Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

6281 resultaten - Pagina 3 van 419

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[4] Gerechtvaardigd is de eigenliefde als ze naar de dingen van de wereld geen groter verlangen heeft dan haar door de juiste maatstaf van de goddelijke ordening is toebedeeld; deze maatstaf werd in het zevende, negende en tiende gebod voldoende aangegeven. Verlangt de eigenliefde meer dan deze maatstaf aangeeft, dan overschrijdt ze de vastgestelde grenzen van de goddelijke ordening en dat moet bij de eerste overtreding reeds als zonde worden beschouwd. Volgens deze maatstaf moet dus ook de naastenliefde worden ingedeeld. Als iemand namelijk een broeder of een zuster boven deze maatstaf uit liefheeft, dan begaat hij met zijn broeder of zuster afgoderij en maakt hem of haar daardoor niet beter maar slechter.
Hoofdstuk 103: Twaalfde zaal - twaalfde gebod. De naastenliefde - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] Wat wil de Heer daarmee aantonen? Niets anders dan: de machtigste liefde van de mens op aarde is die voor zijn vrouw. Want wat heeft de mens in zijn ordening op aarde meer lief dan zijn lieve, brave, goede vrouw? In de vrouw ligt dus de gehele liefde van de man, zoals omgekeerd de vrouw in haar ordening zeker niets sterker liefheeft dan de man naar haar hart.
Hoofdstuk 97: De innerlijke, eigenlijke betekenis van het tiende gebod - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[13] Maar omdat de innerlijke betekenis zo verhuld is dat de wereld haar onmogelijk ooit kan achterhalen, is het leven beveiligd, ook wanneer haar uiterlijke bekleding in duizend stukken wordt gescheurd. En zo klinkt dan weliswaar de innerlijke betekenis van het woord als zij geopenbaard wordt alsof ze gelijk zou zijn aan de uiterlijke betekenis van het woord en kan zij eveneens in gearticuleerde klanken of woorden worden uitgedrukt; maar dat zorgt niet in het minst voor verwarring. Daarom blijft ze toch een innerlijke, levende, geestelijke betekenis en is als zodanig herkenbaar, doordat ze de gehele goddelijke ordening omvat, terwijl het uiterlijke beeld daarvan slechts een speciaal aspect uitdrukt dat, zoals we gezien hebben, nooit een algemeen geldende betekenis kan hebben.
Hoofdstuk 97: De innerlijke, eigenlijke betekenis van het tiende gebod - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Omdat we nu overduidelijk uiteengezet hebben waarom zo'n ordening noodzakelijk en juist is, zal het nu ook heel gemakkelijk zijn om de innerlijke, ware betekenis van onze wet bijna vanzelf te vinden en zoals ze door mij wordt beschreven, kan men haar tenminste onomstotelijk als enig ware en algemeen geldende erkennen. En daarom gaan we dadelijk tot zo'n beschrijving over.
Hoofdstuk 96: Waarom de ware betekenis van het tiende gebod verhuld is - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Deze krans vertegenwoordigt de goddelijke wijsheid zoals deze voortdurend vanuit de hemelen binnenstroomt en die de met haar overeenstemmende wijsheid van ieder mens die volgens de goddelijke ordening leeft, voortdurend verlevendigt en ordent.
Hoofdstuk 41: Liefde en wijsheid, hun onderlinge relatie en harmonie - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Wanneer iemand dus zulke liefde ten deel is gevallen, dan heeft hij met haar ook de wijsheid verkregen die gelijk is aan de goddelijke wijsheid, omdat de liefde waaruit een dergelijke wijsheid voortkomt, zelf goddelijk is. Dat de veelsoortige vormen van de tekens in de cirkel de diverse onderlinge verhoudingen van de op de goddelijke ordening en wijsheid gebaseerde verheven inzichten weergeven, hoeft nauwelijks nog te worden vermeld.
Hoofdstuk 41: Liefde en wijsheid, hun onderlinge relatie en harmonie - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] Omdat de naties verschillende politieke en morele grondbeginselen hebben, die absoluut nooit tot een vergelijk kunnen komen. Elke natie op zich kan weliswaar in haar strenge ordening heel goed bestaan, maar allemaal op één hoop bij elkaar zou een veel afgrijselijkere disharmonie teweegbrengen, dan wanneer men alle pijpen van een orgel tegelijkertijd zou laten klinken.
Hoofdstuk 26: Beschrijving van een woongebied op een zon - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Deze mensen erkennen en zeggen: als we ons tot God zouden wenden opdat Hij ons de ware wijsheid moge geven, dan zouden we God daardoor een verwijt maken en Hem grote smaad berokkenen. We zouden daardoor jegens God toch beweren dat Hij, de Allerwijste en Allerrechtvaardigste ons zou willen bedriegen. Daarentegen moeten wij de wijsheid die God, de Heer van hemel en aarde (de bewoners van dit hemellichaam evenals die van alle andere, noemen hun ondergrond ook aarde, net als jullie) in ons heeft gelegd, hoog in ere houden en haar volgens Zijn ordening gebruiken. Als we deze wijsheid in ons hebben uitgeput en dan de behoefte aan een hogere wijsheid hebben, dan pas mogen wij God vragen om hetgeen ons ontbreekt doordat wij het onze hebben opgebruikt.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Met planten en dieren zal het jullie geen haar beter vergaan, want jullie kunnen slechts beoordelen, en bovendien nog heel oppervlakkig, wat jullie zintuigen raakt of wat tastbaar voor jullie is. Maar wat de innerlijke, hogere geestelijke ordening betreft, zeg eens, met welke maatstaf willen jullie die meten?
Hoofdstuk 15: De drie wijzen uit het morgenland; hun wezen. De grote betekenis van onze aarde - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[24] Wanneer jullie het, zoals met de voor jullie liggende ster met het innerlijk schouwen zo ver hebben gebracht, dat hij zich al ver ontwikkeld en onthuld aan jullie toont, dan moeten jullie niet denken dat dit het werk van een lege fantasie zou zijn. O nee! Dat is het niet in het minst; het is de volle werkelijkheid. Alleen is haar grondslag nog onbekend; waar ze vandaan komt en waar ze rust. Kan men dat dan niet te weten komen? O ja zeker; want waar de werkelijkheid rust, daar rust ook haar naam, haar ordening, haar arbeidsveld en haar standplaats.
Hoofdstuk 11: Het hele universum en de hemel zijn in jullie! - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] Hoe was de vergroting van deze kleinste afbeelding in jullie geest dan mogelijk? Daarbij komt het op de kracht en de tegenkracht aan. De kracht ligt in jullie; de tegenkracht is geschapen en voor eeuwig vastgelegd door God. Wanneer jullie de kracht in jezelf oproepen, wat is er dan natuurlijker dan dat deze op het moment van het oproepen met de overeenstemmende tegenkracht uit God, door jullie willen steeds meer botsen moet? Want de kracht ligt in jullie; de tegenkracht ligt buiten jullie en alles wat jullie dus in jezelf oproepen moet dan in God zijn eeuwig voorbereidend gevormde tegenpool vinden. Als tegenpool is de ster in haar ordening, vorm en gestalte geschapen door God; de volkomen op haar lijkende afbeelding is echter als afgeleide kracht ook in jullie gelegd, omdat jullie geest zelf een afspiegeling van God is.
Hoofdstuk 11: Het hele universum en de hemel zijn in jullie! - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[26] Het leven van het geloof is echter de liefde! En de levende wet is de orde van de liefde! Als dan het geloof echt is, dan is alles echt. Is het geloof echter onecht, dan is ook de liefde onecht en is er in haar zo goed als geen ordening!
Hoofdstuk 81: Petrus' scherpe oordeel over Rome. Paulus' heldere rede over de genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Met de leer van God is het net zo gesteld als met de overige schepping. Zij is voor het oog van het wereldse verstand een zeer wanordelijke dwaasheid, en het zoekt daarin tevergeefs die vaste ordening, die het 'natuurlijke logica' noemt. Wonderdaden en morele leerstellingen, meestal in mystieke beelden, worden ogenschijnlijk ordeloos met elkaar vermengd. Hier leest men een wondersprookje, daar een vermaning. Op een andere bladzijde een op zichzelf voortreffelijke moraal, die echter voor het wereldse verstand met de andere gelijkenissen en gebeurtenissen nog minder samenhang heeft dan de meest ongeordende plantengroei in een boerenweiland. In de leer van God aan de mensen is dit toch allerminst in tegenspraak met de goddelijke ordening, maar bekrachtigt deze veeleer, want juist daardoor dwingt de Godheid de trage natuur van de mens tot aanhoudend nadenken en veelvoudig zoeken om behoorlijk wegwijs te worden in datgene, wat haar aanvankelijk in de buitenkant van de leer toch zo wanordelijk en zonder enige logica voorkomt.
Hoofdstuk 114: Bruno's door de Heer ingegeven antwoord. Bewijs van de Goddelijkheid van Jezus' leer. Haar onuitputtelijke rijkdom en veelzijdigheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[13] Ik zeg jullie: wij zullen en kunnen elkaar niet beteren, omdat wij ieder voor zich slecht zijn van a tot z. Wat baat het ons dan, als wij elkaar nog zo wijs beleren, maar niet met wijze en goede daden voor de dag kunnen komen en de leerling tegen de leraar kan zeggen: 'Hoe kun je mij leren de goede weg te betreden, terwijl je zelf de verkeerde bewandelt? Schep eerst orde in jezelf, indien jouw woorden mij welgevallig moeten zijn! Wacht tot ik zelf bij je kom en zeg: broeder, jouw ordening bevalt mij. Wijd mij in in al haar voordelen en grondbeginselen!' Ook ontbreekt ons elke ervaring in deze nieuwe wereld en in wezen weten we geen van allen iets over de verhoudingen in deze wereld. Hoe zouden wij elkaar daar dan iets over kunnen leren?
Hoofdstuk 141: De franciscaan over de liefde. Hij bekritiseert de graaf. Diens aristocratisch antwoord. De bemiddeling van Miklosch - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] De vreemdeling zegt: 'Geen ziel wordt ooit van haar vrijheid, haar bewustzijn en haar herinneringsvermogen beroofd. Wat zij wil, dat krijgt ze. Wil zij opstaan, dan zal zij opstaan. Wil zij echter nog dieper onder haar graf afdalen naar de hel, dan wordt haar de weg niet versperd. Wel wordt de hel door God toegelaten en als het ware voor eeuwig op zichzelf staand van alle hemelen afgescheiden; voor zo' n ziel geldt dat echter niet. Deze wordt namelijk niet geoordeeld, behalve door haar eigen liefde en de volledige vrijheid van haar wil. Wil zij naar de hel, omdat door deze haar eigenlijke liefde wordt bepaald, dan zal zij naar de hel gaan en wij allen zullen niet in staat zijn om haar daarvan af te houden. Wil zij echter naar de hemel, dan zullen wij haar ook met alle liefde opnemen en langs de beste wegen daarheen geleiden. Zo gaat het volgens de goede ordening van God!'
Hoofdstuk 143: Laatste twijfel van de franciscaan. Wat gebeurt er met mensen die doodzonden hebben begaan? Liefdevol antwoord van de vreemdeling. Uitnodiging om het huis binnen te gaan - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...