Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1972 resultaten - Pagina 25 van 132

...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...
[2] Toen zij open en bloot voor hen lag, maakte RAPHAËL de toeschouwers, die behoorlijk nieuwsgierig waren, meteen attent op de prachtig ingegraveerde Memnonbeelden en zei: "Kijk, daar zijn ze al, de beide naamlozen! Maar daar bovenaan, als voor de naamlozen, zien jullie zeven reusachtige figuren in de vorm van geklede mensen, en om hen heen zien jullie een aantal heel kleine mensenfiguurtjes! Wat heeft de wijze Shivinz, die de parels alle eigenhandig gegraveerd heeft, daarmee dan aan willen geven?
Hoofdstuk 203: De zeven reuzen en de sarcofagen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Wel, zij kwamen op een heel slimme gedachte! Zij nietselden uit steen deels zeer grote en later ook heel kleine doodskisten, waarin hoogstens een, twee tot drie lijken voldoende ruimte hadden. Iedere kist kreeg een naar verhouding groot en zwaar deksel. Als dan in zo 'n kist een of meer lijken werden gelegd, nadat zij eerst met Mum (Muma, ook mumie, betekent aardhars, aardbalsem) goed gebalsemd werden, werd het deksel gloeiend heet gemaakt en de kist werd met het gloeiend hete deksel zogezegd voor eeuwige tijden afgedekt. Daardoor droogden de lijken in de kist helemaal uit, en als het deksel erg groot en heet was, verkoolden zij ook vaak of verbrandden tot as.
Hoofdstuk 203: De zeven reuzen en de sarcofagen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Naast de grote honden hielden de oude Egyptenaren echter ook graag een kleiner soort hond; hun naam was Mal pas (kleine hond). Dat waren de lawaaimakers; Poroshit betekent in de oude taal 'sein-' of 'lawaaimaker'. Als iets vreemds een huis of een kudde naderde, begonnen de kleine honden al te blaffen; dat trok de aandacht van de grote en die begonnen dan met hun geweldige geblaf de wilde beesten ontzag in te boezemen, waarop deze zich dan ook terug begonnen te trekken. ..
Hoofdstuk 204: De sterrenbeelden op de vierde parel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] De kleine honden waren vaak ook bewakers van de kippen en hun kuikens, waarvoor zij speciaal werden afgericht. Dat alles was een uitvinding van Shivinz, die deze vogels als eerste in nuttige huisdieren had veranderd en de Egyptenaren had laten zien hoe goed hun vlees smaakt en hoe buitengewoon goed hun gebakken en gekookte eieren smaken. Zo leerde hij de bewoners van dit grote land, die toen reeds zeer in aantal toegenomen waren, nieuwe voedingsmiddelen en nieuwe kudden kennen, waarvan het gebraden vlees en de eieren later eigenlijk wat te goed smaakten, - daar er anders in de tijden daarna geen echte kippenoorlog uitgebroken zou zijn, die zelfs door de Griekse geschiedschrijver Herodotus als mythe wordt vermeld.
Hoofdstuk 204: De sterrenbeelden op de vierde parel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[14] Onze Shivinz, die de grote hond verbond met het uitspansel, gaf ook de kleine een plaats tussen de sterren en gaf hem de naam Porishion (Prozion). In zijn buurt bevindt zich de oude Kokla (kloek); later kreeg dit sterrebeeld ook de naam Peleada, ook wel Peleadza, en door de Grieken kreeg het naar aanleiding van een onware Griekse sage de naam Plejaden.
Hoofdstuk 204: De sterrenbeelden op de vierde parel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Meteen riep de aanvoerder de tien bekwaamsten van zijn metgezellen en zei tegen hen, dat zij hun handen naar hem uit moesten strekken en zo in een kring om hem heen moesten gaan staan, dat iedereen met zijn rechter voet de linker voet van zijn buurman zo goed mogelijk bedekte. Dat gebeurde meteen en onze aanvoerder begon in het rond te draaien, verhief zich van de grond en zweefde toen vrij in de lucht op ruim een manshoogte boven de grond.
Hoofdstuk 213: De macht van de Moren over planten en elementen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Terwijl Ik de oude Marcus dit antwoord gaf, legden de zwarten lichtjes hun handen om de stam en wel zo, dat de rechter hand van een Moor steeds de linker van zijn buurman of buurvrouw bedekte. In die houding bleven zij ongeveer een half kwartier heel rustig bij de boom staan. Daarna begon de boom heel langzaam te draaien en daarbij geweldig te kraken. Alle aanwezigen stonden als aan de grond genageld van verbazing, en niemand begreep hoe dat in zijn werk ging.
Hoofdstuk 213: De macht van de Moren over planten en elementen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[20] IK zei: "O jawel, zo is het ook! Maar Ik gunde jullie alleen maar een kleine pauze, want dat wat jullie nog voor Mij zullen doen, is iets waaraan jullie altijd een erge hekel hebben, en na twee handelingen die jullie uiterlijke, uitstralende levenssfeer helemaal hebben opgeëist, hebben jullie nu een kleine rust nodig. Nu zijn jullie uitgerust en moeten jullie nog laten zien hoe je vuur maakt en hoe je ook dit element beheerst! Ga en maak vuur en toon daarna dat jullie er meester over zijn!"
Hoofdstuk 213: De macht van de Moren over planten en elementen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Wanneer echter, omdat Ik dat toelaat, de zon helemaal ontwricht zou worden en haar zeer kunstig en wijs geschapen, buitengewone organisme en mechanisme verwoest zou zijn, en haar grote natuurziel der natuurzielen tenslotte helemaal beangst en verkommerd alleen maar bezig zou kunnen zijn met het in orde brengen van haar in kleine stukken uiteengereten lichaamsorganisme of dit in het ongunstigste geval zelfs zou verlaten en de grote brokstukken over zou laten aan hun eigen ontbinding, hoe zou het er dan met de alles tot leven wekkende, uitstralende levenssfeer uitzien? Meteen zou er in haar planetengebied de grootste wanorde optreden; alle vegetatie en al het lichamelijke leven zou heel gauw ophouden te bestaan!
Hoofdstuk 215: De uitstralende sferen van mens en zon. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER:) "Als de ziel van de mens echter onder allerlei wereldse, materiële zorgen begraven ligt, of als zij begint met zich daarin te begraven, dan verduistert zij haar lichtwezen, dat tenslotte helemaal donker en duister wordt. Er is dan geen voorraad aan krachtige liefde meer in aanwezig en het kleine beetje dat nog aanwezig is, is nauwelijks voldoende voor het eigen gebruik; dat is dan de eigenliefde, die aan niemand anders meer gegeven kan worden. Maar als de liefde zo klein wordt, waar moeten dan een krachtig geloof en een krachtige wil vandaan komen, want het geloof is immers het licht uit de vlam van de liefde, en de wil de overal werkzame kracht van het licht?!
Hoofdstuk 217: De voordelen van de juiste opvoeding van de ziel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Leer de kinderen al vroeg de Vader in de hemel liefhebben, toon hun hoe goed en liefdevol Hij is, hoe Hij alles wat bestaat terwille van de mensen bijzonder goed, mooi en wijs geschapen heeft, en hoe zeer hij vooral de kleine, Hem boven alles liefhebbende kinderen is toegedaan! Maak hen er bij iedere speciale gelegenheid op opmerkzaam dat de Vader dat alles regelt en doet en laat gebeuren, dan zullen jullie het hart van de kleinen tot Mij keren en Mijn liefde zal al snel in hen beginnen te groeien! Als jullie de kleinen zo zullen leiden, zal jullie geringe moeite ook al gauw gouden vruchten dragen, -maar anders dorens en distels, waarop druiven noch vijgen groeien!
Hoofdstuk 220: Over de wedergeboorte en de juiste opvoeding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Bovendien belemmert steeds een hoeveelheid materiële, grove wereldse beelden als een dicht woud het uitzicht van de ziel, waardoor zij onmogelijk de heel tere, kleine, oneindig vele, maar heel zwak ingeprente tekens kan zien. Als er ogenblikken zijn waarop zij de heellicht opgebrachte nevelachtige beelden, die uit het hart zijn opgekomen, ontdekt, dan lijkt dat haar een vertekend beeld dat zij onmogelijk kan begrijpen of duidelijk genoeg kan zien, omdat de grove materiebeelden voor het geestelijke beeld komen te staan en het ten dele afdekken en ten dele onherkenbaar maken.
Hoofdstuk 227: Hersenen en ziel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Raphaël werd nu opeens onzichtbaar, ongeveer zeven tellen, maar toen stond hij plotseling weer bij ons en legde vier sneeuwwitte kiezels voor ons, dat wil zeggen voor Mij, op tafel. Twee waren wat groter en twee wat kleiner, overeenkomstig de grote voorhoofdshersenen voor de beelden van het licht, en de kleine achterhoofdshersenen voor de tekens van de klanken.
Hoofdstuk 232: De bouw van de menselijke hersenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Alleen merk ik nu dat beide zuiltjes helemaal tot rust komen zodra een vlak eenmaal is volgetekend. Het is echter nauwelijks te geloven dat deze duizendmaal duizend tekens en beelden in zo korte tijd door de twee levende tekenstiften op één zo 'n driehoekig vlak getekend konden worden! De vormen zijn voor ons weliswaar nog erg klein, hoewel wij zo'n vlak zien ter grootte van een grote man; maar deze kleine beeldjes en tekentjes staan daar zo zuiver, dat men zich niets zuiverders en volmaakters kan indenken.
Hoofdstuk 233: De samenhang van de hersenen in voor en achterhoofd. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Wanneer hij nu naar de sterren of de maan of de zon kijkt, wordt dat alles weer opnieuw in zijn brein op de nu getoonde wijze ingeprent, en de ziel kijkt ernaar en beleeft daar een waar genoegen aan, en het geziene wordt door het ware genoegen van de ziel meteen in het inwendige en binnenste van de hersenpiramides, natuurlijk op zeer kleine schaal, veelvoudig, langs de weg van de innerlijke reflexie, ingegraveerd en het kan altijd weer door de ziel gevonden en nog beter bekeken worden.
Hoofdstuk 234: De verbinding van de zintuigen met de hersenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...