wraakzucht de aarde en alle schepselen zeker grote schade zouden toebrengen. Ze houden zich wel op in de laagten van deze aarde, en ook in vele holen en grotten van de aarde; maar toch zien ze niet de plaats waar ze zitten, maar alleen het ongegronde en luchtige beeld van hun fantasie. Alleen af en toe wordt het de.ze of gene overleden ziel toegestaan om zich bewust te worden van de materiële plaats waar zij woont. In een dergelijke toestand weet deze dan ook, wat een familielid van hem of ook een ander mens op aarde doet, hoe het met hem gaat, en zo nog vele dingen -maar alles slechts gedurende een paar ogenblikken; daarna keert hij direct weer terug naar zijn futiele fantasie oord, waar hij zijns gelijken vindt. Want ook bij de onvolmaakte en slechte zielen is het zo, dat gelijkgestemden zich in verenigingen aaneensluiten, maar natuurlijk niet in goede; want in goede verengingen sluiten alleen de zalige geesten zich aaneen. Al het andere heb Ik jullie op de Olijfberg al uitgelegd en getoond en zodoende is het hiermee genoeg. -Hebben jullie dat goed begrepen?'
Hoofdstuk 83: Waarom lijken langzaam ontbinden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Maar als wij, blinde heidenen, nu inzien dat Hij de grote Messias van de wereld is en Hem ook als Heer over ons en over alle heersers op aarde prijzen, hoewel Hij uiterlijk beschouwd, zoals reeds opgemerkt, alleen maar een jood is, die als zodanig bij ons geen bijzonder aanzien geniet, wat heeft jullie dan tegengehouden om deze voor jullie zo grote en eindeloos verheven landgenoot direct te herkennen als Degene die Hij zonder enige twijfel is?! Is het niet ook een eer voor jullie dat wij, in aards opzicht machtige Romeinen, Hem, die wat Zijn uiterlijke geboorte betreft een jood is, erkennen en prijzen als een Heer en Meester over alle heren der wereld? Daardoor geven wij immers ook getrouw, openlijk en waarachtig te kennen dat Hij ons Romeinen in de geest van alle waarheid volkomen overwonnen heeft; en voor die bekentenis zullen wij ons ook nooit schamen, omdat het ons alleen maar tot de grootste eer strekt dat Hij ook ons als Zijn kinderen opgenomen heeft onder Zijn almachtige en vaderlijke scepter! En jullie joden houden in jullie hoogmoed en in jullie grote blindheid alleen maar de ene beraadslaging na de andere hoe jullie Hem, de almachtige Heer van alle heerlijkheid, kunnen grijpen en zelfs doden! Zeg ons, heidenen, nu hoe dat bij jullie zelfs ook maar denkbaar kan zijn!'
Hoofdstuk 86: Het getuigenis van Marcus over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29  ...