Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3666 resultaten - Pagina 22 van 245

...  10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35  ...
[5] Toch zal eenmaal het loon van een profeet groter zijn dan dat van een ander mens, want een profeet heeft altijd zevenmaal meer te dragen dan ieder ander mens. Allen, tegen wie een profeet gesproken heeft, worden in het hiernamaals aan hem overgedragen, zowel goeden als slechten, en hij zal hen in Mijn naam oordelen over ieder woord dat hij tevergeefs tot hen heeft gesproken!
Hoofdstuk 108: Verhouding van een profeet tot God en de mensen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Ah, maar als je met het woord 'aarde' het inzicht en de wil van de mensen bedoelt, dan zou je tenminste op een met de waarheid overeenstemmende wijze gelijk hebben. Maar goden die niet en nergens zijn, hebben nooit ergens de aardbodem betreden. Die mensen, door wier mond de geest van God tot de mensen heeft gesproken, en door wier wil heel vaak en heel veel wonderen gebeurd zijn, waren geen goden, maar profeten, helemaal net zulke mensen als jij, en zij zijn ook lichamelijk gestorven, -maar niet naar ziel en geest.
Hoofdstuk 109: Het verschil tussen een profeet en de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] Men sprak hier een uur of twee over, maar dat leek zoveel op wat men reeds gezegd had bij de eerdere genezing, dat het hier gevoeglijk weggelaten kan worden. Tijdens die gesprekken gebruikten wij brood en wijn en daarna gingen wij slapen.
Hoofdstuk 109: Het verschil tussen een profeet en de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Toch kan ieder mens ook met de voeten, handen, ogen, oren en lippen bidden. Met de voeten, als hij naar de armen gaat en hen hulp en troost brengt. Met de handen, als hij de noodlijdenden ondersteunt. Met de ogen, als hij graag omziet naar de armen. Met de oren, als hij graag en tot daden bereid Gods woord aanhoort en zijn oren niet sluit voor het vragen van de armen. Tenslotte met de lippen, als hij gaarne troost brengt aan de arme verlaten weduwen en wezen, en zich voor de gevangenen, zover zijn macht en kracht reikt, bij degenen, die deze armen vaak onschuldig gevangen houden, inzet om hen vrij te krijgen.
Hoofdstuk 111: Het echte gebed. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] Tegen de acht knechten zei Ebahl dat er een paar mee moesten gaan, dan zou hij hen brood, wijn, vissen en vruchten meegeven voor hun levensonderhoud. -Dadelijk gingen er zes mee en Ebahl gaf hen rijkelijk voorraad.
Hoofdstuk 111: Het echte gebed. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] Ach, het is niet te beschrijven wat een vreugde het mij gaf, toen men zei dat U gekomen was! O, als ik maar gedurfd had, hoe graag zou ik U omhelsd hebben! Maar ik moest, terwille van mijn ouders en familie, mijn hart met grote dwang het zwijgen opleggen. Maar nu is voor mij de haast onbeschrijfelijk gelukkige tijd aangebroken om bij U, de Meester en Heer, te zitten, die ik al sinds ik het eerste woord dat ik over Hem gehoord heb, boven alles liefheb.
Hoofdstuk 114: De gebeden van Jarah. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] De HOOFDMAN zegt: "Heer en Meester, wat kunnen we U nu nog verder vragen!? Wie U bent, dat weten en voelen wij! Wat we. moeten doen, weten wij ook en daar zien we ook de noodzaak van in! Ook weten wij en voelen wij diep in ons, dat U het eeuwige leven hebt, en het aan ieder mens kunt geven en zult geven, als hl] naar Uw woord leeft en handelt! Meer te weten zou voor ons mensen onnodig zijn, te meer nog daar wij in Uw naam -zoals één van Uw leerlingen m~j vol overtuiging verzekerd heeft -toch al met een levend geloof zelfs zieken kunnen genezen! ..
Hoofdstuk 116: De leer moet verder verteld worden.(13.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] EBAHL zegt: "Dan krijgen we echter de duivel op ons nek! Want zij zullen dan in de tempel dingen over ons zeggen waar de honden geen brood van lusten!"
Hoofdstuk 116: De leer moet verder verteld worden.(13.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[25] De HOOFDMAN zegt: "Of heel anders! Luister! Nauwelijks drie jaar geleden was ik zelf in jullie zogenaamde allerheiligste, en wel voor een bedrag van zevenhonderd zilveren groschen. Maar wat heb ik daar gezien en geroken? Een metalen kist op een onderstel, uit het midden waarvan een heel behoorlijke naftavlam opvlamde, die met haar wat onprettige lucht mijn neus nu juist niet zo aangenaam prikkelde! De bewuste bestanddelen in de zogenaamde ark des verbonds waren zeker veel jonger dan Mozes en Aäron, en mijn beurs werd erg bedroefd, omdat ik haar voor uw dwaasheid en bedrog zo gevoelig aangesproken had! Spreek er met mij geen woord meer over, want ik ben iemand die uw bedrog mijlenver doorziet! Geloof me, als ik met mijn huidige kennis keizer zou zijn, dan joeg ik morgen de hele tempel over de kling! U heeft geluk dat ik geen keizer ben, maar wat de keizer niet doet, dat zal zijn aanstaande opvolger doen!"
Hoofdstuk 118: De Romeinse hoofdman en de tempeldienaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] De Farizeeën hebben in de eetzaal aan hun tafel alle plaatsen al bezet, zodat er verder aan hun tafel niemand meer plaats kan nemen, en Ebahl liet hen ook meteen het morgenmaal opdienen, bestaande uit brood, wijn, een paar gebraden vissen en honingzeem. Pas toen zij klaar waren, liet Ebahl een andere grote tafel dekken, die voor Mij, Mijn leerlingen, de hoofdman en voor Ebahl en zijn vrouwen en kinderen bestemd was.
Hoofdstuk 122: De test van de Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] De OVERSTE vraagt verder: " Waarom overtreden uw leerlingen de gebruiken van de oudsten? Zij wassen hun handen niet voor het brood eten!" (Matth. 15:2)
Hoofdstuk 123: De geestelijk doden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Maar de OVERSTE zegt: "Hoe kunnen wij dat doen, als hij de wetten van de tempel veracht en met voeten treedt?! Als we het maar voor de schijn doen, helpt ons dat niets, te gelegener tijd zou men dat door ons opgestelde getuigenis openbaar maken, en alle schuld en straf zou ons dan treffen! Laten wij liever de hoofdman zijn zin geven, dan hebben wij in geval van nood een goede reden om ons voor onze opperpriester te verontschuldigen!" - Met deze beslissing zijn weldra alle Farizeeën en schriftgeleerden het eens en zij verstommen tenslotte helemaal en zeggen geen woord meer .
Hoofdstuk 124: Julius trekt fel van leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Nadat het volk bij elkaar en de zaal bijna vol was, zei Ik tot het volk: "Hoor toe en luister goed! (Matth. 15:10) Wat de mond ingaat verontreinigt de mens niet, maar wat de mond verlaat, verontreinigt de mens. (Matth. 15:11) Met ongewassen handen brood eten, verontreinigt geen mens. Dit zeg Ik u allen en daarmee hef Ik voor eeuwig die door mensen gemaakte bepaling op!" - Toen begon al het volk te juichen en Mij te prijzen.
Hoofdstuk 125: De drie documenten.(28.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Van de laatste woorden: 'Jullie blijven!' schrokken de Farizeeën dan ook zodanig dat ze allen doodsbleek werden, begonnen te beven en geen woord meer konden uitbrengen.
Hoofdstuk 125: De drie documenten.(28.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] Deze Farizeeën en schriftgeleerden pakten daarop ook meteen alles bij elkaar en binnen een half uur hadden ze Genezareth al verlaten, heel stil, zonder woord of geluid.
Hoofdstuk 125: De drie documenten.(28.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35  ...