Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1782 resultaten - Pagina 25 van 119

...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...
[6] De kleine en uiterst dunne draad tussen de ziel en haar lichaam geeft blijk van een minimale hang naar het aardse en dus ook een uiterst licht en pijnloos scheiden van het lichaam. Hetzelfde lichtverschijnsel boven het hoofd van de ziel duidt vooral op de zeer krachtige wil van de ziel, die door zijn buitengewone activiteit volgens de orde der hemelen zichtbaar is als een lichtzuil boven het hoofd, -als zuil, toonbeeld van onbuigzaamheid, en als licht, dat altijd ontstaat door juist te handelen volgens de goddelijke orde van Gods hemelen. Dit licht doorstraalt en verlicht het vermogen tot inzicht van de ziel steeds overvloedig opdat de wil niet blind, maar altijd duidelijk ziende handelt.
Hoofdstuk 139: Verklaring van de verschijnselen bij Lazarus' dood. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Je vraagt jezelf nu af, of de zondvloed ook als een natuurlijk en noodzakelijk gevolg van een verkeerde handelwijze gezien moet worden. En Ik zegje: Ja, zo is het! Meer dan honderd zieners en boden heb Ik opgewekt, en Ik heb de volkeren gewaarschuwd voor hun handelwijze die tegen de natuurlijke en goddelijke orde inging, en ik heb hen meer dan honderd jaar lang zeer ernstig gewezen op de verschrikkelijke gevolgen voor hun lichaam en hun ziel die daar noodzakelijkerwijs het gevolg van zouden zijn; maar hun boosaardige moedwil ging zo ver, dat zij in hun blindheid de boden niet alleen bespotten, maar velen zelfs doodden en zodoende letterlijk de strijd met Mij aanbonden. Maar toch werd Ik daarom niet van toorn of wraakzucht boos, maar Ik liet hen hun gang gaan en de droevige ervaring opdoen dat onverstand en onkunde -die zelf schuldig zijn aan wat ze zijn -met Gods grote natuur en ordening beslist niet alles mogen doen wat hen in hun blindheid goeddunkt.
Hoofdstuk 143: De zondvloed. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER:) "Ik zeg je: Leef slechts vijftig jaar lang volgens Gods orde, dan zullen jullie van enige calamiteit nooit iets te zien, te horen, te ondergaan ofte lijden krijgen!
Hoofdstuk 144: Het ontstaan van rampen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Ik zeg jullie: Alle onheil, epidemieën, allerlei ziekten bij mensen en dieren, slecht weer, magere en onvruchtbare jaren, vernietigende hagel, grote, alles vernietigende overstromingen, orkanen, grote stormen, grote sprinkhanenplagen en dergelijke meer, zijn louter gevolgen van de tegen de orde ingaande handelwijze van de mensen!
Hoofdstuk 144: Het ontstaan van rampen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Als de mensen zoveel mogelijk volgens de gegeven orde zouden leven, zouden zij dat alles niet hoeven te verwachten. De jaren zouden als parels aan een snoer elkaar opvolgen, het ene net zo gezegend als het andere. Het bewoonbare deel van de aarde zou nooit door te grote koude of te grote hitte geplaagd worden. Maar wanneer de slimme en bijzonder intelligente mensen uit zichzelf allerlei ondernemen wat ver boven hun eigen behoefte uitstijgt, wanneer zij op aarde te grote bouwwerken en te overdreven verbeteringen uitvoeren, hele bergen afgraven om heerwegen aan te leggen, als zij vele honderdduizenden hectaren met de mooiste bossen vernietigen, als zij terwille van goud en zilver te diepe gaten in de bergen slaan, als zij tenslotte zelf onder elkaar in voortdurende twist en onenigheid leven, terwijl zij toch altijd door een groot aantal intelligente natuurgeesten omringd zijn die zowel voor het weer, als de zuiverheid en gezondheid van de lucht, het water en de bodem zorgen, is het dan te verwonderen dat deze aarde steeds meer geteisterd wordt door ontelbare kwalen allerlei aard?!
Hoofdstuk 144: Het ontstaan van rampen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Stel je nu eens voor dat er veel soorten slechte mensen voorkomen in een streek, of in een heelland en vraag je aan de hand van wat je nu gehoord hebt eens af, of het werkelijk te maken heeft met een goddelijke toorn als de mensen daar door het ongeluk achtervolgd worden! Ik zeg jullie, en speciaal jou, vriend Stahar, dat dat allemaal enkel en alleen afhangt van de mensen, hun daden en levenswijze, en Gods toorn en Zijn wraak hebben daar eeuwig niets mee te maken, behalve dan dat Ik die orde in de natuur van de dingen heb gelegd, en die moet natuurlijk zolang de aarde bestaat, onveranderlijk blijven omdat de aarde anders zou ophouden te bestaan en niet als woonplaats voor de mens zou kunnen dienen tijdens zijn proefleven.
Hoofdstuk 145: De invloed van het kwade op het goede. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] Maar zoals je nu gezien hebt dat een enkel vonkje licht al naar gelang de kracht van het zonlicht een ontzaglijk grote, duistere ruimte ogenblikkelijk helder licht kan maken, zo verandert het genoemde, geneeskrachtige kruidje de hele ketel vol giftige thee in een heilzame drank, omdat de natuurgeesten in het kleine geneeskrachtige kruidje te intensief werkzaam zijn in de ware goede orde en daarom de tragere en tegen de orde ingaande geesten van de giftige planten ogenblikkelijk dwingen over te gaan tot werkzaamheid in de goede orde.
Hoofdstuk 146: Het wonderbare heelkruid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Het vervloeken en verdoemen is een uitvinding van de mensen tengevolge van de blindheid en het gebrek aan kennis van de menselijke natuur. De misstappen die een mens in ontwikkeling maakt, zijn proeven hoe de mens, die zelfstandig moet worden, zijn vrije wil moet gebruiken. Het handelen van de mens is zowel een oefening om zelfstandig zijn inzichten te bepalen, alsook om zijn vrije wil binnen een bepaalde orde te Ieren gebruiken. Gedurende alle eindeloze reeksen van grote scheppingen van de ene wijze Schepper zal deze orde zo bepaald zijn, dat slechts binnen zo'n orde een bestaan van de wezens tijdelijk en eeuwig denkbaar is en kan zijn.
Hoofdstuk 150: De zieletoestand van de twee verongelukten in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Jullie kennen de rechtvaardige en juiste orde van God, maar ook de afwijkingen daarvan; jullie kunnen ze denken, voelen en ondervinden! Maar wat jullie kunnen, kan ook God; Hij kent zijn eeuwige orde beslist het best en het meest zuiver, maar kent daarbij ook alle mogelijke en de meest uiteenlopende overtredingen en afwijkingen van deze orde, en moet deze dus ook kunnen voorstellen en helemaal kunnen aanvoelen.
Hoofdstuk 158: Het gif in mineralen, planten, dieren en mensen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Ja, God moet zelfs, zoals jullie weten, in de schepselen die vrij en zelfstandig moeten en willen worden, vooral in de engelen en de mensen van deze aarde, de prikkelleggen om tegen de orde in te gaan, opdat de genoemden daardoor volkomen tot een ware, ongedwongen zelfbestemming zullen kunnen komen. Daaruit blijkt dus wel duidelijk, dat God net zo bekend moet zijn met de grootst mogelijke anti-orde, als met de goede, ware en levende orde.
Hoofdstuk 158: Het gif in mineralen, planten, dieren en mensen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] De gedachten en gevoelens tegen de orde, zowel in God als in de mensen, volgens de gedachten en gevoelens vólgens de orde, zijn vergelijkbaar met giftige mineralen, planten en dieren. Omdat het echter ook gedachten van God en gevoelens van God zijn, kunnen zij niet vergaan, maar blijven zij ook bestaan in de intelligentie-oervorm van vuurtongen. Zij kunnen door hun onderlinge verwantschap in de negatieve sfeer samengaan en een reeks eigen wezens vormen.
Hoofdstuk 158: Het gif in mineralen, planten, dieren en mensen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[16] Maar door zijn liefde begint ook de dode vaderziel nieuwe levenswortels te krijgen. Dat geeft de zoon nog meer liefde en meer kracht en daarmee trekt hij zijn vader weg van de plaats van zijn ondergang en zijn verderf en brengt hij hem op het droge, waar door de liefde van de zoon zich ook voor het toekomstige bestaan van de vader een vaste grond voor rust ontwikkelt en door trouwe liefde aanwezig is. Maar omdat de liefde van de zoon groeit, wordt ook zijn licht sterker; door dat licht ziet hij hoe ontoereikend zijn kracht is en hij richt zich met klem tot God en vraagt, of Hij zijn vader wil helpen. En de hulp Iaat niet op zich wachten; er komt kleding en de kracht om verder te komen in een betere en meer volmaakte levenssfeer, waar de ziel van de vader, gevoed door de steeds groeiende liefde van de zoon, weer geestelijk vlees en bloed krijgt en uiteindelijk op die wijze in staat is God te herkennen en binnen te gaan in Zijn orde, -wat bij zelfmoordenaars altijd iets heel moeilijks is."
Hoofdstuk 151: Uitleg over de ziel in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Uit deze oerbron ontstond eigenlijk merendeels de gehele stoffelijke en gerichte schepping. Daar deze echter voorbestemd is om voor de geestelijke schepselen niet alleen als een levensgif te dienen dat hen beproeft, maar ook om bij juist gebruik een heilzame levensbalsem te zijn, is het zo geordend, dat de té sterk tegen de orde indruisende oersubstantiële gedachten zich afscheiden van die, welke in veel mindere mate tegen de orde ingaan en een reeds genoemde giftige reeks van wezens vormen in alle drie rijken van de zichtbare, uiterlijke meest stoffelijke natuur der dingen.
Hoofdstuk 158: Het gif in mineralen, planten, dieren en mensen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Eerst bevinden de gifstoffen zich in de grove materie van de mineralen Daarna komen zij reeds in wat mildere vorm in het daarvoor geschikte plantenrijk voor, en in heel milde vorm zijn zij in bepaalde dieren van de laagste orde gevaarlijk voor het betere, dus positieve uiterlijke leven, en onder bepaalde omstandigheden kunnen zij zelfs ook het innerlijke, volkomen positieve, ware leven met zozeer te met doen, maar toch erg beschadigen.
Hoofdstuk 158: Het gif in mineralen, planten, dieren en mensen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Maar het is voor iemand die uit de positieve orde is voortgekomen nooit raadzaam te dicht bij zo iemand in de buurt te komen, want ook al schaadt deze zijn ziel .niet rechtstreeks, dan schaadt hij echter toch zijn lichaam, dat niet geschikt is om zulk gif op te nemen. En dat brengt ons reeds bij onze weduwe!
Hoofdstuk 159: De giftige aard van de weduwe en haar dochter. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...