Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1535 resultaten - Pagina 3 van 103

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[2] Het meest schaamde hij zich voor dat deel, dat ondanks alle tekenen uit de wijd geopende hemel, ongelovig naar huis liep. Met een benauwd gemoed zei hij: 'Mijn Heer en Mijn God! Waardoor kun je zulke mensen nu nog laten geloven, als zulke tekenen geen uitwerking hebben! Uzelf, o Heer, en de vele engelen uit de open hemelen, waren niet in staat dit gespuis te bekeren; wat zal ik arme sukkel nu met ze doen? Zullen ze mij niet in m'n gezicht spuwen, als ik de moed zou hebben, om ze Uw leer te onderwijzen?'
Hoofdstuk 48: Heerlijke belofte voor daadwerkelijke volgers. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Ik hoorde wel dat ze dat zeiden, draaide Mij om en zei tot hen: 'Ik ben allang bij jullie, maar je hebt Mijn hart nog nooit zoveel vreugde gegeven als deze zeven dochters hier! Ik zeg je, zij zijn al op de goede weg en hebben het beste deel gekozen; als jullie niet dezelfde weg gaan, dan zul je nauwelijks in Mijn rijk komen! Want de kinderen, die zó tot Mij komen, zullen ook bij Mij blijven, degenen echter, die alleen maar met lof en prijs komen, zullen slechts Mijn weerschijn, maar niet Mijzelf in hun midden hebben!
Hoofdstuk 54: Bij Jonaël. Kritiek van de leerlingen op de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] De koopman doet dat erg veel genoegen en hij zegt: 'Heer, omdat U mij de eer aangedaan heeft om aan deze tafel te komen zitten, waaraan: ik ben gaan zitten, zal ik van nu aan een tiende deel van alles wat mijn goederen opbrengen aan de armen geven, en alle belasting, die ze aan de Romeinen moeten afdragen, zal ik voor tien jaar vooruit betalen! Daarna hoop ik dat God, Uwen onze Vader, ons door U, o Heer, van deze plaag verlossen zal, waaraan ik met al de mij ten dienste staande middelen zal meehelpen, zoals ik U dat buiten reeds waarachtig en getrouw heb aangeboden.
Hoofdstuk 62: De Heer opent voor allen de weg naar de hemel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Er zal op de wereld een beroep gedaan worden om aan dit rijk deel; te nemen. Als zij hiernaar luistert, dan zal het eeuwige leven haar loon zijn; als zij niet luistert, zal zij weliswaar blijven zoals zij is, maar tenslotte zal de eeuwige dood haar deel zijn!
Hoofdstuk 62: De Heer opent voor allen de weg naar de hemel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Ik zeg: 'Het maakt me niets uit; je krijgt wat je hebben wilt! Maar Ik zeg je: In meer of mindere mate heeft iedere wijnsoort, die op aarde verbouwd wordt, deze zelfde eigenschap. Laat maar eens verschillende mensen van je eigen verbouwde wijnen ongeveer net zoveel drinken, als jij nu van Mijn zuivere hemelse wijn gedronken hebt, en dan zul je zien, dat een deel vervuld wordt met liefde, en een ander deel zo agressief wordt, dat je ze met touwen moet laten binden! Als de aardse wijn al zo'n uitwerking heeft, dan heeft de hemelse wijn dat in nog veel sterkere mate!'
Hoofdstuk 63: De uitwerking van hemelse en aardse wijn. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] U bent nu blij, dat Ik uw vrouw zomaar, door het in Mijn hart te willen, genezen heb en u staat zich nog steeds af te vragen: 'Hoe is dat mogelijk?' Maar Ik zeg u: Als een mens zou leven volgens de innerlijke zuivere waarheid en daardoor zelf een deel van die waarheid zou worden, en niet meer aan zijn waarheid zou twijfelen, dan zou hij tegen één van de ons hier omringende bergen kunnen zeggen: 'Verhef je en val in de zee!' - en de berg zou zich verheffen en in de zee vallen!
Hoofdstuk 71: De Heer getuigt van de Vader. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Leef daarom volgens Mijn leer! Wees uitvoerders en niet alleen oppervlakkige hoorders en bewonderaars van Mijn woorden, leer en daden, dan zal ook u dat ten deel vallen, wat u nu zo zeer in Mij bewondert!
Hoofdstuk 71: De Heer getuigt van de Vader. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Wij gaan nu op weg, en de overste met zijn genezen vrouwen twee van zijn voornaamste onderkommandanten begeleiden Mij. De overste en zijn vrouw nemen Jonaël tussen zich in, onderhouden zich met hem en vragen hem uitleg over verschillende zaken betreffende de Joodse religie en wat daarin op Mij betrekking zou hebben; en de in het eerste dorpje genezen jichtlijder neemt heel aandachtig deel aan dit gesprek. Zelf ga Ik, tussen de zeven dochters en de vrouw van Jonaël lopen. Die stellen MIJ vragen over heel wat zaken, zoals wat er binnenkort met de wereld, met Jeruzalem en met Rome zal gebeuren. Daar ga Ik heel serieus op in, en Ik beschrijf hun, hoe binnen niet al te lange tijd de geheime vorst der wereld terechtgesteld zal worden en niet lang daarna zijn hele aanhang. Daarbij heb Ik het ook over het einde der wereld en een wereldomvattend oordeel zoals in de tijd van Noach, en ze vragen Mij in opperste verbazing, wanneer en op welke manier dat gebeuren zal.
Hoofdstuk 72: Het einde der wereld en het oordeel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Het zou toch erg onzinnig zijn om een geheel verbeterd mens te straffen, omdat hij vroeger één of meer keren in zijn blinde dwaasheid en zwakte gezondigd heeft; dat zou onwaardig zijn voor een echt mens, en tegen de goddelijke orde in. Zo'n straf zou op een haar na precies lijken op die van een domme dokter die, nadat zijn zieken gezond zijn geworden, naar hen toeging en zei: ' Jullie zijn nu weliswaar weer helemaal gezond , maar je begrijpt ook wel dat jullie lichaam, en wel dit of dat bepaalde deel, tegenover jullie gezondigd heeft en nu gestraft dient te worden in die mate waarop het je geplaagd heeft!' Als de genezenen dan hun lichaam, dat nog maar net genezen is, met allerlei kwellingen zullen laten bestraffen, of als men hen gewelddadig martelt, wat zal er dan van hun genezing terecht komen?! Wel ze zullen daardoor beslist tien maal zieker worden dan ze eerst waren! De vraag is dan: Wat was het nut van zo'n ontijdige bestraffing van het vlees? -Is de behandeling zelf dan al niet voldoende bestraffing van het vlees? Waarom dan nog een straf achteraf, die het gezonde vlees weer ziek maakt?! Als zo'n behandeling in het vleselijke al oerdom genoemd kan worden, hoeveel te meer als dit zonder een spoortje medelijden in het geestelijke toegepast wordt?!
Hoofdstuk 78: Straffen als geneesmiddel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Een zieke heeft wel de dokter en het goede geneesmiddel nodig; maar hem ervoor straffen, omdat hij het ongeluk had om ziek te worden, dat, beste vriend, hoort thuis in het ergste deel van het land der Scythen! Ik denk echter wel, dat je nu zult inzien dat het altijd beter is de Heer van het leven in alles na te volgen, dan Hem met grove onbekwame handen met wat dan ook te willen helpen, en daardoor de grote goddelijke kwekerij op een duivelse manier moedwillig of toch zeker uit pure domheid te gronde te richten!
Hoofdstuk 78: Straffen als geneesmiddel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Het overgrote deel van de mensen is geheel doortrokken met dierlijke zelfzucht en duivelse hoogmoed!
Hoofdstuk 80: Vermijdt de eigendunk. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] In het geval echter dat zulke vreedzame en ontwikkelde volkjes toch nog door moed, wijsheid en geestelijke kracht de vijanden van zich af sloegen, waarbij ze deze, natuurlijk met de wapens in de hand, voor het grootste deel vernietigen moesten, zouden de geesten van de gedode vijanden vanaf dat moment nu juist hun grootste en schadelijkste vijanden worden. Dan vraag ik me in gemoede af: Hoe, wanneer en onder welke omstandigheden zal Uw heilzame leer op de aarde ooit helemaal ingang vinden en het doen en laten van alle mensen der aarde bepalen?
Hoofdstuk 80: Vermijdt de eigendunk. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Ontvang met deze woorden ook Mijn gehele zegen en deel deze woorden ook mee aan al degenen, die ze nu niet hebben kunnen horen; opdat zich later niemand kan verschuilen achter onwetendheid!
Hoofdstuk 83: De macht van het woord. De reis naar Galilea. Reis naar Kana in Galilea. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Iedereen is vol van het heerlijke uitzicht en de schrijver Matthéus zegt: 'Heer als de mensen in al hun doen en laten doordrongen waren van Uw leer, dan zou een land als dit werkelijk mooi genoeg zijn om als hemel voor de mensen te worden aangemerkt! Maar als ik bedenk dat de mensen voor het grootste deel nog erger zijn dan de verscheurendste en bloeddorstigste beesten, dan zou ik hier juist God de Heer een verwijt maken, omdat Hij deze aarde zo heerlijk gevormd heeft voor zulk slecht volk!'
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Matthéus zegt: 'Heer, wat zegt U? Is de zon ook een heel grote wereld, en is een woestijn daar al onuitsprekelijk heerlijker dan hier een paradijs?! Kijk toch eens naar de grote aarde en zet daar de onbeduidende glanzende schijf van de zon eens tegenover! Hoeveel keer zou die wel op deze, vlakte kunnen staan die we hier nu overzien en die zeker een heel klem deel van de hele aarde is, en hoeveel maal zou die dan wel in de hele aarde kunnen passen?!'
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...