Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 24 van 1166

...  12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37  ...
[3] Omdat de mensenwereld nu zo slecht, totaal blind en bovenmatig zelfzuchtig, trots en heerszuchtig is, is het waarschijnlijk, dat degene die uw leer opvolgt met heel wat hindernissen te maken zal krijgen, omdat er veel meer slechte dan goede mensengeesten zijn; maar wanneer men eenmaal weet wat men aan uw leer heeft en wat men te verwachten heeft wanneer men haar opvolgt, dan kunnen de bergen er zich tegen verzetten en alle stormen er tegen te keer gaan, maar men zal deze toch het hoofd kunnen bieden met de meest volhardende moed van de wereld. Immers, als een wandelaar door vijanden wordt overvallen verdedigt hij zich al niet zelden met leeuwenmoed om niet dit korte en toch al zo vergankelijke leven te verliezen, terwijl er aan het verlies hiervan niet zoveel gelegen is, -waarom zou men zich dan niet met een ware duizendvoudige leeuwenmoed verdedigen tegenover vijanden die de door dit leven wandelende mens van het eeuwige leven dreigen te beroven?! Ik geloof dat mijn mening in dit opzicht helemaal juist is.
Hoofdstuk 219: Epiphanes' moed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] De grootste hoogmoed kan alleen door de diepste deemoed te gronde worden gericht, en het is dus noodzakelijk dat dit aan Mij geschiedt. Wanneer jullie dit dus zullen vernemen, moeten jullie hierdoor niet ontsteld zijn; want Ik zal niet in het graf blijven en ontbinden, maar op de derde dag weer opstaan, en zoals Ik nu hier bij jullie ben, zal Ik weer bij jullie komen! En dit zal jullie allen het grootste en waarste getuigenis van Mijn goddelijke zending in jullie ziel geven en jullie geloof geheel en al sterk maken. Ik heb jullie dit nu van te voren gezegd opdat, als het zover zal komen, jullie je niet aan Mij ergeren en Mijn leer verlaten. -Mijn beste Epiphanes, hoe bevalt je dit?"
Hoofdstuk 220: Het doel van de kruisiging van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:) 'O vriend, tegen jou zeg Ik: Als het mogelijk zou zijn om de lijdenskelk aan de kant te schuiven, zou het ook onmiddellijk gebeuren; maar helaas is dit onmogelijk en daarom laten we het nu rusten! Je weet nu dat dit zal gebeuren en ook waarom, en meer is niet nodig. Wanneer Ik echter ben opgestaan, zal Ikzelf jullie dopen met de Heilige Geest uit Mij, en deze zal jullie dan pas in alle wijsheid en macht binnenleiden en dan zullen jullie, als jullie volgens Mijn leer zijn blijven leven, tot alles waartoe Ik nu in staat ben ook als Mijn ware kinderen in staat zijn. Zeg Me nu weer hoe dit aanbod en deze belofte je bevalt!";
Hoofdstuk 221: Epiphanes' voorstellen ter vermijding van de dood van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] IK zeg: 'Ja, als het zo zou zijn, zou je wel helemaal gelijk hebben; maar helaas is het niet zo, maar geheel en al anders! Geloof Me: Dit adder en slangengebroed van tempeldienaren in Jeruzalem weet precies wat Ik leer en wat voor werken Ik verricht; maar dat vermeerdert juist hun boosheid en daarom worden ze tegen Mij juist van uur tot uur alleen maar meer verbitterd; Aziona en Hiram kunnen je hiervan waarheidsgetrouw als voorbeeld de gebeurtenissen vertellen die gisteravond vlak voor middernacht plaatsvonden. Ze zijn allemaal aartsverstokt, blind en doof in hun hart, en daarbij vol van de hoogste en meest onbegrensde hoogmoed, hebzucht en ergste heerszucht. En zie, voor zulke schepselen moet men geen evangelie prediken, en voor hun ogen moet men ook geen wonder verrichten! Want Mijn leer en Mijn tekenen vernietigen hun oude aanzien en hun grote inkomen, en daarom kunnen de tempeldienaren deze tekenen niet gebruiken en daarom zijn ze juist Mijn onverzoenlijkste vijanden.
Hoofdstuk 220: Het doel van de kruisiging van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] IK zeg: 'Ja, Mijn vriend, dan blijft Me niets over dan alleen maar je goede wil voor de daad aan te zien; want zie, evenmin als jij een oude ceder kunt buigen, zal zo'n hooggeplaatste Farizeeër of zelfs een hogepriester wat voor leer dan ook van jou aannemen! Maar wat hij wel zou doen kan Ik je precies zeggen:
Hoofdstuk 221: Epiphanes' voorstellen ter vermijding van de dood van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] De huidige grootste leer die U ons geeft is weliswaar buitengewoon groot en heilig; maar deze leemte in haar bestaat onmiskenbaar, die zou ik graag aangevuld willen zien doordat U in Uw goedheid een antwoord geeft op deze voor mijn gemoed zeer belangrijke vraag! Als het Uw goede en heilige wil is, geeft U ons dan ook hierover een juiste uitleg~'
Hoofdstuk 231: De vraag naar de verlossing van de onwetenden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Denk nu in jullie hart over dit alles na; mocht je nog iets onduidelijk zijn, Ik blijf nog ongeveer vijf dagen bij jullie te gast, dan kunnen jullie Mij of een van Mijn leerlingen daarnaar vragen en zullen jullie opheldering krijgen! Ik zal jullie van nu af aan echter geen nieuwe leer meer geven omdat Ik jullie al alles uitgelegd en geleerd heb; maar zoals Ik reeds heb gezegd zal Ik als jullie Vriend nog ongeveer vijf dagen bij jullie blijven en bij gelegenheid nog enkele goede en nuttige wenken voor het aardse leven geven. Maar nu gaan we alle nieuwe voorzieningen en de fruitbomen, akkers, weiden en huisdieren bezichtigen!"
Hoofdstuk 233: Het vergaan en ontstaan van materiële scheppingen Jezus in de buurt van Kapérnaum (Ev. Matth. hfdst 17) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Allen dankten Mij uit heel hun hart voor deze leer, stonden op en gingen met Mij naar de buren. Toen de drie nieuwe leerlingen alles in ogenschouw hadden genomen wat er gebeurd was, waren ze buiten zichzelf van verbazing en lichtten hun buren in over Mij en over het hoge en heilige doel van Mijn komst, en de buren geloofden nu zonder enige tegenwerping hun woorden en verheugden zich er ten zeerste over.
Hoofdstuk 233: Het vergaan en ontstaan van materiële scheppingen Jezus in de buurt van Kapérnaum (Ev. Matth. hfdst 17) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[13] Maar IK zei: 'Blij fin je hart bij Mij en in Mijn leer, dan zal Ik ook zo bij jullie zijn, hier gedurende jullie aardse tijd en eeuwig aan gene zijde! Maar nu moet Ik van hier weggaan; want niet ver hier vandaan wachten er velen op Mij. Daar moet Ik snel heen en hen helpen. Maar in de winter zal Ik jullie zoals nu weer enkele dagen lang bezoeken; want Ik zal niet ver van hier, in Kis in de buurt van Kana, de winter doorbrengen. Maak nu voor Mij ons schip los, dan zal Ik met Mijn leerlingen meteen van hier vertrekken!"
Hoofdstuk 239: De zegen van de matigheid. De toebereiding van het vlees van onreine dieren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Is nu deze liefde en begeerte van de ziel niet in overeenstemming met Mijn leer, wat men goed kan vaststellen, dan is deze slecht en een ergernis voor heel je wezen; neem dan nogmaals de scherpe bijl van je wil en hak een dergelijke liefde en begeerte van je af, en handel en wandel dan alleen met de goede liefde en begeerte, dan zul je lopend op deze nieuwe voet van je ziel heel gemakkelijk het hemelrijk binnengaan!
Hoofdstuk 245: Verklaring van de beelden over ergernissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Mijn lieve Heer en Meester! Met deze leer zal het niet gaan zoals U nu gesproken heeft! Of er een andere betekenis achter schuilgaat, is een vraag die zelfs voor de meest wijze mens moeilijk te beantwoorden zal zijn. Eer hij deze leer dus zonder meer, zoals U haar nu hebt geformuleerd, serieus als waar en wettelijk aanneemt, zal hij veel tijd nodig hebben, en zeker aan zijn oude leer vasthouden. Hoe waardevol Uw hemelrijk ook is en kan zijn, ik wil het zelf wel door alle mogelijke zelfverloochening verdienen, maar nooit door handen en voeten af te hakken en ogen uit te rukken! In plaats daarvan kan men zich beter meteen van het hele leven beroven, dan is men helemaal veilig voor alle ergernis!'
Hoofdstuk 244: De grootste in het hemelrijk. Over de ergernissen (Ev. Matth. 18. 1-9) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] IK zei: 'Je vraagt hier nu om een heel goede en juiste zaak die je, ook als Ik die jou heel goed uit zou leggen, als puur mens toch nooit helemaal goed en juist zult begrijpen; pas na Mijn opstanding, wanneer je wedergeboren wordt in de geest, zul je het grote waarom ook heel zuiver en duidelijk inzien.
Hoofdstuk 247: Het mysterie van Golgotha (Ev. Matth.18, 11-14) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[16] Ik zeg jullie nog een keer: Waar twee of drie mensen voor een bepaalde zaak die goed is en overeenkomstig Mijn orde, in Mijn naam bijeenkomen, daar zal Ik in de geest bij hen zijn en verhoren waar ze Mij om zullen vragen. (Matth. 18,20)
Hoofdstuk 248: Over het vergeven (Ev. Matth. 18, 15-22) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Toen sprak DE WAARD: 'Heel goed, Heer en Meester, het is goed dat ik dat nu weet; ik zal mijn mensen ertoe aansporen dat ze bij Uw leer blijven en ernaar zullen handelen. Want ik heb nu door met wie ik te maken heb! U bent een God en geen mens; want Uw daden zijn nog nooit door een mens verricht, en woorden zoals U ze hebt gesproken zijn ook nog nooit uit de mond van een mens gekomen. Dit alles is slechts een God mogelijk!
Hoofdstuk 257: De Heer zegent de kinderen (Ev. Matth. 19, 13-15) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] MIJN LEERLINGEN kwamen daarentegen naar Mij toe en zeiden: "Heer, als het er wat betreft de zaak tussen een man en een vrouw zo voorstaat, dan is het werkelijk niet goed om te huwen! (Matth. 19, 10) Want soms zijn vrouwen immers ware hellevegen tegenover hun man, en daarom denken wij dat het wat Uw orde betreft toch niet zo heel erg onpassend zou zijn om zich van zo'n vrouw te laten scheiden en vanwege het huishouden naar de hand te dingen van een andere vrouw. Want krijgt een man een slechte, ontuchtige vrouw, dan is er in zo'n huis toch altijd ruzie en twist en vallen er veel boze woorden, wat in het huis zelf en bij de buren altijd ergernis moet opwekken. Maar als zo'n man zich van zo'n vrouw laat scheiden, zal er spoedig volledige rust in zo'n huis heersen. En in dit geval zijn wij toch wel van mening, dat de scheidbrief van Mozes voor ieder menselijk gezond verstand volledig gerechtvaardigd is."
Hoofdstuk 256: Uitzonderingsgevallen met betrekking tot huwelijkszaken (Ev. Matth. 19, 10-12) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37  ...