Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

36210 resultaten - Pagina 21 van 2415

...  9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34  ...
[11] "Jared, sta op en kom bij Mij! Want van nu af aan zal het niet meer nodig zijn dat je droomt over Emmanuël, die je zo liefhebt en die je altijd lief hebt gehad; daarom heeft Asmahaël zich ook reeds bij monde van de vaderen voorgenomen bij jou te komen wonen. Ja, je zult niet meer van Hem dromen, maar je zult Hem altijd levend onder het dak van je huis hebben!
Hoofdstuk 166: Hoe de ware liefde tot God zal moeten zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[25] En nu, kinderen, het is niet ver meer van middernacht; je lichaam heeft rust nodig, laten we ons daarom ter rus te begeven!
Hoofdstuk 166: Hoe de ware liefde tot God zal moeten zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] Wat betreft deze van aanvang af tot hiertoe nog niet begrepen tien letters, hiervan hangt niet in de eerste plaats het behoud van zon en maan af, en de sterren vervolgen ook hun weg zonder dat zij zich door het onbegrip over deze tien letters van de wijs laten brengen. Maar ieder van jullie weet dat voor het eeuwige leven slechts één ding nodig is; wie daarop Iet en daarnaar streeft, heeft voor zijn geest het beste deel gekozen, - al het andere komt er op het juiste moment als een vrije toegift bij. En zo zou ook een ieder van jullie dit kleine geheim reeds lang hebben kunnen ontsluieren als hij zich daarvoor ernstig en in het volste vertrouwen in zijn hart tot Mij gewend zou hebben. Maar in plaats daarvan heb je wel dikwijls reeds nagedacht, verreweg meer met je verstand dan met je hart en daar ligt het dan ook aan dat je dit gemakkelijke geheim nog niet begrijpt, - en wel omdat dergelijke dingen niet gegeven zijn voor het verstand, maar enkel en alleen voor het hart en voor de geest!
Hoofdstuk 187: Aanhangsel: Zie, Ik wil je hen allen bij hun naam noemen: Hl B VI T Z L GD Z G (hoofdstuk 3:12) - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[439] Als u zich van uw kracht bewust bent en naar behoren in staat bent u als Messias overal te presenteren, dan sta ik onmiddellijk met mijn gehele aanzienlijke vermogen tot uw dienst. Deze romeinse zwijnen uit het heidense Westen behoren spoedig het land van onze vaderen te verlaten! Want u moet weten dat ik vanaf mijn jeugd al mijn inspan­ningen slechts daarop heb gericht om zoveel mogelijk rijk­dommen te vergaren ten behoeve van de Messias die we verwachten, opdat daarmee een groot leger van heel dap­pere en vermetele soldaten tegen een goed soldij gekocht kan worden! Ik heb ook al contact opgenomen met menig dapper volk uit Achter-Azië. En er zijn slechts enkele bood­schappers nodig en binnen enkele maanden staat er een vreselijk sterke legermacht in deze landstreek! - We hoe­ven er hier nu niet verder meer over te praten! In mijn huis kunnen we dit verder bespreken."
Hoofdstuk 3: Veroordeling: De tempel ten tijde van Jezus; De hel als de laatste beproeving; 'Mijn Rijk is niet van deze wereld'; - Jakob Lorber - Kruis en Kroon
[658] Indien het stoffelijk lichaam dus weliswaar niet als zo­danig kan opstaan en het Rijk van God 'niet kan beërven', dan kan toch bij mensen die geestelijk ver ontwikkeld zijn niet alleen de ziel, maar, zoals bij de Heer, ook het lichaam zich vergeestelijken en verheerlijken. Daarvoor is nodig dat zijn grofstoffelijke elementen, die uit het oerwezen van Satan voortkomen, dan volledig doordrongen worden van de goddelijke geest van nederigheid en liefde en volledig tot diens hemelse wezen getransfigureerd worden. Van zo'n mens keert dan alles weer tot de Schepper en hemelse Vader terug en ook van het lichaam blijft zelfs geen atoom meer achter voor de vorst van de duisternis.
Hoofdstuk 5: Graflegging: De Heer in het graf van Jozef van Arimathea; Nedergedaald ter helle; De 'niet te overbruggen kloof; De verheerlijking van het lichaam - Jakob Lorber - Kruis en Kroon
[12] Elk van die vissen weegt wel ruim honderd pond; meer is echt niet nodig; het is wel genoeg voor tweehonderd man!
Hoofdstuk 211: Jozefs vraag; troostvol antwoord van het Kindje. Het Kindje heeft grote honger. De vismaaltijd. Vraag van Cyrenius over de Middellandse Zee - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[30] De eigenlijke situatie van Ostracine is enkele kilometers uit de kust ter hoogte van het Bardawil meer. De Israëlische opgravingen hebben plaatsgevonden met steun van Amerika en van de universiteit van Ber Sjeba en brachten interessante details aan het licht. Behalve de eerder genoemde Romeinse burcht, bleken er ook een tweetal Byzantijnse kerken te hebben gestaan, alsook enkele industrieën gevestigd te zijn geweest. Het in het kader van dit evangelie méést interessante -name­lijk de oudste historische gegevens­ bleken in de jaren 1966/1967 niet direct achterhaalbaar, omdat de diepste lagen van de tell tengevolge van het grondwaterpeil niet konden worden bereikt. Daarvoor zouden zeer kostbare technische pompinstallaties nodig zijn geweest, die echter vanwege de onbestendige toestand van het (bezette) gebied niet ter beschikking werden gesteld.
Hoofdstuk 0: Voorwoord van de vertaler. Inleiding door de Heer Zelf. Aanhef. - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[11] Wij kunnen slechts constateren, dat de goddelijke wijsheid deze mogelijkheid uitermate juist heeft ingeschat, en dat de goddelijke liefde een heerlijk inven­tieve oplossing heeft gevonden. De Geestkerk, waarover ieder religieusmens vandaag de dag de mond vol heeft, lijkt met de N .0. te worden ingeluid. En, al moest de N.O. dan min of meer 'als een dief in de nacht' de Kerk binnen­sluipen, dat belet ons niet hoge verwachtingen te koesteren van haar uiteinde­lijke 'aggiornamento-effectiviteit', dezelfde, die Johannes XXIII vermoede­lijk heeft bedoeld, maar die zo tragisch door Vaticanum II werd gemist! Immers de institutionele organisaties binnen de Kerk mogen door Vaticanum II zijn versterkt en de gevestigde posities zijn geconsolideerd, feit is dat de institutionele kerk daardoor hevig is verzwakt en dat veler posities wankelen. En, al mogen de financiële reserves van de Kerk nog zo groot zijn (arme Calvi), dat is bepaald niet het meest specifieke kenmerk van de Kerk van Christus! Evenmin als een typische openbaringskerk als de christelijke wordt gekenmerkt door het verdonkeremanen van goddelijke openbaringen, het­geen in flagrante strijd is met de goddelijke liefde. Veeleer is het het kenmerk van de christenen: dat ge elkander liefhebt! Dus ook troost met Godswoorden als die van de Nieuwe Openbaring, de meest bevrijdende na de feitelijke Verlossing door Christus onze Heer, sinds de Apokatastasis Panton ten tijde van Origenes onder de tafel werd gewerkt. Bevrijdend namelijk van het keurslijf en het dwangbuis van de Kerk, die -niet theoretisch, maar wel praktisch -spotten met de verantwoordelijkheid van de menselijke geest, door die soms vrijheid toe te staan, waar de mens deze niet aankan, en haar te binden waar het niet nodig is. In feite loopt de Kerk al decennia lang en vermoedelijk veellanger achter de ontwikkeling van de technocratische maat­schappij aan, zonder die ontwikkeling met religieuze visie te voorzien en tijdig op te vangen. Veeleer werd zij er zelf door gevangen en probeert zij kramp­achtig en paniekerig haar machtspositie te redden door het treffen van soepele maatregelen, die het verdere verval alleen maar stimuleren. Ik acht deze feiten genoegzaam bekend, zodat ik mij ontslagen moge achten van het geven van details.
Hoofdstuk 302: Informatie over Nieuwe Openbaring van kerkelijke lexicons ach­terhaald - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[14] Reeds in de gerichte materiële wereld komt het voor dat wanneer iemand ergens een sterke activiteit ziet ontstaan ­zoals bijvoorbeeld bij een hevige storm, bij een sterke bran­ding van de zee of een sterke wrijving tussen twee gelijksoor­tige of ongelijksoortige voorwerpen of bij een geweldige druk die twee harde objecten op elkaar uitoefenen en dergelijke dingen meer -hij dan ook, vooral 's nachts, ziet dat er zich vuur en licht of op zijn minst een schijnsel ontwikkelt dat door de natuurgeleerden met de algemene, maar niet altijd passende naam 'elektriciteit' wordt aangeduid. In feite is dit in werkelijkheid echter niets anders dan het activeren van de natuurgeesten die in alle materie meer of minder streng gevan­gen zitten en die des te eerder en gemakkelijker geprikkeld kunnen worden naarmate ze strenger gevangen zijn. Als ze echter minder streng vastgehouden worden -zoals bijvoor­beeld in de lucht, in het water, in leem en allerlei andere soor­ten vloeibare en zachte lichamen -is er naar verhouding ook een krachtiger beweging nodig om de natuurgeesten, die die beweging niet zo snel kunnen ontwijken, te activeren, waar­door ze door hun uiterst snel vibrerende beweging binnen de lichte en doorzichtige omhulsels die hen gevangen houden, als een schijnsel of een gloed zichtbaar worden.
Hoofdstuk 13: Over het weerzien in het grote hiernamaals - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[8] Dat onvolmaakte zielen na het verlaten van hun lichaam maar al te gauw steeds duisterder worden, komt door hun kwaadwilligheid. Zulke zielen zien dan natuurlijk niets meer van de wereld en dat is ook nodig, omdat ze in ziende toe­stand de wereld en met name diegenen die zij tot hun vijan­den rekenen, veel schade zouden toebrengen. Zulke zielen en de desbetreffende geesten zien alleen dat wat zich uit hun fan­tasie als een lage droomwereld ontwikkelt. Zij blijven vaak honderden jaren in die fantasiewereld, terwijl ze de voortdu­rend nieuw aankomende zielen aan gene zijde niet zien, ook al waren dat op aarde hun naaste verwanten en zien deze hen wél direct. Gedurende lange tijd nemen zij alleen hun eigen fantasiewereld waar en zijn zij alleen toegankelijk voor enge­len die hen onderwijzen middels zuivere overeenstemmende beelden, die ze in de fantasiewereld van zulke blinde zielen weten binnen te schuiven.
Hoofdstuk 13: Over het weerzien in het grote hiernamaals - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[4] Opdat deze gloed van jou enigszins getemperd wordt, zal Ik je een vrouw geven, want je bent nog ongehuwd en nauwelijks meer dan honderd jaar oud. Pas door de vrouw zul je jezelf op de proef kunnen stellen en geleidelijk aan vast genoeg worden voor zo'n blijvende gloed van de machtigste liefde tot Mij; want nu is de tijd nog niet gekomen dat de mensen ook zonder een vrouw het volkomen huwelijk met Mij kunnen aangaan; en daarom is het om die reden nu nog voor iedereen nodig zich een vrouw te nemen, opdat hij door de vrouw, door wie hij van zichzelf en dus ook van Mij afgescheiden werd, weer volledig één wordt voor Mij.
Hoofdstuk 88: Jorias met Besela, de dochter van Pariholi, door de Heer in het huwelijk verbonden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[25] Doe het zo, dan zal het dadelijk niet meer nodig zijn om je over het nachtelijk duister in de kamers van Mijn woord in zulke mooie formuleringen te beklagen!
Hoofdstuk 134: Een evangelie voor de kletsers en mooipraters - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[19] Zie, hier zijn al enkele hongerigen; die moeten ook van ons brood proeven en hun oordelen ten beste geven, of het hen verzadigt of niet! Is het voldoende voor allen, dan is er geen aanvulling meer nodig; maar is het niet voldoende, dan blijft ons niets anders over dan meer brood aan te voeren of hen de grote algemene broodkamer te tonen en te onthullen! Wat denk je nu: is dat niet juist?'
Hoofdstuk 152: Vol verbazing erkent Henoch de wijze woorden van de vreemdeling. De gelijkenis van de twee verzadigden en de vele hongerigen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[4] Hij is immers een mens als wij, - en dat is genoeg om helemaal in staat te zijn tot allerlei vergissingen; meer hebben wij niet nodig.
Hoofdstuk 162: Het overleg van de vier twijfelaars - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[20] Vraag daarom niet meer of jullie de genade waard zijn, maar eet en drink nu met ons, opdat jullie weer sterk worden! Maar wat nu met jullie is gebeurd, zal in de toekomst met geen enkele vrouw meer gebeuren, want dit was nu alleen nodig vanwege Lamech. In het vervolg zal het gericht komen over degenen die zo zullen leven als jullie hebben geleefd!
Hoofdstuk 189: Het maal op het tempelplein. Kisehels woorden over de bestemming van de vrouw. Sethlahems troostende woorden tot de vrouwen en de meisjes - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
...  9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34  ...