Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2482 resultaten - Pagina 21 van 166

...  9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34  ...
[2] SCHABBI zegt: " Ja, verheven, met Gods kracht vervulde vriend, het is wel waar dat de wereldhandel, en de schatten van deze aarde, hun winning en juist beheer, iemand veel te denken en veel zorgen geven. Maar men doet, door de rijkdom goed te gebruiken, al gauw allerlei nuttige ervaring op en bij veel mensen wekt men de sluimerende geest op tot het doen van allerlei voordelige zaken, bezorgt deze een nuttige bezigheid en verwijdert hem op die manier van het niets doen, dat gewoonlijk de vader van alle ondeugden en zonden is.
Hoofdstuk 203: Het nut van werk en het kwade gevolg van nietsdoen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] SCHABBI zegt: "Ja, je pijl kon wel eens niet zo ver van het doel gevallen zijn! Die plotselinge genezing van beiden alleen maar door iets te zeggen, is meer dan alle menselijke wijsheid kan bevatten! Nu wordt onze redding me ook wat duidelijker. Een mens, die zo'n kracht heeft in zijn wil dat zelfs de ruwe materie zich daarnaar moet voegen, moet hoger staan dan alle andere mensen op aarde. In hem moet een overvloed aan goddelijke kracht aanwezig zijn en zijn ziel moet de levenskrachtige afdruk zijn van de goddelijke wil, -of zij is de godheid zelf! Met mijn voorzichtigheid ben ik misschien wel wat te ver gegaan, maar daarmee kan ik toch onmogelijk hebben gezondigd, want ik wilde het goddelijke, dat voor de heidenen wel eens een verschrikking zou kunnen zijn, daardoor beschermen en het niet door zulke onmensen laten besmeuren, hetgeen noch in ons belang noch in dat van de verheven zaak van het geloof zou zijn geweest!
Hoofdstuk 201: De opwekking van drie doden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] SCHABBI zegt: "Heer en meester vol van goddelijke kracht! Ik hoef daar niet veel over na te denken. Ik begrijp alles al wat u mij hiermee wilt zeggen. U wilde mij onder ogen brengen, dat als men in de sferen der hogere wijsheid zoekt, het daar dan net eender toegaat als in de sferen van de stoffelijke schepping. Wij mensen weten en begrijpen daarvan eigenlijk helemaal niets behalve de globale buitenkant en datgene, wat wij daarvan met onze grove, stoffelijke zintuigen waarnemen en wat betreft vorm, kleur, geur en smaak aan de geschapen dingen kunnen onderscheiden. O, hoe weinig en eigenlijk helemaal niets begrijpt en weet de mens en toch meent hij zeer wijs te zijn en is trots op zijn schamele beetje kennis! En wat weet hij dan? Niets, maar dan ook helemaal niets!
Hoofdstuk 205: De uitdaging van het niet begrijpen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Om al die kwade zaken te bestrijden, heb Ik jullie uit de vele duIzendmaaI duizenden mensen uit jullie land geroepen om deze lichte taak op jullie schouders te leggen, waarvoor jullie kracht en middelen ten overvloede bezitten om deze te volbrengen! Jullie loon zal eens in Mijn eeuwige rijk niet gering zijn!
Hoofdstuk 209: Over het gebed. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] IK zeg: "Heel goed, heel goed, beste vrienden! Ik kende jullie en leidde jullie op een weg naar Mij, zoals de profeet Elia die kreeg aangezegd. In de machtige storm was Mijn wil, in het vuur Mijn kracht, maar in het zuchtje wind ben Ik Zelf. En zo moesten jullie ook door een ontzettende storm en door water en vuur, om bij Mij te komen. Maar nu zijn jullie bij Mij en hebben Mij, de lang gezochte, gevonden. Hoe moeilijk Ik echter voor menigeen te vinden ben, toch ben Ik, als Ik eenmaal ben gevonden, nog veel moeilijker te verliezen! Zij, die Mij in hun hart hebben vastgegrepen, worden door Mij óók vastgegrepen. Wie mij echter heeft vastgegrepen, kan Mij wel weer loslaten, maar Ik zal hem toch nooit meer loslaten. Want Mijn liefde duurt niet tijdelijk, maar eeuwig en wie haar in zijn hart heeft opgenomen, kan Mij nooit meer kwijtraken! Want Mijn liefde houdt hem voor eeuwig vast in toom, opdat hij in eeuwigheid niet meer helemaal van Mij af kan dwalen. En zo zal het met jullie ook gaan! Jullie zullen wel in omstandigheden en wereldse toestanden terecht komen waarin het voor jullie wat moeilijk zal worden Mijn naam te belijden en het geloof vast te bewaren -want binnenkort zullen er dingen gebeuren, omdat ze moeten gebeuren, die jullie ten opzichte van Mij kleingelovig zullen maken -, maar Ik zal jullie op het juiste moment wel weer sterken en het kamertje van jullie hart geheel verlichten. Daarna zullen jullie terwille van Mijn naam niet meer in verzoeking komen, maar steeds in Mijn liefde en Mijn kracht blijven.
Hoofdstuk 209: Over het gebed. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[15] Maar zoals ik je al in Genezareth heb gezegd, zul je over een aantal jaren nog veel verzoekingen moeten doorstaan, waarmee je zult moeten vechten, ondanks je grote vertrouwen in Mij. Maar door de kracht en de macht van Mijn naam zul je alle verzoekingen neerslaan en pas vanaf die tijd zul je vrij in Mijn licht wandelen.
Hoofdstuk 210: De toekomst van Jarah. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[16] Want wat een mens vrij van Mij wil hebben, moet hij zich uit eigen kracht bevechten! Jij, lief dochtertje, hebt tot op heden nog geen werkelijke strijd doorstaan en daarvoor was het de juiste tijd nog niet en ontbrak de ware gelegenheid. Dat komt voor ieder mens pas als Mijn dagtaak op deze aarde zal zijn beëindigd.
Hoofdstuk 210: De toekomst van Jarah. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Zachte bedden maken de mens week en ontnemen hem de nodige kracht voor de ledematen, en een te lange slaap verzwakt de ziel en de spieren van het lichaam. De natuur van de mens is als een zuigeling, die het beste gevoed wordt door de moederborst. De kinderen die lang gevoed werden aan de borst van de sterke moeder -vooropgesteld, dat zij van nature zo gezond en onbedorven is als een Eva -worden reusachtig sterk en de strijd met een leeuw zal hen niet vermoeien.
Hoofdstuk 211: Uitleg van het vierde gebod. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] In dezelfde mate is ook de natuur van deze aarde een ware moederborst voor de mensen als zij zich niet door allerlei onnodige verwennerij van haar verwijderen. Maar als de mensen zich eenmaal hebben verwijderd van deze grote moederborst en zich hebben geïsoleerd van haar versterkende werking, vergaat het hun natuurlijk, wanneer zij aan haar melkrijke borst komen, als een volwassen man, die bij een moeder de melk moet drinken. Hij walgt er van zodat hij moet overgeven. Wat hem als kind kracht gaf en zeer goed voedde, dat zal hem, als man die de moederborst reeds lang ontgroeid is, ziek maken en een zwakke maag bezorgen.
Hoofdstuk 211: Uitleg van het vierde gebod. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Nu, de mens kan niet altijd aan de moederborst kracht en natuurlijk leven voor zijn spieren opdoen, maar van de borst van moeder aarde moet hij zich nooit te ver verwijderen als hij lichamelijk gezond sterk en oud wil worden.
Hoofdstuk 211: Uitleg van het vierde gebod. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] Mozes zei: 'Eer vader en moeder, dan zult u lang leven en het zal u wel gaan op aarde!' Daarmee bedoelde Mozes niet alleen de vader die u verwekt en de moeder die u baart, maar eveneens de aarde en haar steeds nieuw leven barende kracht. Die moet de mens óók niet de rug toekeren, maar metterdaad hoog in ere houden en dan hij zal die zegen daarvoor ontvangen, die Mozes voor het lichaam heeft beloofd. Het in ere houden van de lichamelijke vader en moeder is goed en noodzakelijk als de omstandigheden zich daartoe lenen en het ook doenlijk is. Als de belofte van Mozes een woord van God is, dan moet deze, net als het zonlicht, ook een algemene en door niets te stuiten uitwerking hebben!
Hoofdstuk 211: Uitleg van het vierde gebod. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] Bovendien heb ik nóg een opmerking en ik vraag jullie: Waar, buiten de kringen van de kinderen Israëls, bestond er ooit een volk dat in wijsheid en kracht begenadigder was dan wij, als echte nakomelingen van Abraham, Isaäk en Jacob?! Als iemand dus in het huis van Jacob de ware wijsheid en haar kracht niet vond, waar zou hij die dan anders hebben kunnen vinden?! Ik weet ook wel iets over de geheime school van Egypte en wat daar geleerd werd! Ja, die school in Karnak kwam heel misschien wel tot in de voorhof, maar in het allerheiligste, het binnenste, kwam zij echt nooit!
Hoofdstuk 216: Strijd van de Farizeeën over de goddelijkheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[11] Nu vraag ik, of de op het punt van kuisheid zwakke mens niet in ieders ogen veel vóór heeft op de ijskoude kuisheidsheld! Wat mij betreft wel! Hoe u, verheven Heer en Meester, daar over denkt, weet ik niet en dat kan ik ook niet weten. Om daarom ook op dit door Mozes verboden punt duidelijkheid te scheppen, teneinde niet steeds in de fnuikende angst te leven iedere keer dat ik zó geslachtelijke gemeenschap heb voor God gezondigd te hebben, en als de geslachtsdaad hoe dan ook altijd een zonde is, zult U, o Heer en Meester, ook wel een geneesmiddel daarvoor kennen, waardoor men de begeerte en de drang als een verkoudheid kan verdrijven! Want er is niets ellendigers voor een eerlijk mens dan steeds maar van een bepaalde kant geprikkeld te worden om te zondigen. De natuur dwingt het lichaam daartoe steeds maar door met onweerstaanbare kracht en, valt men als een van nature zwaar lichaam door de vrije lucht, dan heeft men echter ook meteen een doodzonde begaan! Dat is dan toch wel een beetje te erg, vooral voor een mens, die, god zij geprezen, nog steeds zo goed mogelijk hoofd en hart op de juiste plaats had. Dus daarover, Heer en Meester, zou ik van U ook graag een duidelijke uitleg willen krijgen! Want dat lijkt mij in ieder geval een van de neteligste punten te zijn!"
Hoofdstuk 214: Wat is onkuisheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[17] Toen Elia volgens de sage een hele berg doodsbeenderen tot leven bracht en een lichaam gaf, had hij geen medische voorbereiding nodig, maar zijn woord en zijn wil waren voldoende. Ook door déze Elia zijn daden verricht alleen door de macht van het woord. Waarom zijn dan nu die voorbereidingen nodig met de negen drenkelingen, alsof hij de kracht van de heilige geest volledig is kwijtgeraakt?!
Hoofdstuk 216: Strijd van de Farizeeën over de goddelijkheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Wie in Mij gelooft en Mij liefheeft en daardoor Mijn eenvoudige gebod van de zuivere liefde houdt, die is het, die Mij ook in het volle licht van zijn hart herkent als de Vader! En Ik zal altijd Zelf tot hem komen en Mij aan hem openbaren, en hij zal verder door Mij onderwezen en geleid worden en Ik zal zijn wil de kracht verlenen om in geval van echte nood alle elementen aan zich te laten gehoorzamen!
Hoofdstuk 225: Vervulling van de belofte van Jesaja. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34  ...