Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

9883 resultaten - Pagina 24 van 659

...  12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37  ...
[16] Als Ik zo streng zou zijn als u bent, dan zou er voor velen een vastenstraf opzitten, die vandaag wel eten, zonder te bidden! 17. Maar toch zou Ik wel eens van u willen horen waarom Ik bidden moet en tot wie dan eigen­lijk wel!
Hoofdstuk 212: Straf voor Jacob en het Kindje voor het niet bidden aan tafel. Over het tafelgebed. Het Kindje loopt weg - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[1] Toen het Kindje nu was aange­kleed vroeg Cyrenius nog eens, of Het nog een lekker stukje vis zou willen nemen.
Hoofdstuk 230: Juist vanwege haar grote liefde doet Maria wel eens boos tegen Mij. - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[14] Jongens, gaan jullie eens binnen kijken of er in het huis nog iets is overgebleven en komt mij dat dan vertellen!'
Hoofdstuk 250: Jonatha brengt Jozef thuis. Het huis wordt leeg en uitgeplunderd aangetroffen. Jozef wordt daar heel erg kwaad over. Behartenswaardige verklaring van het Kind je - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[29] Cornelius antwoordde: 'Nu, eerlijk gezegd zou ik er dan ook slecht aan toe zijn! Maar kijk eens, de karavaan houdt stil en ik zie een van hun mensen regelrecht op ons afkomen! Kom, laten we gaan kijken wie dat is!'
Hoofdstuk 259: Idyllische avondlijke scène op het dakterras van Salome. De kleine karavaan door Cornelius ontdekt - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[10] Jozef antwoordde: 'En als ik nu toch eens dezelfde zou zijn, zou je mij dan niet wat timmer­manswerk willen toevertrouwen?
Hoofdstuk 276: De heilige familie bij onderwijzer Dumas. Jozef vertelt hem zijn wedervaren. Het Kindje tussen de schoolkinderen van Dumas - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[6] Maria werd dus niet met Jozef verloofd, maar eenvoudig aan hem toever­trouwd. Alhoewel Lucas zijn evangelie in het Grieks heeft geschreven, heeft hij, omdat ook hij niet bedoelde te schrijven 'verloofde', niet het woord egguêtê -hetwelk zeer specifiek verloofd betekent -gebruikt. Lucas gebruik­te daarentegen het woord emnêsteumenê. hetwelk meer specifiek betekent: verworvene! Het laatste wordt -maar dan dus overdrachtelijk -ook wel eens vertaald met verloofde. maar dat is dus niet de primaire betekenis. In de zin van verwerven, resp. verworven, is dit woord hier zelfs dubbel toepasselijk: Jozef verwierf namelijk met Maria de opdracht haar te behoeden en te be­schermen! Uit Maria's verdere gesprek met St. Jozef terzake blijkt trouwens dat ook Maria zelf geenszins aan een verloving heeft willen denken: die gedachte was zelfs niet in haar opgekomen! (Zie hierover voorts noot 19. )
Hoofdstuk 301: Noten door de vertaler. Verantwoording van de vertaler - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[6] Heer, wat gebeuren moet, gebeure –maar het heeft mij in elk geval reeds tot in mijn diepste innerlijk geschokt! Ik weet dat deze liederlijke en heerszuchtige beestmensen U niet eens willen doden omdat U Zich aan het volk voorstelt als hun beloofde Messias. Want daarvan trekt dit hyenagebroed zich namelijk maar weinig aan! Al te goed weet ik immers dat zij in hunne harten toch niet geloven, noch aan een God, noch -en dat nog minder aan U. Van een godslastering maken zij onder elkaar helemaal geen punt.
Hoofdstuk 13: Zevende brief van Abgarus aan Jezus (negen weken na ontvangst van de zesde antwoordbrief geschreven, en vijf dagen voor Diens intocht in Jeruzalem in het bezit van de Heer gekomen) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[84] Nadat hij dit hemelse gebied, dat met niets op aarde kan worden vergeleken, een poosje stilzwijgend en zielsgelukkig heeft bekeken, vraagt hij weer: '0 beste vriend en broeder! Zeg mij toch waar degenen die ons volgen God zien, want zij zingen alsof Hij in hun midden was? Ik kijk naar links en rechts, naar voren en naar achteren, maar ik kan niets ont­dekken wat mij aan God doet denken. Is mijn blik nog te naïef of nog te onwaardig om het heilige gelaat van God te aanschouwen? Waarschijnlijk zal dat wel het geval zijn. En eerlijk gezegd is mij dat ook liever; want ik voel -en God zal dat ook het beste weten en zien -dat ik Zijn heilig aangezicht niet zou verdragen. O, ik ben al overgelukkig dat ik al dit hemelse nu aan jouw zijde aanschouw, en dat God mij ziet. Weet je, één keer zou ik Hem toch eens willen zien, Hem, die ik zo liefheb, maar eerlijk gezegd in de persoon van de Heer Jezus Christus.
Hoofdstuk 11: De verlossing van een arme man - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[20] Daarop zegt de man: 'Ik dank je hartelijk voor deze leiding! Geef mij maar mijn staatsie-uniform terug, bedriegers; ik zal mezelf wel een weg banen! Kijk eens naar die lompen! Van iemand als ik, uit een geslacht van minstens twintig adellijke voorouders, willen ze zomaar een zwijnenhoeder maken! O, als ik nog op aarde was, zou ik jullie daarvoor zo laten boeten, dat het jullie nog lang zou heugen! Deze vagebonden geven zich ook nog uit voor boodschappers van God! Nee, wacht, dit optreden als boodschappers van God zal jullie nog duur te staan komen!'
Hoofdstuk 9: Het sterven van een minister - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[8] Kijk eens naar het bed, hoe hij zich kromt en krimpt en naar lucht en water snakt; maar hij krijgt niets meer naar bin­nen, omdat al zijn slikspieren uitgedroogd zijn en niet meer in staat zijn om ook maar één druppel water naar zijn maag te brengen. Zijn adem is kort en heel pijnlijk, omdat de longen al vrijwel helemaal verdroogd zijn. Ook zijn stem is helemaal gebarsten; alleen korte, krachteloze halve woorden kan hij nog onder grote pijn uitstoten, en daarbij lijkt de klank op die van een slechte fagot in de handen van een leerling. Hij zou nog wel als een dandy willen vloeken en tenslotte ook nog wel enkele geleerde frasen uit Voltaire of Sir Walter Scott willen stamelen; maar de algehele uitdroging staat dat niet toe, en de hevige pijnen in alle verborgen levenshoekjes geven hem ook de tijd niet om zijn gedachten nog een keer voor dat doel op één punt te concentreren. Vandaar dat hij daar stom en roche­lend ligt, alleen af en toe stoot hij een schrille, krakende fagot­klank uit zijn volkomen uitgedroogde keel.
Hoofdstuk 5: De vroege dood van een bon-vivant - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[18] Lini zegt: 'Dat geloof ik ook. Als men zijn hele leven al zo geleefd heeft en zijn trouwe vrouw minstens iedere veertien dagen een keer bedrogen heeft en zich al een paar keer een afschuwelijke ziekte op de hals heeft gehaald, dan wordt het misschien wel eens tijd om van dergelijke bezigheden af te zien, waarover in de Schrift geschreven staat: 'Hoereerders en echtbrekers zullen het hemelrijk niet binnengaan'. Zeg me, mijn in de godgeleerdheid goed onderlegde man, wat zou je nu doen als de Heer jou plotseling tot zich zou roepen? Hoe zou het er dan met jouw zaligheid voorstaan? Of heb je van de Heer misschien een schriftelijke garantie dat Hij je zolang zal laten leven, tot jij je leven fundamenteel zult beteren? ­Vanwege die Cilli zou ik nog niets willen zeggen; maar de onmiskenbare zinnelijke neiging die jij onze eigen oudste dochter hebt laten merken, nog voor ze trouwde, op een manier die jou een eeuwige schandvlek voor God en alle men­sen, als ze het zouden weten, op je godgeleerde voorhoofd heeft gedrukt -zeg eens, wat moet ik daar dan van zeggen? Of wat zal God daarvan zeggen?'
Hoofdstuk 4: Het laatste uur van een rijk man - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[3] Laten we eens kijken naar zijn gedrag hier en hoe hij straks de wereld aan gene zijde binnengaat. Wij zien in één oogop­slag hoe de twee werelden elkaar daar ontmoeten en in elkaar overgaan en het zal jullie dan ook onmiddellijk duidelijk wor­den, hoe de zojuist genoemde hoofdregel dit gebeuren volko­men juist heeft weergegeven.
Hoofdstuk 2: De overgang van een beroemd man - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[20] Blijf jij daarom nu maar getrouw hij hetgeen Ik je toevertrouwd heb en vraag Mij niet om kwellingen, die je in werkelijkheid niet eens ook maar met half open ogen zou durven te zien, dan zal Ik tevreden over je zijn! En als je Mij al ergens om zou willen vragen, vraag dan liever dat Ik alle verzoekingen van ,je afwend, in plaats van je in verzoeking te brengen! Dan zul je gemakkelijker slagen en je zult Mij aangenamer zijn als je Mij getrouw blijft in datgene waarover Ik je heb aangesteld, dan wanneer je, door nieuwe kwellingen in een dodelijke omklemming geraakt, Mij in alle vertwijfeling zou toeroepen: `Heer, red me,
Hoofdstuk 14: Over de lasten van het leidersambt en de zwakheid van de mens - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[12] O mijn hart, o armzalig hart, je zou nu Hem, Hem, - de Heilige, - de meest Verhevene willen loven en prijzen - en je hebt niet eens ruimte om ook maar het kleinste vonkje van Zijn eindeloze, almachtige vaderliefde op te nemen! Daarom zwijg liever over hetgeen je niet mogelijk is uit te spreken!
Hoofdstuk 21: Uranion prijst de heilige Vader. Het antwoord van de Heer: woordeloze, stille boetvaardigheid is de meest welgevallige lof voor God - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[7] Voor mij zal of kan deze dwaasheid nauwelijks bedoeld zijn; want als Ik zoiets graag zou willen, dan had Ik het ook allang van jullie verlangd. Omdat Ik dus helemaal niet van zoiets houd en het niet wil en het daarom ook helemaal niet voor Mij bedoeld kan zijn, moet je Me eens vertellen voor wie die verering met dat zogenaamde voorbranden bedoeld is en wat voor goede reden je daarvoor hebt!'
Hoofdstuk 41: Het gezegende maal. De eerzuchtige eigenliefde van Adam door de Heer gelaakt - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
...  12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37  ...