Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1548 resultaten - Pagina 19 van 104

...  7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32  ...
[3] Toen de overste ons de liefde tot het oneindige, goddelijke wezen na aan het hart legde, voelden wij dat het kleine mensenhart helemaal niet instaat was tot zo'n liefde en wij dachten en zeiden dan ook dat wij wel de een of andere persoonlijkheid die de goddelijke geest in zijn volheid zou dragen, heel goed boven alles zouden kunnen liefhebben, maar dat een te oneindige goddelijkheid, de door de geest van God vervulde oneindigheid, als iets dat niet te vatten is, niet liefgehad kon worden tenzij de liefde tot zo'n oneindig, goddelijk wezen zou bestaan uit het gevoel van de te kleine, nietige mens door de te eindeloze, oergoddelijke alomtegenwoordigheid.
Hoofdstuk 194: Oubratouvishar en Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[14] Nu, welke gevoelens begonnen er toen in ons op te komen! En wij konden nauwelijks de dag afwachten waarop de overste ons naar de beschreven heiligdommen zou leiden. Hoe begon het in onze harten te gloeien, toen die dag eindelijk kwam en wij er op onze kamelen heen reden en alleen nog maar in de buurt van de kleine voortempel kwamen, die slechts een begraafplaats van een paar wijzen uit de oertijd moet zijn! Maar hoe klopte ons hart toen wij voor de poort van de grote rotstempel kwamen! Wat een onbeschrijfelijke indruk maakte de aanblik van de vier gepersonifieerde elementen, en werden wij niet bijna sprakeloos toen wij met brandende fakkels in de binnenste hallen van de tempel kwamen? Maar waarom greep dat alles ons zo overweldigend aan? Omdat wij daar dichter bij het allerhoogste, ware goddelijke wezen dachten te zijn, dan op enige andere plaats bij Memphis.
Hoofdstuk 193: De grote rotstempel Jabu Simbil. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Als het gaat om het verwijderen van een storende, kleine steen die op een voetpad ligt, is er geen speciaal overleg nodig over de wijze waarop men zo'n steen op moet ruimen. De eerste de beste raapt hem op en gooit hem ergens heen waar hij niemand hindert. Maar heel anders ligt het als een enorm groot rotsblok van een berg naar beneden is gevallen, een nauwe weg verspert en daardoor scheiding teweegbrengt tussen mensen, buren, ouders en kinderen, broeders en zusters! Ah, dan zal de hele gemeente beraadslagen over wat er gedaan moet worden; want de weg moet weer begaanbaar gemaakt worden! Maar hier gaat het om het allerbelangrijkste moment van ons leven, waarvoor wij allen de zeer verre en buitengewoon moeilijke reis hebben ondernomen!
Hoofdstuk 195: De twijfel van de zwarten aan de goddelijkheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Toen nam de engel de tweede parel en ontdeed haar op de eerder genoemde manier van haar korst. Ook deze stond vol met tekens en teksten. Op een van de egaalste vlakken was de kleine tempel van Ia bu sim bil heel nauwkeurig ingegraveerd met daarnaast een kop, lijkend op die van de grote Sfinx. En de engel werd nogmaals bestormd met vragen om al deze tekens en teksten uit te leggen.
Hoofdstuk 202: De oorsprong van de Jabusimbil-tempel, de sfinx en de zuilen van Memnon. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[15] Hoewel deze parel even oud is als de eerste en grootste, is zij echter toch pas honderd jaar later op deze wijze beschreven en van tekeningen voorzien, en wel ten tijde van het gereedkomen van de kleine rotstempel, toen echter het binnenste van de grote tempel nog niet geheel klaar was. Daarom is hier ook de kleine tempel reeds als geheel voltooid weergegeven.
Hoofdstuk 202: De oorsprong van de Jabusimbil-tempel, de sfinx en de zuilen van Memnon. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Toen zij open en bloot voor hen lag, maakte RAPHAËL de toeschouwers, die behoorlijk nieuwsgierig waren, meteen attent op de prachtig ingegraveerde Memnonbeelden en zei: "Kijk, daar zijn ze al, de beide naamlozen! Maar daar bovenaan, als voor de naamlozen, zien jullie zeven reusachtige figuren in de vorm van geklede mensen, en om hen heen zien jullie een aantal heel kleine mensenfiguurtjes! Wat heeft de wijze Shivinz, die de parels alle eigenhandig gegraveerd heeft, daarmee dan aan willen geven?
Hoofdstuk 203: De zeven reuzen en de sarcofagen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Wel, zij kwamen op een heel slimme gedachte! Zij nietselden uit steen deels zeer grote en later ook heel kleine doodskisten, waarin hoogstens een, twee tot drie lijken voldoende ruimte hadden. Iedere kist kreeg een naar verhouding groot en zwaar deksel. Als dan in zo 'n kist een of meer lijken werden gelegd, nadat zij eerst met Mum (Muma, ook mumie, betekent aardhars, aardbalsem) goed gebalsemd werden, werd het deksel gloeiend heet gemaakt en de kist werd met het gloeiend hete deksel zogezegd voor eeuwige tijden afgedekt. Daardoor droogden de lijken in de kist helemaal uit, en als het deksel erg groot en heet was, verkoolden zij ook vaak of verbrandden tot as.
Hoofdstuk 203: De zeven reuzen en de sarcofagen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Naast de grote honden hielden de oude Egyptenaren echter ook graag een kleiner soort hond; hun naam was Mal pas (kleine hond). Dat waren de lawaaimakers; Poroshit betekent in de oude taal 'sein-' of 'lawaaimaker'. Als iets vreemds een huis of een kudde naderde, begonnen de kleine honden al te blaffen; dat trok de aandacht van de grote en die begonnen dan met hun geweldige geblaf de wilde beesten ontzag in te boezemen, waarop deze zich dan ook terug begonnen te trekken. ..
Hoofdstuk 204: De sterrenbeelden op de vierde parel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[14] Onze Shivinz, die de grote hond verbond met het uitspansel, gaf ook de kleine een plaats tussen de sterren en gaf hem de naam Porishion (Prozion). In zijn buurt bevindt zich de oude Kokla (kloek); later kreeg dit sterrebeeld ook de naam Peleada, ook wel Peleadza, en door de Grieken kreeg het naar aanleiding van een onware Griekse sage de naam Plejaden.
Hoofdstuk 204: De sterrenbeelden op de vierde parel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] De kleine honden waren vaak ook bewakers van de kippen en hun kuikens, waarvoor zij speciaal werden afgericht. Dat alles was een uitvinding van Shivinz, die deze vogels als eerste in nuttige huisdieren had veranderd en de Egyptenaren had laten zien hoe goed hun vlees smaakt en hoe buitengewoon goed hun gebakken en gekookte eieren smaken. Zo leerde hij de bewoners van dit grote land, die toen reeds zeer in aantal toegenomen waren, nieuwe voedingsmiddelen en nieuwe kudden kennen, waarvan het gebraden vlees en de eieren later eigenlijk wat te goed smaakten, - daar er anders in de tijden daarna geen echte kippenoorlog uitgebroken zou zijn, die zelfs door de Griekse geschiedschrijver Herodotus als mythe wordt vermeld.
Hoofdstuk 204: De sterrenbeelden op de vierde parel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[20] IK zei: "O jawel, zo is het ook! Maar Ik gunde jullie alleen maar een kleine pauze, want dat wat jullie nog voor Mij zullen doen, is iets waaraan jullie altijd een erge hekel hebben, en na twee handelingen die jullie uiterlijke, uitstralende levenssfeer helemaal hebben opgeëist, hebben jullie nu een kleine rust nodig. Nu zijn jullie uitgerust en moeten jullie nog laten zien hoe je vuur maakt en hoe je ook dit element beheerst! Ga en maak vuur en toon daarna dat jullie er meester over zijn!"
Hoofdstuk 213: De macht van de Moren over planten en elementen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Wanneer echter, omdat Ik dat toelaat, de zon helemaal ontwricht zou worden en haar zeer kunstig en wijs geschapen, buitengewone organisme en mechanisme verwoest zou zijn, en haar grote natuurziel der natuurzielen tenslotte helemaal beangst en verkommerd alleen maar bezig zou kunnen zijn met het in orde brengen van haar in kleine stukken uiteengereten lichaamsorganisme of dit in het ongunstigste geval zelfs zou verlaten en de grote brokstukken over zou laten aan hun eigen ontbinding, hoe zou het er dan met de alles tot leven wekkende, uitstralende levenssfeer uitzien? Meteen zou er in haar planetengebied de grootste wanorde optreden; alle vegetatie en al het lichamelijke leven zou heel gauw ophouden te bestaan!
Hoofdstuk 215: De uitstralende sferen van mens en zon. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER:) "Als de ziel van de mens echter onder allerlei wereldse, materiële zorgen begraven ligt, of als zij begint met zich daarin te begraven, dan verduistert zij haar lichtwezen, dat tenslotte helemaal donker en duister wordt. Er is dan geen voorraad aan krachtige liefde meer in aanwezig en het kleine beetje dat nog aanwezig is, is nauwelijks voldoende voor het eigen gebruik; dat is dan de eigenliefde, die aan niemand anders meer gegeven kan worden. Maar als de liefde zo klein wordt, waar moeten dan een krachtig geloof en een krachtige wil vandaan komen, want het geloof is immers het licht uit de vlam van de liefde, en de wil de overal werkzame kracht van het licht?!
Hoofdstuk 217: De voordelen van de juiste opvoeding van de ziel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Leer de kinderen al vroeg de Vader in de hemel liefhebben, toon hun hoe goed en liefdevol Hij is, hoe Hij alles wat bestaat terwille van de mensen bijzonder goed, mooi en wijs geschapen heeft, en hoe zeer hij vooral de kleine, Hem boven alles liefhebbende kinderen is toegedaan! Maak hen er bij iedere speciale gelegenheid op opmerkzaam dat de Vader dat alles regelt en doet en laat gebeuren, dan zullen jullie het hart van de kleinen tot Mij keren en Mijn liefde zal al snel in hen beginnen te groeien! Als jullie de kleinen zo zullen leiden, zal jullie geringe moeite ook al gauw gouden vruchten dragen, -maar anders dorens en distels, waarop druiven noch vijgen groeien!
Hoofdstuk 220: Over de wedergeboorte en de juiste opvoeding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Bovendien belemmert steeds een hoeveelheid materiële, grove wereldse beelden als een dicht woud het uitzicht van de ziel, waardoor zij onmogelijk de heel tere, kleine, oneindig vele, maar heel zwak ingeprente tekens kan zien. Als er ogenblikken zijn waarop zij de heellicht opgebrachte nevelachtige beelden, die uit het hart zijn opgekomen, ontdekt, dan lijkt dat haar een vertekend beeld dat zij onmogelijk kan begrijpen of duidelijk genoeg kan zien, omdat de grove materiebeelden voor het geestelijke beeld komen te staan en het ten dele afdekken en ten dele onherkenbaar maken.
Hoofdstuk 227: Hersenen en ziel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32  ...