Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1957 resultaten - Pagina 24 van 131

...  12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37  ...
[2] De beide geroepenen komen nu dichterbij en ZINKA zegt: "Heer, dat is voor mensen zoals wij, die nog zeer onvolmaakt zijn, een heel moeilijk te beantwoorden vraag! Want wij zouden nog heel veel willen zien en weten omdat wij, ondanks dat wij toch al heel veel gezien en meegemaakt hebben, nog zeer veel niet gezien en beleefd hebben. Maar wat er nu van dat eindeloos vele het meest noodzakelijke voor ons is, dat is een heel andere vraag, die wij niet kunnen beantwoorden omdat wij nog lang niet weten wat voor ons eigenlijk vóór alles het allernoodzakelijkste is! U o Heer, weet echter precies wat wij het meest nodig hebben; handelt U dus, zonder dat wij iets wensen, volgens Uw oneindige liefde en wijsheid en dan zal iedereen wel het beste zien, horen en voelen!"
Hoofdstuk 90: Ziel en lichaam. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Daarbij moet men echter vooral niet denken aan het stoffelijke lichaam, maar aan het zich daarin bevindende, geestelijke ziele-element; want het omhulsel is weliswaar ook iets geestelijks van de ziel in de verdere analyse, maar het is op zichzelf nog te laag, te traag en te grof en draagt nog te duidelijk het stempel van eigenliefde, zelfzucht en hoogmoed en van het trage, luie genieten van de uitermate gulzige, gierige en de dood brengende, toornige heerszucht. Die materie moet eerst door veelvuldige ontbinding en slechts gedeeltelijke overgang worden opgenomen in de zuiverder substantie die de ziel omhult en bekleedt; voor de eigenlijke zielesubstantie zal daarvan wel nooit iets te gebruiken zijn.
Hoofdstuk 106: Betekenis en ontstaan van de aarde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Hoe en waarom is dat zo? Er is met deze aarde iets heel bijzonders aan de hand. Zij behoort weliswaar nu als planeet bij deze zon, maar strikt genomen is zij niet afkomstig uit deze zon zoals alle andere planeten, uitgezonderd die ene tussen Mars en Jupiter, die echter door bepaalde, kwade oorzaken reeds zesduizend jaar geleden is verwoest, of eigenlijk door zichzelf en door haar bewoners werd verwoest. Deze aarde ontstond oorspronkelijk uit de oercentraalzon en is in een bepaald opzicht wat de tijd betreft voor jullie onvoorstelbaar veel ouder dan deze zon. Toch is zij eigenlijk pas begonnen stoffelijk te worden nadat deze zon reeds lang als een gevormde hemelklomp de eerste omloop om haar centrale zon had aangevangen, en zij heeft toen haar feitelijke, stoffelijke lichaam toch hoofdzakelijk uit deze zon naar zich toe getrokken."
Hoofdstuk 106: Betekenis en ontstaan van de aarde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Nu heb Ik je ook de achtergrond van dit Mozaïsche eetvoorschrift voor de Joden aangegeven en jij en jullie allen zullen dat nu wel goed begrijpen! Daarom is het nu tijd, over te gaan op datgene waarvoor wij ons eigenlijk en voornamelijk op deze berg begeven hebben!"
Hoofdstuk 111: Over de voedingsvoorschriften van Mozes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (De Heer:) "Ik zei dat jullie wonderlijke zaken van buitengewone aard zullen zien, maar behalve de door Raphaël hierheen gehaalde lichtende kogel uit het hoge binnenland van Afrika is er verder nog niets gebeurd, hoewel middernacht reeds voorbij is. Ook heb Ik jullie eerder meegedeeld dat Ik jullie ogen voor korte tijd zou openen, zodat jullie voorshands eens kunnen zien hoe het er nu eigenlijk in de wereld uitziet.
Hoofdstuk 112: Voorspelling van de huidige openbaringen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Maar voor Ik dat nu doe, zeg Ik en dat beveel Ik jullie allen zelfs, dat je beslist niemand iets van het geziene vertelt, want het zal nog heel lang duren voor de wereldse mensheid daarvoor ook maar enigszins rijp zal zijn, en het is eigenlijk ook voor haar zieleheil helemaal niet nodig dat de wereldse mensheid zoiets te weten komt! Als zij maar haar uiterste best doet God boven alles en de naaste als zichzelf lief te hebben, zal haar al het andere en verdere wel zonder meer, voor zover nodig, geopenbaard worden.
Hoofdstuk 112: Voorspelling van de huidige openbaringen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] IK zeg: "Kijk, kijk, Mijn dochtertje, het geestje heeft je toch wat goeds gedaan! Waarom treur je daarover?! Het geestje had je natuurlijk wel met sierlijker woorden kunnen zeggen dat er in je nog zo'n heel klein beetje hoogmoed verborgen zit over je schoonheid; maar het geestje is geen taalkunstenaar, heeft maar een beperkte woordenschat en spreekt eigenlijk meer uit ervaring dan uit enig begrip
Hoofdstuk 115: Jarah en de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Als een van ons uit deze levensstof die jullie nu kennen, binnen de orde van God een wezen wil maken en eigenlijk moet maken volgens de innerlijke drang van de Allerhoogste Geest, roept hij de geesten die hem dienen, die dan de bekende stof naar hem toe moeten leiden; en omdat het in het stoffelijke ook zo gaat, kun je je hier geestelijk gemakkelijk voorstellen dat de zwaardere gedachten eerder op de plaats van bestemming aan zullen komen dan de lichte en de nog lichtere. De zwaarsten vormen het centrum, terwijl de lichte, omdat zij later aankomen, gaandeweg meer met de buitenkanten genoegen moeten nemen en de heel lichte het allerbuitenste vormen.
Hoofdstuk 119: Raphaël toont het scheppen van organische wezens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Dan laat onze oude KISJONAH uit Kis ook eens van zich horen en zegt: "O Heer, welke grote en verheven dingen heb ik allemaal gezien en gehoord toen U enige weken terug zo genadig was in mijn huis te verblijven! Maar wat er nu tijdens de paar dagen dat ik hier ben allemaal voorviel en wat hier te horen en te zien was, daar heeft in geheel Galiléa wel niemand ooit van kunnen dromen! Heer, vergeef dat ik het gewaagd heb met mijn onbeholpen mond U ergens bij te onderbreken! Want men moest hier eigenlijk zelf nooit iets zeggen, maar alleen luisteren en kijken; en als men het een of ander niet direkt begrijpt, dan moet men enig geduld betrachten en al gauw komt dan de verklaring vanzelf! -Ik ben al uitgesproken!"
Hoofdstuk 116: Het wezen, en doen en laten van de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Neem bijvoorbeeld de eierstok uit een hen en kijk eens goed naar de gevormde eiklompjes! Enkele zullen er nog heel klein uitzien, als kleine erwtenandere reeds als wijndruiven en nog andere als kleine appels. Binnen een dun omhulsel vind je alleen maar de gelige dooierstof! Hoe ongevormd is dit bestaan nog!
Hoofdstuk 119: Raphaël toont het scheppen van organische wezens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Maar dan wordt de centrale stof steeds meer doorvoed en deze vormt het eiwit om zich heen. Na enige tijd van voeden wordt uit het eiwit het meest grove afgescheiden, dat zich echter toch niet van het ei losmaakt, maar een stevig omhulsel om het ei vormt en het beschermt tegen platdrukken bij het leggen van het ei. Kijk dan eens naar een gelegd ei; hoeveel verschilt het reeds van het beginnende ei-embryo in het moederlijf! .
Hoofdstuk 119: Raphaël toont het scheppen van organische wezens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[16] Zodra het helemaal gevormd is, neemt de in het gehele organisme overgegane levensgedachte, die eigenlijk de ziel is, weliswaar, dat hij zich nog in een kerker bevindt. Daarop begint hij zich krachtiger te bewegen, doorbreekt zijn kerker en stapt heel mat en vol vrees de grote wereld binnen, omdat hij zich nog niet voldoende sterk voelt. Hij begint nu direkt voedsel uit de buitenwereld tot zich te nemen en daardoor ook meteen weer verder te groeien en dat gaat zo lang door, tot hij zelf voelt dat hij in evenwicht is met de natuurlijke wereld rondom.
Hoofdstuk 119: Raphaël toont het scheppen van organische wezens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] De kennis moet nu eigenlijk de teugel zijn waarmee jullie je wil laat ingaan in de Mijne; want jullie moeten nu door Mijn daden immers beseffen dat Ik beslist Degene ben, waarvoor Ik Mij nu voortdurend aan jullie bekend maak.
Hoofdstuk 121: Waarom de Heer deze onthullingen doet. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] IK zeg: "Hoe is het mogelijk dat allen nu zien en alleen jij blind bent geworden?! Denk je dan dat Ik opgesloten zit in deze omhulling? ! Of beperkt de werking van het zonlicht zich alleen maar tot de zon zelf?! Hoe zou je haar kunnen zien als zij met haar licht niet verder reikte dan tot aan haar buitenste, omhulsel?!
Hoofdstuk 122: De Heer legt het innerlijk van Judas bloot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[17] Vertel eens wat.voor reden je had om op te merken en eigenlijk te menen, dat uiteindelijk. al Mijn wonderen zouden resulteren in het maken van kerngezonde ezels! Kijk, die opmerking van jou was erg hatelijk en het commentaar van Thomas daarop was zeker verdiend! Ik keur je geloof niet af waarbij je Mij ziet als de enige God en Heer, alleen keur Ik in je af dat je geloof en overtuiging meer in je woorden tot uitdrukking komen dan in je zieleleven.
Hoofdstuk 122: De Heer legt het innerlijk van Judas bloot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37  ...