Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

319 resultaten - Pagina 18 van 22

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22
[11] We gingen door de poort; wat wil dat zeggen? Kijk, niets anders dan: we zijn het innerlijk van jou en van jullie allen binnengegaan, ofwel we zijn de innerlijke betekenis van het Woord binnengegaan. Het Woord is echter niet zomaar een leeg woord, en het is niet waar op dezelfde manier als wanneer iemand zegt: een en een is twee, maar het Woord is wezenlijk waar! En alles wat je hier ziet en nog oneindig veel meer en diepere dingen zijn in het god-delijke Woord reeds zo geschapen aanwezig, als talloze planten of bomen met hun vruchten reeds in één enkele zaadkorrel aanwezig zijn. Het enige verschil is, dat een zaadkorrel voortdurend hetzelfde voortbrengt wat al in aanleg aanwezig is, zonder bijzondere verandering van vorm, terwijl het Woord van God zich als zaad uit de hemel in een onnoemelijke verscheidenheid uit. Waarom? Omdat het Woord van God een volmaakt zaad is. Ik denk, beste vriend, dat je, wanneer je hier goed over nadenkt, deze nu aanwezige verschijningsvorm zeker zonder enige moeite zult begrijpen.
Hoofdstuk 57: Het levenspaleis van het gezelschap. Het zaad voor het hemelrijk, Gods Woord - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[1] De oudste begint zojuist te spreken, en daarom zullen we nu naar hem luisteren. Zijn woorden luiden aldus: Jullie allen, mijn hier aanwezige kinderen, luister naar wat ik jullie zal zeggen en geef het ook door aan hen die hier niet aanwezig zijn! Jullie weten dat we bij soortgelijke gelegenheden, waarbij het hout op het altaar door een hogere macht ging branden, uit de vlammen van het brandende hout de loodzware voorwaarden hebben gelezen waaraan moet worden voldaan, omdat alleen op die manier het hoge kindschap Gods bereikt kan worden. Nooit eerder viel ons het buitengewoon grote geluk ten deel om uit de mond van een kind van God te vernemen, hoe men in de eerste plaats langs de natuurlijke, kortste weg het kindschap Gods kan verkrijgen en verder wat er eigenlijk precies achter het kindschap Gods verborgen ligt.
Hoofdstuk 64: Zonnebewoners op weg naar het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[16] De kat neemt het leven van de dierenwereld die zij verteert in zich op en bevordert het in zichzelf naar een hogere trap. Maar het lichaam van de kat doet een stap terug en de nog in hem aanwezige krachten ontwikkelen zich via de kringloop weer tot muizen; en daarom (ieder is zichzelf het naast) houdt ook de kat van haar eigen wezen, dat door de geordende kringloop is teruggekeerd in de muis en in alle diertjes die op een daarmee verwante trap staan.
Hoofdstuk 46: Ineenvloeien van tijd en eeuwigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Een cirkel betekent ook wel de eeuwigheid, maar slechts zo, dat hij in zekere zin als een oneindige opeenvolging van tijden kan worden beschouwd. Maar de eeuwigheid op zich, die in zekere zin noch verleden noch toekomst, maar een voortdurend heden is van alles wat al voor ondenkbare tijden gebeurd is en na ondenkbare tijden nog gebeuren zal, het geheel uitgebeeld in een oneindige, volkomen in het heden aanwezige tijdskluwen, wordt symbolisch voorgesteld door een bol.
Hoofdstuk 46: Ineenvloeien van tijd en eeuwigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Ik heb het overeenstemmende beeld dat jullie je hebben gevormd, vernomen en goed begrepen, en ik moet jullie bovendien nog bekennen dat jullie op jullie aarde binnen korte tijd miljoenen zouden bezitten als jullie van de hoofdprijs in de loterij even zeker zouden kunnen zijn als nu over de juistheid van jullie vergelijking over de innerlijke betekenis van het hier aanwezige ornament. Jullie hebben de spijker op de kop geslagen, maar dat zegt hier niet al te veel, want waar men de spijker nergens anders dan op de kop kan treffen, is het ook geen kunst, ja zelfs geen succes meer om de spijker op de kop te slaan. Want jullie hadden evengoed kunnen zeggen: de onderste spitse piramide stelt een 'muis' voor en de hangende bol een 'kat', en jullie hadden de zaak even juist omschreven als met 'tijd' en 'eeuwigheid'. Dat dit alles echter juist is, zal dadelijk onze nu volgende beschouwing duidelijk maken.
Hoofdstuk 46: Ineenvloeien van tijd en eeuwigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[16] Uit dit voorbeeld kunnen jullie nog duidelijker dan uit het vorige opmaken dat het licht op zich, in vrije toestand ongenietbaar is en dat niemand zich dus daaraan kan verzadigen. Wanneer het echter in de goddelijke ordening door de goddelijke kracht zelf gevangen wordt, dan pas is het genietbaar en voedend. Om die reden moet de mens ook al zijn wereldlicht in zijn hart gevangennemen, waar het verbonden wordt met de levenswarmte, en dan zal hij uit dit licht de juiste voeding voor zijn geest verkrijgen. En op dezelfde manier moeten wij wat wij hier zien aan zuivere vormen van wijsheid, eerst in onze liefde voor de Heer gevangennemen; vervolgens zullen we de ontwikkeling daarvan in onszelf heel betekenisvol aanschouwen en zo voor ons een stevige maaltijd kunnen bereiden. De Heer zal dan ook dit altaar voor ons openen, zoals Hij het altaar in de laan voor ons heeft geopend.
Hoofdstuk 40: Overgang van de liefde in de wijsheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[14] Jullie zouden wel graag een blik op de aanwezige bewoners in deze vierde verdieping willen werpen, maar ik zeg jullie: laat dat verlangen maar varen, want jullie zouden hier nog minder dan in de vorige galerijen zo'n al te verheven, prachtige aanblik kunnen verdragen. Te zijner tijd zullen we echter toch wel nader in contact komen met de bewoners van dit gehele gebouw. Daarom zullen we niet talmen, maar ons, zoals gezegd, dadelijk naar de vijfde verdieping ofwel de zesde galerij begeven.
Hoofdstuk 37: Vierde verdieping. De gewone mens en de goddelijk-geestelijke mens - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] Het verschil tussen de deinende activiteit van gewekte en van gewone mensen bestaat hierin dat de zichzelf innerlijk gewekte handelt volgens de in hem aanwezige eeuwige wetten der goddelijke orde. De gewone mens echter handelt volgens van buitenaf gegeven wetten, die afkomstig zijn van de levende wetten van hen die in zichzelf de innerlijke wijsheid hebben gevonden, welke de allerhoogste wijsheid van de Schepper reeds vanaf het oerbegin in hen heeft gelegd.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[2] Omdat we er nu eenmaal zijn, ervaren we in ons bestaan eigenlijk helemaal geen moeilijkheden; het leven verloopt heel gemakkelijk ononderbroken door. Willen we echter de in ons aanwezige bekwaamheden tot leven brengen, willen we in de diepte van de wijsheid doordringen, dan is het leven geen spel meer, maar dan vergt het diepe ernst en een ingespannen zoeken naar datgene wat met de goddelijke wijsheid overeenstemt.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Om jullie hiervan te overtuigen toonde Ik jullie een gelijkenis waarin jullie een zogenaamd diorama zagen. Aan de hand van deze gelijkenis bracht Ik volgens een bepaalde ordening de hier nog aanwezige tien geesten bij jullie en vertelde jullie daarbij dat jullie daar eveneens een geestelijk diorama zouden aantreffen en in de sfeer van iedere geest een ander beeld van de geestelijke wereld te zien zouden krijgen.
Hoofdstuk 123: Terugblik op de geschouwde levenssferen van tien geesten - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[26] Als dat gebeurd is, hebben jullie je met dit voorwerp levendig verbonden. Het wordt jullie tot basis en jullie kunnen op deze basis actief worden. Wanneer jullie het in deze activiteit zover gebracht zullen hebben dat jullie daarin de machtige aantrekking van de liefde van de Heer in jezelf gaan voelen en deze liefde alsmaar vuriger wordt, ontbrandt en in heldere vlammen overgaat, zal jullie basis zich daardoor, waarheen jullie je ogen ook richten, in haar onderdelen in zelfstandig levende vormen oplossen naar de aard zoals deze als voorbeelden in jullie aanwezig waren. Deze vormen zullen dan met terugwerkende kracht de in jullie oorspronkelijk aanwezige vormen levendig oproepen en zij zullen jullie zelf duidelijk maken, wie en waar jullie basis is. (Joh. 20:30-31 en 21:25.) Kijk, zo is ieder herkennen een gevolg van een voorafgaand zien; het zien is echter het gevolg van stralen en tegenstralen of het gevolg van een kracht in jullie en een tegenkracht buiten jullie. Op deze wijze hebben we onze wereld reeds heel dichtbij gebracht; dus nu nog een krachtige geestelijke ruk en we zullen ons dadelijk met onze voeten op deze uit jullie voortgekomen wereld bevinden!
Hoofdstuk 11: Het hele universum en de hemel zijn in jullie! - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Weten jullie eigenlijk wel op welke wijze alle dingen gezien worden? Jullie zeggen: door het licht. Goed, zeg ik jullie, het licht valt ook aards gezien voor het grootste deel naar buiten in de oneindige grote vrije ruimte. Maar wat zien jullie op een zonnige dag in de helder verlichte blauwe atmosfeer? Jullie zeggen: daar zien we niets anders dan de blauwe kleur van de lucht. Dan vraag ik jullie: waarom zien jullie daar niets? Jullie zeggen: omdat daar geen 'Gegenstand' is. Maar wat verstaan jullie onder 'Gegenstand'? Waarom zeggen jullie niet liever 'Vorstand' dan 'Gegenstand'? Jullie weten niet wat jullie daarop moeten zeggen, maar ik zeg jullie: wanneer jullie een ding naar zijn vorm bekijken, dan is dat ding kennelijk iets dat tegenover jullie staat, dus een 'Gegen-stand', maar wanneer er iets tussen dat ding en jullie zou worden geplaatst, bijvoorbeeld een muur, een sluier, een wolk, dan zouden jullie toch zeker zeggen: dit staat vóór de 'Gegenstand' die we zouden willen bekijken en dit is dus duidelijk een 'Vorstand' of een belemmerende 'Vorgegenstand'. Wanneer jullie echter ten gevolge van zo'n 'Vorstand' de eigenlijke 'Gegenstand' niet kunnen zien, wat is dan de reden daarvan? Kijk, niets anders dan dat de door de 'Gegenstand' teruggeworpen stralen jullie niet kunnen bereiken en zij de reeds in jullie aanwezige voorafbeelding daardoor niet levendig kunnen oproepen.
Hoofdstuk 11: Het hele universum en de hemel zijn in jullie! - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[2] 'Ik moet met handen en voeten op een speciale manier door deze lichtloze lucht gaan zwemmen! Om te voet vooruit te komen, moet je een vaste ondergrond hebben. Maar als deze ontbreekt, dan moet er worden gezwommen of gevlogen! Om te vliegen heb je vleugels nodig, die wij kale tweebenigen niet hebben. Wat blijft er anders over dan de nog aanwezige krachten zo doelmatig mogelijk te gebruiken. Dus maar gezwommen!' .
Hoofdstuk 5: Pogingen om in de lege ruimte te lopen. Zelfgesprekken over het niets en over het voortbestaan. Vloek tegen God, de veroorzaker van het leed - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Waarom zijn er bergen op aarde? Ik bedoel hier heel speciaal die van de eerste soort. Kijk, hun doel is verschillend. In de eerste plaats zijn zij de regelaars van de electro-magnetische stromingen, zodat deze goed over de hele aardbodem worden verdeeld. Ten tweede verhinderen zij dat de lucht rondom de aarde bij de snelle omwenteling om de aardas, blijft stilstaan, terwijl het oppervlak van de aarde voortbeweegt. Dit zou een tegenstroom veroorzaken die aan hevigheid alle orkanen zou overtreffen, waardoor er geen wezen op aarde zou kunnen bestaan. Ten derde trekken zij de al te overvloedige, door zuurstof en waterstof ontstane vochtdeeltjes uit de lucht tot zich, waardoor hun hoogste toppen ook meestal door nevels omgeven zijn en zodoende zelden duidelijk zichtbaar zijn. De vochtdeeltjes voegen zich samen door de steeds in hoge mate aanwezige elektriciteit en vallen dan meestal als sneeuwen ijs neer op de steile hellingen van de bergen. Vandaar storten zij, wanneer er grote opeenhopingen zijn ontstaan, als lawines in de kloven en dalen van het hooggebergte en vormen daar door aanzienlijke opeenhopingen de gletschers. Deze hebben weer de bijzondere eigenschap de koude uit de lucht aan te trekken en daardoor de lager gelegen vruchtbare streken te behoeden voor een alles verstorende vorst. Tegelijkertijd echter zwakken de gletschers ook nog de soms te sterk aanwezige luchtelektriciteit af en regelen de kringloop van het water door de dampkring. Zonder deze werking zouden de vlakten van de aarde bijna ononderbroken blootgesteld zijn aan hevige wolkbreuken.
Hoofdstuk 20: Nog een voorbeeld. De noodzaak van hooggebergten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[19] Een dwaas en een ezel is hij, die zich zijn leven lang bezighoudt met denken en vorsen. Want daardoor wordt zijn geluk niet groter, noch in de materiële wereld, noch, en zelfs veel minder, in deze onstoffelijke, nevelige wereld. Het maakt hem integendeel alleen maar ongelukkiger hoe meer hij naar licht en waarheid dorst maar daarbij steeds meer tot het inzicht komt, dat de ergens aanwezige Godheid nergens een verkwikkende bron heeft geschapen om die dorst te lessen.
Hoofdstuk 32: Heb Mij, Jezus, lief want in Christus woont lichamelijk de volheid van de Godheid! Robert twijfelt aan de Godheid van Jezus; wil echter blind geloven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22