Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

36210 resultaten - Pagina 24 van 2415

...  12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37  ...
[9] Ik geloof dat het niet nodig zal zijn hier nog meer woorden aan te besteden, want het onzinnige van zo'n uitleg is voor iedereen zo overduidelijk, dat het onnodig is om daar nog lang en breed op door te gaan.
Hoofdstuk 87: Negende zaal - negende gebod - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Vervolgens kwam dit gebod. De Israëlieten moeten zich toch zeker verbaasd hebben afgevraagd: wat kunnen wij dan wel van elkaar stelen? Misschien onze kinderen? In deze huidige, benarde situatie is iedereen toch blij wanneer hij zo min mogelijk kinderen heeft. Zouden we misschien de potten van elkaar stelen? Wat zouden we daarbij winnen? Want wie geen pot heeft, heeft zonder meer het recht om, als hij iets te koken heeft, het in de pot van zijn buurman mee te koken. Maar heeft hij een pot, dan is het toch niet nodig om nog een tweede te bemachtigen om daardoor nog meer te moeten meeslepen. We zien waarlijk niet in, wat we hier van elkaar zouden kunnen stelen. Misschien onze eer? We zijn allemaal dienaren en knechten van een en dezelfde Heer, die de waarde van ieder mens heel goed kent. Ook al zouden we elkaar willen kleineren, wat zouden we daardoor bereiken voor het aangezicht van Hem, die ons altijd volkomen doorziet? We weten dus absoluut niet wat we met dit gebod moeten beginnen. Zou dit gebod voor toekomstige tijden gelden, voor het geval dat de Heer ons eens een apart eigendom zou willen toekennen? Als dat zo is, dan mag Hij ons wel laten zoals we zijn, en dan heft het gebod zich vanzelf op.
Hoofdstuk 82: Zevende zaal - zevende gebod - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Zou men dan soms ook moeten geloven dat zulke kinderen die over God onderricht zijn, na verloop van tijd geen verder onderwijs over God meer nodig hebben? Jullie moeten zelf toegeven en zeggen: ja, zulk onderricht heeft iedereen tot aan het eind van zijn leven nodig, want maar al te gemakkelijk worden de eerste indrukken uit de kinderjaren uitgewist en dan staan de mensen die hun kinderschoenen ontgroeid zijn, daar alsof ze nooit iets over God gehoord zouden hebben. Ik zeg jullie: dat uitwissen is hier weliswaar niet licht mogelijk, maar jullie moeten er wel van uitgaan dat deze kinderen ten gevolge van hun vroegtijdige overgang naar hier, op aarde geen gelegenheid hebben gehad om de vrijheidsproef voor hun geest, die de eigenlijke levensproef is, door te maken. Daarom moet deze uiterst belangrijke activiteit voor het leven van de geest hier volledig in werking worden gezet. Tot nu toe waren deze kindergeesten in zekere zin slechts geestelijke, levende machines. Hier is het echter zaak dat zij uit zichzelf tot leven komen en daarom moeten ze ook alle geboden leren kennen, deze dan daadwerkelijk zelf uitproberen, en ondervinden hoe hun zelfstandig levend geestelijke wezen zich onder een bepaalde wet gedraagt.
Hoofdstuk 73: Schoolgebouw van de twaalf goddelijke geboden. Eerste zaal - uitleg over het eerste gebod - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[22] Hoever echter zouden deze kapellen in de tijd gezien wel uit elkaar liggen? Ik zeg jullie: hoewel deze tijdruimten niet helemaal gelijk zijn, zullen jullie er niet ver naast zitten wanneer jullie aannemen dat zij van kapel tot kapel wel miljoenen jaren duren. Want als jullie de grootte van de aarde beschouwen, zullen jullie ook kunnen begrijpen welke tijdsfactoren ervoor nodig zijn om uit de volkomen nietige lichtether een dauwdruppel te winnen, deze daarna door gestadige en steeds verder toenemende groei tot de tegenwoordige omvang van de aarde te zien uitdijen en tenslotte vaste vorm te zien aannemen. Meer hoef ik jullie nauwelijks te zeggen.
Hoofdstuk 70: Onderricht over het wezen en het ontstaan van de aarde - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] Jullie zeggen en vragen nu wel: ja, als deze naar aardse maatstaven misschien nauwelijks vijf- tot zevenjarige kindertjes dat allemaal leren, wat blijft er verder voor hen dan nog te leren over? Want zoals we hebben gezien, hebben ze zich gedurende het leren spreken door middel van de talloze, veelsoortige prenten toch al bijna alles eigen gemaakt wat de mens zich in zijn geest maar kan voorstellen. En nog veel meer heeft hun het leren lezen geboden, want in hun prenten kwamen toch zo buitengewoon veel en veelsoortige situaties voor, dat men om deze te verwezenlijken een hele oneindigheid nodig zou hebben. Daarom is het werkelijk niet gemakkelijk in te zien, wat voor hogere scholen er hier nog zouden zijn.
Hoofdstuk 68: Aanschouwelijk onderwijs in trapsgewijze afdelingen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Kijk, daar is al de tweede rij; wat zien jullie hier? Jullie zeggen: eigenlijk niets anders dan dezelfde boeken, alleen zijn de plaatjes niet meer volledig uitgewerkt maar slechts met zogenaamde contourlijnen aangegeven. Kijk, er is al meer denkwerk voor nodig om uit de verbinding van de lijnen het eerder goed uitgewerkte beeld weer terug te vinden. Tevens kunnen jullie daaruit opmaken dat het gemoed des te meer tot activiteit wordt aangezet, naarmate er voor de uiterlijke beschouwing van een beeld meer weggelaten wordt; het gemoed wordt aangespoord om de ontbrekende fragmenten zelf aan te vullen. Wat de leerlingen van deze tweede rij doen, hebben we nu gezien.
Hoofdstuk 68: Aanschouwelijk onderwijs in trapsgewijze afdelingen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[22] Na drie onnodig verspilde jaren krijgt onze leerling eindelijk een wat betere leraar. Maar deze heeft minstens drie jaar nodig om alles wat de leerling tot dan toe verkeerd is aangeleerd, weer af te leren. Inmiddels zijn er zes jaren verstreken en onze leerling kan nog niets. Men wil nu de eerste fout goedmaken door de leerling meteen een uitstekende meester te geven om zo de muzikale ontwikkeling van het kind weer in goede banen te leiden. Deze meester heeft echter geen geduld en de leerling heeft er niet veel plezier meer in. Zo gaan er weer drie jaren voorbij en onze begaafde leerling is hooguit een zeer middelmatige knoeier geworden, terwijl hij met een juiste basisopleiding na de eerste drie jaren al iets bijzonders had kunnen presteren.
Hoofdstuk 67: Intrede in het kinderrijk. Praktische methode tot zelfontwikkeling van de kinderen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[2] Maar één ding komt ons hier buitengewoon vreemd voor. Kijk beste vriend, de Heer Zelf heeft ons na de beschouwing van de natuurlijke zon nu wel op de geestelijke zon geplaatst, maar daar hebben we van alles wat we hier nu zien niet het allergeringste opgemerkt. We zagen slechts een eindeloos ver uitgestrekte vlakte, die alom met een soort gras en hier en daar ook met kleine bloempjes versierd was. We zagen ook boven dit onmetelijk wijd uitgestrekte oppervlak geesten heen en weer en op en neer gaan, bijna zoals op aarde de eendagsvliegen bij zonsopgang of tegen zonsondergang. Dat was dan ook alles. Wilden we meer zien, dan hadden we de sfeer van een geest nodig.
Hoofdstuk 65: Het verschijnen van onze `geestelijke zon'. Andere verschijning dan in de sfeer van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Als ik daarentegen bedenk dat ik in mijn tegenwoordige situatie nog geen atoom ben ten opzichte van de klaarblijkelijke grootte van zo'n allergeringst kind van God, dan wil ik toch kennelijk door het bereiken van zo'n meest gering godskindschap noodzakelijkerwijs meer worden. Bij ons noemt men zo'n deemoed waardoor een mens op de een of andere manier wat meer wil worden, een schandelijke kruiperij. Hoe moet men dan zo'n geestelijke deemoed voor God zien, waarbij het in het ergste geval toch onvermijdelijk is dat men meer wil worden dan men vanaf het oerbegin van Gods ordening was, of waarbij men in een gunstiger geval op z' n minst heel duidelijk meer worden moet. Als dat 'meer worden' niet voorop zou staan dan zou de weg die je mij aangaf in ieder opzicht volkomen aanvaardbaar zijn. Omdat echter dit noodlottige 'meer' zich noch op de ene noch op de andere manier laat wegdrukken, kan ik die deemoed niet als de juiste deugd zien die nodig is om het kindschap te bereiken, want deze deugd voor het bereiken van het 'meer worden' kan men tenslotte toch slechts als schijnheiligheid, kruiperij en huichelarij beschouwen.
Hoofdstuk 61: Deemoed en het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] Hoe meer werelds gedoe, des te minder geestelijke vooruitgang; hoe minder werelds gedoe, des te vlugger de voortgang van de geest. Zonder enig werelds gedoe kan echter uit ieder mens een Cornelius groeien. Meer hebben jullie niet nodig; open daarom het poortje en klim naar de lichte, vrije ruimte!
Hoofdstuk 54: Elfde verdieping. Het voortschrijden van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] Kijk, wanneer men zijn schreden versnelt, bereikt men eerder zijn doel dan wanneer men deze vertraagt. Dat is een waarheid als een koe en heeft geen mathematisch bewijs nodig; maar de geest is ook in staat om voorwaarts te schrijden en wel veel meer dan het stoffelijke lichaam. Maar hoe kan de geest zijn schreden versnellen en hoe vertragen? Kijk, dat is niet zo vlug volkomen duidelijk te begrijpen; daarom zal het nodig zijn om daaraan nog voordat we het bovenste open plein volledig betreden, enkele woordjes te besteden. Luister daarom naar mij!
Hoofdstuk 54: Elfde verdieping. Het voortschrijden van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Maar laten we weer naar het volgende huis gaan. Kijk, daar treffen we helemaal geen leerling aan en de slordig door elkaar liggende muziekboeken, die er verder heel verzorgd uitzien, geven ons voldoende bewijs van de ijver van onze leerling. Zal er misschien uit deze een kunstenaar groeien? Ik denk, dat eerder het hele instrument in goud zal veranderen dan dat deze leerling een kunstenaar zal worden. Laten we het volgende huis binnengaan; misschien vinden we daar zo'n aankomende kunstenaarsheld. Luister, daar zit zowaar iemand te oefenen; maar kijk eens goed naar hem, zijn ogen staan vol tranen, want hij werd net door zijn vader, die veel geld voor zijn zoon uitgeeft, met een pak slaag tot studeren aangezet. Wordt deze leerling een kunstenaar? Jullie zeggen al: ex trunco non fit Mercurius, wat zoveel wil zeggen als: moet de liefde voor de kunst er met geweld ingeslagen worden, dan zal er niet veel kunstenaarsschap tevoorschijn komen. Moeten we nog meer huizen binnengaan om soortgelijke kunstbroeders te bezoeken? Ik denk dat het niet nodig zal zijn.
Hoofdstuk 54: Elfde verdieping. Het voortschrijden van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Degene die zij zochten in het oneindige en ontoegankelijke, vonden zij niet en zij waren uiteindelijk genoodzaakt uit eigen nietigheid een god te creëren die echter dan pas god is wanneer het hun als oppergoden belieft zo'n begrip in hun voorstellingsvermogen op te nemen. Om deze klaarblijkelijke domheid in één oogopslag in te kunnen zien, heeft men mijns inziens absoluut niet meer nodig dan het verstand van een kind van hoogstens vijf tot zeven jaar. Een eenvoudig mens voor wie zelfs het woord 'wijsbegeerte' of 'filosofie' even vreemd is als de beide polen van de aarde, zal bij een dergelijke voorstelling van de Godheid ogenblikkelijk met het weliswaar hoogst simpele, maar des te treffender antwoord voor den dag komen en zeggen:
Hoofdstuk 51: De oorsprong van alle dingen en verschijnselen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[21] Deze gang van zaken laat immers met meer licht dan dat van tien zonnen tegelijkertijd zien, dat de Heer het niet nodig heeft om een kant en klare boom te scheppen, maar slechts de zaadkorrel. Wanneer die in de aarde valt ontwikkelt hij zich en krijgt dan volkomen de vorm van datgene wat de Heer nu juist in de zaadkorrel heeft gelegd.
Hoofdstuk 28: Tocht door een ander zonnedistrictsgebied. Liefde, de oergrond van geloof en hoop en tevens de vrucht van beide - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Maar mensen die weinig vuur bezitten, dus meer lauw zijn, hebben al een aanzienlijke hoeveelheid beproevend materiaal nodig om gewekt te worden en het leven in zichzelf te vinden. Het gaat niet bepaald snel met hen omdat hun materie nog steeds als een waar blusmiddel het vuur des levens tegenwerkt en zo het spoedig ontwaken van de geest verhindert.
Hoofdstuk 27: Waarom er op de centrale zonnen bijna geen dieren zijn. Een licht op het voorbeeld van de rijke jongeling. Tocht door een uitgestrekter zonnedistrict - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37  ...