Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1563 resultaten - Pagina 22 van 105

...  10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35  ...
[1] (DE HEER:) Jullie hebben de kracht toch gezien van het gemeenschappelijk werken door het samengaan van de uitstralende levenssferen van een aantal van onze Moren! Hoeveel normale menselijke kracht zou er wel nodig zijn om een boom, zoals die oude ceder, samen met de zware aardkluit uit de grond te trekken?! Hoeveel natuurlijke menselijke kracht zou er dan wel nodig zijn geweest om die erg grote en zodoende ontzaglijk zware rots van zijn oorspronkelijke plaats weg te schuiven of weg te wentelen?! Jullie zagen hoe die paar Moren hem voor jullie ogen door de lucht hebben geschoven of eigenlijk gedragen! Dit onloochenbare feit moet jullie toch wel duidelijk maken wat een macht en kracht er schuilt in de verenigde uitstralende levenssfeer van een ziel die qua natuur volmaakt is.
Hoofdstuk 223: De kracht van een mens, die volmaakt is in de liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER:) "Wel, waar ontucht en hoererij bij de mensen als een ware pest voor de ziel om zich heen heeft gegrepen, heeft het prediken van het evangelie geen zin meer! Want hoe zou men voor dove oren moeten en kunnen spreken en voor blinde ogen tekenen doen? Waar echter de waarheid niet wordt gepredikt, en niet meer gepredikt worden kan, terwijl deze het enige is wat zielen kan sterken en vrijmaken en door en door verlichten, omdat de ziel alleen maar door de waarheid werkzaam, volliefde en bijgevolg ook vollicht wordt, hoe zou er dan ergens anders vandaan een licht in de ziel moeten komen, en waaruit zou zich dan, behalve juist uit het licht van de waarheid in de ziel, de uitstralende levenssfeer moeten vormen?!
Hoofdstuk 231: De zegen van een verwekking volgens de gestelde orde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Een deel viel echter op de openbare weg; dat ontkiemde zelfs niet, maar werd meteen voor een deel platgetrapt en voor een deel door de vogels uit de lucht opgegeten! Dat dat ook geen vrucht opleverde, hoeft niet extra vermeld te worden.
Hoofdstuk 231: De zegen van een verwekking volgens de gestelde orde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Want wie in goede aarde zaait, zal niet zonder oogst blijven; maar als er in aarde die toch al heel mager en slecht is, geen mest en nog minder ooit een zaadje van de volle waarheid van het leven gestrooid wordt, hoe en waar vandaan moet er dan een vrucht of zelfs een rijkelijke levensoogst te verwachten zijn?
Hoofdstuk 236: Het ongeluk van de wereldse geleerde in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Ja, natuurlijk komen zij heel wat te kort, maar dat, wat zij mislopen, is voor de meesten van hen zo goed als volkomen voor eeuwig onbereikbaar, omdat zij de grondelementen daarvoor in het geheel niet bezitten. Zij lijken ook op mensen die zo heel graag net als vogels in de lucht zouden willen rondvliegen en daarom vaak uiterst bedroefd zijn, omdat hun als mensen die voortreffelijke eigenschappen onthouden zijn waarin zich zoveel onnozele dieren in een zeer volmaakte graad kunnen verheugen.
Hoofdstuk 238: Ontwikkelingsmoeilijkheden van een wereldse ziel aan gene zijde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Pas daarna kunnen jullie ook enkel weldadige tekenen doen, zoals bijvoorbeeld allerlei zieken genezen door het opleggen van de handen in Mijn naam, hier en daar hongerigen en dorstigen verzadigen, ook kun je een verwoestende storm afwenden door slechts Mijn naam uit te spreken tegen de onheilszwangere wolken in de lucht, die bij zulke gelegenheden gewoonlijk gevuld zijn met de smerigste en ergste geesten. Op die wijze zullen jullie geen enkele mensenziel vastketenen, maar ze zo geheel uit eigen wil leiden, zoals een goede herder zijn lammeren leidt, die hem op al zijn schreden vrijwillig graag volgen omdat zij steeds alleen maar goeds van hem te verwachten hebben.
Hoofdstuk 249: Tekenen voor de uitbreiding van de leer van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Stel je onder de 'Vader' het eigenlijke lichaam van onze zon voor, waarin alle voorwaarden voorhanden zijn voor het voortdurend alsmaar produceren van het voor jullie zichtbare, buitengewoon sterk lichtgevende omhulsel. Het lichtende omhulsel om het zonnelichaam is ongeveer hetzelfde als wat bij de aarde de atmosferische lucht is, die ook de gehele aarde een paar duizend manshoogten hoog, gelijkmatig omgeeft en zodoende met de aarde, bijvoorbeeld vanaf de maan gezien, een tamelijk sterk lichtgevende, grote, schijnbare schijf vormt.
Hoofdstuk 252: De 'Vader' en de 'Zoon' in Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Maar als dan de kwalijk hinkende bode komt, de kwaadaardige ziekte met achter haar aan de dood, dan valt hun ziel, die helemaal weggekwijnd is, ten prooi aan steeds grotere angsten, vervolgens aan volledige vertwijfeling en onmacht, en tenslotte aan de dood, en lachende erfgenamen verdelen dan de nagelaten, grote schatten en overvloed van de gestorven, wereldse dwaas. En wat heeft deze dan in het hiernamaals? Niets dan in alle opzichten de grootste armoede, de grootste nood en de grootste, voor deze wereld onbeschrijfelijke, ellende, en niet zo maar voor een kort poosje, maar voor naar jullie begrippen ondenkbaar lange tijden, die jullie heel zeker met het begrip 'eeuwig' zouden kunnen aanduiden, hetgeen echter ook heel natuurlijk is; want waar moet een ziel die nooit voor iets anders gezorgd en gewerkt heeft dan alleen voor haar lichaam, de middelen vandaan halen om zich te vervolmaken in een wereld die uit niets anders kan en mag bestaan dan alleen uit datgene, wat een ziel in zich heeft en vervolgens door de geestelijke ether van haar uitstralende levenslicht omvormt in een woonwereld, die haar omgeeft.
Hoofdstuk 236: Het ongeluk van de wereldse geleerde in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Als het licht van de ogen van de geest op de hersenplaatjes van de ziel valt en zij zijn leeg, dan dringt er geen licht van een geestesoog meer naar binnen en het blijft daarin meteen al bijna voor eeuwig donker! Maar als dit onweerlegbaar zo is en niet anders, waar moet dan in het hiernamaals een ziel het bouwmateriaal vandaan halen om een wereld te bouwen die zij kan bewonen? :Hoe kan zij dat? Jullie menen dat Ik zo'n arme ziel wel zal kunnen helpen? O ja, maar in der eeuwigheid niet door een soort zwak, menselijk, te ontijdig medelijden, maar alleen volgens Mijn eeuwig onveranderlijke orde, die echter zoals bekend zeer lange, lankmoedige armen heeft die gevuld zijn met onmetelijk geduld!
Hoofdstuk 237: Welke gevolgen het heeft wanneer hersenen geen geestelijk licht hebben. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Maar hoe wordt de lucht van de aarde gevormd? Vanuit het inwendige levensproces van de aarde! Bijgevolg is het inwendige van de aarde eerst vol lucht en verzamelt zich slechts het overtollige, dat zeer aanzienlijk is, steeds in gelijke mate om de aarde. Maar om voortdurend lucht te produceren, moet in het binnenste der aarde een eeuwigdurend vuur werkzaam zijn, dat veroorzaakt wordt door de grote activiteit van de inwendige geesten.
Hoofdstuk 252: De 'Vader' en de 'Zoon' in Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Stel het je nu zo voor: Het centrale vuur komt overeen met wat Ik 'Vader' noem, en uit alle elementen die door het inwendige vuur opgelost worden, wordt de lucht geproduceerd die dan overeenkomt met wat wij 'ziel' noemen.
Hoofdstuk 252: De 'Vader' en de 'Zoon' in Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] Het vuur zou echter zonder de lucht niet kunnen bestaan en de lucht zou zonder het vuur niet geproduceerd kunnen worden. Het vuur is derhalve ook lucht en de lucht is ook vuur: want de vlam is in werkelijkheid ook alleen maar lucht waarvan de geesten uiterst actief zijn, en de lucht is op zichzelf ook puur vuur, maar de geesten waaruit zij bestaat bevinden zich in rusttoestand. Zodoende is het nu gemakkelijk te begrijpen dat in de grond van de zaak vuur en lucht één zijn. Maar zolang de luchtgeesten niet tot een bepaalde graad geactiveerd worden, blijft de lucht steeds maar lucht, en er is daarom tussen de geactiveerde vuurlucht, zijnde vuur, en de nog rustige eigenlijke lucht een groot verschil.
Hoofdstuk 252: De 'Vader' en de 'Zoon' in Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] In het vuur zelf bevindt zich het licht en zodoende, geestelijk gezien, het zuiverste en hoogste weten en kennen; in de lucht, die doordrongen is met het licht van het vuur, is dan eveneens een volledig weten en kennen aanwezig, echter duidelijk in een reeds veel geringere mate. Wordt echter de rustiger lucht ook zodanig geactiveerd dat zij zelf vuur en licht wordt, dan is ook in haar overal het hoogste weten en kennen voorhanden.
Hoofdstuk 252: De 'Vader' en de 'Zoon' in Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] De aarde lijkt daarom met deze inrichting van haar op een mens. Het binnenste vuur is de liefdegeest van de actieve ziel, en de lucht komt overeen met de ziel, die zeker ook een vuurgeest kan zijn als zij met de liefde van de geest, dat wil zeggen door zijn activiteit, helemaal doordrongen wordt, waardoor zij dan helemaal één is met de geest! En dat wordt de ziel door de wedergeboorte van de geest.
Hoofdstuk 252: De 'Vader' en de 'Zoon' in Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] En kijk, precies dezelfde omstandigheden vinden jullie in de zon. Binnen in haar bevindt zich een geweldig vuur, waarvan de lichtkracht de lichtsterkte van de uitwendige lichtatmosfeer onnoemelijk veel malen overtreft. Uit dit licht ontwikkelt zich voortdurend de zuiverste zonnelucht, en deze lucht wordt zelf aan de oppervlakte van de zon vuur en licht, echter in mindere mate dan het vuur en het overweldigende licht ervan in het machtige centrum van de zon. Maar de buitenste zonlichtatmosfeer is derhalve in wezen toch geheel gelijk aan het vuur in het centrum van de grote zon! Zodra zij even sterk geactiveerd wordt, zal zij ook geheel gelijk zijn aan het inwendige vuur.
Hoofdstuk 252: De 'Vader' en de 'Zoon' in Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35  ...