Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 17 van 1166

...  5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30  ...
[6] Het is met het grondig bevatten en het juiste begrijpen van Mijn leer ongeveer als met het verwerven van een vermogen: Wie heel gemakkelijk aan een aanzienlijk vermogen is gekomen, weet daar ook snel en gemakkelijk raad mee, want aan ontberingen is hij nooit gewend en sparen heeft hij nooit geprobeerd. Als hij eenmaal door een erfenis of door een ander gemakkelijk verkregen gewin in het bezit is gekomen van een vermogen, zal hij geen waarde hechten aan dat vermogen, want hij denkt, en voelt dat ook, dat men heel gemakkelijk een groot vermogen vergaart. Wie zich echter met hard werken een aanzienlijk vermogen vergaard heeft, kent de zware inspanningen en het vele werk en weet hoeveel zweetdruppels hem iedere penning gekost heeft; daarom waardeert hij ook zijn met moeite verworven vermogen en hij verkwist en verbrast het beslist nooit op een lichtvaardige manier.
Hoofdstuk 199: Over langzaam en snel begrip van de waarheidsleer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Wie dus Mijn woord en Mijn leer heeft en daar met vaste wil naar handelt, moet zijn doel bereiken en niets kan hem daar van afhouden; maar wie ten dele Mijn woord opvolgt en daarnaast ook doet wat de lichtzinnige wereld verlangt, lijkt op een mens die de halve weg naar een plaats aflegt, maar halverwege meteen omkeert en de reeds afgelegde weg weer teruggaat.
Hoofdstuk 199: Over langzaam en snel begrip van de waarheidsleer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Leer de kinderen al vroeg de Vader in de hemel liefhebben, toon hun hoe goed en liefdevol Hij is, hoe Hij alles wat bestaat terwille van de mensen bijzonder goed, mooi en wijs geschapen heeft, en hoe zeer hij vooral de kleine, Hem boven alles liefhebbende kinderen is toegedaan! Maak hen er bij iedere speciale gelegenheid op opmerkzaam dat de Vader dat alles regelt en doet en laat gebeuren, dan zullen jullie het hart van de kleinen tot Mij keren en Mijn liefde zal al snel in hen beginnen te groeien! Als jullie de kleinen zo zullen leiden, zal jullie geringe moeite ook al gauw gouden vruchten dragen, -maar anders dorens en distels, waarop druiven noch vijgen groeien!
Hoofdstuk 220: Over de wedergeboorte en de juiste opvoeding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] En wat voor voordeel heeft een ziel dan van zo'n beeld, dat alleen maar een schaduw is van de werkelijkheid? Zij ziet nu alleen maar vage, buitenste omtrekken: Van een doordringen tot de zaak zelf is bij zo 'n beeld absoluut geen sprake! Wie zou er aan de vage schaduw van een mens kunnen zien hoe hij er van binnen uitziet? ! Door veel en moeizaam dwingen en aandringen worden de bruikbare hersenplaatjes voor het grootste deel met een zwarte laag bezoedeld, ook de leer van God wordt net als de tafels van vermenigvuldiging in de hersenen geperst, en de vorming van het gemoed bestaat alleen maar uit de uurtjes waarin het mag uitrusten van het instampen van materiële zaken.
Hoofdstuk 239: De invloed op de hersenen van een verkeerde opvoeding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Maar dan komt ook MATHAËL nog eens naar voren en zegt: "Heer, U, ons leven, U, onze liefde, omdat U vragen toegestaan hebt, vraag ik in naam van mijn schoonvader, mijn lieve vrouwen in naam van mijn vier metgezellen of U een klein onduidelijk punt in deze zaak aan ons uit zou willen leggen! Het is in zekere zin een juridische kwestie en ik geloof dat ieder mens, zodra hij tot verstand gekomen is, zich in deze ten opzichte van U heel bescheiden op moet stellen. Want een mens is toch oorspronkelijk niet zijn eigen, maar alleen Uw werk, wat alle hemelen mij in eeuwigheid niet kunnen betwisten!
Hoofdstuk 241: De vraag naar de oorsprong van de zonde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Als zij volgens de leer voor zichzelf verantwoordelijk zijn, en proberen de vervolmaking van hun ziel uit eigen kracht na te streven en daardoor Mijn geest der liefde in zich op te wekken, dan zullen zij natuurlijk net zo zijn als jullie nu. Maar zolang de volmaaktheid van hun ziel voor twee derde deel gegeven en slechts voor één derde deel zelf verworven is, kunnen zij met zo'n volmaakte ziel de geest in zichzelf nooit opwekken en blijven zij ook in het hiernamaals datgene, wat zij hier zijn: zeer goede, maar meer mechanisch zalige, volmaakte zielen, met noodzakelijkerwijs precies vastgestelde grenzen van de zaligheid, want iets anders is niet voorstelbaar .
Hoofdstuk 245: De zelfstandige ontwikkeling van een mensenziel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Ja, Mijn vriend, een zon, een aarde en alle dingen daarop te scheppen is eenvoudig! Daar is niet zo'n lange tijd voor nodig. Ook gerichte dieren en plantenzielen scheppen is niet moeilijker. Maar een ziel maken die in alles volledig aan Mij gelijk is, is ook voor de almachtige Schepper een bijzonder moeilijke zaak, omdat almacht Mij daar niet bij kan helpen, maar alleen wijsheid en het grootste geduld en de grootste lankmoedigheid!
Hoofdstuk 246: Waarom de vrije mensenziel zelfstandig haar volmaaktheid moet bereiken. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] En kijk, op overeenkomstige wijze zijn de volmaakte zielen van de zwarten niet hun eigen werk! Zij zijn weliswaar bijzonder goed gebouwd, maar de zwarten hebben daar maar weinig toe bijgedragen. En omdat het zo is en niet anders, kunnen zij voorlopig het kindschap van God niet bereiken; zou het echter enigen van hen ook gegeven worden dit te bereiken, dan zouden hun zielen er meteen onvolmaakter gaan uitzien. Omdat dus een tot het kindschap van God geroepen ziel slechts het materiaal voor de eigen bouw mag gegeven worden en daarnaast de leer hoe de bouw uitgevoerd moet worden, is hiermee beslist wel voldoende begrijpelijk uiteengezet dat, om het eigene van iedere ziel te bewaren, ook in het hiernamaals niet meer dan dat voor haar gedaan mag worden. Ook al is een ziel nog zo verdorven, dan mag zij toch niet door Mijn almacht aangepakt worden, maar wordt haar slechts zoveel materiaal aangereikt als zij kan verwerken; zij mag ook niet zwaarder belast worden dan haar krachten reiken."
Hoofdstuk 245: De zelfstandige ontwikkeling van een mensenziel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Maar dat schaadt de zaak niet zo erg, want ook in het hiernamaals zal aan de geesten van alle delen der wereld dit evangelie gepredikt worden. Maar wees desondanks hier toch heel ijverig, want het ware kindschap van God voor Mijn binnenste en zuiverste liefdehemel zal slechts van hieruit te bereiken zijn! Voor de eerste en ook voor de tweede hemel kan in het hiernamaals nog gezorgd worden."
Hoofdstuk 247: Over de bezetenheid. De langzame uitbreiding van het evangelie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Want bij het scheppen van een ziel die volledig aan Mij gelijk is, dus een tweede godheid, mag Mijn almacht maar heel weinig doen, maar moet alles door de nieuw wordende God uit Mij gedaan en uitgevoerd worden. Van Mij krijgt hij alleen het geestelijke materiaal en naar behoefte ook het natuurlijke. En als het niet zo was, en als het anders zou kunnen, zou Ik, als de eeuwige Oergeest, Mijzelf tengevolge van Mijn liefde heus niet de moeilijke taak opgelegd hebben, Zelf in het vlees te verschijnen om de tot een bepaald punt ontwikkelde zielen niet door Mijn almacht, maar alleen door Mijn liefde verder te leiden, en hun een nieuwe leer en de nieuwe goddelijke geest uit Mij te geven, opdat zij nu, als zij het oprecht willen, met Mij in een zeer kort tijdsbestek volkomen één kunnen worden.
Hoofdstuk 246: Waarom de vrije mensenziel zelfstandig haar volmaaktheid moet bereiken. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Ik wil daarmee echter niet zeggen, dat een goede apostel van Mijn leer steeds en altijd aan de mensen moet laten zien wat hij kan, om daardoor Mijn leer bij de volkeren der aarde ingang te doen vinden. Nee, dat is helemaal niet de bedoeling, want de waarheid moet voor zichzelf spreken en waar zij niet begrepen wordt, moet een nadere uitleg volgen, en dat zolang tot de waarheid als zodanig begrepen wordt! Maar toch komen er juist bij de uitleg gevallen voor waar de uitleg alleen, vooral bij nog zeer ruwe en onbehouwen volkeren, niet voldoende is; ,daar is het dan zeer noodzakelijk ook door een sober teken de uitleg zelf in een helderder licht te plaatsen.
Hoofdstuk 248: Op het juiste moment wonderen doen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Wees daarom uiterst voorzichtig bij het uitbreiden van Mijn leer, dat jullie deze niemand opdringen, noch door het zwaard en nog minder door tekenen die teveel de aandacht trekken! De wond van het zwaard is te genezen, maar die van een te groot wonder vrijwel nooit.
Hoofdstuk 249: Tekenen voor de uitbreiding van de leer van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Mijn beste Mathaël, nu weet je ook hoe jij geheel volgens Mijn wil door woord en daad te werk moet gaan met de uitbreiding van Mijn leer bij de volkeren waarover jij in de toekomst zult regeren, en dat geldt ook voor je vier metgezellen!"
Hoofdstuk 249: Tekenen voor de uitbreiding van de leer van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Maar opdat jullie zelf volmaakt vrije verkondigers van Mijn woord zouden worden voor alle tijden der tijden, kwam Ik lichamelijk tot jullie op deze aarde, waar Ik voor de gehele oneindigheid de kweekplaats van Mijn kinderen heb opgericht, om jullie in staat te stellen als Mijn vrije kinderen ook vrij uit Mijn mond de leer te vernemen, haar te beoordelen en dan ook verder te verbreiden onder de volkeren der aarde; en wie haar in haar zuiverheid vrij zal aannemen, zal daarmee ook vrij het recht krijgen op het meest gelukkig makende kindschap van God.
Hoofdstuk 250: Moeilijkheden bij het verbreiden van de zuivere leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Wie echter deze leer van Mij, die Ik nu aan jullie heb gegeven, niet vrij, maar met wat voor geweld dan ook krijgt opgedrongen, zal net zo lang geen deel kunnen hebben aan het recht op het ware kindschap van God, tot hij zich vrij, geheel uit eigen wil, hetzij hier of ook in het hiernamaals met al zijn krachten aan Mij en Mijn zuivere woord gaat wijden en dit woord vrijwillig tot richtsnoer van zijn leven maakt.
Hoofdstuk 250: Moeilijkheden bij het verbreiden van de zuivere leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30  ...