Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

453 resultaten - Pagina 3 van 31

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[4] Dat is ook de reden van de pijnlijke bevallingen bij de vrouwen, en ook van de meestal zeer pijnlijke wijze waarop het sterven bij mensen plaatsvindt. Want een natuurziel die al door de zaadstroom van de man verwond is, verbindt zich direkt heel hardnekkig met het vlees van de moeder en moet tijdens de geboorte steeds met geweld, onder het verscheuren van allerlei banden, uit haar lichaam ter wereld komen. Maar kinderen zoals Isaäk en nog een aantal anderen op deze wereld zijn volledig zonder dat de moeder pijn voelde ter wereld gekomen.
Hoofdstuk 226: Wereldse zorgen en hun kwade gevolgen voor de ziel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Ik ben van mening dat een nieuwsgeschapen wezen, zoals wij allen er een zijn, zoiets in en uit zichzelf onmogelijk ooit helemaal tot stand kan brengen. En het kan dus ook niet in zekere zin alléén de schuld dragen van het feit dat het zich geheel volgens de juiste orde, of gedeeltelijk, misschien wel geheel, tegen de juiste orde ontwikkeld heeft. Want wie zou een mens de volle schuld geven van zijn onopgevoed zijn, als hij vanaf zijn geboorte nooit voluit gelegenheid had om zich te ontwikkelen in de verfijnde omgangsvormen, zoals die onder welopgevoede mensen gebruikelijk zijn?
Hoofdstuk 230: Gods lessen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[21] Kijk, vriend, bijna geen haar beter gaat het met ons jonge dienaars van de tempel. Ook wij zijn als zonen van welvarende ouders met geweld gewijd voor de tempeldienst, zonder eigenlijk volgens geboorte tot de stam van Levi te horen, want die geboorte kan men thans voor geld verkrijgen, zo vaak men maar wil. .
Hoofdstuk 236: De uitoefening der naastenliefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] Maar wie voor eigen eer en roem een paleis voor zichzelf bouwt en uiteindelijk zichzelf in zijn pracht op een voetstuk plaatst, begaat een grote zonde tegen zijn eigen ziel en zijn goddelijke geest en bederft zichzelf en al zijn nakomelingen, die zich dan al vanaf de geboorte veel hoger achten dan de andere mensen.
Hoofdstuk 14: Hoe passen aardse schatten in ons leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] De VIERDE en de VIJFDE zeggen: "Dat zijn wij helemaal met je eens! Geef ons maar een goede, snelle dood en dan eeuwig geen leven meer! O, hoe goed is het niet-zijn vergeleken bij een zijn zoals wij dat hebben meegemaakt! Dus, alleen maar ophouden met te bestaan! Maar wel helemaal ophouden! Want onze ervaring heeft ons het bestaan voor eeuwig onverdraaglijk gemaakt! Waarom moeten wij eigenlijk bestaan? Wij hebben tijdens ons niet-zijn vóór de geboorte toch nooit om het zijn kunnen vragen! Of kan een wijze schepper er ooit plezier in scheppen om zulke ontzettend ongelukkige wezens te zien rondwandelen onder zijn ongetwijfeld zalige almacht? Maar wat kunnen wij machteloze wormen?
Hoofdstuk 22: De wanhoop van de genezen bezetenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] Dat wij ons toen veel veroorloofden wat volgens de wetten niet geheel in orde was, is natuurlijk ons eigen werk geweest. Maar daarbij bedenk ik toch nog steeds: Als je ouders een visser van je gemaakt hadden, die nu kommervol in zijn levensonderhoud had moeten voorzien, zou er toch heel veel niet gebeurd zijn wat men zich door het goed verzorgd zijn heeft veroorloofd omdat het goeddoorvoede vlees en bloed daartoe aandreef! Daarom zijn onze tekortkomingen tegen de wet, voor een deel een gevolg van de omstandigheden waarin wij door geboorte en opvoeding terecht zijn gekomen.
Hoofdstuk 156: Over de verantwoordelijkheid van de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] Dus, wij geloven allen vast en zeker dat U de beloofde Messias bent ondanks Uw, volgens aardse verhoudingen, zeer onaanzienlijke afstamming, die ons min of meer bekend is. Uw aardse ouders zijn arm en Uw vader was, naar wij weten, een timmerman uit Nazareth. De afkomst van Uw moeder kennen wij niet en daarom is het des te buitengewoner dat een redder, die reeds aan de eerste mens van deze aarde werd voorspeld, onder zulke buitengewoon nederige en armoedige omstandigheden op deze wereld wilde komen, terwijl Hem geestelijk toch al in eeuwigheid alle voordelen van een mogelijke, vorstelijke geboorte ten dienste gestaan moeten hebben.
Hoofdstuk 161: Het getuigenis van Floran. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Zoals gezegd, heb ik dat reeds in mijn jeugd geweten en merkwaardig: Het moest zo zijn dat ik getuige was van Uw geboorte in Bethlehem en tevens degene, die Uw aardse ouders een vluchtweg aangaf voor de meedogenloze achtervolging van de oude Herodes.
Hoofdstuk 179: De herinnering van Cornelius aan de geboorte van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[17] De engel laat zich nu door Stahar betasten en STAHAR vindt alles bij Raphaël degelijk en stevig. Dan haalt hij zijn schouders op en zegt: "Hm, hm, lichamelijk kan het niet beter, erg geestelijk ziet het er niet uit! Tegen wat hij gedaan heeft is niets in te brengen, maar dat heel mooie, gevulde lichaam dat veel weelderiger is dan dat van welke jonge vrouw dan ook, zo'n wonderlijk aantrekkelijke arm, en zo gevuld en stevig, ja, dat lijkt toch in de verste verte niet op iets geestelijks! Je zou zelfs, als ik heel eerlijk wil zijn -afgezien van het feit dat ik al een oude ezel ben en dat jij een man bent -heel gemakkelijk tot over je oren op je verliefd kunnen worden en al je zinnen verliezen! Wel, dat lijkt dan toch helemaal niet op iets wat je met recht rein en hemels geestelijk zou kunnen noemen! Maar misschien is het zo, dat je net als een jonge Tobias, in het geheim, onzichtbaar voor ons sterfelijke mensen, ondersteund wordt door een engel. Dat wil zeggen als je al vanaf je geboorte net als Samuël een zeer vrome knaap was! Maar als dit niet zo is, dan zou je ook net zo goed een geheim verbond met de' Jehova-sta-ons-bij' kunnen hebben, wat ik echter niet zo waarschijnlijk acht omdat je verder zo'n hemels vroom en lieflijk uiterlijk hebt en omdat ik, eerlijk gezegd, nooit zo helemaal echt aan de' Jehova-sta-ons-bij' heb geloofd. Helemaal aan God te geloven was al moeilijk voor mij, Iaat staan dan aan zijn tegendeel!
Hoofdstuk 150: De overste en de engel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[14] Ook moet een mens jarenlang eerst onvolwassen, dus een dom kind blijven, om pas geleidelijk aan op te groeien tot een mens, terwij1 de mus veertien dagen na zijn geboorte al een heel volwassen mus is en heel goed thuis is in zijn luchtige huishouding. Ja, de meeste dieren zijn meteen bij de geboorte al uitstekend toegerust voor hun. huishouding, -en de mens heeft wel twintig jaar nodig om zich een beetje in de goede wereld thuis te gaan voelen! Hij, de kroon der schepping, moet het langst wachten om dat te zijn waarvoor hij bestemd is! Zou hij dan ook met kunnen zeggen: 'Heer, Almachtige, waarom heeft U nu juist voor de mens, Uw lieveling, niet beter gezorgd, -waarom moet nu juist de opgroeiende mens zo lang wachten tot hij een mens wordt?!'
Hoofdstuk 162: De wegen van de goddelijke leiding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] Maar ik was toen pas vijf en twintig jaar en ik ben nu ruim dertig jaar ouder en ik heb gedurende die tijd zeer veel door en meegemaakt, ik heb veel gezien, gehoord en ondervonden. Maar ondanks dat alles, blijven mij de wonderlijke woorden van David en Uw geboorte en al haar bijverschijnselen nog zo levendig bij, alsof ik die pas gisteren of eergisteren persoonlijk had meegemaakt. En intussen hoor ik weer: 'Maak de poorten wijd en de deuren der wereld hoog, opdat de koning der ere binnen kan trekken! Wie is de koning der ere? Het is de Heer Zebaoth, machtig in de strijd!'
Hoofdstuk 179: De herinnering van Cornelius aan de geboorte van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] En heimelijk sprak ik die tekst reeds uit bij Uw geboorte. En toen U mijn knecht genas en ik vervolgens de zeer grote gunst genoot U te ontmoeten, hield ik mij in mijn hart, dat U boven alles eert en liefheeft, deze verzen voor! En daarom zeg en getuig ik het ook nu dat U alleen de grote eeuwige Koning der ere bent waarover de wijze,' grote koning der Joden op profetische wijze heeft gezongen! En mocht U niet die koning Zebaoth zijn, hoe zou U dan zó over de mensen der aarde hebben kunnen spreken, als U zojuist heeft gedaan?!
Hoofdstuk 179: De herinnering van Cornelius aan de geboorte van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[19] Nu ben ik nog wel datgene, wat ik ben, en dit schijnlichaam is nog lang geen vlees en bloed dat met een wezenlijke ziel door .verwekking en geboorte is ontstaan. Maar het is toch al een zekere benadering daarvan en de tijd tot de volle verwerkelijking van die genade zou wel eens met zo lang op zich kunnen laten wachten en dan ben ik wat u nu bent!
Hoofdstuk 180: De taak van engelen en mensen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[11] Veel kinderen worden vaak op wegen en straten gevonden. Ontaarde moeders hebben hen in hun geilheid ontvangen en al gauw na de geboorte ergens te vondeling gelegd. Zulke vondelingen worden door een warmvoelend, barmhartig iemand opgenomen en verzorgd; deze weldoeners zijn ze dan ook alle liefde en eerbied schuldig. Mozes zegt niets over zulke pleegouders, maar alleen over de echte ouders!
Hoofdstuk 211: Uitleg van het vierde gebod. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] De goed opgevoede vondeling kan echter zijn ware ouders onmogelijk eren, omdat hij ze in de eerste plaats niet kent en, als hij ze wel zou kennen, in de tweede plaats voor God en alle mensen toch echt geen verplichting tegenover diegenen zou hebben, die hem in hun zondige geilheid hebben verwekt en toen na de geboorte meteen aan de dood hebben prijsgegeven. Maar heeft zo'n mens dan geen aanspraak op de belofte van Mozes, omdat hij volgens Mozes zijn echte ouders onmogelijk kan liefhebben en eren? O, dat zou dan wat moois zijn en een erg goede indruk maken als wijs woord van God!
Hoofdstuk 211: Uitleg van het vierde gebod. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...