Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

330 resultaten - Pagina 20 van 23

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23
[6] In mijn dromen gedroeg ik me volkomen passief; hier echter ben ik bij mijn helderste bewustzijn volkomen actief In een droom kon ik me nooit iets herinneren. En wanneer me al eens iets voorkwam als een soort herinnering, dan was het steeds vaag en onvolledig. Hier echter is mijn herinnering aan het verleden zo duidelijk, dat zelfs de meest onbeduidende voorvallen uit mijn aardse levenswandel mij als volmaakte beelden van een camera obscura van A tot Z voor ogen staan. Zeg eens vriend, kan men dat een droom noemen?
Hoofdstuk 69: De patheticus over deze wonderbare verandering van Helena. Verschil tussen droom en werkelijk leven. Olafs gelijkenis van de bruidswerving - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] En dat alles zou maar een droom zijn? Nee vrienden, dat is geen droom; dat is grote, heilige werkelijkheid! En we doen er goed aan, als we al deze verschijnselen wat meer gaan waarderen dan tot nu toe. En daarom krijgt die merkwaardige verfraaiing van onze Lerchenfeldse nu ook veel meer betekenis voor mij dan voorheen. Wat denken jullie nu van mijn beoordeling van deze zaak?'
Hoofdstuk 69: De patheticus over deze wonderbare verandering van Helena. Verschil tussen droom en werkelijk leven. Olafs gelijkenis van de bruidswerving - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] De baron zegt: 'Ik dank u hiervoor heel hartelijk. Een of andere hulp hebben Emma en ik hard nodig. Want zo' n twintig jaar, die er hier wel tweeduizend leken, smacht ik al in de grootste eenzaamheid! Geen hulp, geen troost, geen licht kreeg ik tot nu toe. U bent de eerste, die begonnen is mij uit mijn lange droom te helpen. Ach vriend, voltooi nu ook wat u begonnen bent, dan zullen mijn hart en mijn leven u als beloning zijn toegewijd!'
Hoofdstuk 74: Verrassingen voor de patheticus. Hij vindt oude bekenden. Olafs goede raad - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] In een droom voelde ik nooit pijn, honger of dorst. De gestalten van de mij in een droom verschijnende wezens waren steeds zeer vluchtig en veranderlijk en ze verdrongen elkaar in hoog tempo, en wel op zo'n manier dat er van de voorgaande gestalten gewoonlijk niets meer aanwezig was, wanneer de volgende verschenen. Van een of andere logische volgorde tussen het voorafgaande en het daaropvolgende was nooit het minste spoor te ontdekken. Hier daarentegen vindt alles, hoewel het onloochenbaar het stempel draagt van het wonderbaarlijke, in zulk een logische consequentie plaats, dat men zich als stille toeschouwer daarover niet genoeg kan verwonderen.
Hoofdstuk 69: De patheticus over deze wonderbare verandering van Helena. Verschil tussen droom en werkelijk leven. Olafs gelijkenis van de bruidswerving - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Na enige tijd zegt Max Olaf: 'Waarde vriend, jouw huwelijksverhaal wordt nu wel erg wijdlopig. Laten we het vervolg dus maar achterwege laten, te meer daar ik het even goed ken als jijzelf. Want weet, ik, hier Max Olaf genaamd, die jou hier als een oprechte vriend terzijde staat, ben nu juist dezelfde overste en generaal, die jou op aarde uit niets tot iets heeft gemaakt. En die vriend daar, die al deze verschijnselen en ook de veranderingen van de Lerchenfeldse zuiver voor een droom aanziet, is die baron wiens dochter zonder zijn toestemming jouw vrouw werd. Wil je echter hier ook je vrouw leren kennen, met wie je op aarde bijna twintig jaar lang hebt geruzied? Kijk dan naar dat armzalig uitziende wezen daar, dat halfnaakt en verschrikkelijk mager van achter de baron naar jou staat te gluren... en je hebt dan werkelijk het sluitstuk van heel je levensgeschiedenis bij elkaar! Ben je tevreden met de oplossing van de, door jou zo breedvoerig aan ons vertelde levensgeschiedenis?'
Hoofdstuk 74: Verrassingen voor de patheticus. Hij vindt oude bekenden. Olafs goede raad - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] De baron zegt: 'Beste dochterontvoerder, veeg maar vlijtig voor uw eigen deur! Want als ik hier met u zou willen gaan twisten, dan zou daar een geducht proces van komen. Maar ik heb u op aarde alles al vergeven; zodoende zijn we quitte wat onze twijfelachtige strijd betreft. Hebt u echter hier in deze wereld die mij als een droom voorkomt iets gunstigs op mij voor, vergoed me dan hier door uw vriendschap wat u mij op aarde boosaardig hebt ontnomen, namelijk mijn leven. Want mijn Emma was daar mijn leven, waarvan u mij beroofd hebt! Maar ik heb u deze roof vergeven. Vraag daarom niet hoe het me hier te moede is, maar help mij en de arme Emma, als u ons op een of andere manier helpen kunt!'
Hoofdstuk 74: Verrassingen voor de patheticus. Hij vindt oude bekenden. Olafs goede raad - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[16] Zie, wat er uit de mond van de mensen kwam, was nooit veel goeds! Hun tongen spraken altijd leugens. Hun voeten haastten zich altijd om bloed te vergieten! En al hun wegen waren steeds vol ongeluk, droefenis, hartenleed en kwellingen van allerlei aard. De ware weg van de vrede heeft echter nog geen sterveling in zijn volle betekenis doorgrond, want de angst voor God was voor hen nog steeds als een boze droom.
Hoofdstuk 81: Petrus' scherpe oordeel over Rome. Paulus' heldere rede over de genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Kijk eens broedertje tot waar jij bent afgegleden! Hoe zou je zelfs maar in een droom op het idee kunnen komen om ons hier deze, verder heel achtenswaardige mensengeest Jezus als de grote Godheid te willen opdissen? Kom en word weer de oude, schrandere kapitein Dismas!'
Hoofdstuk 104: Dismas en zijn vroegere vrienden. Allerlei soorten verweer van de geestelijk tragen. Hongerkuur voor stijfkoppige ongelovigen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] De tweede spreker zegt: 'Hoe kom je daar nu weer bij? Geloof jij dan werkelijk nog in hel of vagevuur? Nee, daar zou ik zelfs in mijn droom niet aan denken. Christus zal toch een heel stuk wijzer en ook beter zijn dan wij beiden. Zeg mij eens, zou jij met jouw kille hart, in staat zijn om iemand naar de jezuïetenhel te verdoemen en dat voor eeuwig, áls er al een zou zijn? Ik zeg je, dan zou men ronduit een duivel moeten zijn. Hoe stel jij je Christus dan eigenlijk voor, als je Hem tot zoiets in staat acht?'
Hoofdstuk 117: De twijfelaars geloven nu, maar sommigen zijn bang om naar de Heer te gaan. Tweespraak tussen een kerksgezinde en een vrijdenker. Humor in het geestenrijk - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[21] Als echter ondanks dit wachten niemand tevoorschijn komt, zegt Robert: 'Dat is werkelijk vreemd! Zou de Heer ons willen beproeven of hebben wij ons ergens schuldig aan gemaakt? Of is deze lange geschiedenis sinds onze aankomst in deze wereld toch maar een droom? Werkelijk vreemd! Maar wat doen we nu? Komt dichterbij, beste vrienden, geef raad of doe een goed voorstel, want anders gaat deze zaak er wanhopig uitzien.
Hoofdstuk 120: Kleding in het hiernamaals. Zegen van de Heer. Blum en zijn vrienden wordt gevraagd om de eetzaal gereed te maken. Hun wonderlijke ervaringen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] Nu wordt ook de hele omgeving lichter, en het huis begint zich duidelijker af te tekenen. Ach, dat is werkelijk een wondermooi huis: drie verdiepingen, en deze prachtige arcaden en balkons onder de ramen! Die imposante grootte en hoogte! Nee, de hele zaak komt me voor als een droom. Ik heb dit huis toch al eerder gezien, toen de generaal ons allen hiernaartoe bracht, maar ik kan me niet herinneren dat het er toen zo prachtig uitzag.
Hoofdstuk 125: Geestelijk ontwaken van de monnik. Zelfgesprekken als zielespiegel. Christus, het levensanker van de schipbreukeling - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] De officier zegt: 'Jullie dwazen! Als jullie bij God de Heer kunnen komen, wat kan jullie dan nog meer ter harte gaan? Jullie hele huis hier is immers toch al niets anders dan een ingebeelde hersenschim. De waarheid en werkelijkheid beginnen hier pas; al het voorafgaande was niets anders dan een ijdele, nietige droom! Willen jullie dan een droom koesteren en de heilige werkelijkheid daarvoor op het spel zetten? Als God de Heer ons roept, moeten we ogenblikkelijk alles kunnen achterlaten en Hem volgen, anders zijn we Hem niet waardig.
Hoofdstuk 89: Vragen en wensen van het volk. Het geduld van de officier wordt op de proef gesteld. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[17] Als een mens in zijn domheid gelukkig is, waarom hem dan wakker maken zodat hij ongelukkig wordt? Alle mensen zijn aan de dood blootgestelde delinquenten. Als de delinquent slaapt, is hij gelukkig in zijn droom, maar wordt hij wakker, wat dan? Dan grijpt hem de doodsgedachte aan en hij wordt onuitsprekelijk ongelukkig! Zeg nu zelf: heeft hij die de delinquent uit zijn slaap wakker schudde, hem een weldaad bewezen?
Hoofdstuk 69: De ware aard van aartsbisschop Migatzi. Gesprek tussen hem en Jozef. Een blik in de duisternis van het priesterdom. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[6] Er zitten veel van die blinden langs de wegen en ook velen tasten op allerlei plaatsen rond. Maar die aan de weg zitten, slapen in, helemaal bedwelmd door de opiumdrank van hun geleerdheid en dromen dan zo, alsof ze konden zien. Ze weten in de verdoving van hun geleerde droom niet wanneer de Heer hen op de weg voorbijgaat, en ze weten ook niet dat ze blind zijn; daarom roepen ze ook niet: 'Zoon van David, help mij!'
Hoofdstuk 11: 'Hij nu wierp zijn kleed af, sprong op en kwam bij Jezus' (Mark.10:50) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[1] Bardo gaat naar Robert toe en zegt: 'Vrienden, ik kan niet ontkennen dat dit verdwijnen van de Heer samen met het grote gezelschap, ook mij eigenaardig voorkomt. Ik denk nu echter bij mezelf: is het eerdere gebeuren met honderden wijze voorvallen enkel een op een droom lijkende verschijning geweest, dan zijn wij vrij en dus volkomen onze hoogsteigen wetgevers. In dat geval kunnen we doen wat we voor onze behoeften het beste vinden, en geen vreemde macht kan ons daarbij van de wijs brengen. Is echter alles, wat we nu in deze wereld beleefd, gezien en ervaren hebben, zuivere geestelijke waarheid en werkelijkheid en is de door ons allen geziene, boven alles geliefde Jezus de Heer, dan is de situatie waarin wij nu verkeren alleen maar een tot ons heil dienende beproeving. Zijn liefde en genade laten ons deze toekomen om ons daardoor zelfstandiger, zelfwerkzamer en in zekere zin geestelijk mannelijker te maken. Daarom ben ik van mening: we moeten in onze liefde tot Jezus de Heer flink groeien, zoals Hij ons onderricht, verheven en met Zijn almachtige scheppershand gezegend heeft; dan zal Hij zeker met al onze geliefde broeders en zusters spoedig in ons midden zijn. Dat is mijn advies. Weet iemand van jullie echter iets beters, dan verzoek ik hem ermee voor de dag te komen!'
Hoofdstuk 121: Meningen en raadgevingen van de vrienden. Dismas brengt de harten tot rust. Roberts dank. Over de zegen van de naastenliefde - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23