Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

25552 resultaten - Pagina 18 van 1704

...  6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31  ...
[1] Toen zeiden DE VROUWEN en ook hun reeds volwassen kinderen: ' O grote Heer en goddelijke Meester, was er voor ons, sterfelijke mensen maar in het een of andere hiernamaals na de lichamelijke dood een ander, eeuwig leven! Weliswaar wenst ieder mens, hetzij jong of oud, zich dat; maar waar vind je daarvoor zekere en onmiskenbare bewijzen?! Wijze mensen van alle volkeren en uit alle tijden hebben daar zowel voor als tegen veel over gesproken en geschreven; maar de tijd heeft hen allen achterhaald, en er bleef niets van hen over dan gedeelten van hun werken die in onze tijd zo verminkt zijn, dat de huidige volkeren er niets dan onoplosbare en onsamenhangende raadsels in terugvinden.
Hoofdstuk 104: De twijfel van de geleerde vrouwen aan het hiernamaals - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Of moeten mensen, die door de onbegrensde liefde van de Vader voorbestemd zijn om volledig Zijn kinderen te worden, niet zonder dat zij wat hun ziel betreft onder het gericht vallen in deze wereld geboren worden zonder een reeds ontwikkelde, hogere bekwaamheid voor het leven? Moeten zij niet pas door allerlei onderricht en oefening geheel uit vrije wil kennis en vaardigheden opdoen en daardoor, als jonge, aankomende scheppers zelf aan hun godgelijke levensvervolmaking werken, waartoe de Vader in de hemel hun altijd alle mogelijke hulpmiddelen in de hand gaf en nog steeds blijft geven?
Hoofdstuk 107: Het verkeer met gene zijde. Bewijzen voor het voortleven na de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] Dat wij met die paar mensen nu juist het grote geluk genieten, U, Heer en Meester, bij ons te hebben, Die ons door woorden en tekenen laat zien dat en hoe een mens tot een eeuwig en zuiver geestelijk leven geroepen en bestemd is, geldt echter nog lang niet voor alle mensen in de wereld, en zelfs voor ons slechts in zoverre wij van U moeten geloven dat het zo is omdat Uw zuiver goddelijke tekenen en daden ons geloof een vaste steun geven. Maar de werken van Mozes waren ook indrukwekkend, en dwongen vooral de mensen van zijn tijd volkomen te geloven; naderhand hielden al die buitengewone tekenen echter op, en de mensen werden zwakker en zwakker in het geloof, en staan zodoende nu merendeels op het punt een eeuwig niet-zijn als het grootste geluk te zien en dat reeds van te voren werkelijk te voelen. Want voor het totale vergaan van de dingen hebben zij dagelijks talloze bewijzen, maar voor het eeuwige voortbestaan zelfs niet één!
Hoofdstuk 106: Een schriftgeleerde ondersteunt de opvattingen van de priestervrouwen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Waarom, zeg Ik dan tegen jullie: 'Handel volgens Mijn leer, dan zal het eeuwige leven zich vanzelf zo duidelijk mogelijk in jullie openbaren!'? En als dat zo is, hoe kunnen jullie dan nog zo blind zijn en zeggen dat die buitengewoon stoïcijnse vrouwen van deze priesters eigenlijk gelijk hadden om zo te spreken? O jullie erg blinde dwazen! Als Ik het wilde en het enig nut voor jullie zou hebben, zou Ik onmiddellijk jullie geestelijke ogen kunnen openen, en dan zouden jullie zien datje aan alle kanten door een leger van geesten omringd wordt! Maar wat zouden jullie dan zeggen? Ik zegje: Precies hetzelfde als de stoïcijnse vrouwen! Jullie zouden dan, althans innerlijk, zo oordelen:'Ja, zolang wij leven, voelen en zien, is het gemakkelijk ons iets op de mouw te spelden; maar ga maar eens naar de begraafplaatsen en maak dat de doden eens wijs, -die zullen daar toch niets meer van horen, zien en voelen!' En Ik zeg jullie: Jullie hebben volkomen gelijk; want die zijn ook zeker niet meer voorbestemd om te leven, hoewel ook in hen nog onder het gericht vallende levensdeeltjes van de ziel aanwezig zijn, die na hun volledige ontwikkeling ook eens voor een ander individu tot een vrij leven gewekt worden.
Hoofdstuk 107: Het verkeer met gene zijde. Bewijzen voor het voortleven na de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Veronderstel eens dat alle priesters en priesteressen op een keer tegen het volk zouden samenzweren en het de volle, zuivere waarheid zouden zeggen en het hele gedoe van het vrome bedrog zouden onthullen. Dat zou zeker de verschrikkelijkste chaos onder de mensen veroorzaken. Niets zou de mensen dan nog heilig zijn, en de sterkere zou de zwakkere als een wild beest aanvallen en verscheuren, ja, men zou de pasgeboren kinderen slachten en de honden als voedsel geven. Kort en goed, de mens zou al gauw zijn eigen vijand worden en een vreselijke vijand van al het leven, iets wat wij in feite ook voor onszelf en onder elkaar naar waarheid zijn.
Hoofdstuk 108: De atheïstische toespraak van de welbespraakte vrouw van de priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] Zeg eens waar Ik dan de grond vandaan heb gehaald waarmee Ik het meer heb opgevuld, of het materiaal waarmee Ik gisteravond de aardse bezittingen van de arme vissers heb verbeterd, en waar is de materie van de drie goden gebleven? Bij het meer en bij de vissers is Mijn gedachte door Mijn wil vastgelegd, en bij de beelden is Mijn vastgelegde wil losgelaten en Mijn oergedachte vrij en weer geestelijk gemaakt. En dat is ook de verklaring voor de tekenen die Ik hier voor jullie gedaan heb. Voor het feit dat Ik echter ook Heer van de geesten en al het leven ben, is deze zoon Jorab, die eergisteravond door Mij uit de totale dood weer tot leven werd gewekt, een duchtige getuige. Kan Ik jullie dan nog meer bewijzen geven voor het verder leven van de ziel na de scheiding van het lichaam?'
Hoofdstuk 107: Het verkeer met gene zijde. Bewijzen voor het voortleven na de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] Onze enige, ware God is daarom alles in alles. Hij is de hoogste, zuiverste liefde, maar ook de hoogste, onverbiddelijkste gerechtigheid Zelf. Beste vrouw, als je myriadenjaren zou leven, maar steeds weer tegen de gekende wil van God in zou gaan, zou Hij je niet verhoren ook al bad je Hem duizenden jaren op je knieën of Hij je uit je ellende zou willen bevrijden. Maar zodra je je vermant om in alle ernst Zijn wil door je daden tot de jouwe te maken, dan zal God je ook verhoren en zal Hij je helpen in die mate waarin jij Zijn wil hebt aanvaard. Kijk, dat is een ware en juiste voorstelling van de enig ware God die de hemelen en deze aarde en alles wat er is uit Zichzelf heeft geschapen! Wat vind je daar nu van?'
Hoofdstuk 110: De uiteenzetting van de schriftgeleerde over het wezen van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] De mensen van de maan hebben daar in hun natuurlijke toestand ook geen behoefte aan, omdat zij in hun droomleven, waar zij het meest van houden, toch al alles kunnen zien en te weten kunnen komen wat goed is voor het heil van hun ziel. Zij verlangen er dan ook het allermeest naar om snel bewoners van deze aarde te worden, wat dan ook eigenlijk hun bestemming is. En als zij op hun wereld hun lichaam hebben afgelegd, gaan hun zielen, als zij zich tijdens hun lichamelijke leven daarvoor waardig gemaakt hebben, meteen naar deze aarde en worden bij een passende gelegenheid in een moederlichaam verwekt. Als kinderen van deze aarde worden zij weer geboren, groeien vervolgens op en ontvangen de opvoeding van de aardse mensen, waardoor zij in ieder geval de mogelijkheid krijgen op de weg van de kinderen van God geplaatst te worden, hetzij reeds hier of aan gene zijde.
Hoofdstuk 120: De Heer geeft uitleg over de maanwereld en over maanzucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Wanneer Ik Zelf echter binnenkort deze aarde weer persoonlijk verlaten zal hebben, zal Ik de Heilige Geest van alle waarheid over al Mijn getrouwe leerlingen en broeders uitstorten. Die zal hen dan naar alle waarheid, wijsheid, macht en kracht richten, geleiden, de weg wijzen en opheffen, en jullie zielen verenigen met de geest van gene zijde van de liefde uit God en zo de wedergeboorte van de geest in jullie tot stand brengen, zonder welke geen waarachtig, vrij, eeuwig leven mogelijk is maar slechts een gebonden en gericht leven, dat vergeleken bij het ware vrije leven van de geest een echte dood is.
Hoofdstuk 142: De hoofdman werft de reus en zijn broeders aan voor Rome. Werken der liefde zijn de ware verdienste voor God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] Nu was weer zo'n punt bereikt dat, zonder Johannes en zonder Mij, in het hele joodse land iedere vonk van de ware Godskennis verstikt zou zijn, en daarom moest Ik Zelf als mens naar deze wereld komen om alle goedwillende mensen het verloren levenslicht terug te geven, en hun opnieuw de wegen naar de ware kennis van God te tonen. Er zal weliswaar nog vaak strijd zijn tussen Mijn kinderen en de wereldse kinderen omdat het aantal der Mijnen op aarde steeds kleiner zal zijn dan het aantal wereldse kinderen; maar uiteindelijk zullen toch de Mijnen over de hele wereld zegevieren, en deze zal hen geen schade meer kunnen berokkenen. Want ook.al vinden jullie alle materie nu nog zo hard en onverwoestbaar, zij zal uiteindelijk toch moeten wijken voor de macht van de geest.
Hoofdstuk 149: Een voorspelling van de Heer over onze hedendaagse tijd. De noodzaak van goddelijke openbaringen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Maar alleen God is Heer over alles, en Hij weet het best wat, hoe en waarom Hij het een en ander toelaat en verordent en daarnaast het ware licht over de mensen uitgiet en het in alle ernst bij 'Zijn kinderen in stand houdt, opdat niemand kan zeggen: ' Als er een alwijze God zou zijn die alles wat de eindeloze ruimte vult, heeft geschapen, dan moest Hij toch wel zoveel inzicht, vereend met liefde hebben, dat Hij Zich aan Zijn verstandige en denkende schepselen, wat mensen toch zijn, tenminste in zoverre zou openbaren en laten zien, dat zij daaruit zouden kunnen concluderen dat Hij de ware grond van alle dingen is en wat de mensen van Hem te verwachten hebben, en hoe zij moeten leven om die verwachting te realiseren! ,
Hoofdstuk 149: Een voorspelling van de Heer over onze hedendaagse tijd. De noodzaak van goddelijke openbaringen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Maar. ook wij zullen veel moeten lijden ter wille van de door eigen schuld misvormde mensen. Maar ons lijden zal niet over ons komen omdat wij geen kennis van de zuiver goddelijke levensorde zouden hebben of omdat onze daden daarmee in strijd zouden zijn, maar wij zullen door ons lijden de blinde mensen ziende maken, omdat zij aan ons zullen kunnen zien hoe weinig waarde wij aan het leven van deze wereld hechten en hoe groot de waarde van het leven van de ziel moet zijn om daarvoor alle aardse voordelen af te wijzen. En kijk, daaruit zal dan pas de eigenlijke verlossing van de mensen van de dood naar het leven bestaan! -Maar genoeg over dit alles! Omdat nu het middagmaal helemaal gereed is, gaan we weer naar binnen en aan tafel!'
Hoofdstuk 162: Oorzaak en doel van ziekten en lijden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] IK zei: 'Maar kijk dan eens naar Mij! Heb Ik niet deze aarde en Zon, maan en alle sterren geschapen? Verzorg Ik niet voortdurend de aarde, opdat zij allerlei soorten voedsel voor alle schepselen voortbrengt? Zorg Ik niet voor het leven van ieder mens? Ik heb deze aarde voorbestemd voor het kweken van Mijn kinderen, Ik ben nu Zelf volgens alle bekende voorspellingen op deze aarde gekomen om Mij door woord en daad als Heer van hemel en aarde in de gedaante van een mens te tonen, om hen daardoor Zelf zodanig onderricht te geven dat zij waarachtig Mijn evenbeeld worden. En wat doen deze tempelhelden? Zij haten Mij, vervolgen Mij en ieder die in Mij gelooft, omdat Ik hun toon dat hun daden slecht zijn. Zij proberen Mij voortdurend te doden en weldra zal de tijd komen dat Ik Zelf zal toelaten dat zij ook die gruweldaad aan Mij begaan. En kijk, Ik voel geen ergernis over hen in Mij! Aan gene zijde zal Ik echter ook eeuwig Heer blijven, en hun zal daar zeker vergolden worden wat zij hier doen!
Hoofdstuk 164: Lazarus' houding ten opzichte van de tempel. Ergernis en de kwalijke gevolgen ervan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] Via Abraham, Izaak en Jacob ging het toen weer verder tot Mozes. In de tijd van deze profeet vond voor de mensen iets buitengewoons vanuit de hemelen plaats. Zij kregen voor de eerste maal bepaalde wetten waar zij hun leven naar moesten richten; maar het gericht was dan ook buitengewoon. De Egyptenaren moesten met vele honderdduizenden in het stofbijten, en de bevrijde Israëlieten verging het daarna volle veertig jaar in de woestijn niet zo heel veel beter. Zij allen, Egyptenaren en Israëlieten, hadden immers te lang geen enkele speciale openbaring meer meegemaakt en werden lauwer en lauwer. Het eerdere geloof, dat vitaler was, werd een lui en traditioneel geloof, en dat is niet veel beter dan helemaal geen geloof. Maar zoals het geloof is, zo gaat het ook met het houden van de daarbij behorende leefregels!
Hoofdstuk 175: Lazarus' twijfel aan de goddelijke leiding van de mensheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] DE ROMEIN bedankte Mij hartelijk voor deze raad en ging weer naar de engel en zei tegen hem: 'M'n beste engelgeest, ik ben je weliswaar erg erkentelijk voor alle wijze woorden die je tegen mij sprak, -maar wij burgers van deze aarde, die aankomende kinderen Gods moeten zijn, respectievelijk moeten worden, kunnen beslist niet overweg met jullie bovenaardse wijsheid! Wat weten wij nu van nog andere aarden in de eindeloze grote ruimte, terwijl wij onze eigen aarde nog lang niet goed genoeg kennen! Wees daarom zo goed om mij eenvoudige bewijzen voor je verklaring te geven, want anders zul je met al je wijsheid bij ons echt niet veel resultaat hebben!'
Hoofdstuk 191: Over het tweede en derde gezicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31  ...