Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

644 resultaten - Pagina 24 van 43

...  12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37  ...
[16] Maak dichtbij de bergen die niet roken of zelfs branden, en die je van hier uit in de verte ziet, mansdiepe kuilen; daar zullen jullie de reeds bekende broodaarde vinden. Hiervan zullen jullie voor je gezondheid overeenkomstig de wil van God slechts met mate eten en niet dagelijks, maar nu en dan als je ontlasting te zacht geworden is.
Hoofdstuk 34: De landing van de Meduhedieten in Japan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[34] En zo bevindt zich in de grot (die vroeger of destijds Meduhedgrot heette) ook nog het aan jullie reeds bekende hooglied, alsook nog enige bekende werktuigen; deze grot is nu evenwel ontoegankelijk, omdat zij zich op een hoge berg bevindt, hetgeen Ik later door vuur en tot nu toe aanhoudende aardbevingen liet bewerkstelligen.
Hoofdstuk 34: De landing van de Meduhedieten in Japan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[34] En nadat deze wenk aan Henoch was gegeven, stonden, zoals het bij dergelijke gelegenheden reeds van oudsher gebruik was, Enos, Kenan en Mahalaleël meteen op en gaven de kinderen te verstaan, dat zij de volgende sabbat voor zonsopgang op de bekende plaats voor Adam's woonstede moesten verschijnen en hun gaven meebrengen, maar dat zij zich nu een korte tijd moesten verwijderen, want zo luidde de wens van de vader vanwege een korte rust voor zijn hart; als er echter een teken gegeven werd, dan mochten allen zich weer om hem verzamelen en de vader tot aan de kinderen van de middag begeleiden, om zich dan van daaruit weer naar hun geboorteplaats te begeven.
Hoofdstuk 57: Adams vrijwillige bekentenis - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] En zie, toen aten zij en deden een tijdlang zoals hen geboden was. Kaïn bekende nu wederom zijn vrouwen verwekte met haar een zoon en gaf hem de naam 'Hanoch', dat wil zeggen 'de eer van Kaïn'. En Kaïn riep al zijn kinderen bijeen en zei: "Kinderen, kijk hier is een nieuw broertje, dat de Heer mij gegeven heeft om een heerser over jullie te worden, waartoe ik hem zal aanstellen, opdat er orde onder jullie zal zijn en er een eind komt aan je getwist en geruzie. En hij zal jullie geboden opleggen en zal de getrouwen loven en de overtreders tuchtigen, opdat ook wij een volk worden, groot en roemrijk zoals de kinderen van God, die geen wetten nodig hebben, omdat zij de liefde hebben die ze vrij maakt, maar ons, vanwege mijn zonde, met voeten zullen vertrappen als wij wettelozen en ordelozen niet iemand hebben die ons vertegenwoordigt en rechtvaardigt tegenover hun grote macht.
Hoofdstuk 22: Hanoch, Kaïns zoon, als wetgever - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[19] Maar de Lamechieten liet Ik achtervolgen door een steeds toenemende vloed van de zee, die tot aan de bergen reikte, alwaar zij bij duizenden door hyena's, tijgers, leeuwen, beren en wolven en slangen aan stukken gescheurd en verorberd werden; want de groep achtervolgers bestond uit zevenduizend mannelijke en zevenduizend vrouwelijke koppen. En daarvan kwamen niet meer dan zeven Jonge mannen en zeven Jonge vrouwen naar Hanoch terug en vertelden daar wat er was gebeurd, en zij brachten de door de Meduhedieten achtergelaten dieren ongeschonden terug. Dat waren welgeteld vijfendertigduizend kamelen en evenveel ezels en zij droegen die aan Lamech over en vertelden hem alles wat zij hadden gezien, - hoe namelijk een felle bliksemstraal uit de wolkenloze hemel tussen hen en de vluchtelingen was gekomen en deze met grote snelheid over het grote, onmetelijk water droeg, dat zich daar aan het einde van de wereld bevond. Maar toen waren de wateren gaan stijgen en hadden hen daar tot hoog in het gebergte gedreven. En er hadden zich niet te overziene scharen van bekende verscheurende dieren op hen gestort, die allen verscheurd en opgevreten hadden, op hen na. Zijzelf waren alleen gered doordat zij tussen de grote menigte kamelen en ezels gevlucht waren. En Lamech zou er eens goed over na moeten denken wat daar gebeurd was; het kwam hen voor alsof er voorbij de sterren een grote Koning woonde en de mensen zouden het nooit moeten wagen met Hem de strijd aan te binden, zij zouden er beter aan doen Hem te aanbidden en Hem vanwege Zijn onbegrijpelijke macht te vereren, omdat zelfs de zee, de winden, de bliksems en alle verscheurende dieren Hem gehoorzaamden, - dat hadden zij met eigen ogen gezien en zij hadden een machtige stem gehoord die met donderende klank de dieren bevolen had en evenzo als een grote storm vanuit de hoogten van de sterren met de machtige elementen gesproken had.
Hoofdstuk 33: De afvaart van de Meduhedieten - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] Hoewel de Heer altijd meer geeft dan voor de mens nodig is om in leven te blijven, moeten jullie echter desondanks toch niet onmatig zijn in allerlei genietingen, maar volgens de wil van God vanwege je gezondheid matigheid betrachten bij alles wat jullie doen en nuttigen. Want zo spreekt de Heer: 'Gezegend zij een juiste maat en een gerechtvaardigd doel; maar vervloekt zij de onmatigheid en verdoemd de doelloze wegen, want daarop zullen slechts de hoererij en de ontucht gaan en daar de nacht van het verderf en de eeuwige dood vinden!' Verzamel daarom de overvloed van de zegen en richt overal voorraadhuizen op, maar niet van steen naar het voorbeeld van Hanoch, maar van hout. Sla daartoe vier glad afgewerkte stammen zo in de grond, dat ze keurig in een vierkant twee manshoogten boven de grond uitsteken. Leg dan hierop overdwars ook vier bomen volgens de jullie reeds bekende bouwwijze. Maak dan daarover een raamwerk voor het dak en dek dat af met riet en gras. Maak dan ook tussen de vier uit de grond stekende houten pijlers uit riet gevlochten wanden, maar laat in iedere wand een opening, vier maal zo groot als een hoofd van een man en maak aan de morgenzijde ook een deur, maar niet afgesloten, opdat iedereen naar behoefte vrije toegang heeft. Sla nu tot op de helft binnenin zo'n voorraadhuis enkele kleine palen in de grond, die ongeveer een halve manslengte boven de grond uitsteken. Bevestig daarop dunnere balkjes; leg daar dan eveneens rietmatten op om daarop dan de overmaat van de zegen voor jullie broeders en ook voor jezelf te leggen. Verzamel in de andere helft droog geworden, lang gras en leg dat tot op kniehoogte op de grond als rustplaats, opdat jullie daarop 's nachts slapen en je moe geworden ledematen uitrusten en je ingewanden zich verkwikken.
Hoofdstuk 34: De landing van de Meduhedieten in Japan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] Verder zullen jullie in de bergen, die je nu ook mag beklimmen als zij niet branden, mooie, zeer harde, gladde stenen vinden; verzamel ze en breng die tot voor je woningen. Ten eerste moet je daarop de korrels van een soort gras vermalen, dat jullie in grote hoeveelheden aan de oevers van de rivier aan zullen treffen en van het meel moeten jullie met wat water deeg maken in een vat; jullie moeten daartoe dan ook een reeds bekende bakplaats maken en daarop van het deeg een gezond brood bakken. En ten tweede moeten jullie ook wat zachtere stenen platen nemen, waarvan er eveneens een grote hoeveelheid aan de voet van de niet brandende bergen ligt en hierop moeten jullie dit alles op de aan jullie bekende wijze optekenen, zodat nog zelfs ons verre nageslacht de nu aan jullie geopenbaarde wil van God zal vernemen.
Hoofdstuk 34: De landing van de Meduhedieten in Japan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[11] "En nu kinderen, dank de Heer en maak je klaar voor de reis in de richting van de avond en wel in de bekende opstelling: Asmahaël tussen mij en Henoch in op het dier van de waarheid! Amen."
Hoofdstuk 76: De vreugde van de stamvaderen over de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] Ik zeg het je nog eens: niet nu, maar te gelegener tijd! Wij allen danken nu de Heer, dat Hij ons waardig heeft bevonden voor zo'n belangrijke leer en daarna willen we ons opstellen om de reis te vervolgen en wel in de reeds bekende volgorde in de naam van Jehova! Amen."
Hoofdstuk 79: Adams zwakheid - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] En dus snelden deze vier vlug naar de bekende plaats. En toen Adam Henoch met de drie oude kinderen naderbij zag komen, begon zijn gezicht iets op te vrolijken; en ook begon hij Mij te loven en te prijzen en Mij bovenal te danken dat zijn oog toch nog eenmaal door Mij waardig bevonden was om zijn, na Kaïn en Abel, oudste kinderen: Jura, Bhusin en Ohorion te zien.
Hoofdstuk 128: Adams vreugde over zijn kinderen Jura, Bhusin en Ohorion - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] Maar jij was, zoals je nu zelf getrouw bekende, blind, doof en zonder gevoelens; daarom ontwaarde je ook niets van de dingen die de eeuwige goddelijke ordening betreffen. Zie, indien Ik als Emmanuel bij je gekomen zou zijn, hoe zou het er dan nu met je leven voorstaan?!
Hoofdstuk 138: Emmanuëls woorden over Zijn komen bij de mensen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] Zie en let scherp op en niemand zal zijn oor dichtgestopt en zijn oog gesloten houden om de ferme taal te vernemen uit de muil van de reeds bekende hyena of van een tijger, een leeuw, een wolf en een beer. Want de mensen zijn vol leugens en er is er dan ook niet een die aan de ander wat waars kan zeggen, want de ervaring heeft jullie al heel dikwijls geleerd hoezeer de geleerden zich vergissen, omdat al hun dwaalleren door andere verdrongen worden, die vaak nog slechter zijn dan die verdrongen en verworpen werden. Zodoende is het ook voor jullie niet overbodig om stevige woorden vol pit en kracht uit de sfeer van de ongeveinsde natuur te vernemen en dat goed in je hart te schrijven om daardoor in te zien, hoe waarachtig, rechtvaardig en getrouw jullie aller heilige, eeuwige Vader is.
Hoofdstuk 35: Een boeteprediking door de dieren - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Doch zonder schade aan de vrijheid van geest bleef ook dit volk niet altijd geheel hetzelfde. Volgens de berekening ongeveer honderdentwintig jaar na de zondvloed, groeiden de nakomelingen van Sihin eveneens tot een belangrijk volk aan en geraakten dikwijls verwikkeld in allerlei twisten en vormden op die manier partijen, die in hun gebruiken en godsdiensten verschilden. Sommigen beweerden dat alleen de eerstgeborenen in staat waren leiding te geven; anderen zeiden dat als eerste geboren te worden, geen uitnemendheid inhoudt, omdat herhaaldelijk vrouwelijke eerstgeborenen voorkwamen, - vandaar dat de bekwaamheid om leiding te geven altijd aan verstandiger harten opgedragen zou moeten worden. Dat grepen weer anderen uit het volk aan en zeiden: "Als het alleen maar over het hart gaat, waarom zou dan niet ook het bezonnen hart van een jongere broeder in staat zijn leiding te geven?" Maar sommigen verwierpen weer alles en zeiden: "Zoals het in het begin was, zo zal het tot aan het einde der tijden blijven!" Anderen zeiden dat men overal en altijd God om raad moet vragen en nooit eigenmachtig moet oordelen en handelen. Daarop wierpen weer anderen tegen: "Als dat zo is, dan kan immers iedereen dat doen, waarom dan ook nog een of ook meer leiders?" - Anderen weer zeiden dat God zich niet aan iedereen openbaart, opdat de mensen elkaar niet zullen kunnen ontberen. Daarop antwoordden weer anderen: "Dan moet dus toch iedere ziener onderwijzen wat hij vernomen heeft en de leiding aan God toevertrouwen; waartoe dan een of meer leiders?" Weer anderen merkten op: "Maar wie geeft ons de zekerheid dat zo'n ziener en leraar die boven ons wil staan, ook wel altijd Gods woord spreekt?" Anderen wederom zeiden daarop: "Ja, wanneer men de leraren niet meer onvoorwaardelijk geloven kan en mag, dan zijn onze leiders en leraren immers zinloos geworden!" En meer van dergelijke grappenmakerij, waardoor er dan ook een massa sekten gesticht werden en het rijk daardoor in zeer verschillende bestuurs - en onderwijsgroeperingen verviel, en zo ging de versplintering voort tot in het jaar 3700 nadat Adam in leven was geroepen. Totdat de zelfs bij jullie betere geschiedschrijvers iets meer bekende bouwer van de Hehu-Tsin's linie (beschermende muur), Tschi-Hoang Ti (wijze alleenheerser over het volk) genaamd, optrad. Hij begon vurige predikingen voor het volk te houden en voorspelde het, dat een groot volk, niet ver van de landsgrenzen, ze in het geheim zou hebben verkend; en als zij zich niet allen tezamen zouden verenigen om langs het hele rijk een hoge en dikke muur op te bouwen, dit volk massaal en krachtig binnen zou vallen en hen allemaal op kwalijke wijze om zou brengen.
Hoofdstuk 37: De prehistorie van het Chinese volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[19] En Abedam, de vreemdeling zei daarop tegen Abedam, de bekende: "Luister, Abedam, de zin van jouw woorden bevalt mij zo goed dat Ik het nu niet meer kan laten om ten eerste je vragen te beantwoorden en je dan nog iets en wederom nog iets bekend te maken. Luister dan:
Hoofdstuk 147: Abedams gesprek met Abedam, de onbekende - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[27] En de bekende Abedam wist niet wat hij zijn naamgenoot zou moeten antwoorden en vroeg Hem:
Hoofdstuk 147: Abedams gesprek met Abedam, de onbekende - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37  ...