Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

13452 resultaten - Pagina 21 van 897

...  9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34  ...
[9] De tweede, goede spreker zei: 'Mijn mening, die ik echter om begrijpelijke redenen niet heb kunnen uitspreken, IS als volgt: Zijn leringen en daden zijn mij welbekend. Hij is wat zijn leven en handelwijze betreft de zuiverste jood, geheel in de zin van Mozes. Hoe het er echter bij ons in de tempel met de beste Mozes uitziet, dat weten wij allemaal maar al te goed, en ook hij schijnt het heel perfect te weten, anders zou hij ons vanmorgen niet zulke harde woorden toegevoegd hebben. Bovendien heeft hij bij de blindgeborene enkel door zijn wil een waar godswonder gedaan, wat voorheen niemand mogelijk was, en dus ben ik van mening dat wij als scherpe waarnemers de kwestie moeten laten rusten. Komt tijd, komt raad. Is hij uiteindelijk toch degene voor wie hij zichzelf openlijk bij alle mensen uitgeeft, dan zullen wij tegen hem eeuwig niets uitrichten; is hij dat uiteindelijk toch niet, dan zal hij ook tegen ons niets uitrichten ondanks al zijn wonderen!
Hoofdstuk 5: De Farizeeën spreken met elkaar over de vroegtijdige dood van kinderen en over de Messias (10.10.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Ook jijzelf gaf ons daarnet het opmerkelijke bewijs dat iemand door sterk gewekte scherpzinnigheid zelfs de meest innerlijke gedachten en geheime gesprekken woord voor woord kan weten en misschien nog veel meer, wat hij alleen onder vier ogen tegen een vriend zou zeggen, om iemand anders geen aanstoot te geven. Aangezien echter jijzelf al, terwijl je toch een mens bent zoals wij, een dergelijk wonderbaarlijk vermogen bezit, waarom zou de Galileeër dan niet ook zulke bijzondere vermogens bezitten, die ieder ander mens als een wonder moeten voorkomen, omdat hem de wegen om tot zo'n vermogen te komen totaalonbekend zijn en de mensen die zulke vermogens hebben, iemand anders daarin zelfs helemaal geen onderricht willen geven.
Hoofdstuk 8: De bedenkingen van de Farizeeën over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Wat echter mijn vermogen aangaat, waardoor ik kon weten wat jullie achter gesloten deuren gezegd hebben, dat heb ik nooit eerder gehad, maar de grote, zeerverheven Galileeër, de Heer, heeft het mij gegeven als gevolg van mijn geloof in Hem en de liefde die ik voor Hem had en vanwege Hem voor mijn vele arme medemensen.
Hoofdstuk 9: Lazarus' getuigenis over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Als je echter altijd het juiste en ware zult kunnen hebben, wanneer je er maar een verlangen naar hebt, zul je je hart toch niet naar het valse toekeren? En zo weten jullie nu, dat ondanks alle valse profeten en leraren die later opstaan, Mijn zuivere leer in stilte en zonder pralend vertoon tot aan het einde der tijden onder de mensen zal voortbestaan.
Hoofdstuk 14: De verhandeling van de Heer over de toekomst van Zijn leer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Nu weet ik wel uit Uw mond, dat de dood voor de mensen niets afschrikwekkends zou hebben en ook volledig pijnloos zou zijn, wanneer ze in de aan hen geopenbaarde orde gebleven waren en volgens deze geleefd en gehandeld hadden; nu is het echter voor de mensen zeer betreurenswaardig dat er zo velen buiten hun schuld onmogelijk iets kunnen weten van de in de oertijden geopenbaarde orde voor het menselijke leven, en daarom genoodzaakt zijn in een geheel daaraan tegengestelde orde te leven, die buiten hun schuld ontstaan is; desondanks moeten ze de erge gevolgen ervan net zo goed dragen, alsof zij die door hun schuld verdiend zouden hebben. Welnu, dat beschouw ik eerlijk gezegd als een van Uw kant merkwaardige inrichting in het mechanisme van het menselijke lichaam!
Hoofdstuk 15: De toekomstige bevolkingsdichtheid van de aarde. De gebreken van de ouderdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Veel van de talloze mensen op die sterren weten door hun engelen dat een ziel alleen hier op deze aarde het ware kindschap van God kan bereiken, maar alleen door een zwaar en moeilijk leven in het vlees. Wanneer ze dat willen, wordt het toegelaten dat hun zielen ook op deze aarde in het vlees verwekt worden. Zijn ze er echter eenmaal, dan moeten ze ook accepteren dat ze het voor een korte tijd moeten doormaken, omdat ze daardoor voor eeuwig de triomf van de volle gelijkenis met God bereiken; en daarvoor kunnen ze zich ook wel iets laten welgevallen, aangezien Ik uit liefde voor Mijn kinderen Mijzelf vrijwillig ook heel veel laat welgevallen, en Mij nog iets heel groots en bitters zal moeten laten welgevallen, tot heil van Mijn kinderen.
Hoofdstuk 16: Over het incameren van bewoners van de sterren (26.10.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Op een zeker moment zal Ik echter, wanneer de ellende te groot wordt, de aarde weten te reinigen van het oude vuil! Ik heb jullie al laten zIen wat voor de ziel lichamelijk en moreel de kwade gevolgen van de zonde zijn: het lichaam zal vervallen in allerlei vreselijke ziekten en de ziel in allerlei twijfels, door ongeloof of verkeerd geloof en de daaruit voortvloeiende domme en slechte handelingen.
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[16] Wat de liefde van zijn gemeente hem echter in vrijheid zal bieden, kan hij ook aannemen op dezelfde manier als Ik dat ook aan jullie heb toegestaan; want wie aan iemand die door Mij gezonden is iets goeds doet, zal ook het loon van een gezondene ontvangen. En daarmee weten jullie nu alles wat vooral nodig was om te weten; veel andere dingen zullen jullie op de daarvoor juiste tijd te weten komen.'
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Waarom ook dat toegelaten wordt, weet Ik heel goed, en sommige van Mijn oude leerlingen weten het voor een deel ook; jullie anderen zullen alles daarover echter nog wel te weten komen.
Hoofdstuk 29: De verhouding tussen de wezens en de universele intelligentie - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[13] Wanneer er dan in de Schrift staat dat satan in de gedaante van een slang het eerste mensenpaar verleid heeft, dan wil dat eigenlijk zeggen dat het eerste mensenpaar, dat God en Zijn wil goed kende, zich door de bekoorlijkheid van de materiële wereld heeft laten betoveren en dat de begeerte en de stem van hun gerichte vlees zeiden: 'Wij willen eens kijken wat er gebeurt als wij in strijd met de welbekende wil van God handelen! Want God Zelf heeft ons vrijheid van handelen gegeven; wij kunnen daardoor niets aan inzicht verliezen, maar alleen winnen. Want God weet zeker, wat ons door vrij te handelen kan gebeuren, wij weten het echter niet; laten we daarom slechts één keer naar onze zin handelen, dan zullen wij door ondervinding ook datgene weten wat God nu alleen weet!'
Hoofdstuk 34: Het wezen van satan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] En zo, Mijn leerlingen en vrienden, heb Ik nu volkomen duidelijk en niet in beelden tot jullie gesproken, en evenzo dienen jullie dat ook duidelijk te verstaan en te begrijpen, en wel door de daad; want het weten alleen heeft voor de ziel weinig of helemaal geen nut! Wie echter door de daad van de waarheid een echt offer brengt, die zal het eeuwige leven ontvangen.
Hoofdstuk 42: De juiste boetedoening - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] En zeg Mij nu nogmaals, of er nog een of andere duistere domheid op jullie drukt, en of jullie deze heldere woorden van Mij ook naar volle waarheid begrepen hebben! Ik vraag jullie dat echter niet omdat Ik niet zou weten hoe en of jullie dat allemaal begrepen hebben, maar Ik vraag het alleen opdat jullie je in je hart ook zelf zullen afvragen, hoe de waarheid er in jezelf uitziet; want alleen dat behoort tot jullie eigen leven. En nu kunnen jullie nogmaals spreken! ,
Hoofdstuk 42: De juiste boetedoening - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] De eigenlijke reden is natuurlijk gelegen in Mijn wijsheid en Mijn wil. Dat ieder mens net als ieder warmbloedig dier een hart heeft, waar zijn lichamelijke leven afhankelijk van is, zullen jullie allemaal wel weten, maar hoe het hart is opgebouwd weten jullie niet; Ik weet dat echter heel goed en weet daarom ook wat hetgeen is waardoor het hart leeft.
Hoofdstuk 56: De bijzondere plaats van de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Nu wij echter de reden kennen, en ook weten wat wij langs die weg heel zeker kunnen bereiken, zal het voor ons ook gemakkelijk zijn om te handelen en zullen wij dat ook met de grootst mogelijke vlijt en ijver doen!
Hoofdstuk 58: Wat de Romein begrepen heeft van de uitleg van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Jullie weten ook dat zout het belangrijkste en beste middel is om de smaak van het voedsel te versterken; wanneer het zout zelf echter smakeloos is geworden, waarmee moeten de spijzen dan gezouten worden? Jullie zijn nu een echt zout voor het leven van de mensen; waak er echter voor dat jullie niet ook flauw worden, zoals de Farizeeën en schriftgeleerden flauw zijn geworden waardoor zij de mensen met hun flauw geworden zout niet aanzetten tot het eeuwige leven, maar enkel bederven tot de dood!'
Hoofdstuk 62: De zeventig leerlingen keren terug naar de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34  ...