Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1253 resultaten - Pagina 18 van 84

...  6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31  ...
[5] Nu gaan wij naar de sterfkamer van de oude Lazarus! Daar zag je geen onduidelijke nevelvorm boven het lijk zweven, maar al meer een volle menselijke vorm. De reden daarvoor ligt in de grote liefde tot werken, wat duidt op een volmaakt, innerlijk, geestelijk leven dat geheel zonder vrees is voor de komende grote werkzaamheid in het eindeloze rijk der hemelen. De angsttrillingen van de ziel doen zich daar niet gelden en daarom is de menselijke vorm van de ziel al meteen bij het uittreden uit het lichaam volmaakt en volkomen in rust zichtbaar, natuurlijk voor diegene, die het zeldzame vermogen heeft om dat te zien.
Hoofdstuk 139: Verklaring van de verschijnselen bij Lazarus' dood. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Zo'n hemelse geest die ook het vlees van het aardse leven heeft doorlopen, heeft dan op zichzelf net zo veel kennis als alle andere oergeschapen engelengeesten bij elkaar , die de weg van het vlees nog niet betreden hebben, omdat zo' n hoed samengesteld is uit alle hemelse intelligentie deeltjes, zoals de menselijke zielook samengesteld is uit alle aardse intelligentie deeltjes, wat zeker oneindig veel betekent.
Hoofdstuk 139: Verklaring van de verschijnselen bij Lazarus' dood. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Bij de gifplant daar, waar van binnen een erg zelfzuchtig en grimmig, toornig karakter huist, worden echter diezelfde natuurgeesten ook door dit karakter beïnvloed en zodoende helemaal veranderd; zij voegen zich eveneens, de plant voedend, naar haar en hun gehele karakter wordt daarop helemaal gelijk aan het oorspronkelijke karakter van deze plant. Maar ook haar omgeving en als het ware haar uitwaseming is giftig en schadelijk voor de menselijke gezondheid, en de dieren komen met hun gevoelige neusvleugels niet in haar buurt."
Hoofdstuk 144: Het ontstaan van rampen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Ik antwoordde hem in het Grieks en zei: 'Die twee grote vleermuizen hebben nu gezamenlijk boven zijn borstholte de gestalte van een heel bedroefd uitziende aap aangenomen en proberen nu zich los te maken van het lichaam, maar zij schijnen daar nog dusdanig door aangetrokken te worden dat het hun voorlopig nog niet mogelijk is geheel van het lichaam weg te gaan; maar hoe langer zij zich inspannen des te meer verenigen zij zich en -kijk, nu zijn zij als één etherisch wezen los van het lichaam! Het hurkt en springt nu nog om het lichaam alsof het iets zoekt!'
Hoofdstuk 149: De zelfmoord van de door de tempel vervloekte Esseen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Het vervloeken en verdoemen is een uitvinding van de mensen tengevolge van de blindheid en het gebrek aan kennis van de menselijke natuur. De misstappen die een mens in ontwikkeling maakt, zijn proeven hoe de mens, die zelfstandig moet worden, zijn vrije wil moet gebruiken. Het handelen van de mens is zowel een oefening om zelfstandig zijn inzichten te bepalen, alsook om zijn vrije wil binnen een bepaalde orde te Ieren gebruiken. Gedurende alle eindeloze reeksen van grote scheppingen van de ene wijze Schepper zal deze orde zo bepaald zijn, dat slechts binnen zo'n orde een bestaan van de wezens tijdelijk en eeuwig denkbaar is en kan zijn.
Hoofdstuk 150: De zieletoestand van de twee verongelukten in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[14] Tijdens deze woorden kreeg de vroegere aapmens steeds meer een echte menselijke vorm en na het einde van de toespraak werd deze vervolmaakt tot een heel lieftallige mensenvorm, gekleed in een lichtgrijs plooiend gewaad, dat als uit de lucht kwam vallen. Naast hem lag nog iets dat in een doek gewikkeld was. De nu heel aanvallige knaap maakte het los en haalde een lang, donkergrijs hemd te voorschijn en zei: ' Aha, dit is een gewaad voor u; sta me toe dat ik het u aantrek!'
Hoofdstuk 150: De zieletoestand van de twee verongelukten in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] CYRENIUS zegt: "Vriend, tijdens deze verhalen van jou werd het mij heel vreemd te moede! Het menselijke leven komt mij voor als een heel rustig en onschuldig voortstromende rivier op een hoogvlakte. Maar aan het eind van de vlakte stort de eerst zo rustige stroom zich onverbiddelijk in een onpeilbare diepte, en met donderend geraas boort hij zich een gruwelijk diep rustbed, maar vindt geen rust! Want het geweld van zijn eigen val drijft hem met grote onstuimigheid steeds maar door uit zijn rustbed, en hij moet vluchten en vluchten, tot hij ergens opgeslokt wordt door de oppermacht en de onmeetbare diepte van de zee.
Hoofdstuk 151: Uitleg over de ziel in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Als iemand naar een jonge vrouw kijkt die lichamelijk volmaakte, weelderige vormen heeft, wordt hij meteen door en door gegrepen door zo'n gestalte, en zijn hart zal direkt een van liefde gloeiend verlangen koesteren om deze jonge vrouw de zijne te kunnen noemen. Hoe komt dat? Omdat de lichamelijke aantrekkelijkheid van de jonge vrouw puur een produkt is van veelliefde, en materie die gebaseerd is op liefde, kan en moet in de medemens datgene opwekken wat het zelf ook is.
Hoofdstuk 152: Verschillende soorten van zelfmoord. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Wel, de specifieke zielekrachten van deze giftige wezens en hun intelligentievermogen gaan uiteindelijk samen en vormen uiteindelijk ook een gestalte, maar altijd. alleen. een vrouwelijke, die dan natuurlijk ook altijd nog een bijzonder giftige eigenschap heeft. Deze zielen komen uiteindelijk ook op de weg van het vlees doordat zij ergens door middel van de geslachtsdaad op de bekende wijze worden verwekt."
Hoofdstuk 158: Het gif in mineralen, planten, dieren en mensen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] IK zeg glimlachend: "Stellig, Mijn allerliefste rozendochtertje, als in de mens alles hemels is geworden, wordt alles wat hem omgeeft ook hemels! De morgens worden hemelse morgens, de dagen hemelse dagen, de avonden echte hemelse avonden en de nacht wordt een hemelse rust, niet meer duister, maar vol heerlijk licht voor de reine, met haar geest vereende menselijke ziel. Geniet maar echt met volle teugen van de versterkende luister van deze geurende morgen.
Hoofdstuk 166: Een heerlijke dageraad. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Nu komt het er echter nog op aan uit welke voorafgaande klasse van creaturen een mens die geheel van deze aarde afkomstig is, zijn ziel de opklimmende ontwikkelingsfasen doormakend verkregen heeft. En men moet zich dan, vooral bijkinderen, vervolgens realiseren dat hun ziel op zichzelf nog steeds sporen draagt van die voorafgaande schepselvorm waaruit zij in een menselijke vorm overging. Als een kind meteen goed wordt opgevoed, gaat de voorliggende schepselvorm weldra geheel over in de menselijke vorm, en stabiliseert zich daar steeds meer in. Als bij een kind echter de opvoeding erg verwaarloosd wordt, treedt in zijn ziel al gauw steeds meer de voorafgaande vorm op de voorgrond, en neemt de vaste vorm van het lichaam zelfs langzaam maar zeker de genoemde voorafgaande schepselvorm aan, en zo kan men bij menig ruw mens zonder al te veel moeite onderkennen wat zonder enige twijfel de overheersende vorm van zijn ziel is.
Hoofdstuk 151: Uitleg over de ziel in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Ik begrijp namelijk nog steeds niet waarom onze menselijke ziel, vóór zij overgaat in de volledige, intelligente, menselijke vorm, helemaal verdeeld in duizendmaal duizend planten, ja zelfs in mineralen en in meer dan het dubbele aantal dieren moet bestaan. Zij moet dus vóór zij een volmaakte mensenziel wordt, eerst uit het gesteente -en wie weet waaruit nog meer -door bliksem in zekere zin naar buiten gebrand en door regen vervolgens naar buiten gedreven worden! Daarna gaat deze zielsverhuizings - en zielsverzamelingsgeschiedenis heel traag en langzaam door de hele planten en dierenwereld heen, en tenslotte valt de aankomende, sterke mensenziel nog de eer te beurt in minstens twintig ossen gedood en geslacht te worden en ook nog in, zeg maar, honderd schapen, kalveren en ezels. Dat noemen wij Romeinen een harde leer!
Hoofdstuk 160: Cyrenius' twijfels over de aardse orde van zielsontwikkeling. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] GABI zegt: "Ik doe wat ik doe, en daar hoef jij je helemaal niet druk over te maken! Van mens tot mens is spreken gemakkelijk, maar hier is God en hier zijn engelen aanwezig, en dan moet een menselijke stem niet te vrijpostig worden, maar heel deemoedig en bescheiden zwijgen! Ik heet Gabi, de stille, en niet Simon de vrijpostige!"
Hoofdstuk 172: Gabi bekent zijn domheid en ijdelheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Als leraar van het volk moest men er alleen voor zorgen, dat de gewone menselijke lastdieren steeds in het diepste bijgeloof gehouden werden! Zolang dat nagestreefd werd, zouden de eigenlijke intelligente mensen goed kunnen leven; als men hun echter de waarheid zou laten zien en hen voor zou lichten, zouden de eigenlijke intelligente mensen zelf de hak, de ploeg en de sikkel ter hand moeten nemen en in het zweet van hun aanschijn het met moeite verworven, harde brood moeten nuttigen.
Hoofdstuk 173: Gabi's beginselen als Farizeeër. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] De ware mens moest trachten het zo ver te brengen dat hij door de menselijke lastdieren minstens als een halfgod werd beschouwd. Als hij het zover gebracht had, moest hij zijn licht als een Egyptisch graf verbergen en zich omgeven met allerlei valse schijn en verdovende nevel; de menselijke lastdieren zouden hem dan al gauw letterlijk gaan aanbidden, en dat des te meer als hij hun van tijd tot tijd schijnbaar iets nuttigs ten deel liet vallen. Kortom, hij moest de menselijke lastdieren heel overtuigend, maar altijd nog onjuist, kunnen bewijzen dat zij er onschatbaar voordeel van zouden hebben als zij door de vermeende halfgod blauw en soms zelfs doodgeslagen werden!
Hoofdstuk 173: Gabi's beginselen als Farizeeër. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31  ...