Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

25552 resultaten - Pagina 25 van 1704

...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...
[3] Een ander groot deel van de mensen zal zich in een nog veel dichter en duisterder heidens bijgeloof bevinden dan nu alle heidenen op de hele aarde. Geruime tijd zullen ze hun leraren, vertegenwoordigers en beschermers vinden in de groten en machtigen van de aarde van die tijd; maar de kinderen der wereld, die goed toegerust zullen zijn met alle wetenschappen en andere verworvenheden, zullen het zeer duistere bijgeloof met alle geweld onderdrukken en de groten en machtigen der aarde in meer dan grote verlegenheid brengen, omdat door de wetenschap allerlei soort kennis het gewone en lange tijd met alle geweld blind gehouden volk zal beginnen in te zien dat het alleen maar geknecht is geweest ter wille van de wereldse roem en het comfortabele leven van die groten en machtigen, die zelf geen geloof hadden. En als Ik dan kom, zal Ik ook bij hen geen geloof vinden.
Hoofdstuk 89: Hoe het in de toekomst met het geloof gesteld zal zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Als deze wetenschap door hun eigen schuld verloren is gegaan voor de mensen hebben zij voor zichzelf het omgaan met de geesten van alle regionen en alle hemelen onmogelijk gemaakt en daarom kunnen ze het geestelijke in de Schrift niet meer vatten en begrijpen. Ze lezen de geschreven woorden volgens de blind aangeleerde klank van de dode letter, en kunnen niet eens begrijpen en zich ervan bewust worden dat de letter dood is en niemand tot leven kan wekken, maar dat het alleen de inwendig verborgen betekenis is, die, aangezien die zelf leven is, alles levend maakt.
Hoofdstuk 93: Over de wetenschap der overeenstemmingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Door dit bericht, waar ook onze zevenhonderd patriarchen aan geloofden, zij het met een zuur gezicht, bleef tot op heden het opnieuw kiezen van een koning achterwege. Sinds die tijd is er echter al meer dan dertig jaar verstreken, en er werden door ons verschillende keren verkenners hierheen gestuurd, om te horen hoe het ervoor staat met de koning van alle joden, waar. ter wereld Hij ook moge wonen. Zelfs onze drie oude sterrenkundigen hebben zich een paar jaar geleden weer hierheen begeven; of zij alweer met goede berichten thuisgekomen zijn weten wij niet, aangezien het land waar wij wonen nu veel groter is dan toen wij het voor het eerst in bezit namen, en er nu .vaak enkele jaren voor nodig zijn voordat het gehele, nu zeer grote en ver uit elkaar wonende volk hoort welke berichten er van buitenaf het land binnen zijn gekomen.
Hoofdstuk 105: De Indo-joden doen verslag van het doel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[18] Daarop werden alle leerlingen weer kalm. Maar Ik onderrichtte de vier nog verder over het rijk Gods.
Hoofdstuk 108: Over de kracht van de geest (13.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[14] Ik zei: 'Jij bent op zich werkelijk een wijs man en goed thuis in de Schrift van Mozes, de letter ken je wel, en het woord is je niet vreemd; maar de ware, alles levend makende geest, die in het woord verborgen is, is je nog vreemd, zoals die reeds lang voor de Babylonische gevangenschap alle Joden vreemd is geworden. Daarom houd jij je nog aan de dode schors; maar het wezen en de werkzaamheid van het levende merg in het inwendige van de boom is jou vreemd. Als je de oude schors van een boom beschadigt, zal dat het leven van de boom geen enkele merkbare schade toebrengen; maar als je het merg van een boom beschadigt, zal dat een zonde tegen het leven van de boom zijn, omdat de boom daarna zal verdorren en derhalve zal sterven.
Hoofdstuk 109: De ware sabbatsheiliging - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] De tolk zei: 'O beste vriend, spreek niet over de genade van een koning! De grootste genade van een koning, die hij in zijn overmoed af en toe aan een blinde troongunsteling verleent, is nog geen dauwdruppel vergeleken bij de hele zee van genade die u ons hebt bewezen. U, vriend, bent met uw goddelijke eigenschap meer dan alle nog zo trotse en zichzelf machtig wanende koningen der aarde! Want u kunt met uw woord en wil een zieke zijn volledige gezondheid teruggeven; maar als koningen ziek worden, kunnen ze noch zichzelf, laat staan een andere zieke helpen. Verwonden en doden kunnen ze wel, maar de gewonden weer genezen en zelfs de doden weer tot leven wekken -dat kunnen ze niet! Daarom is de grootste genade die een koning aan iemand bewijst niet het vermelden waard vergeleken bij deze enig ware genade, die u ons hebt bewezen. Want uw genade ging vergezeld van uw liefde en ware erbarming; maar aan de genade van een koning gaat gewoonlijk de grootste hoogmoed en innerlijke verachting van de arme mensheid vooraf. Wee degene die een grote genade van een koning heeft ontvangen! Want als hij daarna niet steeds als een gehoorzame worm voor de koning kruipt, wordt zijn genade tot zijn grootste onheil. Daarom hebben wij ook nooit verlangd naar de genade van een koning; maar aan u vragen wij of u ons met uw waarachtige genade nooit wilt verlaten!'
Hoofdstuk 112: De opdracht van de Heer aan de Perzen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[25] Wie dat aan zichzelf bewerkstelligt, heeft langs de juiste weg en met behulp van het juiste middel de geest van het leven en de wijsheid in zichzelf gewekt en zal daarna ook in de natuur van de aarde en van alle wezens daarop, evenals in de maan, de zon en de sterren een goed te begrijpen evangelie ontdekken.
Hoofdstuk 116: Het vreugdemaal bij Kisjonah - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[10] Als de mensen zich net als jullie weer volledig van de wereld afwenden en weer in vol geloof en in alle liefde naar Mij terugkeren, zullen ze in Mij de rustige en zalige zielenavond vinden; maar zonder dat zal de zielenavond bij de mensen in de toekomst nog stormachtiger en verschrikkelijker worden dan iemand tot nu toe heeft meegemaakt en gevoeld. Want van nu af aan zullen de mensen niet meer kunnen zeggen: 'Wie heeft God ooit gezien en met Hem gesproken, en wie garandeert ons de volle waarheid van wat er in de Schrift geschreven staat?'; want Ik spreek nu voor iedereen goed herkenbaar en zichtbaar Zelf als de Heer tot de mensen en toon hun de waarheid van het leven, die de fundamentele waarheid van alle waarheid is. Wie die in zich heeft opgenomen, zal echt geen angst meer hebben voor de dood van zijn lichaam; want hij zal de dood zien noch voelen, ook al zou hij wat zijn lichaam betreft honderd keer moeten sterven.'
Hoofdstuk 137: Avondoverwegingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Bij dat zoeken van jullie, dat nu al bijna twintig jaar duurt, aangezien jullie al bijna zeventig zijn, werden jullie zwak en vermoeid en kregen jullie allerlei psychische en lichamelijke kwalen, hebben allerlei kuuroorden bezocht en ook dit hier, waarover jullie veel lofwaardigs hebben gehoord, om daar de gezondheid van jullie lichaam weer in zoverre te verkrijgen dat jullie met een heldere geest het wezen van het leven kunnen naspeuren.
Hoofdstuk 154: Het geestelijke zoeken van de Grieken - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] Deze ene en enig ware God heeft Zichzelf en het feit dat Hij bestaat geopenbaard door Mozes op de berg Sinaï, en niet alleen onder grote, voor alle aanwezige Israëlieten zichtbare tekenen, maar Hij heeft hun ook buitengewoon wijze geboden en voorschriften gegeven waarmee ze een heel gelukkig volk konden zijn als ze die nauwkeurig in acht namen; want daarmee zouden ze God niet alleen volledig zichtbaar voor zich hebben gehad, met Wie ze als echte kinderen tot hun Vader over al hun vragen en noden vrijuit en openlijk konden en mochten spreken. Maar Hij heeft ook steeds de weg naar het eeuwige leven van de ziel helder voor hen verlicht en de grote wereld aan gene zijde met de zalige bewoners daarvan aanschouwelijk opengehouden, w.at duizenden mensen zelfs in deze zeer verduisterde tijd nog kunnen getuigen en waar heel veeloude profeten en zieners over hebben gesproken en geschreven.
Hoofdstuk 157: Het onderricht van de Heer over de ene, enig ware God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[10] Dat Hij zeker een Meester en Heer over alle bestaan en leven is, concludeer ik uit het feit dat Hij de gezonde en ook zieke inrichting van ons lichaam tot in de kleinste vezels door en door en grondig moet kennen, om vervolgens met de macht van Zijn wil juist datgene weer in een gezonde en voor het natuurlijke leven bruikbare toestand te brengen, wat in ons mettertijd beschadigd, ziek en onbruikbaar is geworden, wat ik als oude en zeker zeer ervaren arts wel moet inzien. Want hoe zou men ooit een zieke een passend middel kunnen geven om zijn verloren gezondheid weer te herstellen, als men niet eerst zou weten wat hem mankeert, en waar?
Hoofdstuk 163: De twijfel van de rechter - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Wie en wat zijn die stormen? Geen menselijk oog heeft ooit hun eigenlijke wezen aanschouwd; alleen de tastzin voelt hun vluchtige gang. Maar de zuil is machtig, en staat er, voor alle zintuigen van de mens waarneembaar. Hoe kunnen die onbetekenende stormen mettertijd de vernietiging ervan bewerkstelligen -en waarom bewerkstelligt de zuil, die voor alle levenszintuigen van de mens bestaat, niet de vernietiging van de stormen? Wat is het verstand van de mens, dat de zuilen uitvond en ze ondanks alle stormen neerzette? De werken leven langer dan het verstand zelf, dat de schepper ervan is, en het dode verstand kan die luchtige stormen nooit meer bevelen zijn stevige werken te ontzien.
Hoofdstuk 175: De arts kan geen verklaring vinden voor het wezen van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[14] Daarop zei de visser: 'O prachtige vriend uit de hemelen Gods! De mens leeft weliswaar vanaf zijn geboorte temidden van louter wonderen, en hijzelf is nog het grootste wonder; maar omdat hij constant omringd is door die talloze wonderen is hij er aan gewend geraakt, let hij er weinig op; en nog minder denkt hij er over na wat ze zijn en waarom, en wie Degene is die ze voor een deel steeds opnieuw tot leven roept en andere weer langer, en weer andere, zoals het lijkt, voor eeuwig in stand houdt, zoals de aarde en haar landen, bergen, rivieren, meren en zeeën, de maan, de zon en alle talloze sterren.
Hoofdstuk 197: Over de aanwezigheid van de engelen bij de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Na deze woorden van Mij was de commandant Leander totaal verbluft en zei: 'O Heer en Meester! Zoals U heeft nog nooit een mens op deze aarde gesproken! Ik heb zeker niet alles ten volle begrepen; maar zoveel is mij uit Uw woorden wel duidelijk geworden, dat U geen kroon en scepter van deze wereld nastreeft, maar alleen dat alle mensen weer terugkeren naar de aloude, reeds sinds zeer lange tijd verloren gegane waarheid van het meest innerlijke geestelijke leven.
Hoofdstuk 204: De commandant Leander voor de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Ik zei: 'Luister! Mijn rijk, dat Ik nu weer opnieuw vestig onder de mensen op deze aarde, is geen aards rijk zoals dat van een koning, die jij "hebt gediend en waarvan er nog legio zijn op de hele aarde, maar Mijn rijk is een geestelijk rijk en is niet met allerlei pracht en praal zichtbaar voor de ogen van het lichaam; want het bestaat inwendig in de mens en de sterke burcht, die eeuwig nooit door een macht overwonnen kan worden, is het gelovige, liefdevolle hart dat vol vertrouwen is en zonder hoogmoed, zonder afgunst of jaloezie, zonder leugen en bedrog, maar in plaats daarvan vol deemoed, zachtmoedigheid, geduld en barmhartigheid; daarin zal Ik, de ene en enig ware Heer en Koning van alle bestaan en leven, Mijn intrek nemen bij ieder mens wiens hart en gemoed die genoemde eigenschappen zal bezitten.
Hoofdstuk 204: De commandant Leander voor de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...