Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3216 resultaten - Pagina 19 van 215

...  7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32  ...
[1] Toen Ik met hen klaar was, kwamen de apostelen naar Mij toe en zeiden: 'Heer, U bent soms toch wat raadselachtig! Weet U, we hebben al zoveel wonderen van U gezien en ook aan den lijve ondervonden, dat we er ook maar geen ogenblik aan kunnen twijfelen, als we dat al zouden willen, dat U in de volste en waarste zin des woords de Zoon van de levende God bent en ook zijn moet; want wat U doet heeft tot op heden geen mens kunnen doen. Maar toch komen er bij U bepaalde ogenblikken voor, waarop U in alle ernst bang schijnt te zijn voor de mensen, terwijl U toch, zoals wij meermalen overtuigend gezien hebben, gebieden kunt over alle zeer machtige engelenscharen uit de hemel!
Hoofdstuk 177: De vervulling van de profetie. Op de Galilese zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Daar kijkt de oude geweldig raar van op en hij weet niet wat hij moet zeggen. Pas na een poosje zegt hij, vrij zacht: 'Om Jehova's wil! Bent U soms een engel uit de hemel, of wordt U door een van hen geholpen en heeft de Vader in de hemel die aan U als dienaar gegeven?'
Hoofdstuk 179: Jesaïra. De rekening van de oude man. (10.5.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] De oude Tobias zei na dit feestelijke ochtenduurtje: 'O Heer! Dat is een andere tempel dan die in Jeruzalem, die voortdurend vol vuil en viezigheid is! Hoe vaak heb ik in mijn leven psalm na psalm gezongen terwijl mijn hart droog bleef als tien jaar oud stro en koud als ijs! En hoe warm slaat het nu voor mijn almachtige schepper! Hoe vaak was ik in de tempel en hoe blij was ik als ik diens steeds stinkende voorhoven mocht verlaten; en hier zou ik een eeuwigheid willen blijven en de grote God, die alle talloze heerlijke dingen heeft geschapen, willen prijzen uit de van liefde brandende diepte van mijn hart! Beste Meester, hoe kan ik U danken voor deze heilige hoge levensvreugde, die ik nog nooit eerder heb ondervonden?!'
Hoofdstuk 174: Gedragsregels voor rechters en wetgevers. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Blijf jij echter in het vervolg vervuld van zulke gevoelens en gewaarwordingen en sluit je hart nooit voor de armere broeder, ook al was hij eens je vijand, dan zal jou mettertijd een grote genade uit de hemel ten deel vallen! Als je allerlei zondaren ziet, veroordeel en verdoem ze dan niet; want -begrijp Mij goed -zij zijn het meestal niet die zondigen, maar de geest die ze daartoe aanzet. Je kunt niet weten door welke geest ze gedreven worden. Er zijn er genoeg, die in hun vroomheid heel gemakkelijk hoogmoedig zouden kunnen worden en die dan al gauw vanaf de vermeende hoogte van hun deugd met veel verachting en afschuw neer zouden willen zien op de zondaren, waardoor ze dan zelf onbewust nog grotere zondaars zouden worden dan degenen, die ze verafschuwen; dan komt er een geest en verleidt zulke mensen tot de een of andere zonde, en de al trots geworden voorvechter van de deugd ondervindt zo aan den lijve, dat hij nog lang geen God, maar slechts een heel gewoon zwak mens is !
Hoofdstuk 174: Gedragsregels voor rechters en wetgevers. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Kijk, dat is geen wijze voorwaarde die u ons stelt! Wat geeft het, als we naast Mozes ook de wijzen van de Grieken met hun dichterlijke godendom leren kennen, wier wijze zinnebeeldige gedichten toch heel wat anders zijn dan de dure tempelmest?! Vooral omdat wij er helemaal niet in geloven, omdat wij maar al te goed weten hoe de Griekse en later Romeinse goden ontstaan zijn, en dat alleen Jehova God is over alles, die alles heeft geschapen en altijd alles onderhoudt en bestuurt!'
Hoofdstuk 187: Jood of Griek. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Maar Ik hief Mijn rechterhand op boven Mijn leerlingen en zei: 'Kijk, dat zijn Mijn moeder en Mijn broeders! (Matth.12:49) Want wie de wil doet van Mijn Vader Die in de hemel is, die is werkelijk Mijn broeder, Mijn zuster, Mijn moeder! (Matth.12:50) Ga echter naar buiten en zeg tegen de wachtenden dat Ik zal komen!'
Hoofdstuk 188: Wie is Mijn moeder en wie zijn Mijn broeders. (24.5.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[20] Zo pakt een verstandige heer des huizes dat aan; moet de Vader in de hemel soms onverstandiger handelen dan een verstandig mens op deze vergankelijke aarde?
Hoofdstuk 191: De gelijkenis van de zaaier. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Kisjonah zegt dan: 'Heer, U zou niet een paar dagen, maar liever een paar maanden, of op z'n minst weken met al de Uwen in mijn, maar in waarheid eigenlijk geheel en al Uw, huis moeten doorbrengen. Want in Nazareth zult U, als U geen vuur en zwavel van de hemel laat regenen, bijna of helemaal geen geloof vinden, vooral niet bij de Farizeeën en schriftgeleerden, die U eigenlijk hoe langer hoe meer naar het leven gaan staan!'
Hoofdstuk 194: Het geestelijk huis van de mens. In Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Terwijl Ik dat nog maar net uitgesproken had, was de jongeman ook al terug met de vrouwen, en wij gingen aan de tafels zitten en aten vrij snel en opgewekt het avondmaal. Na de maaltijd zei Ik tegen allen: 'Luister , omdat de nacht nu mooi en helder is met veel sterren, gaan we niet meteen naar bed, maar naar buiten onder de vrije hemel op het grasveld; want Ik ben voornemens om jullie nu nog veel te vertellen en te laten zien!'
Hoofdstuk 197: Verklaring van de gelijkenis van het onkruid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Want zoals uit het hart van de rechtvaardigen de hemel in alle heerlijkheid zal opbloeien, zo zal bij de onrechtvaardigen datgene uit hun hart zijn volle wasdom bereiken, wat zich daarin bevindt; een slecht zaad zal nooit goede vrucht opleveren!
Hoofdstuk 197: Verklaring van de gelijkenis van het onkruid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Daarom moeten jullie wat zich in Sichar openbaart ook zo bekijken en aanvaarden zoals het is, en je moet daarmee een natuurlijk gevecht aangaan, waarbij Ik jullie zal ondersteunen; maar als jullie dadelijk over de blindheid en de boosheid van de mensen tot over je oren in ergernis en toorn geraakt, en over zulke boosdoeners alleen maar een verterend vuur van de hemel afroept, dan kan het je onmogelijk anders vergaan dan het jullie vergaan is!
Hoofdstuk 201: Twee redenen voor Gods afzijdigheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Maar als jullie jezelf bijna hemelhoog omkleden met louter ondoorgrondelijke geheimen, en de mensen ervan wilt overtuigen dat je door God uitverkoren bent om ze te veroordelen, te zegenen of te vervloeken, en als je je dan bovendien nog ergert als Mijn engelen je bij die dingen niet willen steunen, dan moet het je toch wel duidelijk zijn dat die handelwijze zeker niet Mijn wil is die jullie geopenbaard werd, maar dat jullie voor jezelf een nieuwe orde geschapen hebben en van daaruit een nieuwe goed omheinde kerk in de plaats van de oude mozaïsche hebt willen opbouwen, waarvoor jullie lammeren hun knie al op een afstand hadden moeten buigen!
Hoofdstuk 202: De ware vrije kerk. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] En als je al een zogenaamd Godshuis bouwen wilt, bouw dan zieken en bejaardentehuizen voor jullie arme broeders en zusters; geef hen daarin alles wat ze nodig hebben, dan zul je op die manier de echte godsdienst uitoefenen waaraan de Vader in de hemel veel genoegen zal beleven.
Hoofdstuk 202: De ware vrije kerk. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] En sterren daarboven aan de hoge hemel, bedek je onheilige gezicht; want het is God, jullie schepper, waarop je vanaf jullie hoogte trots neerkijkt!
Hoofdstuk 203: Lofrede van Jonaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[24] Ik zeg: 'Heel goed geantwoord! Maar Ik zeg jullie: Net zoals deze moeder deed, zo zal de Vader in de hemel ook eenmaal doen!
Hoofdstuk 204: Gelijkenis van de moeder met haar twee zonen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32  ...