Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3718 resultaten - Pagina 21 van 248

...  9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34  ...
[6] Maar een stekeblind mens is ondanks al zijn blindheid toch niet geheel zonder licht, want de fantasie van zijn ziel vormt voor hem toch steeds een bron van licht en de blinde ziet dingen die, doordat ze enigszins verlicht zijn, er als natuurlijke dingen uitzien, maar zij zijn niet blijvend en het licht daarvan ook niet. Soms is het helder, dan weer erg wazig en vaak verdwijnt het ook helemaal, zodat zo'n blinde dan echt gedurende enige tijd geheel zonder licht en werkelijkheid is.
Hoofdstuk 31: Mathaël over de weg naar het ware leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] Wel, bijna net eender vergaat het een ziel als zij volledig is afgezonderd. Zij heeft dan weer licht en dan weer duisternis. Licht noch duisternis ziet de ziel echter als een realiteit, maar slechts als een tijdelijke afschaduwing van datgene wat de ziel, zonder het te weten of te willen, opneemt uit de sfeer rondom haar, zo ongeveer als waarop een aan het gras hangende dauwdruppel het beeld van de zon in zich opneemt. De druppel is nu wel verlicht, maar zijn bewustzijn gaat niet zo ver dat hij met inzicht zou kunnen waarnemen waar vandaan het licht zijn lichaam is binnengedrongen.
Hoofdstuk 31: Mathaël over de weg naar het ware leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] Maar al snel na die tijd zal het er voor het leven van de mensen heel slecht uit gaan zien. De aarde zal onvruchtbaarder worden, grote duurte, oorlog en hongersnood zal ontstaan en het licht van het geloof in de eeuwige waarheid zal op vele plaatsen verflauwen en het vuur van de liefde zal uitdoven en bekoelen en dan zal het laatste vuurgericht over de aarde komen!
Hoofdstuk 33: De voorspelling van Mathaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[17] Maar de schuld kan ook bij jullie grote sluwheid liggen, die hier echter zeker aan het licht zal komen. Want onvoorzichtig genoeg hebben jullie je sluwheid bloot gegeven door je op een humoristisch nabootsende manier te verontschuldigen voor het gebod van God en jullie schijnen een kwalijk gevoel voor humor te hebben. Zulke dubbelzinnige verontschuldigingen accepteren wij Romeinen nooit zo gemakkelijk voor klinkende munt! Daarom zullen jullie met serieuzere en dichter bij de waarheid liggende verontschuldigingen bij mij voor de dag moeten komen, als je geen slecht oordeel van mij wilt verwachten!"
Hoofdstuk 38: De ondervraging van Julius. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] De ware wijsheid is het geestelijk licht in het oog van de ziel. Wanneer een ziel echter haar geest nog met kent -waar moet ze dan het geestelijke en levende licht vandaan krijgen in haar nog blinde ogen?"
Hoofdstuk 42: Ziel en geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Kijk, zolang het water in de pot kookt, kan men verschillende vruchten gaar koken en veranderen in licht verteerbare spijzen. Maar als het water in de pot lauw en tenslotte zelfs koud is geworden, lukt het met meer met het gaarkoken van de vruchten! ,
Hoofdstuk 43: Waarheid is leven, leugen de dood. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Maar als je denkt en spreekt zoals ik dat nu hoorde, getuig je openlijk van jezelf dat je ziel in plaats van in de grote tempel van licht en waarheid slechts in een varkensstal woont!
Hoofdstuk 47: De afgrond der leugen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Al zou je mijn raad nóg zo precies opvolgen, dan zou je daar weinig aan hebben als je dat alleen maar terwille van de daarin aanwezige waarheid zou doen en omdat je voor kwade gevolgen zou moeten vrezen als je er geen rekening mee hield. Dat alles zou op deze manier voor jullie zielen niets opleveren. Het is echter heel wat anders als liefde en waarheid zich verbinden en dan samenwerken. Dan schept de liefde, uit en in het licht der waarheid, steeds een nieuw en volkomener leven in en uit zichzelf, totdat het volkomen gelijk is aan dat van God!
Hoofdstuk 48: Mathaël spreekt over wet en liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] Zie, het is het beeld van de zon dat in de doorzichtige druppel zo wonderbaarlijk helder glanst! Maar het beeld van de zon glanst met alleen, het werkt ook! In het midden van de druppel concentreert zich het licht van het beeld van de zon, de druppel krijgt in zijn centrum een grote levenswarmte, lost zichzelf tenslotte in deze levenswarmte helemaal op in het levenselement en geeft het met de dood worstelende plantje op die manier leven. Daarom is het beeld in de druppel echter nog lang niet de zon zelf, maar slechts een afbeelding daarvan voorzien van een deeltje met dezelfde kracht en uitwerking als die van de werkelijke, grote zon!
Hoofdstuk 48: Mathaël spreekt over wet en liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[17] MATHAËL zegt: "Iets anders zou ook helemaal niet kunnen! Want er is maar één God, één leven, één licht, één liefde en maar één eeuwige waarheid; ons leven hier op aarde is de weg erheen. Uit de liefde en uit het licht zijn wij door de wil van de eeuwige liefde in God voortgekomen om een zelfstandige liefde en een zelfstandig licht te worden; dat kunnen wij, dat moeten wij!
Hoofdstuk 49: Gods beeldspraak bij Mozes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[18] Maar hoe? Kijk, geëerde broeder: alleen door de liefde tot God en door haar nooit aflatende werkzaamheid! Want onze liefde tot God is de liefde van God Zelf in ons en deze leidt onze ziel in de steeds verhoogde bedrijvigheid van het ware, eeuwige leven, dat op zichzelf de algehele waarheid en het helderste licht is. Als het dus in een mensenziel begint te dagen, dan is zij al dicht bij het eeuwige levensdoel en kan onmogelijk meer anders dan het doel van het eeuwige leven bereiken en dat is alles wat het volmaakte leven in alle vrijheid en totale zelfstandigheid ooit kan bereiken!
Hoofdstuk 49: Gods beeldspraak bij Mozes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[19] Wees daarom blij en opgewekt, geëerde broeder, weldra zal ook uw ziel datgene te zien krijgen, wat de mijne nu in steeds helderder licht ziet! Pas als het volledig dag is in uw ziel, zult u de grootte beseffen van Diegene, die u nu nog met enige schroom de 'Heiland van Nazareth' noemt.
Hoofdstuk 49: Gods beeldspraak bij Mozes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[20] Als mens is Hij u en mij gelijk -maar Zijn geest1 Die doordringt met Zijn kracht en met Zijn licht de eeuwige oneindigheid! -Heeft u, geëerde broeder, mij begrepen?"
Hoofdstuk 49: Gods beeldspraak bij Mozes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[34] SUETAL zegt: " Jawel, jawel, maar in rechtvaardige ijver weegt men de woorden waarmee men iemand terechtwijst die met te domme bezwaren aan komt dragen, niet op een goudschaaltje! Maar omdat jij de waarheid nu wat beter begint in te zien, zul je dergelijke uitdrukkingen van mij ook niet zo licht meer horen!"
Hoofdstuk 52: De steen die brood werd. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] Maar deze twee wonderen hier, die de leerling van de grote meester deed, en de wonderbaarlijke genezingen waar wij van gehoord hebben dat zij door de grote heiland verricht zijn, zijn zo zuiver boven al de magische bedriegerijen verheven, als een zon met haar heldere en reine licht verheven is boven ieder nietig en bedrieglijk dwaallicht. Bij deze twee wonderen is, zoals gezegd, iedere menselijke wijsheid uitgepraat. Daar helpt geen denken en testen meer, daar werkt de almacht van God aan wie natuurlijk niets onmogelijk kan zijn.
Hoofdstuk 55: Vergelijkingen met de wonderen van magiërs. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34  ...