Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22474 resultaten - Pagina 19 van 1499

...  7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32  ...
[12] Ga toch naar buiten de stad en zie voor uzelf of dat niet werkelijk Christus, de beloofde Messias, is. Naar mijn mening is Hij het zeker, want grotere wonderen dan deze mens doet, zal Christus, als Déze het niet zou zijn, nooit kunnen doen! Ga dus naar buiten en overtuig uzelf! Ik ga nu vlug naar huis om betere kleren aan te trekken want zo kan ik niet in Zijn hoge bijzijn gekleed gaan! Als Hij de Christus niet zou zijn, dan is Hij toch zeker méér dan een profeet of een koning van het volk.'
Hoofdstuk 29: Genezing van de vrouw aan de Jacobsbron. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] De mannen voelen de ernst van de situatie en zeggen: 'Ja als dat zo is, dan is deze tijd werkelijk zeer ernstig en zeer belangrijk! Dan moeten we echter wel met meer mensen gaan en er moeten er ook een paar bij zijn, die de Schrift goed kennen; het is wel jammer dat al onze rabbijnen zich op de berg ophouden! Maar misschien kunnen we Hem overhalen een paar dagen in ons midden te blijven en dan kunnen zij Hem ook toetsen!'
Hoofdstuk 29: Genezing van de vrouw aan de Jacobsbron. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Ik zeg: 'Toch wel, Mijn broeder! Kijk eens naar deze vrouw! -Ik zeg Je: één verlorene te vinden is meer waard dan negen en negentig rechtvaardigen, die volgens hun geweten geen boete behoeven te doen, omdat ze menen dat ze op iedere sabbat God dienen op Garizim. Maar hier halen ze zelfs op de dag vóór de sabbat al alles waarmee water geput kan worden weg, opdat niemand op de sabbat een slok water uit deze bron zou halen om zijn dorst te lessen, waardoor naar de mening van deze rechtvaardigen de sabbat ontheiligd zou worden. O, wat een grote, ontzettend kortzichtige dwaasheid van dit soort rechtvaardigen! Hier staat echter een zondares met een goede kruik en zij zorgt voor ons. Dan vraag Ik je: wie is er beter: deze of die negen en negentig beoefenaars van de sabbatsheiliging op Garizim?!'
Hoofdstuk 29: Genezing van de vrouw aan de Jacobsbron. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] (Zeggen jullie zelf niet: 'Nog vier maanden, dan komt de oogst?' Zie Ik zeg jullie: 'Slaat de ogen op en aanschouwt het veld; het is nu reeds wit om te oogsten!' Joh. 4:35) 'Velen van jullie hebben akkers thuis, en zelf zeg je: 'Nog vier maanden en de oogsttijd begint en wij zullen naar huis moeten gaan en oogsten!. Ik zeg je echter: Doe je ogen beter open! Nu al zijn alle velden wit om te oogsten. Maar Ik bedoel niet deze natuurlijke velden, maar het grote veld, dat bestaat uit de gehele wereld, waarop de mensen als gerijpte tarwe staan, dat voor de schuren van God geoogst moet worden!.
Hoofdstuk 30: De heiliging van de sabbat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] (Want hier geldt de spreuk: Deze zaait, en een ander maait. (Joh. 4:37) 'Want na de oogst zal zaaier zowel als maaier van één en dezelfde vrucht en één en hetzelfde brood des levens eten; en dan wordt de oude spreuk geheel bewaarheid: De één zaait en een ander oogst, maar beiden zullen op dezelfde wijze van hun arbeid leven en zij zullen één en dezelfde spijs eten!
Hoofdstuk 30: De heiliging van de sabbat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] De meeste leerlingen begrepen deze les wel en begonnen direct Mijn woord over de liefde tot God en over de liefde tot de naaste aan de Samaritanen te verkondigen, en ook dat Ik werkelijk de Christus ben.
Hoofdstuk 30: De heiliging van de sabbat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Waarop Ik hen antwoordde: 'Heb Ik dan gezegd, dat jullie deze Voor ons liggende natuurlijke gerstevelden moeten maaien? O jullie domkoppen, hoe lang zal Ik je op die manier nog moeten verdragen?! -Begrijpen jullie dan nog niets?! -Luister dan en begrijp het:
Hoofdstuk 30: De heiliging van de sabbat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Mijn woord van het Rijk van God is de geestelijke sikkel. Dit woord komt eerst in jullie eigen harten en van daaruit over je tong naar de oren en in de harten van je medemensen en broeders. Deze sikkel geef Ik jullie om de mensen, je broeders, te oogsten voor het Rijk van God, het Rijk van de ware kennis van God en het eeuwige leven in God.
Hoofdstuk 30: De heiliging van de sabbat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[17] Na deze woorden gingen ook de zwakkere leerlingen naar de Samaritanen, die nu in groten getale uit de stad naar Mij toegekomen waren, en onderwezen hen wat Ik hen geleerd had.
Hoofdstuk 30: De heiliging van de sabbat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] (En zeiden tot de vrouw: 'Wij geloven voortaan niet meer omdat jij het zei; want wij zelf hebben Hem gehoord en onderkend, dat Deze waarlijk de Christus is, de Heiland der wereld. Joh. 4:42) Toen zeiden de Samaritanen: 'Als de Heer je eerder dan ons heeft aangenomen, dan krijg je bij ons ook de eer, zoals dat in Sichar gebruikelijk is. Maar van nu af aan en in de toekomst geloven wij niet meer vanwege jouw woorden; want we hebben Hem nu Zelf gehoord en herkend; Hij IS waarlijk Christus, de Heiland der wereld! En jij zult ons nu nooit geloviger maken, dan we al zijn! Maar van nu af aan zal je ook bij ons echt geëerd worden, als je in het vervolg niet meer zondigen zult!'
Hoofdstuk 31: Het echte ereteken. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Want sommigen van hen, die de schrift goed kenden, zeiden: 'Deze spreekt als David, die zegt: 'De geboden des Heren zijn waar en verblijden het hart; de geboden des Heren zijn zuiver en verlichten de ogen! De vrees des Heren is onverdeeld en blijft eeuwig en de rechten des Heren zijn onloochenbaar en geheel en al rechtvaardig. Ze zijn kostbaarder dan goud en veel fijn goud; ze zijn zoeter dan honing en honingzeem. Uw wil, Heer, doe ik graag en Uw wet heb ik in mijn hart; ik wil Uw gerechtigheid prediken in de wereld. Zie, ik wil mij de mond niet laten snoeren, Heer, dat weet u. Uw gerechtigheid verberg ik niet in mijn hart; ik spreek van Uw waarheid en Uw heil. Ik verberg Uw goedheid en Uw trouw niet voor de wereld' - Wij weten, en dit getuigenis van ons is vol waarheid en kracht, dat Degene, Die zo spreekt en handelt zoals David vóór Hem in Zijn naam sprak en handelde, dat dat werkelijk de beloofde Messias is. Hij is de enige, Die na David zo gesproken en gedaan heeft als David; daarom is Deze ongetwijfeld de Christus, de eeuwige gezalfde van God! Deze willen we daarom geheel en al aanvaarden!'
Hoofdstuk 31: Het echte ereteken. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[15] 'Beste mannen van Sichar', zegt de vrouw daarop, 'als ik jullie zou willen overtuigen, dan zouden we nooit klaar komen. Ik heb het je nu gezegd, hoe het geheel volgens de waarheid is, een tweede keer zeg ik het jullie echter niet meer! Verscheidene van jullie hebben Romeins recht gestudeerd en zijn nu volgens deze wetten rechters en zeggen, dat het een verstandig recht is! Ik heb deze wetten gelezen, want ik ken het Romeins, en nu staat daarin: Primo occupanti jus! (Het recht van degene, die er het eerst mee begonnen is) Aangezien ik hier de eerste was, geeft mij dat het recht van de eerste, en dat kunnen jullie mij niet ontnemen.'
Hoofdstuk 31: Het echte ereteken. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Ik zei echter: 'ook al slapen de mensen, dan waakt toch de Heer, en de Heer zorgt voor alles, en degenen, die bij Hem zijn, behoeven er alleen maar voor te zorgen dat ze bij Hem blijven. Maakt u daarom gereed, zodat we deze Samaritaanse stad in kunnen gaan! Daar zullen we allemaal goed onderdak vinden. Deze vrouw hier, die Mij vanmiddag geen water wilde geven, heeft een ruim huis en zij zal ons, naar Ik meen, twee dagen onderdak niet weigeren.'
Hoofdstuk 32: De Heer ziet het hart aan. In Sichar en omgeving. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Daarop valt de vrouw snikkend van liefde en vreugde voor Mij op de knieën en zegt: 'O Heer, mijn Heiland, waaraan heb ik, arme zondares, deze genade verdiend?'
Hoofdstuk 32: De Heer ziet het hart aan. In Sichar en omgeving. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Ik antwoord: 'Je nam Mij in je hart op en dat hart is veel heerlijker dan je huis, dus zal je Mij ook wel in je huis op willen nemen, dat, net als deze bron, door Jacob voor zijn zoon Jozef gebouwd is. Maar we zijn met veel mensen. Je zult daarom voor twee dagen veel te doen en te zorgen krijgen; maar je zult er veel voordeel aan hebben!'
Hoofdstuk 32: De Heer ziet het hart aan. In Sichar en omgeving. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32  ...