Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 21 van 1166

...  9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34  ...
[2] Als iemand echter maar iets van Mijn leer weet en dat meteen in praktijk brengt, dan zal hij daar al duidelijk een groter en levender nut van hebben dan iemand anders die weliswaar met alle eerbied over Mij en Mijn leer spreekt, maar nooit bij zichzelf het besluit kan nemen om haar in de daad om te zetten. Want de eerstgenoemde zal, doordat hij handelt volgens het weinige dat hij vernomen heeft, dit ook juist in zijn ziel tot leven brengen, en het kleine zaadje zal spoedig een grote oogst vanuit de levende geest opleveren die geen enkele kwade macht ooit meer kan vernietigen, terwijl de ander die Mijn leer aanprijst en zorgvuldig bewaart, door geestelijke honger geplaagd ook alle andere leren er bij zal halen en daarbij toch nog van geestelijke honger zal sterven. Zal diens ziel Mij aan gene zijde dan herkennen, als zij hier door haar doen en laten niet de ware geest van Mijn woorden geheel en al naar waarheid eigen heeft gemaakt?
Hoofdstuk 122: Het belang van het daadwerkelijke christendom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Stel, dat iemand van Mijn leer niet meer weet dan alleen dat men God boven alles lief moet hebben en zijn naaste als zichzelf, en hierover ernstig zou denken: 'Kijk, dat is een goede leer! Er moet een allerhoogst goddelijk wezen bestaan, dat in overeenstemming met alles wat door Hem is geschapen, zeer goed en buitengewoon wijs is en leeft en zich beweegt. Dit derhalve buitengewoon goede, wijze en almachtige Wezen moet men dus ook meer achten, waarderen, eren en liefhebben dan al het andere in de wereld. Mijn medemens is evengoed als ik een mens en door de Schepper met dezelfde rechten in deze wereld geplaatst. Hij mag daarom niet te gering geacht worden, maar mijn verstand zegt me zelfs dat ik voor hem hetzelfde over moet hebben als voor mezelf. Want acht ik hem te gering, dan doe ik dat ook mezelf, omdat ik ook slechts een mens en verder niets meer ben. Ik erken dat als een eerste levensprincipe, en wil me daar dan ook om te beginnen voor mijzelf daadwerkelijk streng aan houden!'
Hoofdstuk 122: Het belang van het daadwerkelijke christendom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Ik zeg jullie: Al het uiterlijke, al is het op zichzelf nog zo zuiver, doodt; alleen de geest heeft het leven en maakt alles levend waar hij in doordringt. Jullie moeten Mijn leer daarom ook heel kort en eenvoudig samenvatten, slechts voorzover de mensen deze over het algemeen nodig hebben. En wie deze leer in praktijk brengt, zal ook in de mate van zijn werkzaamheid de geest van God in zichzelf opwekken, en pas dan zal deze geest in het licht en het vuur van alle waarheid de ziel tot leven wekken, die dan in alle waarheid en wijsheid uit God binnengeleid zal worden; zij zal dan in en uit zichzelf dit en nog onuitsprekelijk veel meer, wat Ik jullie heb verteld, allerduidelijkst vernemen.
Hoofdstuk 124: Het wel goed weten, maar niet doen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Merken jullie nu wat voor een totaal andere weg Ik jullie met Mijn leer wil wijzen; waarop men binnen de kortste tijd, als men het maar echt wil, toegang tot alle wijsheid der hemelen verkrijgen kan!
Hoofdstuk 124: Het wel goed weten, maar niet doen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Jullie moeten van nu af aan zelf werkzaam worden volgens Mijn leer, dan zal je ziel levendiger en lichter worden en pas dan zal Mijn geest in jullie ziel Zijn intrek nemen en je in alle wijsheid binnenleiden.
Hoofdstuk 124: Het wel goed weten, maar niet doen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Daaruit bestaat dus de nieuwe school van het ware leven en de enig ware kennis van God en het leven zelf, en Mijn leer heet een waar evangelie*, (* 'Evangelie' betekent: 'goede, blijde boodschap') omdat het de mensen leert gaan op de enig juiste en ware weg ter verkrijging van het ware eeuwige leven en van de enige ware liefde en wijsheid van God.
Hoofdstuk 124: Het wel goed weten, maar niet doen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[12] De leer is weliswaar niet groot, en als ze in een boek wordt geschreven, kan ze door iedereen die kan lezen in enkele uren doorgelezen worden. Maar hoe ijverig men ook leest, alleen door te lezen zal men er niet meer profijt van hebben dan wanneer iemand alleen maar uiterlijk met Mijn leer heeft kennis gemaakt, -wat wel in de eerste plaats dient te gebeuren.
Hoofdstuk 124: Het wel goed weten, maar niet doen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Jullie zien nu, dat de ware, edele en laten we zeggen verstandige naastenliefde voor dit aardse leven de betrouwbaarste maatstaf is om na te gaan, of en hoe zuiver het er in de ziel uitziet. Gebruik deze daarom vóór alles, dan zullen jullie hiervan spoedig de zegenrijkste vruchten oogsten voor de schuren van het eeuwige leven in het licht van Mijn geest binnen in jezelf! - Mathaël, hoe denk je nu over het zuiver houden van deze leer die Ik nu aan jullie heb gegeven? Is ze zo voor alle mensen tot aan het einde aller tijden zuiver te houden of niet?"
Hoofdstuk 126: Naastenliefde als regelaar van spaarzaamheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Mijn leer moet dus zonder enige uiterlijke en nog minder innerlijke dwang aan de mensen en volkeren in de hele wereld gegeven worden, en er mogen alleen daar wonderen gedaan worden, waar de mensen ten eerste een levendig het hele hart overtuigend, vast geloof hebben, waarin geen enkele uiterlijke twijfel meer voorkomt, en verder veel ervaring en veel kennis bezitten wat de verschillende dingen betreft.
Hoofdstuk 130: Aanwijzingen van de Heer voor de verbreiding van het evangelie - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Voor zeer licht en bijgelovige mensen moeten geen wonderen gedaan worden, omdat ze daardoor meteen beroofd zouden worden van iedere vonk van hun toch al zwakke vrije wil! En dan zou Mijn nieuwe leer uit de hemelen voor hen absoluut niet nuttiger zijn dan hun oude bijgeloof; want ze zouden meteen aan de woorden uit de hemelen een bijzondere, goddelijk magische werking toe gaan schrijven, ze op zich laten inwerken, en zich geheel passief op gaan stellen in alle dingen en omstandigheden, en al het handelen volgens Mijn leer laten voor wat het is.
Hoofdstuk 130: Aanwijzingen van de Heer voor de verbreiding van het evangelie - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Bij zulke mensen verkilt dan ook de liefde, en de arme naaste is voor hen tenslotte niets anders dan een lastige vlieg geworden, die hen stoort in hun wereldse slaap vol behaaglijkheid. En wat de liefde tot God betreft, daar betalen ze dan allerlei offers en gebeden voor. Zeg me, hoe ziet het er in het hart van zulke mensen dan uit met het rijk van God?! Ik zeg niet, dat deze toestand later bij mensen die deel hebben aan Mijn leer, zonder meer zal optreden, zoals nu bij de Farizeeën en joden; maar het kan gebeuren, en dat binnen niet eens zo heel lange tijd, wanneer jullie als degenen die deze leer uitdragen niet verstandig genoeg te werk gaan.
Hoofdstuk 130: Aanwijzingen van de Heer voor de verbreiding van het evangelie - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Heeft iemand het eenmaal zover gebracht, dan heeft hij reeds gewonnen en daarmee ook Mijn leer, als voorbeeld voor vele anderen die het nog aan het proberen zijn maar nog niet tot werkzaamheid zijn gekomen. Hierdoor aangemoedigd, zullen ze zelf met meer inzet aan het werk gaan; pas dan zal het hun vruchten opleveren, ook al zijn het er in het begin nog zo welrug.
Hoofdstuk 131: Handelen volgens de leer en Gods beloften. Over ceremoniële diensten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[12] Kennis en geloof alleen, ook al is dit zonder enige twijfel, helpt niemand verder, maar slechts het handelen in overeenstemming hiermee! Daarom moeten jullie ook de mensen die voortaan door jullie de waarheid van Mij zullen leren kennen, er vooral toe aanzetten om ernaar te handelen. want als dat niet gebeurt, kunnen de beloften welke Mijn leer bevat ook nooit in vervulling gaan, zoals iemand nooit in Damascus zal aankomen wanneer hij de weg daarheen wel goed kent en ook vast en overtuigd gelooft dat de hem welbekende weg bijna rechtstreeks naar Damascus voert -, maar nooit een stap op deze weg wil zetten; of wanneer hij ook regelmatig van plan is om de reis daadwerkelijk te ondernemen, maar er nooit toe komt zich op weg naar Damascus te begeven omdat hij in feite door allerlei kleine zaken wordt verhinderd'
Hoofdstuk 130: Aanwijzingen van de Heer voor de verbreiding van het evangelie - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Wees daarom bij het verbreiden en uitdragen van Mijn leer zo slim en verstandig als slangen en vossen, maar wel altijd zo zachtmoedig als duiven, wier vaak schijnbaar morrende gekoer niets anders is dan verhulde liefde, waarom dan ook voor de ouden de duif reeds als een symbool van de liefde
Hoofdstuk 131: Handelen volgens de leer en Gods beloften. Over ceremoniële diensten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Wordt dus als verbreiders van Mijn leer nergens en nooit zwak voor welk oud voorschrift dan ook, niet eens in de keus van spijzen; want wat met mate en doelmatig door de mond naar binnen gaat, verontreinigt de mens nooit; maar alleen datgene verontreinigt de mens, wat vanuit het hart door de mond naar buiten komt tot schade van de medemens! Zo zullen jullie met deze leer aan de mensen blijvend de ware zegen geven en het ware heil, dat over duizend jaar en nog eens duizend jaar even zuiver zal zijn als Ik het nu geef en gegeven heb!
Hoofdstuk 131: Handelen volgens de leer en Gods beloften. Over ceremoniële diensten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34  ...