Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1467 resultaten - Pagina 23 van 98

...  11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36  ...
[14] Hoe moeilijk is het voor een meelevend vader om voor zijn enige, lieve dochter een man te kiezen waarvan men met enige zekerheid vooruit zou kunnen beweren dat hij voor zijn dochter helemaal deugt en dat zij met hem gelukkig zal zijn! Hoe vaak hebben ouders in de huwelijkstempels geofferd voor het welzijn van hun gehuwde dochters en gedacht dat zij daardoor een gelukkig huwelijk zouden verkrijgen, echter maar al te vaak waren alle offers voor niets! De huwelijken werden toch ongelukkig en de getrouwde dochter werd maar al te gauw een echte slavin in plaats van een vriendin en trouwe metgezellin van haar man.
Hoofdstuk 119: Helena wordt de vrouw van Mathaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] Maar het priesterdom verandert niet. Het tiranniseert als een vampier vele jaren lang een volk, heft vaak op een ongehoorde, schandelijke wijze belastingen en geeft het volk daarvoor niets terug dan het grofste bedrog en dat zo mogelijk op alle denkbare manieren! Ja, dan moet een man van eer God de Heer toch loven en prijzen als Hij eens een oordeel over deze zevenvoudige mensenhaters en mensenbedriegers Iaat komen! En daarom is het nu echte balsem voor mijn ziel dat ik vooral de mooie woonhuizen en synagogen van de Joodse Farizeeën overdekt zie met de prachtigste vlammen en dat nog wel op een voorsabbat. Morgen is het sabbat en die kerels mogen niets inzamelen of iets anders doen. O, zo'n goede les hebben deze oude, onverzadigbare booswichten allang verdiend!"
Hoofdstuk 116: De vreugde van Marcus over de bestraffing van de priesters. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[15] Maar hier gebeurt wat ik van de ouden heb gehoord, namelijk dat de echte huwelijken door de goden in de hemelen gesloten worden. Het spreekt wel vanzelf dat het onjuiste begrip 'goden' helemaal weggelaten moet worden, want als men eenmaal de ene en alleen ware God heeft gevonden, bestaan de gefantaseerde goden niet meer .
Hoofdstuk 119: Helena wordt de vrouw van Mathaël. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Wij kunnen Hem echter ook nu en eeuwig niets anders daarvoor terugdoen dan Hem zonder ophouden boven alles liefhebben. En onze onderdanen, die onze broeders en zusters zijn, zullen wij als ons eigen leven liefhebben door hen waarachtig en getrouw de naam van de verhevenste en heiligste, enig ware God te verkondigen en hun een zo zorgvuldig mogelijke grondwet te geven waardoor ze op de weg van de ware liefde en deemoed pas tot echte, God de Heer welgevallige mensen worden. En Mathaël, nu mijn liefste echtgenoot, zal ons met zijn broeders zijn sterke arm en zijn machtige, wijze hart schenken en zo zal in de naam des Heren ons welzijn ook het zijne en zijn welzijn het welzijn van al onze vele onderdanen zijn en worden.
Hoofdstuk 120: Helena 's dank en goede voornemens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] Bij VELEN, die op de berg waren en gehoord hadden wat Ik zei, riep dat vragen op en ook Helena en Ouran waren wat verbaasd en vroegen net als veel anderen: "Vreemd! Nu gaat Hij weg om te bidden en Zich op morgen voor te bereiden! Wie kan Hij dan nog aanroepen en tot wie kan Hij bidden? Is Hij dan misschien, in weerwil van Zijn ondoorgrondelijk diepe weten, toch niet het hoogste, goddelijke wezen? Zich Zelf zal Hij toch wel niet aanbidden!? En als Hij dat deed, dan zou je je toch wel sterk af gaan vragen: Waarom? Vreemd! Hij gaat bidden en Zich op morgen voorbereiden alsof Hij als hoogste God-wezen al niet eeuwenlang tot in de finesses daarop voorbereid zou zijn geweest! Vreemd, vreemd! Hm, hm, hm, wat betekent dat nu opeens!? Eerst heeft Hij toch gesproken zoals alleen maar een echte God kan spreken! Het hangt slechts van het geringste vleugje van Zijn wil af of de wereld bestaat of niet, en nu gaat Hij Zelf bidden en zegt tegen ons dat we moeten slapen en rusten of ook bidden en ons voorbereiden op de dag van morgen! Nou, als Hij Zelf een goddelijk wezen gaat aanbidden dat alleen Hij maar kent, wie moeten wij dan aanbidden? Hem of het ons volkomen onbekende goddelijke wezen dat Hij nu aanbidt?! Nee, dat overtreft toch alles wat je maar in een dwaze droom zou kunnen verzinnen!"
Hoofdstuk 121: Het gebed van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[5] Wij engelen zijn in wezen slechts het uitvoerende orgaan van de goddelijke wil, ofwel de gepersonifieerde wil van de Heer, en uit ons zelf kunnen wij niets, omdat wij zonder de goddelijke wil als zelfstandige wezens helemaal niet kunnen bestaan, net zoals jouw ogen in de spiegel zich geen waarachtig spiegelbeeld van de zon voor kunnen stellen als er niet eerst van de echte zon een straal op het oppervlak van de spiegel valt.
Hoofdstuk 122: Het wezen van de engelen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] HELENA zegt, in plaats van opgewekt en vrolijk, heel weemoedig: "O lieve Mathaël, zover zal de arme Helena het wel nooit brengen! Het lijkt wel of het hart van de Almachtige zonder meer in het hart van dit meisje zit, want zo'n ervaring in de sfeer van het meest innerlijke leven met God kan men slechts uit de mond van de Schepper Zelf vernemen! En dan is het heel begrijpelijk dat zij de engel niet zo hoog aanslaat, want wat echte wijsheid betreft zijn zij aan elkaar gelijk. Dat de engel daarbij door de Heer een oneindige macht en kracht ontvangt, daaraan valt niet te twijfelen, maar of hij uit liefde tot de Heer meer wijsheid heeft dan dit meisje, zou ik bijna in twijfel willen trekken.
Hoofdstuk 123: Jarah's wijsheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[20] CYRENIUS wachtte een poosje en toen er nog niemand wat wilde zeggen, werd hij boos om hun woedende gezichten en hij zei onheilspellend ernstig, helemaal op' de wijze van een echte Romein die onverbiddelijk is: "Geef vlug antwoord, anders ben ik genoodzaakt uw kwaadwillige zwijgen te beschouwen als een volledige bekentenis van datgene waarvan u bent beschuldigd, en daarover meteen, zonder enige verdere consideratie, het door u welverdiende oordeel uit te spreken en de voltrekking daarvan aan u uit te laten voeren! Spreek, want u weet dat wij Romeinen niet plegen te schertsen!"
Hoofdstuk 135: Gesprek met de orthodoxe Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Maar daar zullen we het niet over hebben, want het maakt mets uit of hun bergen in werkelijkheid een paar el lager waren!, Deze zeer merkwaardig uitziende Achter-Indiërs vroegen mij toestemming om hun echte wonderen tegen een redelijke prijs voor het volk te mogen demonstreren.
Hoofdstuk 151: De overste fantaseert. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] STAHAR staat met opengesperde ogen van verbazing en zegt na een poosje: "Nee, dat heeft niets meer met natuurlijke zaken en krachten te maken! Hier werkt duidelijk meer dan een nóg zo verborgen natuurkracht! Hier steekt een almachtige wil van God achter en jij, jongen, bent een echte, belichaamde engel, of je bent één van de grootste profeten van God zoals Samuël of Elia!
Hoofdstuk 152: De overste vertelt over de moord op Zacharias. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[17] De genoemde hogepriester was zo'n echte aanhanger van Salomo en hield zich streng aan uiterst mystieke wijsheid. Hij begon zelfs een zeer helder licht te bezingen dat nu in de wereld zou komen. Dat zou alle duisternis van de nacht nu zó verlichten, dat zelfs de duisterste holen onder de aarde lichter zouden zijn dan de helderste middagzon. Maar de wereldse dag zou veranderen in de duisterste nacht en de duisternis op de dag zou zo groot worden dat mensen en dieren daaraan zouden sterven. Het licht van de nacht was al in de wereld en verlichtte reeds de nachtelijke duisternis, zodat daar de blindgeboren en zelfs konden zien als zienden op hellichte dag!
Hoofdstuk 152: De overste vertelt over de moord op Zacharias. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] IK zeg: "Het is weliswaar geen evangelie, maar het is op zichzelf een waarheid, die in de loop der tijd ook haar goede kant zal hebben, om de mensen te genezen van allerlei bijgeloof. Want niets veroorzaakt bij de mensen zo'n massaal bijgeloof als de lichte sfeer van de sterrenhemel. Maar het is nu nog niet het moment om de mensen volledig daarover in te lichten, want het gaat er nu vooral om, van de tegenwoordige mensenlarven werkelijke en echte mensen te maken.
Hoofdstuk 175: In de geest van ieder mens sluimeren talloze wonderen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[24] Edele opperstadhouder, bedenk toch dat u hier te maken heeft met echte, orthodoxe dienaars van God en niet met tempeldienaars van de nieuwe soort, die jammer genoeg maar al te goed weten hoe de huik naar de wind te hangen! Dat zien wij overduidelijk en de tempel is ons daarom ook niet goedgunstig gezind. Maar bij ons, hoewel we maar met weinigen zijn, houdt men nog vast aan het oude geloof en dat kunnen de nachtvliegen die u een verkeerd oordeel in het oor fluisterden, ons niet afnemen! Vandaag is het een prachtige dag van de Heer en nergens is ook maar een spoor te zien van een gericht van God, behalve dat onze stad een prooi der vlammen wordt, -echter niet door een godsgericht, maar door de betreurenswaardige, duistere manipulaties van een paar ons steeds vijandiger wordende heidenen. Zou het dan voor God zo onmogelijk zijn geweest met deze streek hetzelfde te laten gebeuren als eens met Sodom en Gomorra? Wie kan hier opstaan en zeggen, dat na het voorafgegane teken niet hetzelfde had kunnen gebeuren?! Wij willen helemaal niet zeggen dat God misschien vanwege onze vele gebeden en verzuchtingen deze streek heeft gevrijwaard van Zijn bedreiging met het gericht. God kan het wel terwille van een ons geheelonbekende vrome gedaan hebben, omdat dan toch ook onze gebeden tesamen met de gebeden van die ene vrome tot aan de treden van Zijn troon zijn opgeklommen. Maar wie bewijst ons, tegen ons geloof en onze overtuiging in, dat het niet zo, maar geheel anders is?! -Ik heb nu uit onze naam gesproken. Edele heer, spreek u nu een voor God en alle mensen rechtvaardig oordeel uit!"
Hoofdstuk 135: Gesprek met de orthodoxe Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] CYRENIUS zegt: "Dat is niet mijn bedoeling; maar ik wil u alleen maar -en daaraan is mij alles gelegen -grondig verbeteren en echte mensen van u maken! U kunt uw innerlijk wel uitstekend achter wel doordachte, slimme woorden verbergen, en hier nog des te gemakkelijker omdat de omstandigheden in zekere zin in uw voordeel werken en geen van ons met zekerheid kan beweren wat u, als de brand bijvoorbeeld niet had plaatsgevonden, met de reeds verzamelde offers gedaan zoudt hebben. Maar ik stel nu een andere vraag en vraag u of u met een zuiver en rustig geweten dat, wat u mij hier verteld hebt, ook net zo aan een alwetende profeet Elia of een engel van God, die uw hart en nieren doorproeft, verteld zou hebben?
Hoofdstuk 143: De mening van de overste der Farizeeën over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[11] Wel, over de Nazareeër, waarover wij door u, geëerde gebieder, pas wat meer zijn geïnformeerd, kunnen wij om Jehova's wil om heel natuurlijke redenen onmogelijk iets pro of contra zeggen. Wij hebben daar alleen maar uit de verte het nodige over horen fluisteren. Het ene klonk erg lofwaardig, andere zaken weer, omdat het waarschijnlijk van zijn vijanden afkomstig was, heel avontuurlijk hoewel niet rechtstreeks slecht. Hij moet bijvoorbeeld doden weer geheel in het leven teruggeroepen hebben! Nu, wij zagen het niet en hoorden er slechts over spreken. Als men echter bedenkt wat het zeggen wil een echte dode weer in het leven terug te roepen, is het, denk ik, toch wel te vergeven als men om zeer voor de hand liggende, natuurlijke redenen daaraan twijfelt! Ik wil daarmee echter de mogelijkheid niet in twijfel trekken, maar alleen de grote moeilijkheid aangeven en aanduiden dat daarvoor meer nodig is dan zo maar de ontwikkelde en volmaakte, fysieke en geestelijke levens krachten van een mens.
Hoofdstuk 144: Nog meer meningen over de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36  ...