Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

6685 resultaten - Pagina 17 van 446

...  5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30  ...
[2] Wat staat er eigenlijk in dit schrift? Ik zeg jullie: niet meer en niet minder dan alle daden die onze prior uit echte innerlijke liefde heeft verricht. Kijk nu naar beide zijden van de zaal. Daar staan vijf rode, stralende zuilen, die eruitzien als witgloeiend erts dat er op aarde vanaf een kwartier afstand helderrood zou uitzien ten gevolge van de dichtheid van de lucht waar zo'n straal zich doorheen moet boren. Zoals jullie in de geest kunnen zien, is de uitstraling van de zuilen hier natuurlijk onzegbaar sterker.
Hoofdstuk 7: Het avondmaal met lam, brood en wijn - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[2] Daar je nu echter inziet, dat zelfs in de volgens jou levenloze natuur een zekere rangorde in haar structuur strikt noodzakelijk is, omdat daardoor de natuur blijvend in stand gehouden wordt, welnu: stel je dan de mens eens voor, begiftigd met een absoluut vrije geest, die in zijn denken, besluiten en begeren volledig onbeperkt zou zijn! Denk je eens in waar het tenslotte toe zou leiden, als ieder mens tengevolge van zijn innerlijke, absolute vrijheid zonder enige beperking mocht doen wat zijn innerlijke geest ook maar put uit datgene wat in zijn onuitputtelijke levenssfeer aanwezig is aan god gelijkende oneindige ideeënrijkdom in talloze vormen.
Hoofdstuk 22: Hiërarchische ordening ook nodig onder de mensen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Robert zegt: 'Ja, mijn beste vriend, dat is een heel netelige vraag! Want hoe kan ik hier nu raden wat de goede Paulus daarmee eigenlijk heeft bedoeld! Het zou uiterst gewaagd zijn ronduit te beweren: dat, en niets anders heeft deze hoogst eerbiedwaardige leraar van de heidenen daarmee bedoeld. Ik vind het trouwens erg aanmatigend van menig geleerde, wanneer ze kortweg beweren de ware geest van een of ander geniale schrijver volledig te hebben begrepen! Ik ben veel bescheidener en laat in zulke gevallen heel graag anderen oordelen. Bevalt mij hun oordeel, dan betuig ik hun mijn instemming. Bevalt het me niet, dan luister ik nog naar de meningen van anderen en handel zodoende ook volgens Paulus, die zegt: 'Beproef alles, maar behoud slechts het goede!' Als goed echter kan ik slechts datgene erkennen, wat het meest overeenstemt met mijn innerlijke overtuiging. Zou Paulus het eerste bedoeld hebben, wat best mogelijk kan zijn, dan had hij onmogelijk het tweede kunnen bedoelen, en omgekeerd! Dat is mathematisch en logisch juist.
Hoofdstuk 32: Heb Mij, Jezus, lief want in Christus woont lichamelijk de volheid van de Godheid! Robert twijfelt aan de Godheid van Jezus; wil echter blind geloven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Om in het hart te kunnen denken, moet men zichzelf oefenen. Deze oefening bestaat in het steeds opnieuw opwekken van de liefde tot God. Door dit opwekken wordt het hart gesterkt en verruimd, waardoor dan de banden van de geest losser worden, zodat zijn licht (want iedere geest is een licht uit God) zich steeds meer en vrijer kan ontwikkelen. Begint het licht van de geest dan de eigenlijke levenskamer van het hart te verlichten, dan worden ook de talloze oertypen aan de eveneens talloze wanden van het levenskamertje steeds duidelijker in zuiver geestelijke vormen zichtbaar, en aan de ziel ter beschouwing gegeven. En zie, dit schouwen van de ziel in haar hart is dan een nieuwe manier van denken. De ziel komt dan tot nieuwe begrippen en tot grote en duidelijke denkbeelden. Haar gezichtsveld breidt zich bij iedere polsslag uit. De stenen des aanstoots verdwijnen naarmate het verstand in het hoofd verstomt. Dan wordt er niet meer naar bewijzen gevraagd. Want het licht van de geest verlicht de innerlijke vormen zó, dat ze naar geen enkele kant schaduw werpen. Daardoor wordt ook alles wat ook maar zweemt naar twijfel, voor eeuwig uitgebannen.
Hoofdstuk 35: Tweeërlei kenvermogens van de mens. Alleen het licht van de geest verschaft het ware geloof. Oefening en reinheid van zeden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[17] Ik handhaaf alleen nog de innerlijke afscherming in je, zodat het sterke licht van je geest nog niet in je ziel kan binnenstromen. Maar als Ik nu dit scherm binnen in je zal stukscheuren, zoals eens de voorhang in de tempel, waardoor het allerheiligste werd vrijgegeven, dan zul je meteen een heel andere wereld aanschouwen en je buitengewoon verbazen. Dus nu goed opgelet!'
Hoofdstuk 42: Een ware broeder. De gelijkenis van het schijfschieten. Alles wordt bepaald door de liefde tot de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Want zie, een alleen uiterlijke leer kan zich om te beginnen ook alleen maar aan de uiterlijke geesten bekend maken, wier geaardheid stoffelijk is. Hij brengt dan in deze geesten wel een revolutie teweeg en dwingt hen hier en daar om die leer aan te nemen, maar de innerlijke geest merkt zoiets al gauw. Hij treedt naar buiten onder de natuurgeesten ofwel de eigenlijke natuurziel van ieder mens, bespeurt daar het goede zaad en is daarover zeer verheugd. Maar dan gebeurt er meestal een ongeluk. Terwijl de eigenlijke levensgeest van de mens het uiterlijke zaad beziet en zich buiten zijn kamer te midden van zijn natuurgeesten verheugt over een rijke oogst, verzamelen zich de meest boze en onzuivere natuurgeesten die nog in de ziel aanwezig waren, om in de kamer van de ware geest binnen te dringen en deze dan de terugkeer te versperren, ja heel vaak onmogelijk te maken. Wanneer de ware geest dan echter zijn levenszetel verliest, probeert hij aanvankelijk een nieuwe plek temidden van de beste natuurgeesten van zijn ziel te verwerven; hij woont daar bij hen, als medebewoner in het huis van een andere eigenaar. Maar omdat hij van al zijn eigendommen beroofd, tenslotte de huur niet kan voldoen, neemt de eigenlijke heer des huizes hem alles af wat hij nog bezat en maakt hem bovendien tot gevangene of zelfs tot slaaf van zijn heerszucht! In deze toestand moet de ware, innerlijke levensgeest zich dan met de meest onzuivere natuurgeesten verbinden en met hen samen onder hetzelfde juk aan het schandtouw van de zonde te trekken. En dat is dan ook zoveel als de geestelijke dood van de mens. Want in zo iemand heeft satan dan zijn troon opgericht en de eigenlijke heer van het leven in de mens tot slaaf gemaakt van helse begeerten en instincten!
Hoofdstuk 60: De danseressen verlangen opheldering over God. Robert onderricht ze: 'zoek het licht in jezelf'. Gevaar van het puur uiterlijke onderzoek - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Houd daarom altijd goed voor ogen, dat je niet te gretig een onderwijzing van buiten af zonder meer aanneemt. Want deze dient tot niets als de geest haar niet in de allergrootste deemoed opneemt en onmiddellijk zijn hele leven er volkomen naar richt, wat voor iedere geest zeker een heel zware opgave is. Kijk, Salomo, Israëls meest wijze koning, viel ondanks zijn wijsheid. Want zijn innerlijke geest, die zich sterk genoeg voelde, waagde het eens zijn innerlijke woonstede te verlaten, zich naar buiten te begeven onder zijn natuurgeesten, om deze volgens zijn wijsheid te ordenen. Maar omdat hij dat deed vóór het bereiken van zijn volledige rijpheid, die altijd van binnen uit en nooit van buiten naar binnen moet plaatshebben, werd hij door zijn onzuivere natuurgeesten gevangen en niet meer toegelaten in zijn huis, dat maar al te vlug omgebouwd werd tot woning van allerlei ondeugden, ontucht en afgoderij! Zo verried ook Judas zijn Meester, Heer en God, omdat hij de leer van het heil slechts opnam in zijn uiterlijke geesten, die hun zetel hebben in het verstand en van daaruit in allerlei verlangens. Daardoor lokte hij zijn eigenlijke levensgeest uit zijn innerlijke woning en opende deze voor de satan, die er vrij kon binnentrekken. Het gevolg daarvan is al zo bekend, dat ik het jullie niet opnieuw behoef te vertellen.
Hoofdstuk 60: De danseressen verlangen opheldering over God. Robert onderricht ze: 'zoek het licht in jezelf'. Gevaar van het puur uiterlijke onderzoek - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[17] De patheticus zegt vlug: 'Ik moet je werkelijk om vergeving vragen, mijn anders zeer geachte vriend! Bij deze veronderstelling kan ik u niet volgen! Een mens voor de enige God aanzien? Werkelijk, dat is me te kras! Ik heb niets op zijn wijsheid en zijn innerlijke wilskracht aan te merken en evenmin op zijn goedheid. Want de Lerchenfeldse ontwikkelt zich fameus onder de invloed van zijn goedheid. Maar dat u hem ons als Godheid aanduidt, daartegen moet ik protesteren. In Mozes staat: 'Gij zult in één God geloven' en verder: 'Niemand kan God zien en in leven blijven, want God is een verterend vuur!' En luister verder wat de wijze Jood Jezus, die u ook voor een God houdt, zelf ergens zegt, ik meen bij Johannes; Hij zegt: 'Niemand heeft ooit de Godheid gezien. Maar wie Zijn woord hoorde, het zou aannemen en er naar zou handelen, die zou daardoor de Geest Gods in zich opnemen, en deze zou in hem wonen'. Ziet u, ook ik ben tamelijk vertrouwd met de Bijbel, maar er staat nergens dat een mensengeest, ook al is hij uit God, daardoor ook het allerhoogste, in het eeuwig ontoegankelijke licht wonende Godwezen zelf zou zijn. En omdat u, mijn verder allerdierbaarste vriend, dit schijnt te beweren van hem die de Lerchenfeldse zo mooi heeft gemaakt, kan ik echt niet met u mee gaan.'
Hoofdstuk 75: Olafs verzoek om hulp voor zijn vrienden. De belofte die de Heer hem doet. Mensenzielen-visvangst. De koppige patheticus - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Becher zegt schouderophalend: 'O Heer, wanneer U, die toch almachtig en alwetend bent, bij al die beroering op aarde om zo te zeggen het spoor al bijster bent, wat zou iemand van ons dan nog kunnen bedenken om de volkeren van de aarde te helpen! Wanneer het met innerlijke dwangmiddelen niet gaat, dan kan men nog uiterlijke dwangmaatregelen gebruiken, zoals b.v. hongersnood, de pest en dergelijke, en daarbij nog enkele frappante verschijnselen aan het firmament; dan zullen de mensen wel tot inkeer komen! En mogen deze middelen omwille van de vrijheid van de menselijke geest ook niet gebruikt worden, wel, laten we hen dan elkaar zo lang laten bevechten en doden tot ze er genoeg van hebben! Ik geloof trouwens, dat we ons over het algemeen te veel bekommeren om dat slechte mensenvolkje op aarde. Het beste zou volgens mijn mening zijn, het hele gepeupel van de aarde te verdelgen en er een beter en edeler volk voor in de plaats te zetten. Het volk dat nu de aarde bewoont, zal zich nooit beteren, tenzij het, zoals reeds gezegd, wordt prijsgegeven aan zeer grote natuurlijke ellende! Want nu zijn immers alle koningen en hun volkeren door de duivel bezeten. Waarmee zou men echter de vreselijke kwaadaardigheid van de duivel met succes kunnen intomen? Ik denk dat het, hoe dan ook, vergeefse moeite zal zijn. Dus weg met het gepeupel en een ander geslacht er voor in de plaats gezet! Dat is mijn bescheiden mening. Maar alleen, zoals gezegd, mijn mening!'
Hoofdstuk 83: Bechers radicale voorstellen. Lering van de Heer. De natuur van het menselijk geslacht is afhankelijk van die van de aarde in het geheel van de schepping - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Dismas komt wat dichterbij en zegt: 'Beste vrienden, sta me toe ook een woordje te zeggen. Wat het begrip voor onze domheid betreft, ben ik van mening dat we met zo'n verwachting op het verkeerde spoor zitten. Want wanneer het er om gaat, dat de menselijke geest dan pas volmaakt is, wanneer hij op eigen gezag door middel van de hem door God verleende innerlijke levenskracht in de erkende goddelijke orde treedt en zich daarin als in zijn hoogst eigen levenselement daadkrachtig voortbeweegt, dan zou het met de barmhartige inschikkelijkheid wel eens heel anders kunnen liggen.
Hoofdstuk 121: Meningen en raadgevingen van de vrienden. Dismas brengt de harten tot rust. Roberts dank. Over de zegen van de naastenliefde - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] De graaf, helemaal buiten zichzelf, deels uit vrees, deels uit vreugdevolle vervoering, deels ook uit angst voor een door hem voor mogelijk gehouden misleiding, kan door Mijn verklaring nauwelijks meer tot zichzelf komen. Pas na een hele tijd van innerlijke strijd om geestelijk te worden wedergeboren waarin zijn geest alle banden verbreekt en zich tot zijn gehele, hem omvattende ziel uitbreidt, stamelt de graaf de woorden:
Hoofdstuk 146: Het grote ogenblik voor de graaf. U bent het! Heerlijke lofrede. De Heer over de verhouding van de Vader tot Zijn kinderen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Miklosch zegt: 'Vriend, je bent hardleers. Verder kan ik je niets zeggen, omdat ik je, door een innerlijke stem gewaarschuwd, niets anders zeggen mag. Er zullen op aarde zeker nog wel heel veel van zulke hardleerse mensen als jij zijn, maar zij zullen vast eerder te genezen zijn dan jij, hoewel zij zich nog op aarde in het vlees bevinden, terwijl jij je als geest hier allang op Gods akkers bevindt. Om jou echter de ogen zo mogelijk wat verder te openen, zal ik je een passende gelijkenis vertellen. Kijk, er was op aarde eens een groot en machtig heer en gebieder. Omdat het hem er om te doen was zijn onderdanen persoonlijk te leren kennen, verkleedde hij zich vaak als gewoon mens en bezocht zelfs meer dan eens als bedelaar hun huizen, vooral van die rijken, die door hem met de zorg voor de armen waren belast. Gelukkig diegenen, die hij, als onbekende, in de door hem voorgeschreven wettelijke orde aantrof! Maar wee degenen die zich niet aan deze orde hielden! En kijk, de Heer van de hemel en alle werelden schijnt iets dergelijks te doen. Weliswaar niet met de bedoeling om Zijn mensen op de proef te stellen en daaruit te zien hoe zij werkelijk zijn, maar om hun de gelegenheid te geven zichzelf te onderzoeken, waartoe Hij hun door Zijn liefde en wijsheid gelegenheid te over biedt. Ook hier zou ik bijna willen zeggen: wee degenen die door hun eigenzinnigheid, door hun opzettelijke blindheid en stompzinnigheid, Hem, wat zijn lankmoedigheid betreft, al te gevoelig op de proef stellen! Heb je deze gelijkenis begrepen?'
Hoofdstuk 147: Bathianyi's wroeging. De Heer over het rijpingsproces in de mens tot de hoogste Godskennis. De nog blinde franciscaan krijgt duidelijke wenken van Miklosch - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Zonder deze onvoorwaardelijke hoogste vrijheid zou Ik, en zouden allen die met Mij volledig één zijn geworden, je reinste illusie zijn, en de volkomen gelukzaligheid van Mijn kinderen een leugen. Daarom kun je je hier helemaal gedragen al was je volkomen de heer des huizes. En anderen kunnen dat eveneens doen, want hier in Mijn huis bestaat geen rangorde. Hier is iedereen helemaal broeder en zuster en alleen Ik ben jullie aller Heer en Vader. Naar geest en innerlijke waarheid ben Ik echter ook jullie broeder. Nu weet je alles; handel daarom en vraag niet weer!'
Hoofdstuk 138: Heerlijkheid van Gods kinderen. De eetzaal van de Heer. De grote oertuin van de schepping. De activiteit van de volmaakte geesten in het groeiende besef van de liefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[6] Ga daarom weg van Mij, jullie kinderen van de wereld, en zoek je eigen God, die jullie gediend hebben met lichaam, ziel en geest, want voor Mij zijn jullie vreemden en Ik heb jullie nog nooit gekend. Jullie waren dienaren omwille van het geld; nog geen drie woorden hebben jullie ooit gebeden vanuit je innerlijke liefdesdrang tot God. Iedere paternoster, iedere begrafenis als een laatste liefdesdienst aan een broeder, moest aan jullie duur worden betaald. Alle soorten missen, die jullie als voor God hoogst welgevallige diensten beschouwden en die jullie als zodanig met alle macht aan iedereen opdrongen, moesten aan jullie zelfs duur worden betaald. Daardoor hebben jullie echter voor jezelf reeds lang je loon geïnd en hebben hier daarom niets meer te verwachten. Ga daarom weg! Mijn tijd voor deze wereld loopt ten einde, want zij slaat geen acht meer op Mijn stem en Mijn knechten zijn haar een last en een doorn in het oog geworden.
Hoofdstuk 121: De drie afgezanten ontwaken. Nog drie doctoren in de theologie worden streng terecht gewezen en krijgen een opdracht. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] Maar Ik zeg: 'Jij bent een goede voeding voor hem en hij voor jou. Maar laat je meer leiden door de geest van de liefde dan door de uiterlijke vorm! Want de vorm kan ook in de hemel veranderd worden al naargelang de liefde toeneemt of wanneer een uit te voeren liefdedaad het vereist; maar de liefde blijft eeuwig onveranderd. Ook went het uiterlijke zintuig spoedig aan een nog zo mooie vorm, waarna het dan onverschillig wordt voor die mooie vorm. Maar de liefde wordt steeds aantrekkelijker, omdat zij steeds nieuwe wijsheid en het ene nieuwe wonder na het andere schept. Houd je daarom steeds aan de innerlijke geest van de liefde; die zal jullie ware hemelsbrood zijn en zij zal jullie voortdurend steeds meer sterken, want die geest in jullie harten is Mijn geest!'
Hoofdstuk 105: Slotwoord van de Heer: houd je aan de geest van de liefde! Uit liefde komt wijsheid voort, uit wijsheid liefde. De eeuwige ordening van het leven in God. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
...  5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30  ...